Zoals dagtoeristen in Amsterdam naar het grachtenmuseum, het microbenmuseum en het hennepmuseum kunnen, heeft Barcelona een chocolademuseum en mummiemuseum waar nieuwsgierigen eigenaardige collecties kunnen bekijken. Vorig jaar kwam er in Barcelona nog een kunstinstelling bij: het Museum voor Verboden Kunst. Ferenz Jacobs bracht een bezoek en ontdekte al snel dat de werken uit deze privécollectie, afkomstig uit verschillende gebieden en tijdsperiodes, allen een gemeenschappelijke deler hebben: controverse.
‘Sorry, maar we kunnen om politieke redenen uw bulkbestelling legoblokjes niet leveren.’ Dit was het antwoord dat kunstenaar Ai Weiwei van de Deense speelgoedgigant kreeg, nadat hij meer dan een miljoen bouwsteentjes had besteld om daar portretten van politieke gevangenen mee te maken. Een van die portretten, alsnog vervaardigd met gedoneerde lego, hangt nu in het splinternieuwe Museum voor Verboden Kunst in Barcelona. Aangezien deze privécollectie een hoop schijnt los te maken bij de mensen, is mijn interesse meteen gewekt en op de eerste openingsdag sta ik voor de deur. Na het controleren van mijn tasinhoud (puntige of scherpe voorwerpen zijn verboden) gaat de privérondleiding die ik door de statige zalen van Barcelona’s nieuwste kunstkabinet zal krijgen van start.
La civilización occidental y cristiana, León Ferrari, 1965
O mijn god!
In de eerste, zwart geschilderde zaal hangt Christus gekruisigd op de vleugels van een Amerikaanse straaljager. Dit kunstwerk De westerse en christelijke beschaving (1965) van de Argentijn Léon Ferrari was een protestbeeld tegen de Vietnamoorlog. Destijds werd het beeld preventief verwijderd uit de tentoonstellingsruimte in Argentinië en zelfs jaren later, tijdens een solo-expo in 2004, zorgde het nog voor de nodige amok in Buenos Aires. Stadskardinaal Jorge Bergoglio was woedend. ‘Deze met belastingcentjes betaalde godslastering maakt onze stad te schande! Laten we tezamen een daad van herstel maken en om vergeving vragen,’ aldus de toekomstige paus.
Duizenden katholieken haastten zich hierna naar het centrum van Buenos Aires. Ze stormden het Cultureel Centrum Recoleta binnen en vernielden enkele werken. De tentoonstelling werd vervolgens door een rechter verboden, omdat Ferrari’s kunst het land in oorlogsgevaar zou brengen. Een oorlog tussen het Vaticaan en Argentinië welteverstaan. Na diverse protesten en bommeldingen werd het kunstencentrum uiteindelijk heropend. León Ferrari verwierf wereldfaam. Toen hij in 2007 op de Biënnale van Venetië de Gouden Leeuw voor beste beeldend kunstenaar in ontvangst nam, bedankte hij paus Franciscus voor het aanwakkeren van een broodnodige discussie over de vrijheid van meningsuiting.
La Revolución, Fabián Cháirez, 2014
De fik erin!
Naast het beeld van Christus hangt De revolutie (2014) van Fabián Cháire. Op dit schilderij staat de Mexicaanse volksheld Emiliano Zapata afgebeeld. Hij zit naakt op een wit paard zonder zadel, getooid met een roze sombrero en zwarte naaldhakken. De directeur van het Paleis voor Schone Kunsten in Mexico-Stad had al zo zijn twijfels of dit portret een gevoelige snaar zou raken bij het grote publiek en besloot het schilderij strategisch in een doorloop achter een enorme muurschildering te hangen, zodat het niet te veel zou opvallen. Na een publicatie van een foto van deze queerversie van Zapata op Instagram ging het vuurtje lopen en ontving de kunstenaar al gauw de eerste doodsbedreigingen.
‘Sorry, maar dit kan écht niet!’
Familie en fans van de volksheld waren furieus. Een menigte onder leiding van Zapata’s kleinzoon (‘Sorry, maar dit kan écht niet!’) besloot het kunstpaleis binnen te dringen en eiste de onmiddellijke verwijdering van het kunstwerk. ‘De fik erin, de fin erin!’ werd door het museum geroepen. De demonstranten wilden op die manier voor eens en altijd een einde maken aan de jarenlange geruchten over Zapata’s vermeende homoseksualiteit. Volgens historici was Zapata, vader van tien, hoogstwaarschijnlijk bíseksueel. De museumdirecteur vond het na deze protestactie niet nodig om de beveiliging aan te scherpen: ‘We zullen met iedere ontevreden bezoeker met respect de dialoog aangaan.’
Not dressed for conquering - HC04 Transport, Ines Doujak, 2010
Censuur!
Een museumdirecteur die meer moeite had met een beslissing die hij heeft gemaakt vanwege een kunstwerk, is Bartomeu Marí van het MACBA Museum voor Hedendaagse Kunst in Barcelona. Het gaat om het beeld Not dressed for conquering (2010) van Ines Doujak waarop de Spaanse oud-koning Juan Carlos van achteren wordt genomen door een Boliviaanse activiste en een Duitse herder. En dit allemaal op een bedje van nazihelmen. Omdat dit pronkstuk van de expo Het beest en de soeverein (2015) niet door de beugel zou kunnen (oud-koningin Sofía is erevoorzitter van het museum), besloot Marí de tentoonstelling in haar geheel op de dag van de opening te annuleren.
Onder druk van de publieke opinie (‘Censuur! Censuur!’) koos de directeur ervoor drie dagen later de deuren van de expositiezaal alsnog te openen. Vervolgens bood hij zijn welgemeende excuses én zijn ontslag aan: ‘Sorry, ik heb duidelijk de verkeerde beslissing genomen.’ De controverse kwam overigens niet zozeer voort uit de aanwezigheid van de oud-koning, als wel uit de representatie van anale seks: een taboeonderwerp en zeker als het de seksualiteit van mensen op leeftijd vertegenwoordigt. Het beeld, dat dankzij de ophef viraal ging, heeft nu een eigen zaal in het Museum voor Verboden Kunst.
Silence Rouge et Bleu, Zoulikha Bouabdellah, 2014
Stilte!
De installatie Silence (2015) van Zoulikha Bouabdellah heeft ook een eigen ruimte in het museum gekregen. Bij het zien van de dertig islamitische gebedsmatten met een uitgesneden cirkel waarin dertig paar hoge hakken staan, worden zowel mijn gids als ik even stil. Het werk van de Frans-Algerijnse kunstenaar brengt de bezoeker op de grens van het heilige en het profane. Een grens die niet iedereen op prijs kan stellen.
Toen Bouabdellah deze installatie in het kunstencentrum Pavillon Vendôme vlak bij Parijs tentoon wilde stellen, werd ze na het ontvangen van diverse bedreigingen vriendelijk verzocht om haar kunstwerk te verwijderen. Met de aanslagen op de redactie van het satirische weekblad Charlie Hebdo nog vers in het geheugen, zou haar kunst meer geweld kunnen oproepen. Het centrum zag jammer genoeg geen reden om extra veiligheidsmaatregelen te nemen. ‘Ik wil niet dat mijn werk gebruikt wordt als excuus om de verwarring te vergroten’, liet de kunstenaar weten en exposeerde vervolgens haar videokunstwerk We dance (2003) over hoe de Franse kolonisator de kunst van buikdansen heeft gedegradeerd tot een verleidingsdans.
Monsters!
Ook ‘kleinere’ kunst heeft z’n weg gevonden naar Barcelona. Zo versiert een reeks tekeningen gemaakt door gedetineerden van het beruchte gevangenkamp Guantánamo Bay een witte muur. Deze tekeningen waren onderdeel van de expo Ode aan de zee (2017) in New York. Aangezien de tentoonstelling in een kleine ruimte op de zesde verdieping van het John Jay College of Criminal Justice plaatsvond, trok de kunst uit Guantánamo slechts een honderdtal bezoekers.
Always Franco, Eugenio Merino, 2012
Nadat het Amerikaanse ministerie van Defensie, onder leiding van Donald Trump, hoogte kreeg van de tentoonstelling, werd er direct actie ondernomen. Er werd beslist dat het eigendomsrecht van kunst uit Guantánamo Bay voortaan bij de Amerikaanse overheid ligt, dat deze kunstwerken de gevangenis niet meer mogen verlaten en zelfs verbrand zullen worden bij de vrijlating van een gedetineerde. Jarenlang werden de Guantánamo-gevangenen afgeschilderd als monsters. Het tentoonstellen van hun kunst is juist een manier om te laten zien dat zij in plaats daarvan creatieve mensen met gevoelens zijn. Deze poging tot het veranderen van dit stereotiepe beeld probeerde de Amerikaanse overheid met alle macht te voorkomen.
Hij leeft!
Het laatste kunstwerk dat ik te zien krijg in het Museum voor Verboden Kunst is Always Franco (2012): een hyperrealistisch beeld van de Spaanse dictator Francisco Franco in een coca-colakoelkast. Kunstenaar Eugenio Merino wil met dit werk laten zien hoe het beeld van Franco als het ware ‘bevroren’ op het netvlies van de Spanjaarden staat. Ook al zijn er bijna vijftig jaren verstreken sinds zijn overlijden, Franco heeft nog steeds een grote invloed op de Spaanse samenleving.
De beursdirecteur probeerde het Streisand-effect te voorkomen
En gelijk kreeg Eugenio Merino. Always Franco werd voor het eerst gepresenteerd op de internationale kunstbeurs ARCO in Madrid. De beursdirecteur probeerde het Streisand-effect – onbedoeld de aandacht vestigen op iets wat juist verborgen had moeten blijven – te voorkomen. Hij lichtte Franco’s enige dochter van tevoren in en liet het kunstwerk niet verwijderen. Maar de Stichting Francisco Franco sleepte de kunstenaar toch voor de rechter en eiste maar liefst 18.000 euro schadevergoeding wegens het schaden van Franco’s ‘goede naam’. Uiteindelijk ‘won’ Merino de spraakmakende rechtszaak, maar hij werd gedurende jaren een persona non grata op ARCO.
Schandalig?
Via de giftshop, waar onder andere een kartonnen bouwplaat van Always Franco verkrijgbaar is, loop ik weer naar buiten. Er staat een rij kunstliefhebbers voor de ingang. Verboden dingen lijken nu eenmaal aantrekkelijker dan legitieme. Wat mij opviel tijdens mijn rondleiding is dat er van de veertigtal tentoongestelde werken eigenlijk maar heel weinig zijn die als ‘écht schandalig’ kunnen worden bestempeld. Museumoprichter Taxto Benet heeft hier de volgende verklaring voor: ‘Als je de werken allemaal bij elkaar ziet, daalt hun schokeffect, omdat ongemerkt je tolerantieniveau juist omhoog gaat. Als je naar een bepaald kunstwerk uit de collectie kijkt, kun je niet begrijpen waarom het ooit gecensureerd is. Tegelijkertijd snap je wel waarom iemand zich erdoor gekwetst zou voelen. Maar je vraagt je ook af of al die heisa nou nodig was.’
Benet wenst dat zijn museum een vrijplaats is voor kunst waar andere culturele instellingen liever niet hun vingers aan branden. De kunstwerken krijgen hier zogezegd een tweede kans. Maar eerlijk gezegd zie ik, om een voorbeeld te geven, My dearest cat Pinkeltje (2004) – de handtas die de Nederlandse kunstenaar Tinkebell van haar kat maakte na eigenhandige wurging – hier nog niet zo snel staan. Het moet natuurlijk wel leuk blijven. De verhalen achter de tentoongestelde schandaalkunst zijn boeiend, maar mijn fatsoen verlaat het Museum voor Verboden Kunst ongeschonden. Al moet ik wel zeggen dat in vergelijking tot de meeste privécollecties die alleen maar rond een bepaald onderwerp of thema zijn verzameld, dit toch andere koek is. Wereldschokkend of niet: bijzonder is het wel.
Beeld: Museu de l’Art Prohibit