Mijn leven tekent zich door korte, hevige, bevliegingen. Dat was een tijdje het drinken van wodka-spa rood en onlangs eindigde, niet geheel vrijwillig, mijn manisch luisteren naar The Bafta Podcast. Dat is op zichzelf al een TIP waard. De hoeveelheid afleveringen lijkt eindeloos, maar helaas is dat niet zo.
Een van mijn favoriete afleveringen is de lezing van Susannah Grant over haar leven als screenwriter. Daarin gaf ze veel advies om net zo briljant te worden als zijzelf. Maar wat me het meest is bijgebleven is dat ze het schrijversmotto schrijven = kont + stoel in de wind sloeg. Want sinds kort had ze een ‘standing desk’. Sterker nog: ze liep om vijf uur ’s ochtends op een loopband achter haar bureau te schrijven. Met alle lichten uit. Dat ging me wat ver, maar het idee bleef rondzingen in mijn hoofd.
Het greep me vooral omdat ik vaak moet denken aan een aflevering van Silent Witness. De patholoog-anatoom onderzoekt daarin een lijk. Met een grimmige stem zegt ze: "Deze man had duidelijk een zittend beroep, hij heeft een bijzonder slappe kont". Die uitspraak plaagt me al jaren. Zal mijn kont ook zo slap zijn als ik onder een bus terecht kom? Een absolute nachtmerrie! En bijna onvermijdelijk, want ik werk zeven dagen in de week. Op een stoel.
Dus ja, nu staat mijn computer op ooghoogte.
De eerste dag was een hel. Mijn rug en hielen deden pijn, ik was volledig gevloerd en haalde het eind van de dag niet. Toch besloot ik door te zetten, ook omdat ik mijn normale bureau al aan mijn vriend had gegeven. Het was zijn derde bureau en hij was er erg blij mee.
Na een week was ik gewend aan de nieuwe situatie, en bleek aan een wisse dood te zijn ontsnapt. Zitten is namelijk levensgevaarlijk. Het maakt je buikspieren slap, en verslechtert de bloedsomloop. Dat eerste lijkt misschien vooral belangrijk op het strand, maar het verneukt je hele houding; je ruggengraat wordt krommer door gebrek aan weerstand. Waarna al je ledematen zich steeds vreemder gaan gedragen om de boel te compenseren. En een verminderde bloedsomloop is vanzelfsprekend aanstichter van allerlei hart gerelateerde kwalen.
Als ik niet aan mijn kont had gedacht zou ik alle voordelen van staan zijn misgelopen. Ik verbrand nu meer vet per uur. Als niemand kijkt dans ik tijdens mijn werk. Ik kan langer helder denken omdat er meer zuurstof door mijn hersens stroomt door een betere bloedsomloop. Mijn werkplek neemt amper ruimte in.
Het enige nadeel is dat ik elke dag sportschoenen moet dragen om het staan vol te houden. Dat ziet er natuurlijk niet uit. Maar als ik straks in mijn blootje op de schouwtafel bij de patholoog-anatoom lig heb ik die schoenen waarschijnlijk niet aan. ‘Deze vrouw had duidelijk een zeer actief beroep, ze heeft een bijzonder strakke kont.’