De vierdaagse januari-sale in Parijs is begonnen. Nu staan Parijzenaren gewoonlijk al niet bekend om hun vriendelijke voorkomen op straat. De ‘soldes’ in deze modestad doen er nog een pittig schepje bovenop. Geëmancipeerd en modebewust als de Franse vrouwen zijn, stappen ze gedecideerd op de schappen af. Neuzen steken hoog de lucht in, en mondhoeken hangen het liefst misprijzend naar beneden.
Je zou denken dat dit gedrag na het op de kop tikken van menig afgeprijsd merkartikel zou veranderen. Dat het bemachtigen van dat ene veel te dure en zelfs na 50% korting nog enorm onbetaalbare kledingstuk de gemoederen wat vrolijker stemt. Maar niets is minder waar. In de metro staat iedereen, bepakt met tientallen ‘soldes’ tassen, nog steeds ontzettend chagrijnig te zijn. Zelfs na het overmeesteren van de prooi blijven de vrouwen in jachtmodus. Zonde, want volgens mij zijn het stiekem hártstikke gezellige mensen, en zouden ze zelf ook niets liever willen dan enorm blij zijn. Misschien is het de angst waardoor het lachen ze ontgaat. De vrees om gezien te worden als vriendelijk en dus kwetsbaar, in plaats van wantrouwend en zelfverzekerd en dus onaantastbaar.
Die muur moet je doorbreken. Maar niet door zelf iedereen die je ook maar enigszins niet zint een dodende blik te geven. Dan houdt je de cirkel der chagrijn alleen maar in stand. Lach! Of glimlach als dat je wat beter af gaat en je minder ongemakkelijk doet voelen.
Het fijne aan lachen is dat het een dubbele relativerende werking heeft. Aan de ene kant voel je je zelf zorgelozer en gelukkiger. (Echt, je kan biologische blijheid opwekken door je gezicht in de blijheidsstand te zetten). En aan de andere kant werkt lachen enorm aanstekelijk. Niemand houdt zijn lippen ongebogen als je ze vriendelijk glimlachend recht in de ogen aankijkt. Ze zullen denken dat ze er bijzonder leuk uitzien, of zich opeens realiseren dat ze eigenlijk enorm serieus kijken. Of, beter nog, ze beseffen dat ze een heleboel hebben om gelukkig over te zijn.
Zo zet de glimlach een positieve vicieuze cirkel in gang. Jij wordt blij door je glimlach, je omstanders glimlachen eerst uit beleefdheid en vervolgens uit intrinsiek geluk terug, wat jou weer blij maakt, en voor je het weet staat de hele metro vol glimmende gezichten. En dan kan het nog maar enkele seconden duren voordat men gezamenlijk in een perfect georkestreerde musical uitbarst en de lucht zich roze kleurt en er bloemen uit komen vallen. O en wereldvrede natuurlijk.
Niet getreurd als dit laatste onverwachts niet gebeurt: het veroorzaken van een glimlach op het gezicht van een vreemde is op zichzelf al een waardevolle prestatie, en zal je eigen geluk weer een duwtje in de goede richting geven.