Asset 14

So simple that we couldn't

Automatische concepten 36

Twee mannen zoeken antwoorden op vragen die ze niet begrijpen, om tot een allesomvattend inzicht te komen. Het verschil tussen een zuurstofatoom en een zonnestelsel blijkt eigenlijk niet zo groot.

Een witte wachtkamer, posters van stillevens aan de muur, op tafel een box tissues, een theekan en tijdschrift de Happinez. Op een klok aan de muur springt de secondewijzer heen en weer tussen elf en tien seconden voor elf.

Twee mannen zitten van elkaar afgedraaid, weg. Ze werken aan vragenlijsten.

Waldi (de lange), markeert met rood tot de laatste pagina, begint dan opnieuw.
Esra (de korte), kauwt op een blauwe pen. Hij komt niet verder dan vraag één.

Esra gooit zijn pen neer.

Esra: IK STOP ERMEE.
Hij gaat weer door.

Waldi gooit zijn pen neer.
Waldi: Ik stop ermee.

Waldi pakt zijn tas in met de vragenlijsten en de Happinez.

Esra: Deugt niet. Die vraag klopt gewoon niet.

Waldi rukt een voor één de posters van de muur.

Esra: Klopt verdomme geen hout van.

Waldi stopt de posters in zijn tas. Dan de theekan. Dan de kopjes. Tenslotte de tissuebox.

Waldi: Goedemiddag.
Hij trekt zijn jas aan.

Esra: Meneer, ze willen dat ik dit invul. Maar die vragen deugen niet.

Waldi: Het spijt me, ik ben klaar. Misschien kom je er zelf achter wat er niet klopt.

Esra: Hier. “Ik krijg een soort angstgevoel alsof er elk moment iets vreselijks zal gebeuren.”

Waldi sluit zijn rits, kijkt op de klok, stopt dan.
Waldi: Wat klopt daar niet aan?

Esra: Alsof. Niet alsóf er elk moment iets vreselijks kan gebeuren. Er gebéurt elk moment iets vreselijks.

Waldi: Wat denk jij dat er gebeurt?

Esra: Dat we met 200 miljoen kilometer per uur geslingerd worden naar de rand van het heelal waar amper licht komt. Dat gebeurt er, meneer.

Waldi: Dat is niet best. Daar zou ik hulp voor zoeken.
Hij klimt op een stoel en demonteert de klok.

Esra: Terwijl we hier praten. Dat we met 1050 kilometer per uur om onze as tollen. Dat we om de zon gaan met hoppa, 107 mille per uur –
We merken het niet eens. Nu ik het weet, voel ik dat het gebeurt. In mijn maag.
Alsof je in een flat bent, en je ineens denkt: ik sta 30 meter boven de grond, ik word omhooggehouden door een paar balkjes.

Waldi (vanaf de stoel): Hoe kom je daar vanaf?

Esra: Met mijn maag alles in orde zei de dokter. Ik krijg nu capsules. Anti-draaierigheid. Maar dat draaien, dat draaien… we draaien echt. 1050 kilometer per uur.
U gelooft me niet.

Waldi stapt van de stoel af, stopt de klok in zijn tas.
Waldi: Sterker nog, ik denk dat je gelijk hebt.

Esra: Wat? Waarom? Hoe weet u dat? We kunnen met nog geen telescoop zien hoe het echt zit, het heelal. Omdat die zonnestralen ook nog dat hele roteind hiernaartoe moeten, 150 miljoen kilometer. Als je kijkt, zie je een plaatje van 8 minuten oud. Terwijl wij praten, kan de boel al in elkaar geklapt zijn op een asteroïde. Eén meetfoutje, en er blijkt toch een supernova-explosie geweest. Een zwart gat ontstaat: we worden er allemaal ingezogen.

We kúnnen het niet weten.

Waldi zet zijn tas neer en gaat weer zitten.
Waldi: En dat maakt je bang?

Esra: Dat maakt me godverdomde bang. Dat zou iedereen bang moeten maken.

Waldi kijkt naar Esra en begint aantekeningen te maken met zijn rode pen.
Waldi: Was dat het?

Esra pakt uit zijn borstzak een briefje. Hij leest voor.
Esra: Dit was alleen nog de aarde. Heeft iemand u wel eens verteld dat we 8 planeten en nog 5 dwergen hebben in het zonnestelsel?
Dichtstbij is natuurlijk Venus. 41 miljoen kilometer.
Op zeven miljard kilometer ligt Pluto.
Hij maakt het wijdste armgebaar dat hij kan.

Waldi schrijft.
Esra: Weet u wat daarbuiten is? Sedna. Planetoïde.
Hij wijst op zijn briefje.
Op 11 miljard kilometer. D’r baan - het is meer een schijf - maakt een soort afwijking de diepte in, tot 100 miljard kilometer afstand. Stel dat het allemaal een grote atletiekbaan was.

Waldi (zonder op te kijken): Dan werd een marathonloper nooit een sprinter.

Esra: Dan lag de zon in het midden, aarde op de parkeerplaats, en Sedna 100 kilometer verderop.
Weet u hoe lang een jaar duurt op Sedna?
Elfduizend van onze jaren.
Vijfduizend jaar winter.

Vijfduizend jaar op weg om maar weer een klein beetje zonlicht te krijgen.
Stilte.
Hoe eenzaam dat is. Daar denk ik heel vaak over na.

Waldi: Dat kan ik me voorstellen. Ik bedoel – voorstellen? – ik kan het me niet écht voorstellen, Sedna –

Esra: – Nee.

Waldi – maar ik kan me voorstellen dat je je eenzaam voelt.

Esra draait zijn blaadje om.
Esra: Contact maken. Met de exoplaneten, vier lichtjaar verderop. Weet u hoe lang dat zou duren? Vier jaar, met de snelheid van het licht.
De rest ga ik niet voorlezen. Straks wordt u net als ik.

Waldi: Waardoor?

Esra: U wilt het niet weten.

Waldi: Wat niet?

Esra (leest voor): Zelfs Sedna, helemaal daar, wordt nog aangetrokken door de zon, en tussen die twee zit mijlen en mijlen van niks, van leeg, van vacuüm, snap je.
Niks in ons zonnestelsel en al die zonnestelsels. In onze Melkweg. Tussen al die sterrenstelsels. In clusters. In superclusters. In megamuren in filamenten. In het universum. In multiversums. En het dijt maar uit en uit.
Daar ben ik achter gekomen. Dat 99% van de ruimte gewoon leeg is.

Ik heb alles al geprobeerd. Anti-draaierigheid. Anti-depressieboek. Pro-biotica. Bijbels, zelfs op zo’n loopband, op zo’n loopband, urenlang hè.
Waarom zou ik in godsnaam nog opstaan?
Waarom zou ik nog werken?
Mijn belasting betalen?
Wat de fuck doet een papiertje ertoe? Waarom een muziekje opzetten? Of in de wachtkamer op je beurt gaan zitten wachten? Waarom? Wat zegt u daarvan?

Waldi: Je hebt GELIJK!

Esra: HOEZO HEB IK GELIJK?!

Stilte. Waldi pakt de theekan uit zijn tas, schenkt in en neemt een slok.
Waldi: Mag ik jou iets laten zien?

Waldi laat zijn aantekeningen zien die hij net heeft gemaakt: het is een schematische tekening. Zo te zien een zonnestelsel.

Esra: Een zonnestelsel.

Waldi: Een atoom. Zuurstof.

Esra Wat heb ik aan zuurstof?

Waldi pakt ook een briefje uit zijn borstzak.

Waldi: Omdat elektronen hierin met 2000 kilometer per seconde op weg zijn rond de atoomkern. Terwijl we hier praten.
In dit water. In de lucht die ik inadem. Dat gebeurt er.
We merken het niet eens.
We kunnen met geen microscoop zien hoe het echt zit. Omdat die elektronen te snel gaan om te observeren. Als je ze bekijkt, zijn hun afstand en snelheid al veranderd. Terwijl wij praten zijn elektronen als geesten, ze laten een golf na van hun eigen aanwezigheid, als een spoor. Met een meetfout.
Waar die elektronen zitten: we kunnen het niet weten.

Esra: Dus?

Waldi: Toch zit het in ons lijf. Ik drink dat water. Ik adem die lucht in.
Heeft iemand u verteld dat we 8 elektronen, 8 protonen en 8 neutronen hebben in een zuurstofatoom?
Heel ver van elkaar vandaan.
Stel dat het allemaal een groot atletiekveld is.

Esra: Het is ook een atletiekveld.

Waldi: Als een kern een kogel is, dan ligt het elektron 10 kilometer verderop.
Zelfs helemaal daar wordt het elektron nog door die kernen aangetrokken. Daartussen? Zit ook niks. Jouw niks.
Weet je hoe lang het zou duren om een boodschap te sturen door die leegte, van hersencel naar cel?

Esra: Geen idee.

Waldi: Niet meer dan 150 milliseconden.
Zuurstof is dan nog maar één atoom.
En daarvan zijn er quadriljoenen. Weet je hoeveel een quadriljoen is?

Esra: Eén met tien nullen?

Waldi: Viertentwintig nullen.
Atomen zitten in verbindingen. De moleculen. De moleculen zijn weer gevouwen in allerlei spiraalvormen: aminozuren. In celwanden van neuronen.
86 miljard neuronen in ons brein. Dit is belangrijk. 86 miljard. Ongeveer even veel als sterren in de Melkweg. In één brein.
Er zijn 7 miljard breinen nu op aarde. Van mensen althans.

Stilte

Waldi: Die uitlopers vormen communicatiewebben tussen alle neuronen door je hele brein. En daarbuiten.
De langste uitloper van één cel is wel een meter. Dat is uw teenreflex: van uw ruggenmerg , onderaan de rug, naar uw teen loopt die. 150 milliseconden denktijd.
En die neuronen maken continu verbindingen, vernieuwen zichzelf of sterven weer af.

Stilte

Waldi: Dit zit in uw hoofd.
Zo veel sterren als er in de Melkweg zijn, zo veel neuronen in uw hoofd.
Zo veel leegte als er in ons zonnestelsel is, zo veel leegte in een atoom.
Zo veel snelheid als een asteroïde heeft, zo reageren deeltjes.
En ik stop per direct met mijn baan als u me nu durft te vertellen dat dat niets is.

Stilte
De klok in de tas slaat elf uur.

Waldi: Ik moet maar weer eens aan het werk.

Waldi pakt zijn tas uit, zet de kan terug, hangt een poster terug, en gaat zijn kantoortje binnen.

Esra: Ik... ik ook eigenlijk.

If the human brain were so simple
that we could understand it,
we would be so simple
that we couldn’t.

– Emerson M Pugh, sr.


Mail

Marthe van Bronkhorst (zij/haar) is schrijver, theatermaker en psycholoog en studeerde aan de VU Amsterdam en Harvard Medical School. Ze schreef voor onder meer Theater Ins Blau, Sonnevanck, Over het IJ festival, Kluger Hans, Meander, De Revisor en werkt aan een roman over duikers bij uitgeverij De Geus.

Nastia Cistakova is een illustrator. Ze is boos op de wereld dus probeert ze met een hoge dosis humor, absurditeit en brutale uitspraken mensen wat langer stil te laten staan bij diverse onderwerpen. Haar hart gaat sneller kloppen van t-shirtteksten, mensen in scootmobielen, knalblauw en de ‘shhh-oorlog’ in de stiltecoupé.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Stranding

Stranding

'Ze ligt hier als aanklacht / op het land gespuugd / om de noodzaak tot evenwicht / tussen mens en water te benadrukken.' Angelika Geronymaki trekt je met dit gedicht over zelfbeschikking en milieuvervuiling mee, als de aangespoelde zeemeermin in een sleepnet gevuld met platvissen, sardientjes en haringen, en slingert je vanuit het zure zeewater op een strand met grijpgrage mannenhanden. Lees meer

 1

Een luik naar het verleden

De opa van Emma Stomp vertrok vanuit Curaçao naar Nederland. In haar gedichten observeert ze het gemis dat dat met zich meebrengt. 'Koop een wollen muts tegen de regen en kou, bid tweemaal daags voor je examens, denk aan thuis maar niet te veel, weet dat alles uiteindelijk is voorbestemd.' Lees meer

Mijn Apocalypsis Leydenensis 1

Mijn Apocalypsis Leydenensis

In deze gedichten vliegt Joshua Snijders koerend over een postapocalyptisch Leiden, zijn Lays-chipszakjes tijdens een uitstapje in de Melkweg achtergelaten en zwemmen walvissen op wieltjes. 'De vraag is of je voetafdrukken kunt achterlaten wanneer er geen zwaartekracht is.' Lees meer

Water landt zachter

Water landt zachter

Via een staalarbeider en een PVV-stemmer onderzoekt Angelika Geronymaki zichzelf. Kan ze, zonder het doen van aannames, de ander leren kennen? Lees meer

:De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter 1

De archivaris en haar dochter: Morgen zal alles anders zijn

‘Even eufy checken.’ In ‘Morgen zal alles anders zijn’ dicht Bareez Majid over de eindeloze keuzes en opties die een dag voortbrengt. Een dag die getekend wordt door de sluimerende aanwezigheid van de videofeed van een beveiligingsapp. Lees meer

Bleekzucht en bloedarmoede

Bleekzucht en bloedarmoede

Menstruatie is stil en onzichtbaar. We kijken weg en gaan door. Maar wat als dat niet langer kan? Wat als het bloed de samenleving binnenstroomt en ons verdrinkt? Esther De Soomer onderzoekt hoe de maatschappij dan reageert. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter

De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter

In ‘Een anatomie van opa’s dochter’ reconstrueert Bareez Majid de verschillende deeltjes die samen een moeder maken. Een moeder die door een ziekte in de war is, en veel dingen vergeet – soms zelfs haar eigen kinderen. Lees meer

Auto Draft 9

Dat het was

Hoe ga je om met herinneringen die te pijnlijk zijn om onder ogen te komen? Olivier Herter maakt het publiek getuige van een versnipperd landschap van herinneringen. Vloeiend, stemmig en ogenschijnlijk zonder plot wordt geprobeerd woorden te vinden, waar geen woorden voor te vinden zijn. Dit verhaal werd eerder op toneel gebracht door t Barre Land. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

‘Ik wil geen literatuur van je maken.’ Hoe berg je je moeder in je schrijven, zonder haar essentie te bevriezen? Bareez Majid dicht in woord en beeld over ‘soon-to-be-dead-mothers’ en onderzoekt hoe hun lichamen functioneren als vergankelijk archief. Lees meer

Auto Draft 7

Moederland

Zelfs in de Italiaanse zon lukt het niet altijd om donkere gedachten op afstand te houden. Roos Sinnige laat ons meedrijven op de ongrijpbare stroom die dan ontstaat. Lees meer

zonderverdergroet

zonder verdere groet

Rijk Kistemaker doet niet aan groeten. Rijk schrijft gedichten terwijl hij bezig is met andere dingen, zoals het opladen van een gehuurde Kia en huilen. Laat je meevoeren op zijn poëtische gedachtestroom. Lees meer

Jonathan de slakkenman

Jonathan de slakkenman

'Hij zag simpelweg hoe de slak zich terugtrok in zijn huisje wanneer het zich onveilig achtte. Vanwege hun gedeelde lot, voelde Jonathan zich geroepen om de naaktslak ook een toevluchtsoord te bieden.' In dit korte verhaal van Ivana Kalaš neemt Jonathans slakkenfascinatie langzaam zijn leven over. Lees meer

Het insectenhotel

Het insectenhotel

‘Ik kan wel voor je krimpen.' Dieuke Kingma onderzoekt in een kort verhaal vol spinnenpoten en keverschildjes of je de ruimte die je inneemt in een relatie ook weer terug kan geven. Lees meer

Auto Draft 6

ode aan de lepismA saccharinA

Lieke van den Belt neemt je mee in de wereld van de zilvervis. Met lichte en vervreemdende beelden schetst ze in twee gedichten een dialoog tussen deze beestjes en hun slachtoffers. Lees meer

Enterprise, Alabama

Enterprise, Alabama

Charlotte Duistermaat neemt je mee in de enigszins absurde culturele en historische impact van een snuitkeverplaag op een Amerikaans dorpje en de vergelijkbare migratiestromen van mens en dier. Lees meer

Auto Draft 5

Verpopping

Wanneer een rups zich in de sombere wintermaanden in haar keukenraam nestelt, koestert de hoofdpersoon in dit verhaal van Esther De Soomer voor het eerst weer gevoelens van liefde en tederheid. Lees meer

Huizen, omhulsels 1

richtingen, ruimtes, rijping

Anne Ballon schreef drie gedichten over een innerlijk dialoog. Met zachte, precieze en lichamelijke beelden neemt Anne ons mee in een conflict tussen een ‘jij’ die naar geborgenheid in seksuele ervaringen zoekt en een ‘ik’ die aan dit zoeken probeert te ontsnappen. Lees meer

Stilte

Stilte

Haren wassen bij de kapper, of een ochtendkoffie in een treincoupé. Angelika Geronymaki neemt je in dit gedicht mee langs vormen van stilte. Lees meer

Schieten op de maan

Schieten op de maan

'I shot the moon, and I’ll do it again if I have to.' Julien Staartjes vindt het moeilijk te bevatten hoe de wereld letterlijk in brand staat, maar er toch vooral ogen zijn gericht op wie de grootste raket kan bouwen. Daar kan geen fictie tegenop, maar je moet het toch proberen. Lees meer

Ik was elf

Ik was elf

In dit verhaal onderzoekt Jochum Veenstra waar de grens tussen fictie en werkelijkheid ligt voor kinderen. En tot welk punt kan je als ouder je zoon beschermen? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer