’s Morgens in de douche neem je het scheermes ter hand om het haar van je benen te scheren, en je slaagt er in het vel niet mee te trekken, zodat je niet het tintelende wit van je scheenbeen ziet, dat zo’n pijn doet dat je het even duurt voordat je het gelooft, maar wanneer de bloedvaatjes een voor een beginnen te lekken, weet je het wel. Ook is het je gelukt het scheermes niet naar je mond te brengen, en het scherp van het blad over je tandvlees te halen. Je nagels vijlen lukte zonder de puntige vijl tot bloedens toe onder je nagelbed te duwen. Twee, drie stoten.
Toen je op je werk aankwam, wachtte je af tot de glazen deuren vanzelf openden, in plaats van er met je hoofd tegen te knallen, zodat het glas in een miljard scherven brak en in flinters in je kraag viel, waar het even zovele minuscule kerven maakte over heel je bovenlichaam en je hoofd blauwhittig opgloeide.
Je liep naar je werkeiland en je startte je computer op, ook dit keer zonder eerst een mes in de keel van de collega links naast je te planten, zonder je pc van tafel te heffen, hem boven je hoofd te tillen, met gestrekte armen op de grond te knallen, terwijl je beseft dat je er morgen spierpijn in de borststreek van zal hebben.
Je braakte niet tijdens de lunch, je hoestte niet in iemands gezicht, je zei niet per ongeluk ‘kutwijf’, toen alweer die linkercollega, zonder pulserende bloederupties uit haar nek dus, rondkwam met zelfgebakken brownies.
Je wandelde door de gangen van je werkeiland naar de koffieautomaat en terug, en kneep het gloeiendhete plastic bekertje niet dwangmatig plat, zo hard dat je nagels door het plastic heen in je handpalmen sneden, je voeten stampten niet door de vloer, je stak je hand niet onder je rok om je onderbroek heel, heel hard in je kut te rammen.
Je deed de deur van vergaderruimte D niet open om je hoofd binnen te steken en enkele harde kreten uit stoten. Je liep zomaar voorbij de intercom, zonder de hoorn af te nemen en een diepe, borrelende boer door het gebouw te jagen.
Je fietst naar huis, je gooit jezelf niet onder een auto, je opent de deur, je gaat de trap op, ploft op de bank, zet de tv aan en dankt de hemel dat net dit op tv is:
(foto voorpagina: Marcus Quigmire.)