Is Kedi een film uitsluitend bedoeld voor kattenliefhebbers? Of is deze documentaire, over de honderdduizenden straatkatten die rondzwerven op de straten van Istanbul, ook voor de hondenmensen onder ons aan te raden? Onze aaibare redacteurs Julius en Ella en gloednieuwe hoofdredacteur Sarah zochten het uit. Miauw.
Sarah: Allereerst de inkopper van de avond: zijn jullie kattenliefhebbers?
Ella: Eigenlijk ben ik een hondenliefhebber, maar kattenliefhebbers brengen me de laatste tijd aan het twijfelen. Ze zijn toch wel heel slim en sneaky, die poezen en katten. Dat vind ik leuk aan ze.
Julius: Ik ben echt een kattenmens, hoe vreselijk het ook klinkt, ‘kattenmens’.
Rattige katten hebben toch minder aaibaarheidsfactor.
Sarah: Ik ook. Maar niet in extreme vorm. Beetje zoals met mensen. Ik houd van ‘mijn’ mensen, en ook wel van andere, maar ik hoef niet alle mensen te aaien.
Julius: Nou moet ik zeggen, als ik in het park een hond zie die het water uit klimt, dan blijf ik ook wel altijd even kijken. Mijn natuurlijke reactie op een hond in de stad, vooral een grote, is een brede grijns, soms zelfs een hoorbare kreet van geluk.
Sarah: Dat heb ik dus bij katten. dat ik van die kreetjes uitsla als ik ze zie.
Julius: Met katten kan ik weer persoonlijker omgaan - hoewel ik niet zo close word als de mensen in deze film.
Ella: Ik had de neiging om alle katten op het witte doek te aaien. Ze hadden ook allemaal zo’n mooie vacht, wel erg goed verzorgd voor een ‘straatkat’.
Sarah: Dat vond ik ook verdacht. Het waren straatkatten die door mensen geadopteerd waren. En casting natuurlijk. Rattige katten hebben toch minder aaibaarheidsfactor. En daar ging deze film voor, de aaibaarheidsfactor.
Julius: Over pure straatkatten lijkt het me ook praktisch onmogelijk zo'n documentaire te maken.
Ella: Ze waren eerder half straatkat en half huisdier. De muziek was ook erg aandoenlijk en vrolijk. De film schetste een prachtig kattenleven. Alsof Istanbul voor hen de hemel op aarde is.
Julius: Ik vond het behoorlijk virtuoos hoe de katten op hun dagelijkse tochten gevolgd werden, en hoe dat gemonteerd was. Daar had ik graag meer van gezien. Maar dat is natuurlijk supermoeilijk. Toch een behoorlijke uitdaging, zo’n film over katten.
Ella: Precies! Ik heb me vaak over de cameratechniek verbaasd. Heel knap gedaan.
Julius: Hoe ze dan heen en weer knipten tussen de ene kat en de andere kat, die elkaar tegenkomen.
Sarah: Dat vond ik ook het mooiste: veel films over huisdieren gaat vaak toch vooral over de baasjes, en wat de dieren voor hen betekenen.
Ella: Het was het mooiste als je vanuit hun perspectief keek, zo laag bij de grond.
Sarah: Door die katten zo te volgen, door de straten, de bomen, in de holletjes waar ze muizen zoeken, kreeg je het idee in de huid van het dier te kruipen.
Julius: Wel jammer dat je er nooit eentje een rat zag vangen.
Sarah: Dat was misschien iets te gruwelijk geweest.
Ella: Ik heb hard moeten lachen toen die ene kat net de verkeerde kant op keek.
Sarah: Dat was fantastisch, dat moment dat je zo’n muis zijn hoofd uit een holletje ziet steken en even later de kat eraan komt.
Julius: Echt een klassiek suspensemomentje. Alsof het geregisseerd was.
Sarah: Dat feelgoodgehalte, namen jullie daar genoegen mee? Het was een beetje een sprookje.
Ella: Ik had meer harde realiteit verwacht. Ik kan me voorstellen dat het geen makkelijk leven is voor een kat.
Sarah: Ik weet niet of het goed is zo, of dat ik toch ook meer harde realiteit had gewild. Je krijgt het idee dat het leven voor een straatkat in Istanbul een feestje is.
Ella: Ja, maar dat lijkt me niet realistisch. Het was mooi, maar niet geloofwaardig.
Julius: Ze zullen ook wel eens weggeschopt worden, of verhongeren. Maar dat is moeilijker vast te leggen dan de levens van deze zwerfkatten.
Sarah: Ik ken iemand wiens schoonmaakster iedere zomer in een caravan naar Turkije gaat en zoveel mogelijk straatkatten mee terug neemt, omdat ze anders doodgeknuppeld worden. Maar als je deze film mag geloven kun je in Istanbul beter een straatkat zijn dan een mens.
Ella: In de introductie wordt verteld dat katten in Istanbul geliefd en gehaat worden, maar de haat werd niet getoond.
Sarah: Het werd wel wat saai soms, behalve op de momenten die echt dicht bij de katten bleven.
Julius: Ja. Hij duurt maar tachtig minuten, maar toch voelde het lang. Ook door gebrek aan structuur. Het is behoorlijk episodisch.
Sarah: Die confrontatie tussen die ene kat, die hele wilde, en haar ‘man’, als hij naar een andere kat kijkt. Dat soort momenten waren geweldig en minder zoet.
Ella: Ik had graag nog zo’n ruzie gezien. Dat was hilarisch, zo menselijk om te zien.
Je mensbeeld krijgt een opkikker door het kijken naar deze film.
Sarah: Ik vond het ook erg leuk om te horen hoe mensen over ‘hun’ katten praatten, en ze een karakter toedichten. Jaloers, een vechtertje, een gentleman. Het zegt ook veel over hen zelf, zonder dat je veel over die mensen te weten komt. Daar genoot ik van.
Julius: Ja, er wordt heel veel geprojecteerd op die katten.
Sarah: De stukjes waarin ze het te veel aan het leven van die mensen koppelden, vond ik weer saai.
Ella: Inderdaad, dan gaat het niet meer om te katten, maar om de mensen.
Julius: Het was leuk om te zien wat voor mensen het op zich nemen voor die katten te zorgen. Vaak wat oudere mensen die veel pech hebben gehad en het niet ruim hebben, als we deze film moeten geloven, en dat lijkt me ook wel logisch.
Ella: Als je zelf pech hebt ga je misschien sneller om ‘de ander’ geven. Sommigen maakten zelfs elke dag 10 kilo kip klaar voor de katten!
Julius: Die schipper die de kittens met een spuit melk voert, omdat hun moeder er niet is.
Ella: Inderdaad, zelfs een schipper die niets van katten moest hebben werd verliefd op ze.
Sarah: Ah ja dat was hartverwarmend. Maar ging het over meer dan de liefde voor katten?
Julius: Volgens mij ging het heel erg over hoe mensen zichzelf op dieren (willen) projecteren, en hoe we het blijkbaar nodig hebben om zo veel respect te hebben voor een dom beest. Het cliché dat katten ons zien als dienaren kwam ook vaak voorbij.
Ella: Je mensbeeld krijgt een opkikker door het kijken naar deze film.
Sarah: Er wordt wel een ideale wereld geschetst, waarin zorg voor elkaar hoog in het vaandel staat. Zorg van mensen voor dieren, voor dieren onderling. Die moederkat die uit jagen gaat en de beste prooien aan haar kinderen geeft.
Ella: Ik denk dat het niet om meer ging dan het leven van de katten en hoe wij als mensen zoveel respect voor dieren kunnen opbrengen. En wat dat over ons zegt.
Julius: Er zit daar ook een soort paradox. Veel van die katten zijn geheel afhankelijk van mensen, en de mensen zijn intelligenter dan de katten, maar toch kiezen ze ervoor de katten als hogere levensvorm te beschouwen.
Ella: Ik denk dat de mens het instinctieve gedrag van de kat waardeert. Dat lijkt heel slim. Ergens las ik de kritiek dat er geen aandacht werd gegeven aan de politieke situatie in het land. Maar dat lijkt me onnodig als je het over katten hebt, toch?
Sarah: Ik las dat de film een metafoor is voor het moderne Turkije. Dan heb je wel heel erg je best gedaan om dat er in te zien. Of voelden jullie dat wel? Voor mijn gevoel had het in elke Zuidelijk-Europese stad kunnen zijn met zwerfkatten. Er zit overigens één klein anti-Erdogan shotje in. Een shot van een prachtige pluizige kat die voor graffiti zit waar staat: 'Erdo-Gone'. Of is dat een spoiler?
Julius: Haha, dat lijkt me niet. Maar niet iedere film die zich in Turkije afspeelt hoeft daarover te gaan, toch.
Sarah: Nee. Voor mijn gevoel probeerde de film meer universele dingen over mens en dier te zeggen dan iets over katten in Istanbul specifiek.
Julius: Veel mensen hadden het over god. Wat zou daar over te zeggen zijn?
Sarah: Ja god was erg aanwezig. Ik denk dat het er mee te maken heeft dat religie meer leeft daar?
Julius: Ja, maar dat er bij de montage is gekozen om juist die opmerkingen over god erin te houden, is wel van belang.
Ella: Ik denk dat het erin zat om te laten zien dat ze katten heel hoog hebben zitten. Dat ze voor hen iets ‘goddelijks’ hebben. Maar ik denk niet dat deze film wil zeggen dat dieren goddelijk zijn.
De aaibaarheid kon niet tegenvallen bij dit debuut!
Julius: De film wil dat niet zeggen. Maar hij zegt wel dat mensen het zo zien. Mensen zijn doorgaans geneigd de wereld in te delen in god(en), mens, en dier, en vaak worden bepaalde dieren ook in de god-categorie geplaatst. Of zelfs in de categorie superheld, zoals één jongen beschreef.
Sarah: Ik denk dat de filmmaakster het gebruikte om te laten zien welke kwaliteiten we allemaal aan die diertjes toedichten. Dat we graag iets ‘groters’ in ze willen zien. Erg tekenend vond ik daarom die bordjes met: “Deze bekertjes water zijn alleen voor katten, raak ze niet aan om niet in het volgend leven dorst te hebben.”
Julius: Dit is trouwens Ceyda Toruns debuut; wel een gewaagde keuze, als debuutfilm, gezien de onberekenbaarheid van je hoofdrolspelers.
Sarah: Ha! Inderdaad. Aan de andere kant qua thema wel veilig: iedereen houdt van kattenfilmpjes.
Ella: De aaibaarheid kon niet tegenvallen bij dit debuut!
Julius: Ook wel grappig dat hij in Amerika wordt gedistribueerd door YouTube Red. Het ultieme YouTube-kattenfilmpje.
Sarah: Maar dat garandeert nog geen goede film natuurlijk. Wat vinden jullie: overstijgt de film het kattenfilmpjes-aaibaarheidsniveau?
Julius: Ik vind van wel. Je kunt hem puur als kattenfilm kijken en vertederd raken, maar je kunt achteraf ook met een biertje licht filosofisch praten over de plek van dieren in ons wereldbeeld.
Ella: De aaibaarheid was voor mij voldoende, maar voor een ‘goede film’ had ik graag wat meer realiteit gezien. Het echte, harde, leven van een kat.
Sarah: Ja, het is allemaal wel heel lief. En toch nodigt het uit tot een gesprek. En hij is enorm kundig gemaakt. Hoe je in de huid van die dieren kruipt, dat vond ik heerlijk. Maar ik miste wel dat randje, het had hier en daar meer mogen schuren of gevaarlijker mogen zijn.
Julius: Van mij hoefde dat niet. Lekker katten kijken in de zomer.
Sarah: Het leven is al zwaar genoeg.