Foto: Mirte Slaats

Over zijn nieuwe voorstelling, Nederlandse romantiek, zijn imagoprobleem en onze tijd: "Er wordt een oorlog voorbereid. Zoiets gaat langzaam, maar de pannen staan op het vuur."" />

Foto: Mirte Slaats

Over zijn nieuwe voorstelling, Nederlandse romantiek, zijn imagoprobleem en onze tijd: "Er wordt een oorlog voorbereid. Zoiets gaat langzaam, maar de pannen staan op het vuur."" />
Asset 14

Spinvis

Wanneer ik Erik de Jong (Spijkenisse, 1967) bel om een afspraak te maken, hoor ik meteen Spinvis in zijn routebeschrijving: “Neem de tram naar Nieuwegein Zuid. Niet naar Nieuwegein Centrum. Als je daar uitstapt, verdwaal je en kom je nooit meer terug…” Zonder een spoortje ironie fluistert hij de laatste zin geheimzinnig door de telefoon, alsof hij je een sprookje binnenleidt.

De Jong haalt me op bij de lege-flessen-automaat van de C1000 te midden van de nieuwbouwarchitectuur van Nieuwegein. Hij wijst naar de huizen: “Er wonen hier grotendeels bejaarden. Ook als je heel jong bent als je het huis koopt, word je na het ontvangen van de sleutel opeens bejaard. Heel gek.” De meeste mensen in Nederland zien hem als de ‘knip-en-plak’-huisvader op een zoldertje in Nieuwegein. Daar heeft De Jong genoeg van. “Op mijn eerste album stond zo min mogelijk informatie over mijzelf. Dat werd al snel een gimmick voor de media, mensen gingen door mijn straat rijden om te kijken wie die rare man toch was. ‘We hebben hem gevonden, het is een postbode uit Nieuwegein!’ Dat is nu wel mooi geweest.” Wat trekt hem dan toch aan in deze plek? “Ik vind het hier gewoon prettig wonen. Maar als mijn jongste zoon uit huis gaat, verhuizen we misschien wel weer. Naar het zuiden. Brabant, België wellicht. Sowieso niet Amsterdam.”

De studio van Spinvis blijkt niet meer op zolder te zijn, maar juist in de kelder van zijn ruime woning. “Hier werk ik, meestal ’s nachts tussen twaalf en drie. Hier staat mijn werk nog los van de wereld en kan ik alleen zijn met mijn ideeën.” Hij laat de cassettebandjes van zijn nieuwste multimediale theatervoorstelling ‘De Weerman’ zien. Zijn ogen glinsteren als hij erover vertelt: “In de voorstelling ben ik de weerman en met een taperecorder speel ik dan het weer af, maak ik letterlijk regen of wind. Het is veel werk om het allemaal van de computer op die bandjes te zetten, maar het gaat om het effect hè.”

Aan het werk

Je spreekt vaak over je ‘laboratorium’. Zie je jezelf als een moderne alchemist?
"Mijn vader was chemicus; er zijn zeker overeenkomsten. Het leukste van mijn werk is het samenbrengen van de appel en het ei, om dingen die niet samen horen in een spannende harmonie bij elkaar te zetten, om nieuwe verbindingen te leggen. In mijn werk ben ik eerder een schilder dan een pure muzikant. Ik zit hier te componeren achter het beeldscherm, als een vormgever. De software waarmee ik muziek maak, is dezelfde software waarmee je video’s maakt."

Meteen corrigeert hij zichzelf, om niet het beeld van de Nieuwegeinse kluizenaar in stand te houden: "Mijn liedjes moeten wel een groot publiek aanspreken, ze moeten communiceren. Ik ben geen eenzame kunstenaar die dingen voor zichzelf maakt. Die connectie met de buitenwereld moet er uiteindelijk wel komen. De popindustrie is ook een amusementsindustrie, daar verstop ik me niet voor. Mijn lievelingsmuziek is ook heel commercieel: ABBA, The Beach Boys, the BeeGees, the Beatles. Maar onder dat poppy geluid zit heel veel: enge dromen, wilde fantasieën.

Dat is niet altijd zo geweest. De muziek van voor je eerste album was totaal ontoegankelijk.
De basis was hetzelfde, maar ik kon die stap naar het publiek niet maken. Ik gebruikte vooral radiostemmen en zong er zelf niet bij. Dat durfde ik niet; ik ben geen zanger. Toch schreef ik wel de hele tijd regels op. Tot op een dag de bliksem insloeg en ik die regels zelf ben gaan zingen. Dat bleek de missing link te zijn. Nu had ik een vorm die iedereen kent: een liedje van drie minuten, met een zanger. Dat was geen ‘experimentele muziek’ meer, maar het verschil is eigenlijk heel klein.

Hoe blijf je jezelf uitdagen?
Ik weet niet of je dat bewust doet. Je maakt dingen die je mooi vindt. Soms kom je daarbij op traditioneel terrein, want daar heb ik ook veel liefde voor, en soms betreed je dan de verse sneeuw.

"Soms betreed je dan de verse sneeuw.”

Maar ik zoek geen grenzen op, wil ook niet avantgardistisch zijn of zoiets. Ik ben vorige week 50 geworden en dan ga je nadenken: wat wil ik echt doen? Ik heb de afgelopen jaren zoveel verschillende dingen gedaan: theater, film, hoorspelen. Nu ben ik er wel achtergekomen dat ik het meest houd van popliedjes. Gewoon, drie a vier minuten. Daar wil ik de rest van mijn leven aan wijden, dat is de kern van wat ik wil doen. Dan moet ik me niet teveel laten afleiden door andere dingen.

Je hebt je rust gevonden?
Nee, integendeel. Je voelt de adem van de tijd nog sterker in je nek. Het is juist meer rusteloosheid dan ooit. Maar het dwingt je wel tot een focus.”

 

Het rondje

Wordt het moeilijker om een connectie te maken met het jonge publiek?
"Welnee. Ik ga veel met jonge mensen om en ik vind de nieuwe generatie te gek. Ik heb weleens een ‘Meet & greet’ en laatst was er een meisje van negentien bij. Die herkende in mijn muziek Kate Bush en Alan Parsons en allerlei andere namen uit mijn tijd. Ik dacht: “Wauw, meisje, hoe kom jij daar nou aan?” Dat vind ik heel leuk aan deze generatie. Er is niet een duidelijke norm: alles kan hip zijn. Het maakt niet uit, ze zeggen de hele dag: kom maar, kom maar. Er is ook veel meer toegang tot muziek dan vroeger. Ik moest drie weken mijn krantenwijk lopen en dan kocht ik eindelijk een elpee. Dan moest je hem ook wel mooi vinden, na al dat werk. Elk liedje ging je dan eindeloos draaien. Dat bestaat niet meer. Het is nu: ‘tak, tak, ja!’ of ‘tak, tak, nee.’ Maar dat is niet per se slechter.

Jij gaat zelf niet mee in die snelheid.
Dat is mijn persoonlijkheid. Ik ben niet lui, maar wel langzaam. Blijkbaar heeft het die tijd nodig. Je draait altijd hetzelfde rondje [gebaart in de lucht]: je begint ergens waar het goed voelt, maakt vervolgens een hele lange omweg waarbij je alle alternatieven verkent en keert uiteindelijk weer terug bij dat begin. [lacht] Dan zou je zeggen: waarom maak je dat rondje dan? Maar het is toch anders als je bij een begin terugkeert, dan als het je enige optie is. Voor Spinvis heb ik een rondje van veertig jaar gemaakt. Ik heb op mijn twintigste een single uitgebracht, discomuziek. Als dat een succes was geweest, was Spinvis er nooit geweest. Dan was ik een soort DJ Tiësto geworden. Het is voor mij een zegen dat ik later, met iets meer rust in mijn hoofd, mijn eerste album heb gemaakt.

“Ik was bijna een soort DJ Tiësto geworden.”


Wat is er in de tussentijd gebeurd?
Ik heb in fabrieken gewerkt, heb daar enorm veel mensen leren kennen. Ik zag elke dag van dichtbij hoe mensen met elkaar omgaan, wat ze zeggen en vooral ook wat ze niet zeggen. Dat is nog steeds een oneindige inspiratiebron voor mijn teksten, mijn grote kapitaal.

Die teksten zijn gevonden stukjes uit het leven. Dat roept veel herkenning op. Als je dat zo rangschikt dat er een surrealistische sfeer ontstaat, dan til je dat normale ook nog naar een hoger plan. Samen vormt het dan een nieuw verhaal, een nieuwe werkelijkheid. Het leven is natuurlijk absurd en wij leggen daar een rationele filter overheen. Net als in dromen, dan lijkt ook alles heel normaal. Die filter heb je nodig, anders word je gek. Je doet alsof in die grote chaos alles keurig op z’n plek staat. Ik probeer die filter heel even uit te schakelen. Dat lijkt willekeurig, maar het is echt een kwestie van zorgvuldig puzzelen.

Wanneer schrijf je iets op?
Ik luister goed naar hoe mensen praten, naar zinsconstructies. In spreektaal zitten veel herhalingen of afgebroken zinnen, dat is bijna muziek. Het moet kloppen, ik ga geen geforceerde proza schrijven. Ik heb in ‘De Weerman’ een tekst waarin de zin “Het klaart al op” voorkomt. Dat is natuurlijk mooi. Maar mensen zeggen: “Het is weer droog”. Dat is misschien saaier, maar het klopt wel met de dagelijkse realiteit. Daar gaat het om.”

"Hou toch op met die zelfhaat! Er is echt niets mis met de Nederlandse ziel." (foto: Mirte Slaats)

De weerman

De Jong wordt soms afgeschilderd als arrogant en afstandelijk. In de Groene Amsterdammer schreef dichter en recensent Erik Lindner dat de Jong tijdens een avond over surrealisme in Rotterdam hem had toegebeten dat hij moest ‘opzouten’ toen hij bij hem en een paar andere dichters aan tafel plaatsnam. Lindner sprak vervolgens van ‘De Spinvis-paradox’: artiesten die doen alsof ze de luis in de pels zijn, maar ondertussen alle macht in handen hebben. Van dit beeld blijft tijdens ons gesprek niets over; het lijkt erop dat Lindner vooral in zijn eigen ego aangetast was. Maar die afstandelijkheid tijdens optredens, die heb ik ook ervaren.

Je maakt op het podium weinig contact met je publiek.
“Ik denk daar veel over na. Je kunt niet jezelf zijn op een podium. Veel zangers en zangeressen gaan daarom het lied lopen acteren: gepijnigd kijken bij een zielig liedje. Je gaat dan in feite tussen de toeschouwer en de muziek staan. Alsof je naar een film kijkt en de regisseur de hele tijd voor het doek springt: joehoe, kijk eens! Dat wil ik niet. Dus ik probeer een manier te vinden om wel beleefd te zijn, maar me toch vooral op het spelen te concentreren. Ik was laatst in de Notre Dame in Parijs, daar begon een vrouw prachtige kerkmuziek te zingen. Ik zag haar niet, maar het was duidelijk live en ik was ontzettend ontroerd. Dat is de puurste vorm. Je bent alleen maar een boodschapper.

Wil je dan helemaal niet bewonderd worden?

Natuurlijk heb ik mijn ijdelheid, zoals iedereen. Maar ik ben geen performer. Vroeger had je techno-albums zonder artiestennaam erop, maar dat maakte niets uit. Dat is vergelijkbaar met kerkmuziek. Het maakt niet uit wie het maakt, als je het maar voelt.”

De Jong is niet politiek actief, maar tussen de regels door klinkt wel degelijk maatschappijkritiek. Het nummer ‘Voordeel van video’ gaat bijvoorbeeld over de toenemende inbreuk op privacy: “Ik ken de kamer waarin u woont/En als u huilt aan de telefoon/U danst zo mooi soms/Dat zie ik ook/Dat is het voordeel van video”. Op weg naar zijn huis leek hij naar dit nummer te verwijzen toen hij bij een stoplicht zei: “Kijk, je moet in dat witte vlak gaan staan, anders wordt het niet groen. Anders weten ze niet dat je er bent.”

Je hebt het vaak over ‘Nederlandse romantiek’. Is dat niet een contradictio in terminis?
"Hou toch op met die zelfhaat. Altijd maar dat ‘weg met ons!’. Net zoals mensen roepen: “Nieuwegein? Hoe kan er nou iets moois uit Nieuwegein komen?!” Terwijl diezelfde mensen een zanger uit een klein dorpje in Arizona aanbidden. Het Nieuwegein in Amerika is dan opeens heel romantisch. Lees de boeken van Gerard Reve, de gedichten van Marsman. Er is niets mis met de Nederlandse ziel. We zijn niet saai. We zijn net zo poëtisch als de Fransen of de Italianen. Dat is precies wat ik probeer uit te drukken met wat ik doe.

En dan met name de gewone, kleine mensen.
Dat is ook onzin, die bestaan helemaal niet. Iedereen heeft verlangens, geheimen, fantasieën, nachtmerries. Dat is echt allemaal hetzelfde. Alleen kan de een het beter verwoorden en speelt dat ragfijne sociale spel beter dan de ander. Mensen die jij klein noemt, zijn gewoon minder behendig. Dan gaan ze deuren dichtgooien, worden ze bang en gaan zich vasthouden aan wat ze kennen: voetbal, Oh oh Cherso, auto’s. Maar van origine zijn dat ze net zulke grote bloemrijke mensen als iedereen. Daar kom je wel achter als je in een fabriek werkt. Al je vooroordelen worden overhoop gegooid. Je denkt vaak: dat is gewoon een botte hond. Maar eigenlijk is dat nooit zo.

“Er wordt een oorlog voorbereid. De pannen staan op het vuur.”

Je begrijpt de onvrede van de maatschappelijke onderklasse dus goed?
Absoluut, daar kan ik me heel goed in inleven. Ik zie ook hoe die boosheid gebruikt wordt voor het verkeerde doel, dat volg ik allemaal op de voet. Er wordt een oorlog voorbereid. Dat gaat langzaam, zoiets duurt vijf jaar. Het wordt een heel ander soort oorlog dan we kennen, maar hij is in de maak, de pannen staan op het vuur.

Dat is jouw voorspelling als weerman.

De vraag in de nieuwe voorstelling is: wat hangt ons boven het hoofd? Het weer is onvoorspelbaar, net zoals onze politieke koers. Ik kijk regelmatig op de websites van de Telegraaf, Elsevier en GeenStijl. Daar staat dan een bericht dat heel provocatief geformuleerd is, ik word er zelf ook bijna kwaad van. Mensen storten die primaire woede uit in een reactie. En daarboven staat dan een banner van Opel of MacDonald’s, dus die verontwaardiging wordt ook gewoon commercieel uitgebuit. Haat is lekker en het verdient ook nog goed. Dat is heel vreemd.

Onweer, dus?
Nee, uiteindelijk ben ik toch heel optimistisch, ondanks de oorlogsvoorspelling. Er ontstaan nieuwe omgangsvormen en dat is niet per se negatief. Het is een moeilijke tijd, maar juist nu zie je ook zoveel mooie dingen. Wat dat betreft heb ik een dubbel gevoel. Maar als ik naar jonge mensen kijk, dan denk ik: het komt goed.”

-Speeldata van 'De Weerman' zijn hier te vinden.-

Mail

Rutger Lemm is schrijver, grappenmaker en scenarist. In 2015 verscheen zijn debuut, 'Een grootse mislukking'. Hij is een van de oprichters van Hard//hoofd.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Waarom stellen journalisten zo weinig vragen?

Waarom stellen journalisten zo weinig vragen?

Bij de media heerst ziekte, journalisten stellen te weinig vragen. Fausto en Marthe van Bronkhorst komen met een behandelplan. Lees meer

Essaywedstrijd: 'Dat is dan jouw waarheid' Hooray for the Essay 2026

'Dat is dan jouw waarheid' Hooray for the Essay 2026

In deze editie van Hooray for the Essay dagen we je uit om na te denken over waarheid. Reageer voor 19 januari. Lees meer

:Schoonheid van de partij: Mogen politieke partijen een eigen esthetiek ontwikkelen? 1

Schoonheid van de partij: Mogen politieke partijen een eigen esthetiek ontwikkelen?

Is politieke inmenging met kunst en esthetiek vooral iets van vroeger, en is schoonheid tegenwoordig gedepolitiseerd? Patrick Hoop schreef een essay over waarom ons huidige politieke stelsel zich mag - of moet - bemoeien met schoonheid. Lees meer

Een eerste keer

Een eerste keer

In dit erotische verhaal vraagt Jochum Veenstra zich af of het opwindend kan zijn om constant expliciete consent te vragen, en of er dan ook echte consent tot stand komt. Een eerste keer is ook gepubliceerd als audioverhaal bij deBuren. 'Als onze monden elkaar raken, lijkt de vriendschap die we bij daglicht hebben weer tot leven te komen.' Lees meer

Politiek is de olifant in de kamer, maar modejournalistiek trekt de deur liever dicht

Politiek is de olifant in de kamer, maar modejournalistiek trekt de deur liever dicht

Mode lijkt glanzend en zorgeloos, maar er schuilt een wereld van politiek achter. Loïs Blank vraagt zich af: wie bepaalt eigenlijk welke verhalen verteld mogen worden? Wat gebeurt er met de progressieve stemmen van een bedrijf dat vooral voor de winst gaat? Lees meer

Suriname - van onafhankelijk land naar natie

Suriname - van onafhankelijk land naar natie

Op 25 november is het 50 jaar geleden dat Suriname onafhankelijk werd van Nederland. Kevin Headley bespreekt hoe de onafhankelijkheid van Suriname tot stand is gekomen en hoe het zich verder ontwikkelt tot natie: van politieke geschiedenis tot hedendaagse successen. Lees meer

Balletles

Balletles

In een rumoerig café herinnert een groep meisjes zich heel helder: 'Meisjes zoals wij leren vroeg de kunst van de onwaarneembare volharding.' In dit korte verhaal neemt Marieke Ornelis je mee in een wereld vol witte panty's, billen op een koude vloer en honingachtig vocht, terwijl de intimiteit wegsmelt onder de toneellampen. Lees meer

De integratie-stok slaat wéér de ‘problematische Moslim’

De integratie-stok slaat wéér de ‘problematische Moslim’

'Een begrip als integratie lijkt een middel om te streven naar een inclusievere samenleving, maar dwingt in feite minderheden om hun culturele en religieuze identiteit op te geven.' Aslıhan Öztürk legt de retoriek bloot waarmee de integratie-stok dreigend boven het hoofd van generaties migranten wordt gehouden. Lees meer

Pomme d’amour 1

Pomme d’amour

In dit gedicht van Elise Vos vinden de glazen muiltjes en kikkerprinsen uit de klassieke sprookjes hun weg tussen de HR-medewerkers en stadsduiven met verminkte pootjes. Een hoofdpersoon zoekt diens plek in de wereld, terwijl mannen dwars door de ontknoping van het verhaal heen slapen. Lees meer

Ademruimte

Ademruimte

‘Hij kon toen alleen Catalaanse woorden fluisteren en zijn wijsvinger buigen om aan te geven wanneer hij naar buiten wilde om te roken.’ In Ademruimte, van Elisa Ros Villarte, keert het hoofdpersonage terug naar haar ouderlijk huis dat gevuld is met onbekend speelgoed, bevroren maaltijden en beladen vragen. Lees meer

Wifey material

Wifey material

Wifey of wervelwind, Madonna of hoer. Marthe van Bronkhorst had gehoopt dat dit binaire denken passé was, maar helaas, de emancipatietrein blijkt op dit spoor nog steeds haperen. Ik oefen een enorme aantrekkingskracht uit op één specifiek soort mensen: mensen van wie de favoriete contactfrequentie eens in het kwartaal is. Mensen van wie de love... Lees meer

Nwe Tijd x Hard//hoofd: Maandagavond – De uitnodiging

Podcast: Maandagavond – De uitnodiging

Deze Maandagavond liep iets anders dan gepland. Of beter gezegd: precies zoals gepland, althans voor iedereen behalve Suzanne Grotenhuis. Met Freek Vielen, Ellis Meeusen en Johannes Lievens, die in de tweede aflevering van dit Maandagavond-seizoen stilstaan bij momenten die je anders aan je voorbij zou laten gaan. Lees meer

Bestel ‘Ik wil, wil jij ook?’ - briefwisseling over seksueel consent 1

Bestel ‘Ik wil, wil jij ook?’ - briefwisseling over seksueel consent

Bestel onze bundel 'Ik wil, wil jij ook?' een briefwisseling over seksueel consent Lees meer

Vrijheid

Vrijheid

Liggend onder de auto van de buren overdenkt een man de relatie tot zijn familie, de gevolgen van zijn gedrag en de reactie van omstanders. Eva Gabriela schreef een kwetsbaar verhaal waarin de dreiging en het ongemak constant voelbaar zijn, en waarin de pleger van huiselijk geweld de hoofdpersoon is. Lees meer

Anders voel ik me zo oud 1

Anders voel ik me zo oud

In dit essay analyseert Loulou Drinkwaard de tegenstrijdige etiquetten die haar zijn geleerd of opgelegd: ‘Tussen u en jou in, zweef ik. De waarden van mijn vader in mijn ene hand en de waarheid van mijn moeder in mijn andere. Mijn oma deelt de kennis van ons moederland en ‘De Nederlander’ bepaalt wat hoort. Ondertussen vond ik een alternatief. Zullen wij elkaar vousvoyeren?’ Lees meer

:De herhaling van de zombie-apocalyps: Op zoek naar een alternatieve dystopie

De herhaling van de zombie-apocalyps: Op zoek naar een alternatieve dystopie

De zombie is een popcultuuricoon. En niet alleen tijdens Halloween! Series als The Walking Dead en The Last of Us volgen de gebaande zombiepaden. Volgens Anne Ballon hebben zombies méér narratief potentieel. In vernieuwende verhalen wordt onderzocht 'hoe wij als halfbewusten de wereld beleven, hoe we opgaan in systemen die we niet hebben gekozen, hoe we verlangen en met verlies omgaan.' Lees meer

Kleding gaat als warme broodjes over de toonbank, maar dat mag wel wat letterlijker

Kleding gaat als warme broodjes over de toonbank, maar dat mag wel wat letterlijker

We weten precies wat er in ons eten zit, maar wat dragen we eigenlijk op onze huid? Net als jij, verlangt Loïs Blank ook naar meer transparantie van de kledingindustrie. Zou die wens dan toch in vervulling kunnen komen? Lees meer

Twee dagen

Twee dagen

Rocher Koendjbiharie belicht de verschillende paden die we tijdens de aankomende verkiezingen in kunnen slaan. Kiest Nederland opnieuw voor rechts, en strompelen we verder richting democratisch en moreel verval? Of kiest Nederland toch voor een samenleving waarin we omkijken naar elkaar? 'Alleen fascisten zien antifascisme als een bedreiging.' Lees meer

Vergeten vrouwen 1

Vergeten vrouwen

In dit essay schrijft Anne Louïse van den Dool over vrouwelijke kunstenaars die meer dan ooit in de schijnwerpers staan. Niet alleen hedendaagse makers, maar ook opvallend veel vrouwen die rond 1900 actief waren in de kunstwereld trekken veel aandacht. Met solotentoonstellingen over Suze Robertson, Coba Ritsema en Jo Koster laten musea zien waarom juist deze kunstenaars alsnog een plek in de canon verdienen. Lees meer

De verdwenen kosmonaut

De verdwenen kosmonaut

Duizenden kilometers van de kosmonaut vandaan zit Igor, uitkijkend over de stad, terwijl hij luistert naar de ruis op de tv, naar de beukende eurodance plaat die nog naklinkt in zijn oren en naar een stem die hem probeert te overtuigen terug te komen. In De verdwenen kosmonaut van Thijs van der Heijden raakt een... Lees meer

Steun Hard//hoofd en verzamel kunst!

Hard//hoofd is een vrije ruimte voor nieuwe schrijvers en kunstenaars. We zijn al vijftien (!) jaar gratis toegankelijk en advertentievrij. Zo’n vrije ruimte is harder nodig dan ooit. Steun de makers van de toekomst; sluit je vóór 1 januari aan als kunstverzamelaar en ontvang in januari je eerste kunstwerk!

Word kunstverzamelaar