Het lijkt onvoorstelbaar, maar witte sokken zijn weer in. Natuurlijk waren ze nooit echt uit, maar ze waren wel verboden. Vrouwenbladen liepen voorop in die religieuze verkettering en creëerden een mentale zedenpolitie die iedere man met witte sokken op straat kan insluiten. De sanctie: eeuwige hoon en spot. Sportsokken zijn hét symbool geworden van een bepaald type man dat zich moeilijk in de globale stijleconomie kan handhaven. Aan de andere kant blijkt uit films en videoclips uit de jaren zeventig en tachtig dat deze items niet altijd zo problematisch waren. Wanneer mochten we ze niet meer dragen? Als je naar een oude aflevering van Beverly Hills 90210 kijkt dan dragen Dylan, Brandon en ja, ook Brenda, gewoon witte sokken boven hun toen zo hippe Nike Air Flight’s. Maar ja, dat zijn natuurlijk wel Amerikanen.
Een paar jaar geleden schreef Arno Kantelberg, hoofdredacteur van Esquire, dat de hetze tegen de witte sok onterecht is. Zelf droeg hij – zoals bijna alle jongens hebben gedaan – als kind bijna elke dag witte sokken. Waarom zou dat niet meer kunnen als je ouder bent? Waarom krijg je dan op voorhand het label ‘wansmaak’ op je wreef geplakt. Hoe rationeel is onze afkeer van deze vertrouwde kledingstukken uit de jeugd van iedere man? En hoe rationeel is onze waardering van merken en producten die we hip en hard vinden? Sociale wetenschappers zijn er al een tijdje achter wat iedereen al lang wist: we dragen bepaalde kledingstukken, merken en producten (Nike, iPod) om te verleiden. Kennelijk werkt het voor de witte sok precies andersom. Een man in witte sokken en sandalen is de personificatie van de afknapper.
Fetisj in kinderschoenen
Hoewel, in enkele gevallen is de sportsok een waar fetisjobject geworden. Het homoblad Butt interviewde eens een Fransman die van sportsokken houdt. Die man verklaarde zijn fetisj als volgt: ‘When I was in school, the kids would play soccer. I couldn’t really approach them because I wasn’t into that kind of sport, but it really turned me on to see them in their outfits.’ En jaren geleden hoorde ik een vrouw op – oh ironie – Radio Noordzee roepen dat ze witte sokken bij een man eigenlijk wel sexy vindt en toen werd ze – oh ironie – door de mannelijke presentator voor gek verklaard.
Zo’n fetisj draait dus vooral om verlangen en associatie. Voor iemand met een fetisj is een bepaald voorwerp veel meer dan alleen het voorwerp zelf. De sokkenfransman uit dat interview voert zijn ervaringen terug op zijn pubertijd. Dat is juist een leeftijd waarop veel jongens gewoon dagelijks witte sokken mogen dragen. Als jongens ouder worden dan mag het niet meer, anders worden ze gelabeld door de zedenpolitie. Maar voor die Fransman zijn de witte sokken ook labels geworden die zijn jeugdverlangens oproepen en projecteren.
Als je het hebt over labels en fetisjisme, dan kom je uit bij theorieën van Karl Marx. Volgens Marx worden in een kapitalistische economie consumptiegoederen fetisjobjecten omdat het productieproces en de rol van mensen daarin naar de achtergrond wordt geschoven. Producten worden verkocht als ‘merken’, waardoor het label belangrijker wordt dan het product zelf. Goederen, betaalmiddelen en markten beginnen een eigen leven te leiden en reguleren mensen in plaats van andersom. Daarom is Oom Dagobert de ultieme fetisjist in marxistische zin. Ga maar na, hij zwemt alleen in zijn geld, dus zijn fortuin is eigenlijk evenveel waard als een pakhuis vol met water en alles staat en valt met zijn irrationele geloof in een waardeloos dubbeltje. (En hij droeg ook nog van die rare slobkousen.) Fetisjisme in marxistische zin gaat dus over de angst dat ‘onechte’ dingen macht krijgen over ‘echte’ mensen.
Viva-vrouwen in witte leggings
Terug naar de witte sokken: die zijn zowel een fetisj (voor de happy few) als een ‘omgekeerde’ fetisj (voor de grote massa). Voor de één op voorhand erotiserend, voor de massa op voorhand totaal onacceptabel. De witte sokken staan in beide gevallen voor iets anders; ze zijn een wit vlak waarop associatie plaatsvindt, een label, een pars pro toto. Daarom alleen al zou het goed zijn als hippe, jonge en normale mensen in ieder geval één dag in de week gewoon witte sokken gaan dragen zodat deze items weer ‘normale’ kledingstukken worden in plaats van labels. En het mag ook, want ze zijn echt hip.
Chris Buur schreef er bijvoorbeeld over voor de Volkskrant. De Amerikaanse ontwerper Thom Browne laat zijn modellen al een paar jaar over de catwalk lopen in een strak gesneden colbert en korte pantalon met daaronder enkellange witte sokken of kousen en zwarte schoenen. Maar nu verschijnen witte sokken ook in lookbooks van vooral de wat alternatieve Amerikaanse merken, zoals The Lovewright Co. En in de nieuwste editorial van het tijdschrift Fantastic Man droeg één van de modellen witte sportsokken. Nee, niet subtiel in sneakers of onder een trainingsbroek, maar pontificaal in badslippers. Ze leken in het zonlicht van Palm Springs, Californië, waar de editorial werd geschoten, nog strakker en witter dan gebruikelijk en ze pasten goed bij het beton op de achtergrond. Ik zag voor het eerst hoe modernistisch witte sokken eigenlijk zijn. Het zijn massaproducten uit de eerste helft van de twintigste eeuw, maar zoals veel producten uit die tijd toch erg goed ontworpen. Witte sokken zijn abstract en autonoom, compromisloos strak en helderwit als Malevich’s Suprematist Painting: White on White maar dan met subtiele zwarte, blauwe of rode strepen voor het contrast. Vertel dat maar aan al die middelbare Viva-vrouwen in hun fantasieloze witte leggings die je nog een tijdje zullen insluiten en bespotten, voordat ze braaf de trend zullen volgen.
--
Joost Vormeer (1983) is cultuurwetenschapper en freelance journalist.