Vandaag begint de Zweetweek. Ja, de zomer is voorbij, maar zweet is zoveel meer dan alleen dat plakkerige gevoel onder je oksels, op je rug of in je kruis wanneer je je in de Hollandse zomer (tussen eind juni en begin juli) per ongeluk te veel hebt ingespannen.
Nou, oké, voor wie geen Zweeds spreekt, een grove vertaling.
Zweetweek, een korte introductie.
Natuurlijk was er in het begin sprake van enige verwarring, zou dit gaan over "zweet" ("zweet") of over een bepaalde "Zweed" ("Zweed"). Hoewel we natuurlijk nooit moedwillig de Zweden respectloos zouden bejegenen (het zijn zij, tenslotte, die verantwoordelijk zijn voor de jaarlijkse selectie van een Nobelprijs voor de Literatuurwinnaar, en ik weet uit betrouwbare bron dat minimaal twee van onze redacteuren oprecht geloven binnen afzienbare tijd voor de eer van een longlist-plaatje in aanmerking te komen) maar hard//hoofd zou hard//hoofd niet zijn wanneer we niet op het ietwat idiote plan waren gekomen om een gehele week te wijden aan het prachtige lichaamsvocht genaamd "zweet". Of, "zweet", in het Nederlands. De echte redenen zijn te ingewikkeld om uit te leggen. Of in ieder geval: te ingewikkeld om door een vriendelijke Zweed te laten uitleggen in een korte video. Laten we het erop houden dat het goed klonk, "zweetweek". Met dus in ieder geval één Zweed (Zweed).
Hoogachtend,
Jan Postma