Ik ben een echte roddelnicht. Het heeft geen zin om het te ontkennen: ik geniet er intens van om over anderen te praten. Er is voor mij niets zo spannend als de sociale verhoudingen tussen de mensen om mij heen. Gelukkig ben ik in de loop der jaren door schade en schande wat wijzer geworden en weet ik zo af en toe zijn mond te houden, maar het blijft me fascineren.
Ik ben hier lang niet de enige in. Voor de meeste mensen is het spektakelstuk van het sociale bestaan onweerstaanbaar. Ze fluisteren er over met elkaar, verklappen in dronken toestand geheimen omdat ze ‘gewoon niet begrijpen wat hij in haar ziet’ en ze spelen spelletjes. Vroeger speelden we ‘Doen, durf of de waarheid’ om een vinger achter de onderlinge verhoudingen te krijgen, maar vooral als excuus om te kussen.
Tegenwoordig spelen we andere spelletjes. Er is het drankspelletje ‘Ik heb nog nooit’, waarbij je iets ontkent, en drinkt als het toch waar is. Ik speelde dit ooit met een licht gestoorde kennis, die van de gelegenheid gebruikmaakte om allerlei gore bekentenissen te doen, alsof wij zijn pastoor waren. “Ik heb nog nooit seksuele fantasieën over mijn zus gehad.” Hoppa, wodka achterover. De rest van de kring keek hem glazig aan, met hun drankje verstijfd in de hand. “Zal ik nog een keer? Ik heb nooit gemasturbeerd in een supermarkt.” Hoppa. Hoppa. Hoppa.
Nee, dan het spel ‘Kleur bekennen’, wat ik ooit op een avond vol onverwachtse wendingen leerde van een man genaamd Tom de Homo (zo stelde hij zich ook voor). Het gaat als volgt: iedere persoon krijgt de namen van de aanwezigen op stukjes papier voor zich – behalve zichzelf. Vervolgens stel je om de beurt vragen over de groep (Wie zou er het langst overleven tijdens een apocalyptische oorlog? Wie heeft er het minste schaamhaar?) en ‘stem’ je door de naam van een persoon op tafel te gooien. Je raadt hoeveel stemmen je zelf denkt te hebben en als je het goed hebt krijg je een punt, maar daar gaat het niet om. Je krijgt een bizar inzicht in de hoofden van je vrienden of de totale vreemden met wie je in een stinkend nachtcafé bent beland. Maar ook dit spel is zeer gevaarlijk en leidt meestal tot gekwetste reacties als: “WAT? IK HEB JUIST HEEL VEEL SCHAAMHAAR! GODVERDOMME JULLIE KENNEN ME NIET EENS!”
Het allerbeste spel is daarom ‘Wie zou je liever doen?’. Je speelt dit niet in een groep met mogelijk gespannen verhoudingen of duistere persoonlijkheden, maar gewoon, met één of twee goede vrienden. Het liefst in een auto of een wachtkamer. Je kunt beginnen met het tegenover elkaar stellen van beroemdheden (Ryan Gosling in Drive of Ryan Gosling in Crazy Stupid Love?), maar het is leuker om het uit je eigen kringen te putten. De truc is om het de ander zo moeilijk mogelijk te maken, door goed te puzzelen welke twee personen bij hem of haar bijna evenveel lust (of afkeer) losmaken. Als je zegt: “Wie zou je liever doen? Bente van yoga, of Rosa, het zusje van Bas?” En de ander antwoordt met: “…Argh!” Dan heb je gewonnen.
Het leidt zelden tot woede, maar is een fijne speelse manier om het grote spel der menschen enigszins te doorgronden en nog een beetje te fantaseren ook. En mocht je je vervelen, dan kun je altijd nog overstappen op varianten als ‘Wie zou je NU doen?’ (in tijden van hoge nood), ‘Wie zou je liever baffen?’ of de versie met uitdagingen als ‘Wie zou je liever doen, Marco – maar dan zonder armen, of Giorgio – die de hele tijd moet huilen als je hem aanraakt? Nou? Nou? Nou?’.
Veel plezier.