Illustratie: Elise van Iterson

Een kort verhaal van literair multitalent Lieke Marsman: "Alsof de lever van een 13-jarige naast een eerste hoeveelheid alcohol ook de dood van diens ouders kon verteren."" />

Illustratie: Elise van Iterson

Een kort verhaal van literair multitalent Lieke Marsman: "Alsof de lever van een 13-jarige naast een eerste hoeveelheid alcohol ook de dood van diens ouders kon verteren."" />
Asset 14

Mimicri / Mommy cries

Mijn oom Adriaan hoorde niet echt ergens bij, maar als ik hem toch kort zou moeten beschrijven, dan zou het het duidelijkst zijn om te zeggen dat hij behoorde tot de groep van mensen die onmogelijk naar de wc kunnen als ze niet thuis zijn. Dit was althans een van de dingen die hij graag aan ons opdrong wanneer aan het eind van het kerstdiner de cognac op tafel kwam, soms zelfs eerder. Adriaan, broer van mijn moeder, was getrouwd met Jodi, een dunne vrouw die ongeveer een kop groter was dan de rest van de familie. Niemand wist hoe oud ze precies was, maar ze probeerde ons er altijd van te overtuigen dat ze jonger was dan wij voor mogelijk hielden. We mochten haar niet met u aanspreken, liever ook niet met tante, en toen mijn nichtje Emma zich op haar vijftiende hevig begon op te maken en onder de noemer van ‘naveltruitjes’ in bh’s begon rond te lopen, deed Jodi een paasweekend lang vrolijk mee. Jodi en Adriaan hadden zelf geen kinderen, iets waar ik mijn moeder en Jodi wel eens over heb horen fluisteren terwijl de rest van de familie zich over het toetje boog en mijn oom aan de andere kant van de tafel zojuist een eerste grap in de richting van zijn darmflora had gemaakt.

Na een paar jaren kinderloos getrouwd te zijn geweest, was Jodi op een dag met haar lichtblauwe jeep naar het dichtstbijzijnde asiel gereden en had daar acht babykatjes ingeladen, die ze eenmaal thuis allemaal een eigen kamer in het huis had toebedeeld – kamers waarnaar ze in de loop der tijd was gaan verwijzen met het woord ‘pretparkjes’, omdat ze ze thematisch had ingericht. Zo had Alphons een kamer waarvan de muur was beschilderd alsof ergens ter hoogte van de deurknop de zee begon, omdat ze volgens Jodi de enige poes ter wereld was die het heerlijk vond te zwemmen. Dit baseerde ze op het feit dat Alphons een aantal keer doorweekt door het kattenluikje de keukenvloer op was gekropen, en op het feit dat de buren een grote vijver hadden. Alphons’ kattenbak bestond nu dan ook uit een strook zand langs een van de muren waarop wat schelpen en stukken verrot hout verspreid lagen, en waar Jodi iedere ochtend een paar verse visjes neerlegde. Nadat Herman op zijn beurt in een maand drie buurtpoezen had zwanger gemaakt, werden de garfieldposters op zijn muren vervangen door posters van schaars geklede vrouwen, omdat hij volgens Jodi in de puberteit was beland. Niet lang hierna schafte mijn oom een computer aan die hij in deze kamer neerzette, waaraan hij vervolgens middagen lang, ‘mannen onder elkaar’, zat te patiencen.

Illustratie: Elise van Iterson

Mijn ouders waren niet heel erg dik met Adriaan en Jodi, maar mijn oom en tante woonden slechts een kwartiertje rijden van ons huis vandaan, dus als mijn ouders in het weekend een keer een avond samen op stap wilden, stond op vrijdagavond Jodi’s jeep toeterend voor de deur om mij ‘een heerlijk logeerpartijtje’ te bezorgen. Mijn moeder gaf me een tandenborstel en een schone onderbroek mee, zei tegen Jodi dat ik niet te laat naar bed mocht, waarna we, opnieuw toeterend, de straat uit naar het dichtstbijzijnde café reden, waar Jodi mij met een cola aan een tafeltje dropte om zelf tot een uur of twaalf biertjes te drinken aan de bar, terwijl ze oogcontact probeerde te maken met alles wat ogen had - inclusief getrouwde stelletjes, de cafehond en de zwart-wit poster van een als Robin Hood verklede Douglas Fairbanks die op de wc-deur hing.

‘Geef de jongen een biertje,’ zei ze op een avond tegen de barman, die willoos gehoorzaamde, omdat hij het niet kon maken zijn trouwste klant iets te weigeren, ook al wist hij best dat ik nog lang niet oud genoeg was om alcohol te mogen drinken. Gelukkig zag ik er voor mijn leeftijd redelijk oud uit. Ik was de langste jongen uit mijn klas, droeg meestal oude overhemden van mijn vader en op mijn bovenlip ontstond al een dun bruin streepje; hoewel ik zo’n zelfde streepje later ook op foto’s van mezelf als 7-jarige heb ontdekt en het waarschijnlijk voor 85% uit opgedroogde cola bestond.

Zo gebeurde het dat ik op het moment dat mijn ouders door een vrachtwagen de rode Citroën voor hen werden in gereden, joelend op een barkruk stond te roepen dat het leven 'fan-tas-tisch!' was. Mijn broek hing om mijn knieën toen Jodi en ik die avond de keuken in kwamen stommelen, waar Adriaan tussen een grote verzameling lege koffiekopjes en whiskyglazen moed probeerde te verzamelen om Jodi en mij, met name mij, het slechte nieuws te vertellen. Ik geloof dat het die avond niet tot me doordrong dat ik de rest van mijn leven als wees door zou brengen, maar toen ik de volgende dag laat in de middag de keuken inliep, zat Adriaan met zijn handen in het haar aan tafel, terwijl Jodi huilend de katten voerde. Ik haalde een kruk uit de woonkamer en ging stil tegenover Adriaan zitten, die inmiddels grommend de telefoon had opgepakt en vervloekte dat hij van de familie het meeste contact met mijn ouders had gehad, omdat hij nu de begrafenis moest regelen. Achter me vroeg Jodi hoe ik me voelde en hoewel ik niet antwoordde, voegde ze daar aan toe dat het de kater was die maakte dat mijn hoofd uiteenbarstte, en dat alles morgen aanzienlijk verbeterd zou zijn, alsof de lever van een 13-jarige naast een eerste hoeveelheid alcohol ook de dood van diens ouders kon verteren.

Een paar weken na de begrafenis werd ik in een tehuis geplaatst totdat men een geschikt pleeggezin gevonden zou hebben. Een dikke kale man leidde me naar mijn kamer, die ik zou delen met Carl, een jongen van mijn leeftijd die uit huis was geplaatst nadat hij had geprobeerd zijn moeder met een papieren McDonald´s zak te laten stikken, toen zijn moeder hem drie weken lang geen eten had gegeven om geld te uit te sparen. Vanaf dag één waren Carl en ik onafscheidelijk, behalve in het weekend, wanneer ik mijn oom en tante bezocht en Carl twee dagen in zijn eentje onze reputatie van onhandelbare rotjongens moest zien te handhaven. Omdat Carl in zijn eentje een stuk effectiever opereerde dan wanneer ik hem hielp, vroeg de directeur van het tehuis na een tijdje aan Jodi of Carl in de weekenden misschien met mij mee mocht, waarop Jodi antwoordde dat ze toch zeker al negen monden te voeden had, met mij erbij tien, en dat ze helaas niet nog een jongen kon opvoeden – iets wat grote indruk maakte op de directeur, die mijn tante vanaf dat moment beschouwde als een soort oermoeder.

Omdat er geen kamers meer leeg stonden, deelde ik in deze weekenden mijn kamer met Francoistje, de kleine lichtgrijze kat, afkomstig uit een nest van zeven kleine lichtgrijze katten die bij de geboorte door hun moeder verstoten waren, die afgrijselijk begon te miauwen zodra ik in de buurt van zijn kattenkussentje kwam. Jodi maakte ontbijt en lunch voor me, welke beide standaard bestonden uit een paar boterhammen met paté en een glas melk, maar verder besteedde ze weinig aandacht aan me. Op de een of andere manier dacht ze dat ‘zorgen voor‘ niet meer omvatte dan het bieden van onderdak en zo nu en dan een maaltijd. Ik probeerde wel contact met haar te zoeken, verveelde me ieder weekend dood, maar het enige wat Jodi in het weekend deed was met vier tot acht katten op schoot legpuzzels maken en zo nu en dan met de jeep de voorraad kattenbakzand aanvullen. Ik hoopte dat Adriaan en Jodi me op den duur als hun kind zouden gaan zien, of toch tenminste als hun neefje voor wie ze met liefde wilden zorgen. In plaats daarvan moest ik mijn liefde bij de katten zoeken, wat op den duur begon te vervelen, aangezien ik niets van ze kon leren en ik als dertienjarige mijn seksuele lusten op andere wijze wenste te botvieren dan door krols door de buurt te paraderen. Van de andere kant, de katten konden wel op de onvoorwaardelijke liefde van Jodi rekenen, en op een dag besloot ik om op maandagochtend niet de bus naar het tehuis te nemen, maar in de kastanje voor het huis van Adriaan en Jodi te gaan zitten – iets wat ik Francois ook regelmatig had zien doen, en wat altijd heftige emoties bij Jodi had losgemaakt. Ik denk dat het onmogelijk is om te bepalen op wie je wilt lijken wanneer je nooit hebt geleerd om je ouders als rolmodellen te zien. Toen mijn ouders stierven, kon ik alleen nog maar opkijken tegen een man en een vrouw die in mijn hoofd voor altijd 43 zouden blijven.

In eerste instantie merkte niemand dat ik in de boom zat, maar na een paar uur hoorde ik een paar takken onder me een zacht gemiauw. Een meter onder me zat Francoistje, die me met droevige ogen duidelijk maakte dat ik zijn plaats had ingenomen. Voorzichtig trok ik hem mijn richting in, en de rest van de middag brachten we naast elkaar door, soms gemeen hissend naar een vogeltje elders in de boom. Tegen de avond was er nog steeds geen mens geweest die mij had opgemerkt. Adriaan en Jodi waren beide thuisgekomen van hun werk, maar hadden niet op of om gekeken. De telefoon in de keuken had de hele dag niet gerinkeld, wat erop wees dat het tehuis en mijn school mijn afwezigheid ook niet de moeite waard vonden. Toen het helemaal donker was, besloot ik om maar op eigen houtje omlaag te klimmen. Ik maakte mijn trui tot een soort buidel, waarin ik Francoistje voorzichtig mee terug naar de grond bracht. Omdat de deur van het huis op slot zat, bracht ik die nacht samen met de katten door. Alphons, Francoistje, Herman, Foekje, Spoon, Leila, Caramba, - ze waren er allemaal. We slopen van dak naar dak en aten drie keer de voor katten dagelijks toegestane hoeveelheid eten uit de vuilnisbakken van onze buren. We maakten ruzie met een hond, die we als team gemakkelijk de stuipen op het lijf wisten te jagen. We vierden onze overwinning door luidkeels de buurt wakker te janken. Ik had mijn rolmodellen gevonden. Ik besloot dat ik een van hen kon zijn. De volgende ochtend wurmde ik mezelf door een van de kattenluikjes en wachtte naast Herman totdat Jodi of Adriaan naar beneden zou komen om ons paté-ontbijt te serveren.

Vrienden van Jodi en Adriaan vragen wel eens of mijn verandering geen schok voor hen was, maar volgens mij hebben zij alles net zo natuurlijk ervaren als ik, hoewel ze er tegen mij nooit over gesproken hebben. Maar er zijn verschillende manieren om te tonen dat je, ondanks alles, van iemand houdt. ‘s Avonds komt Adriaan mijn kamer binnen en gaat zitten patiencen achter het bureau, terwijl ik stil op bed lig en tevreden geluiden maak. Voordat ik ga slapen, komt Jodi mijn toilet verschonen, legt mijn speeltjes recht. Ze zegt niets, maar aait met haar hand over mijn hoofd en kriebelt mijn kin met haar wijsvinger. Soms omdat ze hoopt dat ik spoedig zal stoppen met verharen, soms omdat ze hoopt dat ik rustig zal slapen.

Lieke Marsman (1990) is een literair alleskunner. Haar dichtbundel 'Wat ik mijzelf graag voorhoud' werd bekroond met de de Lucy B en C.W van der Hoogtprijs, de Liegend Konijn Debuutprijs 2011 en de Buddingh'-prijs 2011.

Mail

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Nwe Tijd x Hard//hoofd: Maandagavond – De uitnodiging

Podcast: Maandagavond – De uitnodiging

Deze Maandagavond liep iets anders dan gepland. Of beter gezegd: precies zoals gepland, althans voor iedereen behalve Suzanne Grotenhuis. Met Freek Vielen, Ellis Meeusen en Johannes Lievens, die in de tweede aflevering van dit Maandagavond-seizoen stilstaan bij momenten die je anders aan je voorbij zou laten gaan. Lees meer

Bestel ‘Ik wil, wil jij ook?’ - briefwisseling over seksueel consent 1

Bestel ‘Ik wil, wil jij ook?’ - briefwisseling over seksueel consent

Bestel onze bundel 'Ik wil, wil jij ook?' een briefwisseling over seksueel consent Lees meer

Vrijheid

Vrijheid

Liggend onder de auto van de buren overdenkt een man de relatie tot zijn familie, de gevolgen van zijn gedrag en de reactie van omstanders. Eva Gabriela schreef een kwetsbaar verhaal waarin de dreiging en het ongemak constant voelbaar zijn, en waarin de pleger van huiselijk geweld de hoofdpersoon is. Lees meer

Anders voel ik me zo oud 1

Anders voel ik me zo oud

In dit essay analyseert Loulou Drinkwaard de tegenstrijdige etiquetten die haar zijn geleerd of opgelegd: ‘Tussen u en jou in, zweef ik. De waarden van mijn vader in mijn ene hand en de waarheid van mijn moeder in mijn andere. Mijn oma deelt de kennis van ons moederland en ‘De Nederlander’ bepaalt wat hoort. Ondertussen vond ik een alternatief. Zullen wij elkaar vousvoyeren?’ Lees meer

:De herhaling van de zombie-apocalyps: Op zoek naar een alternatieve dystopie

De herhaling van de zombie-apocalyps: Op zoek naar een alternatieve dystopie

De zombie is een popcultuuricoon. En niet alleen tijdens Halloween! Series als The Walking Dead en The Last of Us volgen de gebaande zombiepaden. Volgens Anne Ballon hebben zombies méér narratief potentieel. In vernieuwende verhalen wordt onderzocht 'hoe wij als halfbewusten de wereld beleven, hoe we opgaan in systemen die we niet hebben gekozen, hoe we verlangen en met verlies omgaan.' Lees meer

Kleding gaat als warme broodjes over de toonbank, maar dat mag wel wat letterlijker

Kleding gaat als warme broodjes over de toonbank, maar dat mag wel wat letterlijker

We weten precies wat er in ons eten zit, maar wat dragen we eigenlijk op onze huid? Net als jij, verlangt Loïs Blank ook naar meer transparantie van de kledingindustrie. Zou die wens dan toch in vervulling kunnen komen? Lees meer

Twee dagen

Twee dagen

Rocher Koendjbiharie belicht de verschillende paden die we tijdens de aankomende verkiezingen in kunnen slaan. Kiest Nederland opnieuw voor rechts, en strompelen we verder richting democratisch en moreel verval? Of kiest Nederland toch voor een samenleving waarin we omkijken naar elkaar? 'Alleen fascisten zien antifascisme als een bedreiging.' Lees meer

Vergeten vrouwen 1

Vergeten vrouwen

In dit essay schrijft Anne Louïse van den Dool over vrouwelijke kunstenaars die meer dan ooit in de schijnwerpers staan. Niet alleen hedendaagse makers, maar ook opvallend veel vrouwen die rond 1900 actief waren in de kunstwereld trekken veel aandacht. Met solotentoonstellingen over Suze Robertson, Coba Ritsema en Jo Koster laten musea zien waarom juist deze kunstenaars alsnog een plek in de canon verdienen. Lees meer

De verdwenen kosmonaut

De verdwenen kosmonaut

Duizenden kilometers van de kosmonaut vandaan zit Igor, uitkijkend over de stad, terwijl hij luistert naar de ruis op de tv, naar de beukende eurodance plaat die nog naklinkt in zijn oren en naar een stem die hem probeert te overtuigen terug te komen. In De verdwenen kosmonaut van Thijs van der Heijden raakt een... Lees meer

Geen geld maakt ook niet gelukkig

Hard//hoofd zoekt een zakelijk assistent!

Wij zoeken een enthousiaste en veelzijdige zakelijk assistent (x/v/m) die ons zakelijke team wil versterken. In deze functie krijg je de kans om ervaring op te doen met de zakelijke en organisatorische kant van een literair tijdschrift en online platform. Lees meer

Het huis in mijn hoofd

Het huis in mijn hoofd

Wat als technologie je verbeelding probeert te esthetiseren? Mina Etemad bezocht in juni, tijdens de twaalfdaagse oorlog tussen Iran en Israël, de VR-voorstelling From Dust van Michel van der Aa. ‘Het zou troostend moeten zijn, maar hoe kan ik het rijmen met de realiteit hierbuiten?’ Lees meer

Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

:Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Een nieuw seizoen van Maandagavonden door Nwe Tijd, dit keer ook te beluisteren bij Hard//hoofd. Met Johannes Lievens die zich – tegen wil en dank – in het feestgedruis stort, Ellis Meeusen over de voorpret, Suzanne Grotenhuis met een pleidooi voor kleine vieringen en Freek Vielen opent de avond met twee anekdotes. Lees meer

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Bestel de bundel ‘Ik wil, wil jij ook!’

Op zoek naar een intiem, verzachtend en verzettend cadeau? Voor maar €10 bestel je de bundel ‘Ik wil, wil jij ook?’, een voorstel voor een nieuwe taal om over seksualiteit te spreken. Met ploeterende brieven en prikkelende beelden. Alleen te bestellen vóór het einde van dit jaar en zolang de voorraad strekt!

Bestel nu