Voor afspraken met vrienden heb je een aantal vaste tijden en bijbehorende consumptieve activiteiten. Die tijden zijn vier uur 's middags ("kopje koffie"), acht uur 's avonds ("samen hapje eten") of 'n uur of negen, tien ("biertje?"). In het weekend is er ook nog de brunchoptie, onsterfelijk gemaakt door Sex and the City en mede mogelijk gemaakt door tenten als Bagels and Beans en de Bakkerswinkel.
Om dit repertoire wat uit te breiden is er nu, naast koffie drinken, uit eten en de kroeg in, een nieuwe sociale activiteit: uit ontbijten.
Uit ontbijten doet men op een doordeweekse dag en vóór tien uur 's-ochtends. Wie samen met een vriend(in) uit ontbijten gaat verenigt het nuttige en het aangename met het voedzame – en kan daar de hele dag op teren. Want wat er die dag verder ook gebeurt – saaie bibliotheekgrijsheid, ruzie met je paraplu, onvriendelijke kassajuffrouw, enzovoorts – jij hebt in elk geval al iets leuks gedaan: één goede ervaring heb je sowieso op zak.
In steden als Antwerpen en Berlijn is het uit ontbijten al goed ingeburgerd; daar kun je op woensdagochtend om acht uur overal wel een dikke donkere boterham, een gekookt eitje, en een verse jus bestellen. In Nederland is het, op de bovengenoemde grootstedelijke B-ketens na, nog armoe troef wat goede ontbijtcafé's betreft. Maar gelukkig zijn daar het park, de lente, en de AH to go van uw lokale station: voor wie van het uit ontbijten tegelijkertijd een picnick maakt, kan de dag al helemaal niet meer stuk. Rood-wit-geblokt kleedje hoeft niet, mag wel.