De eenvoud waarmee zijn uitgelijnde bakkenbaarden naadloos overgingen in zijn baardje, ontroerde me." /> De eenvoud waarmee zijn uitgelijnde bakkenbaarden naadloos overgingen in zijn baardje, ontroerde me." />
Asset 14

Kapper

Soms valt het geluk je in de schoot. Soms pakt de lotgod je bij beide schouders, drukt je zachtjes tegen zijn borst, kust je en zegt: “Neem jij maar even een momentje voor jezelf.” De vader van een vriend van me had ooit met zware rugklachten over straat gelopen, waardoor hij vijftig gulden op de grond zag liggen. Misschien was ik door deze anekdote naar buiten gedreven, op zoek naar mijn eigen meevaller. Ik kon het gebruiken.

Maar mijn zorgen herhaalden zich in het ritme van mijn voetstappen, zonder dat ik tot nieuwe inzichten kwam. Ik liep vast; iemand zou me met vlakke hand op mijn achterhoofd moeten slaan.

De enige andere persoon op straat was een blonde jongen, gekleed in een hip spijkerjasje. Mijn blik werd onmiddellijk getrokken door zijn opvallend goed verzorgde kapsel. Zijn glanzende haar steeg naar de hemel omhoog, maar was onverwachts opzij geslagen door vakkundig kam- en waxwerk. Het leek alsof er een hovenier aan het werk was geweest op zijn slapen, zo precies waren zijn oren vrijgemaakt met halve cirkelvormen, met zoveel tederheid waren de zijkanten van zijn schedel ontdaan van de perfecte hoeveelheid schedelzijkanthaar. De eenvoud waarmee zijn uitgelijnde bakkenbaarden naadloos overgingen in zijn baardje, ontroerde me.

Op mijn eigen hoofd bevond zich de zwarte tegenpool van het engelenhaar dat op me af kwam lopen, een wanorde waarbinnen elk haartje leek te schreeuwen om individueel bestaansrecht. Ik was kappersbezoek steeds meer gaan zien als een geldverspillend circus van ijdelheid rond een puur noodzakelijke handeling, oppervlakkige afleiding voor mensen die bang zijn voor hun eigen gedachten. Het liefst had ik mijn hoofdhaar eens in de twee weken met een zwaard afgesneden, als een Middeleeuwse ridder. Maar ik had geen zwaard en ik was geen ridder, dus liet ik het zo nu en dan kortwieken door een vriendin.

De jongen keek me vriendelijk aan. Ik wendde vlug mijn blik af om geen verkeerd signaal te geven. Om niet te hoeven stamelen: “Ik val niet op jou, maar mag ik je kapsel mee naar de film nemen? Mag ik het nummer van je haar? IK WIL ER HAARBABY’S MEE MAKEN EN EEN HAARGEZINNETJE STICHTEN." Maar het was al te laat. Hij stopte. “Mag ik iets vragen?” Ik knikte. “Ik werk hier in de buurt in een kapsalon. We zoeken een proefmodel. Heb je interesse?”

Even later lag ik met mijn hoofd in een wasbak. Ik heb dit deel van het kappersbezoek altijd moeilijk gevonden. Het kneden van je hoofdhuid is veel te intiem voor de eerste fase van de kapper-klant relatie. Bovendien voelt deze positie, met je nek in de porseleinen geul en het warme water in je gezicht, alsof iemand je tegelijk gaat waterboarden en onthoofden.

Maar Kevin, zoals de jongen bleek te heten, deed zijn best om me op mijn gemak te stellen. Hij had me net voorgesteld aan de enige andere aanwezige: Bart, zijn baas. Aan de hand van hun uiterlijk had je de werkverhoudingen andersom ingeschat. Kevin droeg het ingenieuze kapsel, was lang en had een volwassen, rustige uitstraling, en bleek pas net aan de kappersschool afgestudeerd te zijn. Bart had simpel, kortgeknipt haar, was mager en klein, en danste onrustig door de zaak. Met zijn Brabantse accent en stoere houding leek hij eerder op een opgefokte PSV-supporter.


Beeld: Anna Berkhof

Ik werd neergezet in een zachte leren stoel en kreeg de zwarte doek om me heen geknoopt, waardoor het voelde alsof mijn hoofd tentoongesteld werd. Bart en Kevin kwamen aan beide kanten op oorhoogte staan en staarden naar de spiegel. “Ok Kev, je hebt een uur,” zei Bart, “Dat gaat nu in.” En weg was hij, op weg naar zijn eigen klant. “Goed,” zei Kevin verlegen, “hoe wil je het hebben?” Opeens stond Bart weer achter me, alsof hij uit de lucht was verschenen. “Nee, nee, nee Kev, zo doen we dat niet! Wie heeft de schaar in de hand? Jij. Je moet ideeën hebben. Dus je zegt tegen deze klant: ‘Ik zie dat je je haar nu in een kuif draagt. Als we dat gevoel behouden, maar combineren met een zijscheiding, dan zie je er weer fris uit.’ Snap je? Dan maak je het verschil.” Kevin en ik knikten aandachtig. “De klant komt terug als hij 100% tevreden is,” ging Bart verder. “Je vriendelijkheid is 30%, hoe goed je knipt is 40%, en 20% draait om die ideeën.” Hij aarzelde even. “Klopt dat? Nou ja, het is ook geen wiskunde. Het is haar.” En hij schoot weer weg.

Als kleine jongen werd ik geknipt bij Fred Vogel, de duurste kapper in het dorp. Mijn moeder bracht me daar uit schuldgevoel, omdat ze me als peuter zelf had proberen te knippen en toen per ongeluk een stukje van mijn oorlel had verwijderd.

Ik vond het altijd heel fijn bij Fred, die een ringetje in zijn oor droeg en zei dat ik “toch zo’n lekker koppie” had. Hij liet het werk meestal over aan Barbara, een vrouw met een weelderige bos rode krullen, die heel lekker rook en soms zacht haar borsten tegen mijn schouder duwde als ze een plukje aan de overkant over het hoofd had gezien. Intussen keuvelde ze over haar vriend, haar vader, en mannen in het algemeen. Ik knikte en bood advies, ook al was ik zeven. Thuis keek ik altijd graag in de grote spiegel bij de eettafel als ik een verhaal vertelde, tot grote ergernis van mijn ouders, die dan zeiden: “Oké Julius Caesar, hou nou je mond maar even en eet je groente op.” Bij Fred Vogel kon ik ongestraft een uur lang kletsend naar mezelf kijken. Bij Fred Vogel zorgden ze voor me. Maar in de loop der jaren kreeg ik steeds meer meningen en principes, en vergat ik dat gevoel.

Kevin sprak niet, hij was verzonken in concentratie. Er werden in rap tempo scharen, kammen en scheermesjes naar mijn haar gebracht. “En… klaar!” Bart kwam aanrennen. Samen bekeken ze mijn hoofd aandachtig. “Niet slecht hoor Kev, niet slecht,” mompelde Bart, terwijl hij met een hand als een grijphaak mijn hoofd verschillende kanten op draaide. “Maar! Kijk, zie je dat hij twee kruinen heeft? Heb ik een trucje voor.” Hij pakte de kleinste tondeuse ter wereld. “Let op,” zei hij en zette zijn rechterhand pontificaal op mijn schedel. “Ik gebruik deze hand als steun, voor secuurheid. En dan,” hij bewoog de steunhand en de tondeuse in een vloeiende, golvende beweging vooruit, “krijg je die lastige plukjes te pakken.” Het was een wonder, ik zag er direct veel beter uit.

Bart besteedde nog een kwartier aan allerlei details, terwijl Kevin en ik ademloos toekeken. Uiteindelijk trok hij met een groots gebaar zijn kam en schaar weg. In de spiegel zagen we een meesterwerk. Bart had geen woord met mij gewisseld, me niet eens aangekeken, maar ik liet me graag als een ijssculptuur behandelen door dit grote talent.

Mijn ex-vriendin zei ooit: “Als ik me slecht voel, neem ik een nieuw kapsel of koop ik kleren. Dan kun je een beetje opnieuw beginnen.” Het leek mij het motto van een walgelijk soort materialisme. Maar toen ik de kapperszaak uit liep, merkte ik tot mijn eigen verbazing dat ik niet alleen een tevreden klant was. Ik was een gelukkig mens.

Het zou niet lang meer duren voordat mijn nieuwe kapsel en ik de wereld zouden gaan veroveren.

 

Mail

Stephan M. Horvath

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Geen geld maakt ook niet gelukkig

Hard//hoofd zoekt een zakelijk assistent!

Wij zoeken een enthousiaste en veelzijdige zakelijk assistent (x/v/m) die ons zakelijke team wil versterken. In deze functie krijg je de kans om ervaring op te doen met de zakelijke en organisatorische kant van een literair tijdschrift en online platform. Lees meer

Het huis in mijn hoofd

Het huis in mijn hoofd

Wat als technologie je verbeelding probeert te esthetiseren? Mina Etemad bezocht in juni, tijdens de twaalfdaagse oorlog tussen Iran en Israël, de VR-voorstelling From Dust van Michel van der Aa. ‘Het zou troostend moeten zijn, maar hoe kan ik het rijmen met de realiteit hierbuiten?’ Lees meer

Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

:Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Een nieuw seizoen van Maandagavonden door Nwe Tijd, dit keer ook te beluisteren bij Hard//hoofd. Met Johannes Lievens die zich – tegen wil en dank – in het feestgedruis stort, Ellis Meeusen over de voorpret, Suzanne Grotenhuis met een pleidooi voor kleine vieringen en Freek Vielen opent de avond met twee anekdotes. Lees meer

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Winnaar Stoute Stift 2024 1

Winnaars De Stoute Stift 2025

Cynthia Van Der Heyden won met haar illustratie de publieksprijs en Sarah Pannekoek won de juryprijs van De Stoute Stift 2025. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer