Asset 14

De Verassing

Vanaf vandaag is Frank Bloem acht weken lang de Zondagsschrijver. Hij schrijft voor hard//hoofd een bijzondere verhalenserie over personen die worstelen met hun lichaam, of met dat van een ander. Acht verhalen die op ingenieuze wijze in elkaar grijpen. Acht verhalen die onder je huid kruipen. Vandaag deel I: "De Verassing".

Evert Wintergroen begroette de kraai die tegen de stenen omheining van de Amsterdamse begraafplaats geleund stond. Deze stak een wijsvinger in de lucht en blies een wolkje rook uit.

Het was dinsdag en ondanks grijze wolkenpartijen was het tamelijk warm voor de tijd van het jaar. Op de begraafplaats begonnen zich al herfstkleuren af te tekenen tegen de kartelrand tussen boomkruinen en lucht. Een aangenaam jaargetijde, dacht Evert, terwijl hij met een zwaai van zijn rijwiel afstapte en deze in het rek plaatste. Het grind knerpte onder zijn werkschoenen, die hij de vorige dag vergeten was te poetsen. Een matgrijs laagje bekleedde de zwart-leren neuzen. Hij merkte het op toen hij zijn fiets op slot zette.

Van Stralen was er al. 'Goedemorgen, Wintergroen!' schalde zijn baas door de rouwinstelling. Om het moreel hoog te houden was men gewoon elkaar uitbundig te groeten op de momenten dat er nog geen rouwenden aanwezig waren. 'Lekker op tijd!' Evert was tien minuten te laat.

Zijn meerdere zat met geopende deur in zijn kantoortje aan het eind van de gang. Zijn bureau was zo geplaatst dat hij precies kon zien wie er binnenkwam.

'Ik heb een vuile voor je. Had je maar op tijd moeten komen.'

Het lichaam lag in een dichtgeritste lijkenzak op tafel. Tussen de zak en het roestvrijstalen tafelblad lag een lijkenplank. De kist was gisteren al verbrand, door een collega. De as van de kist lag in een plastic zak op het bureau.

Het was een oud, houten bureau, dat al generaties in het bedrijf was – het enige klassieke element in de betegelde ruimte. Ze hadden het onder het raam gezet, zodat je naar buiten kon kijken als je erachter zat. Door vitrage, er bleven altijd handelingen in het rouwbedrijf die voor de buitenwereld onzichtbaar moesten blijven.

Op de buik van de cliënt lag het dossier en vier ziplock-zakjes lagen klaar op het bureau. Evert herkende de multomap van één van de chiquere uitvaartondernemingen van de stad. Het was een uitgebreid dossier waarin de wensen van de nabestaanden helder waren omschreven. Hij bladerde het relaas door. Triest geval. Tijdens vakantie op waddeneiland ontslapen, weggerukt uit het leven, even na pensionering.

De afscheidsrituelen hadden een dag eerder thuis plaatsgehad. De ontslapene was daarna in besloten kring naar de begraafplaats gebracht. Eén voor één hadden de nabestaanden hier afscheid kunnen nemen: de weduwe, de dochter, de zoon en de maîtresse. Deze laatste was afzonderlijk van de anderen langsgekomen om de laatste eer te komen bewijzen.

Evert legde de map op het bureau, schreef de namen van de nabestaanden op dossierkaartjes en noteerde het nummer van de stenen blokjes die meegingen in de oven en niet zouden verbranden.

De familie was het niet eens geworden over de locatie waar de ontslapene moest worden uitgestrooid. Dit was uiteindelijk uitgelopen op een salomonsoordeel van de begrafenisondernemer dat, in tegenstelling tot wat hij had gehoopt, door de nabestaanden dankbaar werd aanvaard.

Het scheiden van lichamen was niet ongebruikelijk. Heel dikke mensen werden bijvoorbeeld in twee delen verbrand. Door het vele vet wordt de oven te heet. Deze technische zaken blijven achter de gesloten deuren, al was de branche de laatste jaren aanmerkelijk transparanter geworden.

Evert Wintergroen opende de lijkenzak, waarna een ongebruikelijke stank zich aan hem opdrong. Het was niet de bekende lijkenlucht, waaraan hij wel gewend was. Een andere stank vulde de ruimte. Een grondlucht. De geur van aangespoeld slib, van rottende bladeren, van zure grond en zout. Er sijpelde een stroompje water uit de zak, hij vond een beetje wier in het duister aan de binnenkant van het omhulsel. Ze hadden hem niet eens opgebaard. Hij was zo vanaf het wad in deze zak geritst en in een kist gekwakt. Men had afscheid genomen en kennelijk niet eens meer naar de overledene willen kijken.

Doodsoorzaak: tijdens een activiteit op het wad van Vlieland dodelijk verongelukt.

Hij ontdeed het lichaam van de kleding. Het leek wel of deze man het volledige wad, inclusief pieren en platvissen, had geabsorbeerd. Evert kokhalsde, maar wist het weg te slikken. Als een lijk hem deed kokhalzen, dan was het erg. Dat vond hij zelf ook. Hij vond het heel, heel erg. Hij zei het ook hardop. 'Ik vind dit heel erg.' Zonder het te willen gaf hij het lijk de schuld.HardhoofddeVerassing
Beeld: Lisa-Marie van Barneveld

De romp zou naar de weduwe gaan, de armen naar de dochter en de benen naar zijn zoon. Tenslotte was er nog de maîtresse. De relatie met een andere vrouw was een publiek geheim geweest. Ook de weduwe wist al jaren af van haar bestaan en de kinderen waren inmiddels zelfs gehecht geraakt aan deze mevrouw, die een bescheiden plaats in hun leven had ingenomen.
Na aanvaarding van het salomonsoordeel had de weduwe besloten dat zij zijn lul maar moest krijgen.
Zo geschiedde.

Aan Evert de opdracht om deze wensen te vervullen. Hij zou hoofd, benen en armen van de romp scheiden. Het gereedschap dat hij hiervoor gebruikte was een groot vleesmes, om door de eerste lagen zacht vlees te snijden. Bij de botten aangekomen hanteerde hij een vlijmscherp cirkelzaagje. Mocht het dan nog niet gelukt zijn, dan stond hem een klein handbijltje ter beschikking.

De klus viel mee. Het in wadwater geweekte lichaam was als door een dun vlies overtrokken pudding. Hij sneed er zo doorheen en met een paar slagen waren ook de botten door.

Het enige dat nog aan de romp hing, was de door vocht opgezwollen lul. Evert greep de uit de kluiten gewassen worm met één hand vast en omvatte tegelijk 's mans balzak. Met het mes sneed hij in het vlees, dat steviger was dan de rest. Pezig haast. Er ging een rilling door Evert Wintergroen, maar hij zette door en na een paar ferme halen kwam het los.

De plank waarop het lichaam had gelegen deelde hij met de kleine cirkelzaag in vier stukken. Eén plank voor elke nabestaande. Hij legde de onderdelen op de planken. Het leken vier snijplanken met stukken walvisvlees. Borrelhapjes, voor een macabere verjaarspartij van een reuzenfamilie. Tussen de planken kwamen scheidingswandjes, zodat hij naderhand de juiste as in het bijbehorende zakje kon doen.

Het lag er bij als een klein formaat watermeloen. Ze waren het hoofd vergeten. Evert voelde een lust in zich opwellen om de meloen te verdelen. Hij greep al bijna naar het kleine bijltje. Maar hij deed het niet. Hij legde het hoofd in een roestvrijstalen kom en zette die naast de rest.

‘Het is jullie geluksdag jongens,’ sprak hij richting het raam.

Hij sloot de oven en joeg de vlam er in. Hij dweilde de vloer, maakte zijn instrumentarium schoon, hing het mes en het kleine bijltje aan een magnetische strip aan de muur en ontsmette alles nauwgezet. Het werk was voorbij. Het gaf rust om een opruimer te zijn. Een gier eigenlijk. Waar zijn collega's kraaien waren, daar konden ze hem gerust gier noemen. Opruimer van resten.

Toen de oven klaar was en hij de deur naar boven schoof was de wadwatergeur verdwenen. In het kleine nog hete vertrek hing de geur van warm poeder. Evert veegde voorzichtig maar grondig de as bij elkaar. Eerst de weduwe, die de volste zak zou krijgen, daarna de zoon en de dochter en een heel klein beetje voor de maîtresse. Vervolgens verdeelde hij de as van de kist evenredig over de zakjes. In het zakje van de maîtresse deed hij een beetje meer. Hij sloot de zakjes en borg ze weg in de daarvoor bestemde lade. Daarna wreef hij met een zacht doekje de as van zijn schoenneuzen.

Met een theedoek pakte hij de nog hete roestvrijstalen schaal, liep naar het raam en opende het. 'Dag lieve roosjes van me, wat staan jullie daar nog prachtig te bloeien. Ik heb iets lekkers voor jullie!'

--
Frank Bloem (1978) is beeldend kunstenaar, bedenkt corporate identities, is internetradiopionier en schrijft. Hij studeerde Beeldende Kunst aan de Gerrit Rietveldacademie en was Artist in Residence bij Het Vijfde Seizoen, AiR! en Badgast.

Lisa-Marie van Barneveld is editorial illustrator. Ze houdt van korte deadlines en moeilijke onderwerpen. Haar geheime superkracht is meer verf op haar handen/kleren/tafel/kat krijgen dan op het papier. 

 

Mail

Lisa-Marie van Barneveld is editorial illustrator. Ze houdt van korte deadlines en moeilijke onderwerpen. Haar geheime superkracht is meer verf op haar handen/kleren/tafel/kat krijgen dan op het papier.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Als de bodem niet dragen kan

Als de bodem niet dragen kan

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Winnaar Stoute Stift 2024 1

Winnaars De Stoute Stift 2025

Cynthia Van Der Heyden won met haar illustratie de publieksprijs en Sarah Pannekoek won de juryprijs van De Stoute Stift 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

De dood van Giorgio Armani sluit een hoofdstuk in de mode, maar zegt ook veel over de toekomst van onze kleding. In deze column legt Loïs Blank uit hoe Big Fashion steeds meer terrein weet te winnen in onze kledingkasten. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

De achterblijvers

De achterblijvers

Fietsend over een jaagpad reflecteert Gert-Jan Meyntjens op zijn rol als echtgenoot en vader, en neemt hij je mee op een zoektocht naar wat het betekent om man te zijn. Zonder bitter te worden. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Ik sliep rechts

Ik sliep rechts

Daten met iemand aan de andere kant van het politieke spectrum? Naomi Ronner deed het. In dit essay beschrijft ze haar ervaringen. Lees meer

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Altijd aanwezig, maar niet gewenst: Marthe van Bronkhorts rouw reist met haar mee. Lees meer

De kleinste kans

De kleinste kans

Roosje van der Kamp bereidt zich altijd voor op het ergste. Een vreemd plekje op haar huid, opladers in het stopcontact: overal schuilt gevaar. Als ze achter een geheim komt in de familie begrijpt ze beter waar haar angsten vandaan komen. Ze vertelt erover in dit openhartige essay over intergenerationeel trauma. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer