Leven is wachten op de dood, en proberen het in die kleurige wachtkamer zo leuk mogelijk te hebben. Boeken en films hier, studie'tje daar, reizen over de wereld, ambities najagen, feestjes alom en vrienden te over. Toch overheerst bij het levenseinde het verdriet van de verlating. Niet de dankbaarheid of geluk over het geleefde. Onzin eigenlijk. We zouden juist blij moeten zijn dat een leven geleefd is, dat het ontstaan heeft mogen worden, dat het tot pieken en dalen gekomen is. Dus waarom dan niet, naar Surinaams gebruik, op een begrafenis vieren dat er leven is geweest, in plaats van te treuren om de dood die zijn intrede heeft gedaan? Met zijn allen bij elkaar lachen om de overleden grapjes, luisteren naar vertrokken verhalen, stilstaan bij vertelde gedachtes. Iedereen eet na afloop het lievelingseten van de overledene, en fêteert de jaren die geleefd zijn. Tranen komen wel, de treurnis sijpelt overal toch wel doorheen. Laat een afscheid dan draaien om de vreugde van het leven – niet om de catastrofe van de dood. Levensfeest in plaats van doodstragedie.