Asset 14

Het herschrijven van de geschiedenis

In een hete zomer wordt een volkstuinencomplex opgeschrikt door de komst van een onbekende man. Een verhaal in zeven delen. Deze week: De voorzitter kondigt een onderzoek aan.

De reiger

Peter liep langs het spoor dat achter de tuinen liep. Het was een ongebruikt spoor, waarvan de houten balken verrot waren en uit elkaar vielen. Ernaast stond een hoog hek. Het was al laat. Hij scheen met zijn zaklantaarn op de grond. Het licht maakte schaduwen tussen het gras. ‘Hier,’ zei Peter hardop.
Hij ging op zijn hurken in het gras naast het hek zitten. In de lichtbundel lag het halfverbrande lijk van een vogel, de reiger om precies te zijn.

Illustratie: Bette Adriaanse

De reglementen

Artikel 4.2. Wanneer er vermoeden bestaat van het opzettelijk in gevaar brengen van een medetuinder is het bestuur genoodzaakt een onderzoek in te stellen naar de aard van het misdrijf.’
Jasper keek op uit de reglementen. Hij had iedereen in de kantine bij elkaar geroepen en zat nu aan het hoofd van de tafel in zijn kar. Hij had er kussentjes van de vreemdeling in gelegd; waardoor het op een soort troon was gaan lijken. Naast hem stond de vreemdeling.
‘Een onderzoek,’ zei Avar.
‘Een onderzoek,’ knikte Jasper.
‘Naar de aard van het misdrijf,’ voegde de vreemdeling toe. Hij keek Avar indringend aan, tenminste, dat voelde Avar zo, het kon niet met zekerheid gezegd worden, vanwege de zonnebril.
Jasper ging verder: ‘Wanneer een tuinder schuldig wordt bevonden aan het opzettelijk in gevaar brengen van een medetuinder zal hij of zij per direct worden uitgezet.’
‘Wat betekent dat?’ vroeg Nel Schenk. ‘Wat is uitgezet?’
‘Uit zijn huis,’ zei Jasper. ‘Degene die schuldig wordt bevonden aan het opzettelijk in gevaar brengen van een medetuinder wordt per direct uit zijn huisje gezet. Zo is het in de statuten vastgelegd.’
‘En wat gebeurt er dan met het leegstaande huis?’ vroeg Nel Schenk.
Jasper bladerde door het reglement. Hij haalde er een los velletje uit. Hij kuchte. ‘Supplement bij Artikel 4.2. Het leegstaande huis komt toe aan de voorzitter.’
‘Een supplement,’ zei Jaap. ‘Ik wist niet dat er een supplement bij het reglement was.’
‘Een supplement bij een reglement,’ zei Jasper. ‘Dat is heel gebruikelijk.’
Hij keek streng. Buiten donderde het onweer. Tegen de ramen van de kantine zat de natte bloesem geplakt die uit de bloesemboom was gewaaid.
‘Hoe was het eigenlijk in Canada?’ vroeg Nel Schenk.
‘Goed,’ zei Jasper.
‘Wat is er precies zo goed aan Canada?’ vroeg Avar. ‘Ik bedoel, heb je nog iets bijzonders gezien?’
‘Ach,’ zei Jasper. Hij bladerde door de reglementen.
‘Er moet daar toch iets zijn, dat je alles hier zomaar achterlaat,’ zei Jaap. ‘Wij zaten natuurlijk een jaar zonder voorzitter.’
‘Toen heeft Jaap de werkzaamheden maar op zich genomen,’ zei Avar.
‘In onze ogen is hij nu toch een beetje de voorzitter,’ zei Nel Schenk. ‘En ik weet niet of hij dat onderzoek nu zo belangrijk vindt. Het had natuurlijk net zo goed de bliksem kunnen zijn geweest, of een sigaret. Het is de vraag of we dat nu tot de bodem moeten uitspitten, wie waar was op welk moment en wie wat precies gedaan heeft. Dan kunnen we alles wel tot de bodem gaan uitzoeken, zoals waar jij vorig jaar precies bent geweest en wat jij toen met het kasgeld gedaan hebt.’
Jaap en Avar knikten.
‘Tijdens mijn voorzitterschap vond ik wat onduidelijkheid hier en daar niet zo storend,’ zei Jaap.
‘Tijdens jouw voorzitterschap,’ zei Jasper. Elk woord van de zin sprak hij bijzonder langzaam uit terwijl hij Jaap strak aankeek. Daarna liet hij een lange stilte vallen. ‘Tijdens zijn voorzitterschap,’ zei Jasper tegen de anderen, en de aderen op zijn voorhoofd zwollen op terwijl hij dit zei, ‘heeft hij een kastekort gecreëerd, heeft hij geprobeerd boetes te innen met zweetplekken tot aan zijn broekriem maar is daar niet in geslaagd, hij heeft zelfs met stelen gedreigd. Wat een voorzitter. Hij kent de supplementen niet eens!’
Jasper was steeds harder gaan praten.
‘Deze zogenaamde voorzitter vraagt zich af waar ik het afgelopen jaar ben geweest. Ik ben buiten de tuinen geweest. Ik heb de belangen van de tuinen behartigd op plekken waar jullie niet eens durven komen. Ik heb vergunningen verlengd en ben verordeningen tegengegaan waar jullie geen weet van hebben. Maar dat komt bij niemand op.’ Jasper haalde diep adem en veegde met zijn mouw langs zijn voorhoofd. Hij keek de groep rond en zei zacht: ‘Als jullie geen vertrouwen in mij als voorzitter hebben kunnen we een en ander overdragen aan een overkoepelend orgaan. Een rechterlijke macht bedoel ik. Justitie.’
Het woord justitie liet hij even in de lucht hangen. Jaap, Avar en Nel Schenk keken naar de grond.
‘Maar,’ vervolgde Jasper op ingehouden toon, ‘ik geloof dat iedereen hier in de tuinen een reden heeft om zijn zaken binnen de tuinen te houden.’
Niemand zei iets. Jasper glimlachte, en reed met de vreemdeling achterop het boodschappenrek van zijn karretje de deur van de kantine uit.

Het herschrijven van de geschiedenis

De tuinen waren stil. Het was opgehouden met regenen, maar het water was nog overal. Vocht was in de muren getrokken, in de kleren en in de botten. In de moestuintjes stonden grote plassen, die de aardappels zouden gaan laten rotten. Alleen Avar was buiten. Hij kon niet slapen. Hij had de hele avond voor Sunshine’s deur gestaan. Hij had pizza gemaakt en tegen de deur gezegd ‘Alsjeblieft’ en ‘Kleintje’ en ‘Kom op nou’. Maar ze kwam niet naar buiten en ze praatte ook niet tegen hem.
Uiteindelijk had hij toch geschreeuwd.
‘Dromen zijn niet echt!’ schreeuwde hij tegen de deur. ‘Als jij in de nacht aan mijn bed stond omdat je bang in het donker was, zei ik dan: laat me met rust, ik ben aan het dromen? Als ik droom dat je moeder terug is in haar rode jurk, staat zij dan ‘s ochtends broodjes te smeren als jij naar school moet? Dromen dient men zo snel mogelijk te vergeten. Ze zijn onbelangrijk. Ik ben echt, Avar, je vader.’
Daarna was hij naar buiten gegaan.
Nu stond hij op het grindpad voor de kantine, die als een aquarium oplichtte in het donker. Jasper en de vreemdeling zaten binnen op de meubels uit het huis. Avar keek een tijd naar ze, ze dronken uit kleine glaasjes die ze tegen elkaar klonken voor elke slok.
Avar draaide zich om naar het huisje van de vreemdeling dat donker en stil aan de paden stond. Nou ja, bijna stil. Er was een stem. Heel zachtjes klonk er ‘oh nee, oh nee’ van achter het huisje. Avar liep naar de achterkant van het huis. Daar was Peter. Hij hing aan de rand van het dak van de vreemdeling. Zijn ene been had hij over de dakgoot geslagen, de andere bungelde ergens halverwege.
Hij kon er niet meer af.
‘Peter,’ zei Avar.
‘Ik kan er niet meer af,’ riep Peter. ‘Ik kwam er niet op en nu kom ik er niet meer af!’
Hij maaide met zijn been langs de muur.
‘Wat doe je daar?’ vroeg Avar. Hij deed een stap naar achter om zijn been te ontwijken.
‘Ik wou,’ zei Peter. ‘De reiger.’
Zijn been schoot uit de dakgoot en hij viel langs de muur naar beneden. Hij raakte de grond met een doffe bonk.
Avar zuchtte. ‘Wat deed je daar?’ vroeg hij.
Peter werkte zichzelf overeind. Hij had een plastic tasje vast.
‘Ik wou de reiger terugbrengen,’ zei hij.
Hij hield de plastic zak open voor Avar. In de zak zat het verkoolde lijk van een reiger.
Peter begon te huilen. ‘Ik dacht, ik wou hem naar zijn nest terugbrengen. Want hij is dood.’
‘Ja,’ zei Avar. Hij keek naar Peter die met roet besmeurd was en de tas met het lijk van de reiger tegen zich aan geklemd hield.
‘Ik wou hem naar zijn nest terugbrengen,’ zei Peter nog een keer. ‘Maar toen kwam ik er niet meer af.’
‘Ja,’ zei Avar. ‘Jij doet soms domme dingen. Dingen waarvan je niet weet waarom je ze doet.’
Hij stak zijn hand uit naar Peter en trok hem omhoog. ‘En soms kan je je niet eens herinneren dat je ze gedaan hebt.’
Avar sloeg zijn arm om Peters schouder. ‘Maar dat geeft niet,’ zei Avar.
‘Nee,’ zei Peter.
‘Dat komt omdat je niet zo slim bent,’ zei Avar. ‘Jou kan je alles wijsmaken.’
Hij lachte.
‘Ja,’ zei Peter. Hij lachte door zijn tranen heen.
Samen liepen ze naar het opslagschuurtje bij de takkenversnipperaar, waar ze nog een hele tijd bleven praten.

-

Bette Adriaanse is schrijfster en beeldend kunstenaar. Ze maakt tekeningen, schrijft fabels, verhalen, en heeft net haar eerste boek af. Ze publiceert in Engeland en Nederland. www.betteadriaanse.nl

Mail

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Auto Draft 5

Verpopping

Wanneer een rups zich in de sombere wintermaanden in haar keukenraam nestelt, koestert de hoofdpersoon in dit verhaal van Esther De Soomer voor het eerst weer gevoelens van liefde en tederheid. Lees meer

Begraaf me, alsjeblieft! Een ode aan het beestje

Begraaf me, alsjeblieft! Een ode aan het beestje

Juul Kruse introduceert de Beestjesweken. Van 16 tot 29 maart zullen alle artikelen die we op Hard//hoofd publiceren gaan over kleine kruipers, slijmerige sluipers en gladde glibberaars. Juul vertelt waar diens fascinatie met beestjes begon en waarom die begraven wil worden na diens dood. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

De rode draad 1

De rode draad? Dat zijn wij, voor elkaar

Jihane Chaara is geen determinist, maar vraagt zich toch af of sommige ontmoetingen in het leven wel echt toeval zijn. Wat als we allemaal volgens een rode draad met elkaar verbonden zijn, zowel in ons huidige netwerk, als ook met degenen die op magische wijze ons leven in komen? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

Huizen, omhulsels 1

richtingen, ruimtes, rijping

Anne Ballon schreef drie gedichten over een innerlijk dialoog. Met zachte, precieze en lichamelijke beelden neemt Anne ons mee in een conflict tussen een ‘jij’ die naar geborgenheid in seksuele ervaringen zoekt en een ‘ik’ die aan dit zoeken probeert te ontsnappen. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

:Oproep: Hard//hoofd Biechtlijn

Luister de collectieve biecht uit 'Ssst'!

Voor Hard//hoofd magazine 'Ssst' verzamelden we biechten; de collectieve audiobiecht luister je hier! Lees meer

Met deze column kan ik de wereldvernietigen

Met deze column kan ik de wereld vernietigen

‘Maar als ik die column nu verder schrijf’ zegt Marthe van Bronkhorst, ‘dan komt deze informatie online, en kan ik die AI op ideeën brengen.' Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Stilte

Stilte

Haren wassen bij de kapper, of een ochtendkoffie in een treincoupé. Angelika Geronymaki neemt je in dit gedicht mee langs vormen van stilte. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Lieve Yas 1

Lieve Yas

'Ik ben langzamerhand gaan inzien dat voor mij de scheidslijn tussen absolute vrijheid en eenzaamheid vaag is.' Mischa Daanen schrijft een brief aan zijn ex-date, die na een lange relatie vooral toe was aan vrijblijvendheid. Kan iets wel echte liefde zijn, als je beide andere voorwaarden stelt aan een relatie? Lees meer

Schieten op de maan

Schieten op de maan

'I shot the moon, and I’ll do it again if I have to.' Julien Staartjes vindt het moeilijk te bevatten hoe de wereld letterlijk in brand staat, maar er toch vooral ogen zijn gericht op wie de grootste raket kan bouwen. Daar kan geen fictie tegenop, maar je moet het toch proberen. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Ik was elf

Ik was elf

In dit verhaal onderzoekt Jochum Veenstra waar de grens tussen fictie en werkelijkheid ligt voor kinderen. En tot welk punt kan je als ouder je zoon beschermen? Lees meer

Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem 1

Kun je liefde delen?

Marthe van Bronkhorst onderzoekt polyamorie: 'Als ik mijn hart versplinterd heb, kan ik het dan minder hard breken?' Lees meer

Auto Draft 4

Tijd buiten de uren om

Micha Zaat sliep binnen een jaar in bijna 60 verschillende hotelkamers. In dit essay licht hij het fenomeen van de hotelkamer als liminaal object toe, en legt uit wat zo'n kortdurend verblijf voor gasten én kamers betekent en waarom het onmogelijk is om ouder te worden in een hotelkamer. 'In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.' Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer