Afgelopen maand reisde journalist en schrijver Auke Hulst door Amerika. Dit is het land dat hij aantrof: "We zijn tot deze partijen veroordeeld. Dit is Amerika." Morgen het tweede en laatste deel van zijn verslag vanuit een verdeelde natie.
New York City, New York
"Raise your hand, get in, don’t waste my time!"
Een schuimbekkende Latino, nominaal werkzaam in de dienstensector, werpt mijn koffer in de achterbak, trekt een schuifportier achter me dicht en springt achter het stuur van de shuttlebus. Vol gas zetten we koers richting de Belt Parkway, over post-apocalyptisch asfalt, met een barst in de voorruit en een defecte veiligheidsriem om mijn schouder gedrapeerd. Ongetwijfeld zal mijn chauffeur straks zijn hand op houden voor een vette fooi – zonder valt niet te overleven. Mental note: dit land staat op springen.
Het is medio oktober en de Amerikaanse verkiezingscampagne is op haar hoogtepunt. Het is een fascinerend circus – een cynische, vuile oorlog, waarin het soms belangrijker lijkt bepaalde groepen bij de stembus weg te houden, dan ze te mobiliseren. Ik kan me geen beter moment voorstellen om door de VS te reizen. Noem me een ramptoerist.
Ook in 2008 was ik hier. Ik reed rond door de felrode onderbuik van Amerika, die prachtige lege staten bevolkt door kleingeestige wapenbezitters. Obama was indertijd nog een alien die bestreden moest worden. Un-American, een moslim, een liberal, een professor. Inmiddels is hij op de maat van een echt mens gesneden. Hij is grijzer geworden, fletser, wijzer wellicht. En toch, meer dan toen bekruipt me het gevoel dat bij deze verkiezingen de ziel van de natie op het spel staat.
Foto: Jan Postma
In mijn hotelkamer worden Joe Biden en Paul Ryan gesandwicht tussen politieke spotjes en debat-analyses. Biden heeft in het Veep-debat iets goed te maken – Obama had voor zijn eerste confrontatie Rip van Winkle afgevaardigd, nooit een politieke meesterzet. 'Big Joe' gaat er met gestrekt been in, Ryan, de bastaardzoon van Ayn Rand, verweert zich kranig. Het knettert en het knalt – mijn tv ruist ervan. Maar belangrijker dan wát er tijdens het debat gezegd wordt, is wat eróver gezegd wordt. Amerika is: 24/7 Spin. Commentatoren, bloggers, Twitter: iedereen heeft een mening over de onbehouwen danwel daadkrachtige Joe (doorhalen wat niet in je straatje past), diens constante interrupties, diens grijns van in gif gedoopte Stimorol. Het is duidelijk dat Biden zich extreem bewust is van split screen, de televisietechniek die Obama tijdens het openingsdebat in zijn nachthemd zette. Voor mij is split screen een metafoor geworden voor Amerika. Het land is letterlijk in tweeën gespleten. Wanneer het gezicht in de ene uitsnede spreekt, lacht het gezicht in de andere hem uit.
Provincetown, Massachusetts
Democratischer dan Provincetown wordt het niet. Het stadje ligt op de uiterste punt van het nauwe schiereiland Cape Cod en is al generaties lang een toevluchtsoord voor kunstenaars, schrijvers en homoseksuelen. Zoals Thoreau al in de negentiende eeuw noteerde: "A man may stand there and put all America behind him." Vooral homo’s, lesbiennes en travestieten willen niet anders. Weg van dat bekrompen land.
Iemand wist me te vertellen dat er maar twee Republikeinen in Provincetown zijn. “Of wacht, nee, eentje. Die andere is net overleden.”
Meer nog dan de regenboogvlag zie je dezer dagen verkiezingsborden voor Obama in de schilderachtige straatjes. De enige Romney stond op een t-shirt met de tekst: "Silly poor people, money is for rich people." Iemand wist me te vertellen dat er maar twee Republikeinen in Provincetown zijn. "Of wacht, nee, eentje. Die andere is net overleden." Dat scheen de spreker te plezieren.
Dag in dag uit gaat het hier over de verkiezingen. In een restaurant, op een straathoek, in een winkel. Zelfs drie ‘trannies’ die in de weer waren met startkabels hadden het over Obama’s kansen. Ook speculeerden ze over Ryans geaardheid. Zo fit, die man, en zo overdreven vroom, "he just has to be..." Ze schaterden het uit, maar er zat me net te veel theater, te veel onderdrukte emotie in.
P-town maakt zich zorgen. De peilingen zijn aan het schuiven in het voordeel van Romney. Diner-café Bayside Betsy’s is volgelopen voor het tweede debat, evident een ernstige zaak. Er wordt gehunkerd naar revanche, naar geruststelling. Ja, naar hoop, om dat beschimmelde en taboe verklaarde woord eens uit de mottenballen te halen.
Veel politiek inhoudelijke opmerkingen zijn er in de kroeg gedurende het debat niet te horen. De sfeer past eerder bij een bokspartij tussen Rocky en Ivan Drago. De clientèle moedigt zonder uitzondering een vandaag veel fellere Obama aan – bij elke verbale voltreffer gaat er een welgemeend "you go, girl" door de zaak.
Wanneer twee lesbiennes iets te luidruchtig door de uitzending heen praten, worden ze met veel misbaar de zaak uitgeknikkerd, en wanneer Romney, met hulp van Obama en moderator Candy Crowley, met open ogen in een politieke koeienvlaai stapt, barst er een heus applausje los. Mark, kaal en tonnetje rond, knikt tevreden: "He showed up. Thank God."
P-Town kan weer slapen. Niet diep, maar voor even diep genoeg.
Boston, Massachusetts
De koeienvlaai krijgt op FoxNews een staartje. Hoe durfde Crowley te bevestigen dat Obama wel degelijk het drama in Benghazi vrijwel direct tot ‘act of terror’ had verklaard? En niet pas na twee weken, zoals Romney beweerde? Feiten checken was iets voor ná het debat, aldus de rechtse nieuwszender. De Fox-commentatoren schijnen niet te begrijpen dat ze zelf hebben meegeholpen de koeienvlaai op Romney’s pad te deponeren. Hoe kan de kapotgeprepareerde kandidaat de feiten en de door Fox gecreëerde alternatieve werkelijkheid uit elkaar blijven houden? In een wereld vol spin gaat het een mens duizelen.
Hoe kan de kapot geprepareerde kandidaat de feiten en de door Fox gecreëerde alternatieve werkelijkheid uit elkaar blijven houden?
Ik heb mijn bedenkingen bij die plotselinge Amerikaanse verslaving aan fact checken. Is het toeval dat er ondertussen meer dan ooit gelogen en verdraaid wordt? Zorgen die fact checkers voor meer transparantie, of beoefenen ze een hogere vorm van misleiding? Zijn ze onafhankelijk, voor zover zoiets nog bestaat, of zijn ze onderdeel van the army of spin? Vaak vrees ik het laatste. Feiten zijn één ding, maar het gewicht van feiten is afhankelijk van context en interpretatie, en daarmee is nog heel wat mogelijk. Zeker wanneer je onder dekking van ‘feitelijkheid’ opereert. Trouwens: wie bepaalt wat er wel en niet wordt gecontroleerd? En wie controleert de fact checkers?
Op weg naar Boston begon het me op te vallen: in Massachusetts gaat een groot deel van de radioreclames – wanneer ze niet de Duivelse danwel Engelachtige kwaliteiten van Senaatskandidaten Elizabeth Warren en Scott Brown schetsen – over gezondheidszorg. Doorligwonden? Kom naar onze kliniek! Problemen met uw voeten? Onze verzekering dekt uw ‘speciale noden’! Wees lief voor uw luchtwegen! Je kunt gerust spreken van een obsessie.
Computerprogrammeur John, die zelf voor een verzekeraar werkt, lacht wanneer ik erover begin. We zitten in de morsige tegenhanger van Cheers: weinig licht, honkbal op een flatscreen, een spookachtige drinker die al een uur wezenloos over de jukebox gebogen staat. "Natuurlijk is het een obsessie. Omdat het zo slecht geregeld en zo afzichtelijk duur is! Alleen wie écht geluk heeft met zijn werkgever, of simpelweg rijk is, is volledig gedekt. Gewone werknemers zijn deels gedekt, of helemaal niet. Je lichaam is een tijdbom, ook financieel."
Drie whisky’s later zegt John: “Ik geloof absoluut niet in complotten, maar…”
Herinneringen aan de Midwest: oude ranchers die stuk voor stuk mank liepen dankzij slecht gezette breuken en nooit behandelde slijtage. En toch steeds weer op de tegenstanders van collectieve zorg stemmen. De verklaring: een Republikeins monopolie op religieus gekleurde ‘social issues’ en een handvol magische bezweringsformules. Obamacare is socialisme. Obamacare is een verkapte belasting. En hoezo kan de overheid beter dan jijzelf bepalen wat goed voor je is? Het mirakel van grote delen van Amerika is met welke overtuiging mensen hun eigen belangen torpederen. Het beste wat je ervan kunt zeggen, is dat ze tenminste niet per definitie met hun portemonnee stemmen, maar vanuit een abstract idee van Amerika, hoe defect dat idee ook is, en hoe cynisch het ook door politieke krachten wordt misbruikt.
Drie whisky’s later zegt John: "Ik geloof absoluut niet in complotten, maar..."
"Maar?"
"Je kunt veel van de National Rifle Association zeggen, maar hun stromannen bestieren niet Homeland Security. De financiële wereld? Die heeft eigen mensen op sleutelposities. Natuurlijk is er gedereguleerd bij het leven. Het is de grootste zwendel van de eeuw geweest. En het gaat door. Ik zweer het je. Het gaat gewoon door."
Het is iets waar niemand het deze campagne over lijkt te willen hebben: de macht van het geld. Zeker sinds de Citizens United-uitspraak van het Hooggerechtshof – die zogeheten Super PACs in staat stelt ongelimiteerde fondsen in de promotie van een kandidaat te pompen – loopt het de spuigaten uit. Herverkiezingen kosten een vermogen, en de helft van de tijd is Congress bezig met ‘dialing for dollars’. Wie die dollars levert, koopt toegang en een gewillig oor.
Het is junkiegedrag en de dealers zijn bedrijfsleven, bonden, miljonairs en miljardairs. Inderdaad: de financiële sector spande de afgelopen twintig jaar de kroon. Het resultaat is ernaar.
Waarom verandert er niets? In mijn aantekenboekje lees ik opmerkingen terug die ik in New York maakte. Ik sprak met een masseuse die naast haar opklaptafel zat te lunchen in Central Park. "Ik had gehoopt dat burgemeester Bloomberg zich kandidaat zou stellen", zei ze. "We hebben echt meer keuze nodig dan dit."
Voor Amerikanen zijn Third Party Candidates zoiets als de Big Foot. Soms geloof je erin, maar meestal niet. Zowel Republikeinen als Democraten hebben een machinerie opgetuigd die is gericht op het losmaken van donaties. Het geeft ze een niet te overbruggen voorsprong – of er moet een miljardair als Bloomberg of Ross Perot opstaan. Ondertussen is het systeem verkalkt en verkeren de partijen in een constante loopgravenoorlog, waarin ongeveer evenveel terreinwinst wordt geboekt als op de velden rond Ieper. "We zijn tot deze partijen veroordeeld", morde de masseuse. "Dit is Amerika."
Weet dan niemand dat ook hier andere partijen ooit de dienst uitmaakten? Federalisten, Jacksonian-Democrats, de Whig Party en, jawel, de Democratic-Republican Party?
-
Morgen het tweede deel van dit reisverslag door de Gespleten Staten van Amerika. Auke Hulst (1975) is journalist, schrijver en muzikant. Onlangs verscheen zijn nieuwe roman Kinderen van het Ruige Land. Op 6 november is hij een van de sprekers tijdens de President’s Night in de Melkweg in Amsterdam.