Asset 14

De legende van een journalist

Miriam Rasch ontmoette ooit de legendarische journalist Ryszard Kapuściński. Maar in welke mate was hij zelf een literair personage? En als de details van een verhaal niet kloppen, doet dit de waarheid eigenlijk geweld aan?

Er is maar één mens van wie het me met trots vervult dat ik hem de hand mocht schudden en een glimlach van hem kreeg. Sinds de jaren ‘90 vullen de boeken van de Poolse journalist Ryszard Kapuściński mijn kast, mij cadeau gedaan door mijn vader, Kapuściński's vertaler in het Nederlands. Ik op mijn beurt deed Imperium over Kapuściński’s reis door de Sovjet-Unie, De voetbaloorlog over Zuid-Amerika, en vooral Ebbenhout, zijn weergaloze evocatie van het Afrikaanse continent, weer talloze malen cadeau. In de hoedanigheid van ‘dochter van’ mocht ik Kapuściński ooit de hand schudden en glimlachte hij naar mij. Een glimlach die in de lucht en je geheugen blijft hangen, zo innemend en hartelijk. Of was het een glimlach als van de Cheshire Cat, op het gezicht geplakt en er gauw weer af te halen als al die bewonderaars verdwenen zijn?

Vertaler van culturen

Kapuściński (1932-2007), de onvermoeibare schrijver reizend van revolutie naar revolutie, gefascineerd door de werking van macht, de zelfverklaard (en niet ten onrechte) 'vertaler van culturen', was altijd op zoek naar de rafelranden, de gewone man, de ellende van het dagelijks leven, niet zozeer in zijn bezette thuisland Polen, maar liever op het zuidelijk halfrond. Afrika werd zijn grote liefde, Zuid-Amerika zijn minnares. Zijn eerste ervaring aan die kant van de planeet was echter in India als twintiger, een beginnend journalist die geen Engels sprak: “Het leven is hier geen leven, het eten is geen eten, alleen de ellende is echt ellende.” Dat beviel hem uitermate.

Hoe verbaasd moeten we zijn dat Kapuściński overtuigd lid van de communistische partij blijkt te zijn geweest?

Iemand die zo bewonderd wordt en zich tegelijkertijd beweegt in brandhaarden en (politiek) controversiële kringen, moet wel een keer van zijn voetstuk vallen. In 2010 verscheen in Polen Artur Domosławski's biografie van 'legendarisch journalist' Ryszard Kapuściński, Non-fictie. De glimlach van de Cheshire Cat, die blijft hangen lang nadat de kat verdwenen is, duikt vanaf de eerste pagina op. Hoe de ontmaskering - want in die categorie valt deze biografie - precies in elkaar steekt is elders vaak genoeg verteld. Maar hoe verbaasd moeten we eigenlijk zijn dat Kapuściński overtuigd lid van de communistische partij blijkt te zijn geweest? Of liever, hoe verontwaardigd moeten we zijn? Derrick blijkt lid te zijn geweest van de SS en op de voorgevel van de gelijknamige Utrechtse discotheek krijgt hij een balkje voor de ogen. Klaar. De omlooptijd van de verontwaardiging is groot, wat blijft is het oeuvre (of de foute disco). Frankly, I don't care. Goed, nog een schepje erbovenop: Kapuściński speelde zelfs informatie door naar de inlichtingendienst. Hij schreef de afdeling censuur naar de mond om gepubliceerd te worden, maar deed dat eerder door bepaalde invalshoeken te kiezen (de strijd van de armen, de overheersing van Amerika en Europa in de koloniale gebieden die zich vrijvochten) dan letterlijk de communistische ideologie uit te dragen. Vooruit, ontmaskering geslaagd, alle tanden zijn de glimlach uit de mond geslagen. Maar waar is dan de kat gebleven?

Bij het cadeau doen van al die boeken vertel ik steevast hoe vreselijk de ironie is dat de man die vele malen aan de dood ontsnapte in het vuur van de frontlinie en het ijs van Siberië, in bed in Polen aan zijn einde kwam. Goed, ik zeg altijd “op de operatietafel voor een of andere routine-ingreep” - wat dus niet helemaal correct is. Zijn ziekbed was vrij gewoontjes en de niet-aflatende glimlach en levenslust waren verdwenen. Als een grumpy old man kwam hij aan zijn einde, niet in een vuurgevecht, niet in een sneeuw- of zandstorm, zelfs niet op de operatietafel. Hoe verontwaardigd mogen mijn vrienden zijn als ze erachter komen dat ik dat van die operatietafel heb verzonnen - in de volle overtuiging dat ik waarheid spreek?

Illustratie: Floris Solleveld

Biograaf Domosławski noemt dat in het begin van Non-fictie 'literaire autocreatie', alsof het een volkomen ingeburgerde term is. Een verhaal over je leven fabriceren dat misschien niet helemaal overeenstemt met de werkelijkheid. (Als er iemand is die dat nooit heeft gedaan, eet ik een Imperium op.) Domosławski, een intelligent en belezen man, snijdt meteen in het begin van zijn kilozware boek het oerprobleem aan: “Schreef hij tijdens zijn vertellingen over zijn leven nog een ander boek? Is Ryszard Kapuściński, de hoofdpersoon in de boeken van Ryszard Kapuściński, een reëel personage? (Hij is immers de hoofdpersoon in bijna al zijn boeken.) En in welke mate ook een literair personage? Schiep Kapuściński zijn eigen legende? Hoe? Waarom?”

Held in een avonturenverhaal

Kapuściński had het zelf niet zo op een nauwkeurige weergave van de feiten en hoewel dat voor een ‘legendarisch journalist’ als een ontmaskering voelt, verrast het niet eens erg. Het lijkt alsof de boeken je daar al op voorbereiden, zo fantastisch als ze zijn. De Kapuściński die je leert kennen in al die spannende verhalen lijkt inderdaad een fictief personage, een held in een avonturenverhaal, en dat nodigt de lezer uit om nog eens verder te mythologiseren. Blijkbaar willen we dat graag. De uitgever van de Engelse vertalingen van Kapuściński's werk liet jarenlang 'vriend van Che' als blurb op de cover staan. Ook al strookt het niet met de feiten, na verloop van tijd wordt het vanzelf waar. Voor de lezer, en voor Kapuściński zelf misschien ook.

Is Kapuściński's werk journalistiek, non-fictie, en daarmee onderworpen aan bepaalde wetten, of hoort het thuis op de plank ‘fictie’? In dat laatste geval staat het los van de auteur en kunnen we het als autonoom werk beschouwen. Zodra je iets van Kapuściński leest, weet je dat dit laatste niet opgaat. Dit zijn bij uitstek boeken die niet los van de wereld en de schrijver ín die wereld functioneren. Als Afrika je niet bijster veel interesseert - deprimerend continent, al die problemen, etc. - lees dan Ebbenhout en je hele wereldbeeld kantelt. Kapuściński’s beschrijving van de Afrikaanse hitte vertelt je bijvoorbeeld meer over de problemen met armoede en honger, dan weer een foto van een uitgemergeld kindje. En wie wil weten hoe het dagelijks leven in de Sovjet-Unie was (met ijzige winters in Siberië), leze Imperium. We kunnen dat autonoom proberen te begrijpen en zeggen: het werk verandert je wereldbeeld (op een positieve manier!). Is dat niet voldoende om het geslaagde kunst te noemen? Wie maalt nog om details? Aan de andere kant is het maar wat gevaarlijk om de waarheid te laten sneuvelen voor 'de goede zaak'. Dat zou Kapuściński, als schrijver vanachter het IJzeren Gordijn, als geen ander moeten weten.

Details versus de waarheid

Het onderscheid ligt misschien niet tussen fictie en non-fictie, en daarmee tussen ‘literatuur’ en ‘journalistiek’, maar tussen details en de waarheid. De details kloppen niet, maar dat doet niet per se geweld aan de waarheid. Het gaat hier niet om de gedetailleerde waarheid maar om de gestileerde waarheid. Legt Kapuściński daarmee wel een claim op 'de waarheid'? Ik sta aan de kant van de literatuur. Kapuściński is simpelweg een heel goede schrijver. Laat mij emotioneel geraakt worden door verhalen die getuigen van algemeen menselijk inzicht, stilistisch overdonderend zijn, een intellectuele aardverschuiving teweegbrengen en ik ben verkocht. Wat interesseren mij de feiten? Frankly, I don't care. Ik zette als boekverkoopster zijn werk ook altijd al op de plank ‘fictie’, waarna mijn collega ze verplaatste naar 'reisverhalen' - bij ‘geschiedenis’ stonden ze sowieso nooit. Blijkbaar begrijpen lezers instinctief waar ze mee te maken hebben.

Verontwaardiging heeft een hoge omlooptijd en moet gevoed worden.

De ontmaskering is geslaagd, hoewel die voor een groot deel is uitgevoerd in de receptie van de biografie. Het is makkelijk te zien waarom. Verontwaardiging heeft een hoge omlooptijd en moet gevoed worden. Domosławski geeft munitie. Zo schrijft hij vaak op een toon alsof hij uit is op ontmaskering: “Paradoxaal genoeg klonk een dergelijke bevestiging van Kapuściński's versie voor mij als een pertinente ontkenning ervan.” Hoe het verhaal precies in elkaar steekt blijft onduidelijk. Voor ontmythologisering geldt hetzelfde als voor mythologisering: je legt een paar kogels neer en na verloop van tijd weet iedereen zeker dat er schoten hebben geklonken. “De mythologiserende "methode" was gebaseerd op het suggereren en creëren van ervaringen in de geest van de ontvangers. Kapuściński trad niet in details, maakte zijn verhaal niet af, in het geval dat hij met zijn rug tegen de muur kwam te staan, kon hij zich nog terugtrekken: men kon hem niet van leugens beschuldigen. De anderen - wij - maakten het verhaal af.” Dat is hoe een ziekbed verandert in het strijdtoneel van de operatiekamer.

Het is een briljante zet: de mythische verhalen van Kapuściński ondergraven door even mythische tegenverhalen, waarin de chronologie onduidelijk is en die irritante details nog steeds niet met elkaar lijken kloppen. De ondertitel van Non-fictie luidt “Biografie van een legendarische journalist”. Een accurate omschrijving al met al: Kapuściński spon de legende bij leven om zichzelf en het lukte - dat is al zeldzaam knap. “Schiep hij zijn eigen legende?” vraagt Domosławski. Een retorische vraag, met zo'n ondertitel. Ja dus. Aan de glimlach die Kapuściński mij schonk kan ik niet meer terugdenken zonder die verdomde kat voor me te zien. Maar als de kat verdwenen is en de tanden uit de glimlach zijn geslagen, is het het verhaal dat blijft.

Een week na het uitlezen heb ik alweer een exemplaar van Ebbenhout cadeau gedaan aan een Afrikaganger. “Verleiden was zijn levensstrategie”, schrijft Domosławski. Ik ben levenslang verleid.

---

Dit is een gastbijdrage van Miriam Rasch. Miriam studeerde literatuurwetenschap en filosofie en werkt als redacteur en docent media/filosofie aan de Hogeschool van Amsterdam. Ze schrijft voor verschillende media.

Mail

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Enterprise, Alabama

Enterprise, Alabama

Charlotte Duistermaat neemt je mee in de enigszins absurde culturele en historische impact van een snuitkeverplaag op een Amerikaans dorpje en de vergelijkbare migratiestromen van mens en dier. Lees meer

Oproep: Hard//hoofd zoekt een nieuwe Chef Beeld!

Hard//hoofd zoekt een nieuwe Chef Beeld!

Hard//hoofd zoekt een getalenteerde beelddenker (x/v/m) die visuele sturing geeft en die de redactie wil komen versterken! Lees meer

Oproep: Stouten Stift en het Rode Oor 2025 1

De Stoute Stift en Het Rode Oor 2025

De jaarlijkse erotische schrijfwedstrijd Het Rode Oor en de daaraan gekoppelde illustratiewedstrijd De Stoute Stift staan weer open voor inzendingen! We zijn op zoek naar de beste erotische verhalen om naar te luisteren en vier Nederlandse en vier Vlaamse illustratoren die een beeld willen maken bij de beste verhalen van de erotische schrijfwedstrijd. Lees meer

Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Auto Draft 5

Verpopping

Wanneer een rups zich in de sombere wintermaanden in haar keukenraam nestelt, koestert de hoofdpersoon in dit verhaal van Esther De Soomer voor het eerst weer gevoelens van liefde en tederheid. Lees meer

Begraaf me, alsjeblieft! Een ode aan het beestje

Begraaf me, alsjeblieft! Een ode aan het beestje

Juul Kruse introduceert de Beestjesweken. Van 16 tot 29 maart zullen alle artikelen die we op Hard//hoofd publiceren gaan over kleine kruipers, slijmerige sluipers en gladde glibberaars. Juul vertelt waar diens fascinatie met beestjes begon en waarom die begraven wil worden na diens dood. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

De rode draad 1

De rode draad? Dat zijn wij, voor elkaar

Jihane Chaara is geen determinist, maar vraagt zich toch af of sommige ontmoetingen in het leven wel echt toeval zijn. Wat als we allemaal volgens een rode draad met elkaar verbonden zijn, zowel in ons huidige netwerk, als ook met degenen die op magische wijze ons leven in komen? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

Huizen, omhulsels 1

richtingen, ruimtes, rijping

Anne Ballon schreef drie gedichten over een innerlijk dialoog. Met zachte, precieze en lichamelijke beelden neemt Anne ons mee in een conflict tussen een ‘jij’ die naar geborgenheid in seksuele ervaringen zoekt en een ‘ik’ die aan dit zoeken probeert te ontsnappen. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

:Oproep: Hard//hoofd Biechtlijn

Luister de collectieve biecht uit 'Ssst'!

Voor Hard//hoofd magazine 'Ssst' verzamelden we biechten; de collectieve audiobiecht luister je hier! Lees meer

Met deze column kan ik de wereldvernietigen

Met deze column kan ik de wereld vernietigen

‘Maar als ik die column nu verder schrijf’ zegt Marthe van Bronkhorst, ‘dan komt deze informatie online, en kan ik die AI op ideeën brengen.' Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Stilte

Stilte

Haren wassen bij de kapper, of een ochtendkoffie in een treincoupé. Angelika Geronymaki neemt je in dit gedicht mee langs vormen van stilte. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Lieve Yas 1

Lieve Yas

'Ik ben langzamerhand gaan inzien dat voor mij de scheidslijn tussen absolute vrijheid en eenzaamheid vaag is.' Mischa Daanen schrijft een brief aan zijn ex-date, die na een lange relatie vooral toe was aan vrijblijvendheid. Kan iets wel echte liefde zijn, als je beide andere voorwaarden stelt aan een relatie? Lees meer

Schieten op de maan

Schieten op de maan

'I shot the moon, and I’ll do it again if I have to.' Julien Staartjes vindt het moeilijk te bevatten hoe de wereld letterlijk in brand staat, maar er toch vooral ogen zijn gericht op wie de grootste raket kan bouwen. Daar kan geen fictie tegenop, maar je moet het toch proberen. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer