De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. In China is een tekenfilmfiguur tot staatsvijand verklaard. Jaap Hoeve vraagt zich af hoe het toch komt dat een grote man zich zo kleinzielig opstelt.
Toen ik eerder deze maand zag hoe de Chinese regering geen idee had hoe ze moesten omgaan met de dood van een dissident dacht ik: wat zegt het over een regime als het zo bang is voor één man, zelfs als die al dood is? Sinds vorige week heeft de Volksrepubliek er een nieuwe vijand bij: Winnie de Poeh. Maandag besloot de regering afbeeldingen van het tekenfilmfiguur op sociale media te censureren vanwege een meme uit 2013 waarin president Xi Jinping met Poeh wordt vergeleken. Voor de duidelijkheid: de regering van het grootste land ter wereld, met naar schatting 400 kernwapens, voelt zich bedreigd door een mollige beer uit een kinderboek. Het zou hilarisch zijn als het niet getuigde van een diepgewortelde angst. Absurd is het zeker.
Nadat zijn evenknie Trump de discussie over de grootte van zijn handen maar niet los kon laten en driftkikker Erdogan een internationale rel ontketende vanwege een flauwe – eigenlijk best onsmakelijke – grap, is het nu de beurt aan Xi om te laten zien dat hij niet van een pesterijtje gediend is. Van Trump weten we inmiddels dat hij een overgevoelig egootje heeft en de mediterrane Erdogan is op zijn minst temperamentvol. Maar de doorgaans zo kalme Xi blijkt net zo kleinzielig.
Ik weet dat in China de Partij en de leider onfeilbaar zijn en belediging dus uit den boze. Maar dit is geen belediging, dit is een grapje. Als een normaal mens met een tekenfilmbeer wordt vergeleken lacht hij erom en denkt ‘misschien moet ik inderdaad een paar kilootjes afvallen.’ Maar de groten der aarde hebben blijkbaar minder zelfspot.
Het Poehschandaal toont hoe fundamenteel onzeker het regime in Peking is. Xi beslist direct over het lot van 1,3 miljard mensen. Maar nog steeds ziet hij een existentiële bedreiging in een grapje waarin hij wordt vergeleken met een tekenfilmfiguur voor kinderen. En dus reageren hij en zijn partij-apparaat op de enige manier die ze kunnen bedenken: verbieden die hap.
Een echte leider die gelooft in zichzelf trekt zich niks aan van zulke kritiek op de persoon en zijn uiterlijk. Die haalt de schouders op en gaat zich bezig houden met belangrijker zaken. Daar zijn er ook in China genoeg van. Maar nee: de regering moet laten zien dat ze niet met zich laten sollen. En dus reageren ze totaal overtrokken en maken ze de zaak veel groter dan die is. Net als om de handjes van Trump en de dönerschwanz van Erdogan lacht de wereld zich nog een keer rot en zo maken ze het dus alleen maar erger. De meme gaat nog een keer viraal. Ik had hem helemaal nog niet gezien. Maar inderdaad, nu je het zegt…
Afbeelding Pooh-beer uit webshop AliExpress/bewerking Jaap Hoeve