Acht weken lang, iedere zondag een verhaal van Joost Baars, geïllustreerd door Nina Maissouradze. Al meer dan vijftien jaar werkt Joost in boekwinkels. De verhalen die hij tijdens zijn werk oppikt zijn haast even mooi als de boeken die hij verkoopt.
U zoekt genade
"Soms heb ik zoiets van: dit leest zo prettig, is het wel literatuur?"
Dat zei een klant ooit tegen me. Ofwel: literatuur, kwaliteit, diepgang, het levert onprettige ervaringen op.
Illustratie: Nina Maissouradze
Op een woensdagmiddag kwamen twee schooljongens de winkel in. Duidelijk nerds. Eentje kocht The Hunger Games, deel 1. Zijn vriend keek hem vol ongeloof aan.
"Waarom koop je dat nou man?"
"Hoezo?"
"Het is allemaal zo dramatisch. Daar word je toch alleen maar depressief van."
"Nee joh, het is juist spannend."
"Pff. Je kunt net zo goed in je kansrekening-boek gaan lezen. Word je ook depressief van."
Misschien is het zo dat je van kansrekening depressief wordt omdat uit alle berekeningen altijd blijkt dat je minder kans hebt dan je vooraf had gehoopt. En misschien blijkt dat uit goede literatuur ook wel, omdat goede literatuur, hoe fictioneel ook, altijd de waarheid spreekt. Hoewel er natuurlijk ook zoiets bestaat als genade. Maar die genade ligt vaak áchter de waarheid, die verpletterend is. Die genade kun je niet zien wanneer je aan een boek begint. Je moet erop vertrouwen dat ze komt.
Dat is een lastige kluif voor een boekverkoper. Want deze genade is niet te verkopen. Je kunt alleen de zwaarte verkopen die aan haar vooraf gaat.
Toch lukt het heel soms. Toen een moeder met haar zoon Het Rode Ei van Han van der Vegt kwamen terugbrengen, zei ze: “We zijn er in begonnen, en we dachten meteen: dit kan echt niet."
Haar zoon: "Ja. Dit kan èèèècht niet."
Moeder: "Ja, het was wel grappig en zo, maar meteen gaan die ouders dood. Dat is toch geen manier om een kinderboek te beginnen? Dat was voor mijn zoon wel wat te heftig en dramatisch, hij vond het meteen niet meer leuk."
Zoon: "Nee, ik vond het meteen niet meer leuk."
U moet weten dat Het Rode Ei een van de leukste kinderboeken is die er in dit decennium in Nederland zijn verschenen, juist omdat het volkomen onconventioneel is. Het lapt alle kleinburgerlijke kinderboekenwetten over de tere kinderziel aan de laars, maar doet dat zo grappig dat het toch geen pijn doet. Daarbij neemt het de intelligentie en de avontuurlijkheid van een kindergeest weer eens serieus, iets dat de laatste jaren in kinderboekenland ver te zoeken is.
Maar goed, de klant is koning, en een dergelijk betoog ophangen aan een elfjarige gaat te ver, in elk geval binnen mijn functie. Dus ik zei: "Oké. Dat kan natuurlijk. Willen jullie iets anders uitzoeken?"
Moeder: "Ja, dat is goed. Iets dat grappig en spannend is."
Toen kon ik het toch niet laten: "Het Rode Ei is juist heel grappig en spannend hoor, en helemaal niet dramatisch. Nadat hun huis instort, en hun ouders doodgaan, krijgen ze van de burgemeester een ei om in te wonen. Dat blijkt een ruimteschip te zijn, en daarmee..."
Bij het woord “ruimteschip” hapte zoonlief even naar adem en keek mij indringend aan. "Wacht. Een ruimteschip?"
"Ja."
Daarop wendde hij zich tot zijn moeder: "Misschien.... misschien moeten we toch even verder lezen."
Illustratie: Nina Maissouradze
--
Joost Baars is dichter, essayist en boekverkoper. Nina Maissouradze is illustrator.