In het filmproject Empire laten filmmakers Kel O'Neill en Eline Jongsma de erfenis van het kolonialisme zien. De eerste aflevering gaat over Sri Lanka. Sanne Rispens sprak met Kel en Eline vlak voor hun vertrek naar Indonesië, waar ze op dit moment het tweede deel van Empire afronden.
Filmmakers Kel O’Neill (VS, 1979) en Eline Jongsma (Groningen, 1980) werkten voor het eerst samen tijdens een residency-project op een militaire basis in Kosovo. Hun oorsprong ligt niet bij film: Kel is van oorsprong acteur, Eline fotograaf. In hun woonplaats New York maken ze reportages voor het VPRO-programma Metropolis TV. Hun werk is onder andere vertoond op het IDFA en het Los Angeles Film Festival, maar ook op de Architectuurbiënnale in Rotterdam en bij verschillende exposities. Onlangs filmden Kel en Eline ook een item voor het NOS-journaal over hoe Amerikanen het fenomeen Geert Wilders ervaren.
In Brooklyn, waar Kel O’Neill en Eline Jongsma voor hun beeldscherm zitten, is een sneeuwstorm gaande. Kel vertelt dat de dikke laag sneeuw in hun straat nog niet is opgeruimd. “Ik weet zeker dat de straten van Manhattan wél schoon zijn, want daar is het geld. Maar de mensen in onze buurt zijn oneindig veel interessanter om te filmen dan de mensen daar. Het is hier veel moeilijker om je ambities met de werkelijkheid in overeenstemming te brengen. Daar identificeren wij ons mee.”
Een greep uit de personen die in hun films worden geportretteerd: een lesbische Elvis-imitator, een groep mannen die de Vietnamoorlog naspeelt, Edward de 'Walmart-Greeter' en de zogenaamde 'Ex Ex-Gays'; twee homoseksuele mannen die een tijd in een christelijke instelling doorbrachten waar homoseksualiteit wordt 'genezen' en inmiddels hun geaardheid hebben omarmd:
Veel van de mensen die jullie filmen lijken buiten de maatschappij te staan. Waarom trekt dit jullie aan?
Eline: “Meestal bedenken we het onderwerp voordat we er een individu bij zoeken. We hebben een bepaald idee, en dan zoeken we naar iemand die dat idee kan representeren. Het heeft te maken met je ongemakkelijk voelen in de maatschappij. Iedereen heeft wel eens het gevoel dat hij nergens bijhoort. Ik denk soms dat dat iets van onze generatie is. Ik zie er veel mensen mee worstelen.”
Kel: “De mensen die wij zoeken, zijn een soort eilandjes. Ze hebben hun eigen realiteit gecreëerd. Bijvoorbeeld die mannen die de Vietnamoorlog naspelen... de echte wereld is te hard voor ze, dus maken ze een droomwereld waarin ze de held kunnen zijn. We voelen ons aangetrokken tot mensen die hun fantasie op zo’n dwingende manier externaliseren.”
Eline: “We dachten op een gegeven moment: Wat kunnen we met Elvis doen? Ik dacht aan een vrouwelijke Elvis, en toen kwamen we Barbara del Piano tegen. Zij was openlijk lesbisch, op een plek waar dat helemaal niet geaccepteerd werd. We hadden ontzettend veel geluk dat zij zo’n verrassing was.”
Kel: “Het hele Elvis-ding bleek nog het minst interessant aan haar. We ontdekten steeds nieuwe dingen: ze verzamelde poppen, ze had kanker overleefd. Ze had zoveel bijzonders.”
Jullie benadering is echt do-it-yourself: jullie doen alles met zijn tweeën en gebruiken simpele camera-apparatuur.
Eline: “Mensen onderschatten ons vaak, ze denken meestal dat we een paar studenten zijn. Maar dat maakt ook dat we minder de aandacht trekken als we aan het filmen zijn.”
Kel: “We zien er ook vrij jong uit, dat werkt vaak in ons voordeel. Toen we wilden gaan filmen in Walmart [een grote supermarktketen, SR] zaten de PR-mensen er eerst heel erg bovenop. Maar toen ze ons aan zagen komen met ons kleine cameraatje, lieten ze ons gewoon onze gang gaan.”
De korte film van Kel en Eline die op Hardhoofd te zien is maakt deel uit van een interdisciplinair mediaproject getiteld Empire. Het zal uiteindelijk bestaan uit vijf video-installaties, die zijn gefilmd in vijf voormalige V.O.C-handelscentra: Sri Lanka, Indonesië, India, Ghana en Zuid-Afrika. Het doel is om de architectonische, culturele en spirituele sporen van de V.O.C.-kolonisten te documenteren.
Empire gaat over grote thema’s, hoe gaan jullie dit in beeld brengen?
Eline: “We kijken naar wat er over is gebleven, maar doen dit door middel van kleine, persoonlijke verhalen. In Nederland zijn we ons erg bewust van wat de V.O.C. heeft betekend. Ik heb zelf op een bepaalde manier een V.O.C.-achtergrond – mijn familie is deels Indisch. Dat deel van mijn herkomst is iets wat ik op de een of andere manier altijd in mijn achterhoofd heb.”
Kel: “Het is een interessant project omdat het iets zegt over onze wereld. We leven allang niet meer in het tijdperk van kolonialisme, zelfs niet in het tijdperk van post-kolonialisme. We zijn onderweg naar iets nieuws; de machtsverhoudingen zijn aan het verschuiven. Het is interessant om te zien wat er van die laatste restjes kolonialisme is geworden.”
Eline: “Wat voor impact heeft de V.O.C. gehad op mensen? Het gebeurt nog steeds, mensen worden ergens naartoe gestuurd om naar olie te boren, zo’n bedrijf groeit en groeit. Mensen vestigen zich op een plek en er ontstaat een soort cross-cultural invloed."
Kel: "De nadruk ligt echt op de onbedoelde gevolgen van kolonialisme, en ook weer de invloed van een innerlijke realiteit op de buitenwereld. Kijk bijvoorbeeld naar Herman Steur, de hoofdpersoon uit Sri Lanka, die het Hollandse dorpje heeft nagebouwd in de jungle. De materialen die voor de huizen worden gebruikt zijn totaal ongeschikt voor het klimaat, dus alles dreigt na een tijdje in te storten. Dat laat hij dan weer herbouwen.”
Eline: “Hollandse koppigheid.”
Kel: “Maar ook het afdwingen van zijn culturele realiteit, op een plek waar dat helemaal niet past."
Eline: “Ik denk niet dat de V.O.C.-mannen een idee hadden van de impact die ze zouden hebben op de etnische samenstelling van zo’n gebied. Nederland is een klein land, maar de wereldwijde nalatenschap is gigantisch. We zouden de rest van ons leven aan dit project kunnen blijven werken: er zijn eindeloos veel verhalen.”
Empire zal ook een bepaalde participatie vragen van het publiek.
Eline: “Het zijn kleine verhalen, zoals het verhaal van Herman Steur. Dat gaat over één man, en ik hoop dat de serie mensen aanzet om na te denken over...”
Kel: “Grijze gebieden.”
Kel: “Je ziet de patronen: eerst waren er de Portugezen, toen de Hollanders, nu de Amerikanen en straks de Chinezen. Dat zie je al in Sri Lanka, overal zijn Chinese bouwprojecten gaande.”
Eline: “De ene kant exploiteert de andere kant. Het resultaat daarvan, dat is waar dit project over gaat.”
Kel: “We zijn aan Empire begonnen op een heel vreemd moment. Het heeft iets van een zwanenzang. Het is bijna weg.”
Meer over Kel en Eline: www.sinisterhumanists.tumblr.com.
Interview: Sanne Rispens