Gedurende het priemjaar 2011 maakt audiokunstenaar Harold Schellinx een geluidskiekje van tien seconden. Elke dag van de week, op steeds wisselende uren. Of hij nou in Amsterdam of in Parijs is, in Brussel of in Kyoto, in Brooklyn of in Wiesengrund. Iedere zondag hoor je op hard//hoofd de zeven geluidsprentjes van de week daarvoor, aaneengeregen tot een stukje van 70 seconden: de tijd die het ook ongeveer zal kosten om het bijhorende tekstje te lezen.
Op precies hetzelfde moment maakt fotograaf Pieter van Wynsberge ergens een foto...
SEVENTY SECONDS [ 41 / 52 ]
Met haar pistool in mijn rechterhand, de arm ietsje gebogen en mijn linkerhand die mijn rechterpols ondersteunde, was ik net de regering. Saskia werkte bij de recherche. Ze was dronken en neuriede ‘Out of time, out of place’. Het melodietje was van haarzelf. ‘Ik had vroeger een vriend,’ lalde ze, ‘als die gezopen had, dan hield hij zich voor een samoerai. Dan moest ik midden in de nacht met hem mee naar het Stationsplein. Daar gingen we op drakenjacht. Toen werd hij uit de dienst ontslagen, en wilde hij kunst gaan maken van een potvis die op het strand was aangespoeld. Een rituele wake met optredende artiesten en cameraploegen, net zolang tot het beest uit elkaar zou ploffen. Maar daar stak de dierenbescherming een stokje voor. Hij is toen gaan schilderen, op een zeilboot waar hij helemaal mee naar Groenland wou. Maar dat ding brak ergens halverwege in tweeën en ik heb hem nooit meer teruggezien.’
Ik kneep mijn linkeroog stevig dicht.
‘Willem van der Decken sloeg achter de ruggen van de Heren Zeventien aan het kapen. Hij legde onder zijn huis een heel gangenstelsel aan, dat naar een geheim hol leidde waar hij al zijn schatten bewaarde,’ zei ik, omdat het er niets mee te maken had.
‘Pang!’ Het galmde een beetje.
Daarna haalde ik de trekker over.
8-14 oktober 2011
Vincennes (4), Amsterdam (2)