Asset 14

Tempo Doeloe - Verbonden met een omstreden verleden

Tempo Doeloe -

De jaarlijkse herdenking op 15 augustus van de capitulatie van Japan in 1945 roept bij Vivian Mac Gillavry gemengde gevoelens op. Als tweede generatie oorlogsslachtoffer groeide ze op met nostalgische verhalen over Tempo Doeloe, maar vindt ze de steeds luider klinkende kritiek op het koloniale verleden terecht. Een essay over het omgaan met een koloniaal verleden in je familie, verbintenis voelen en je eigen gedachten daarover vormen.

Op 15 augustus 1945 kwam er, door de capitulatie van Japan, voor het Koninkrijk der Nederlanden officieel een einde aan de Tweede Wereldoorlog. Sinds 1980 vindt elk jaar de herdenking daarvan plaats bij het Indisch Monument in Den Haag. Hier worden alle slachtoffers van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië herdacht. Deze herdenking roept bij mij als tweede generatie oorlogsslachtoffer gemengde emoties op. Enerzijds ben ik opgegroeid met nostalgische verhalen over Tempo Doeloe en verhalen over hoe het leed van de Indische Nederlanders die na de oorlog in Nederland aankwamen niet erkend werd. Anderzijds klinkt de terechte kritiek op ons koloniale verleden steeds luider.

Vorig jaar rond deze periode schreef Ellen Deckwitz in NRC over haar heimwee naar het Indië van haar oma. Een plek die zij zelf niet heeft gekend, maar waar ze zich desondanks mee verbonden voelt. In haar stuk schrijft ze over secundair trauma en gemis dat kan worden overgenomen van de eerste generatie door tweede en derde generaties. Dit gemis wordt echter complexer wanneer er wordt ingegaan op het koloniale verleden van Nederlands-Indië. Want wat als je verbonden of bent met een plek die zo omstreden is?

Nostalgie werkt vertekenend omdat het verleden wordt geïdealiseerd.

Ook zelf herken ik als tweede generatie dit secundair gemis. Maar ik ervaar dit gemis als ambivalent, want er kleeft ook veel schuld en schaamte aan het koloniale Nederlands-Indië. Mijn Indische familie zat tijdens de oorlog in een interneringskamp op Java. Mijn vader was dertien toen hij met zijn moeder en zusje naar Nederland kwam. Zijn vader had het kamp niet overleefd. Over zijn gemengde gevoelens schreef hij op veel latere leeftijd: “Ik ben een product van meer dan 300 jaar exploitatie en kolonialisme. Mijn gevoelens van nostalgie zijn ongepast. Ik zou mij schuldig en beschaamd moeten voelen over mijn verleden, mijn ouders en voorouders.”

Heimwee naar het oude Indië en Tempo Doeloe is een omstreden onderwerp omdat er nog (Indische) Nederlanders zijn die voornamelijk met nostalgie naar het koloniale verleden kijken. Nostalgie werkt vertekenend omdat het verleden wordt geïdealiseerd. Het verleden wordt door herinneringen en verlangens gevormd tot een geromantiseerde versie van de werkelijkheid.1 Negatieve associaties, of beter gezegd: kritische stemmen, passen daar niet bij.

Wanneer nostalgie wordt gecombineerd met het besef van context komt er ruimte voor schaamte en kan nostalgie misplaatst voelen. Al betekent dat niet dat het nostalgische gevoel er niet meer is. Het is goed dat er eindelijk meer kritiek wordt geuit op het koloniale verleden. Maar waarom is het voor daaropvolgende generaties dan soms nog steeds lastig om kritisch te zijn?

Zoals Deckwitz beschreef kan het oorlogsverleden van de eerste generatie het gevoel oproepen bij tweede en derde generaties dat zij hun ouders en grootouders moeten troosten. Door de heimwee van de eerste generatie kunnen zij een gevoel van machteloosheid ervaren. Deze intergenerationele dynamiek en secundair trauma houden ook verband met wat door psychiater Nagy beschreven is als ‘onvoorwaardelijke loyaliteit’ tussen ouders en kinderen. Dat gevoel van loyaliteit was bijvoorbeeld terug te zien bij de demonstranten bij het Nederlands-Indisch Museum vorig jaar. Zij demonstreerden tegen het gebrek aan erkenning van de Nederlandse staat voor de Indische oorlogsslachtoffers; iets wat oorspronkelijk door de eerste generatie werd ervaren.

Als kind kwam het niet in mij op om een oorlogsslachtoffer te wijzen op het onrecht dat zijn gevoelens wellicht deden aan andere slachtoffers, zoals de Indonesische bevolking.

Voor mijzelf werd het gedurende de jaren steeds duidelijker dat dit secundair gemis zich vooral uitte in dat ik mij verbonden wilde voelen met mijn vader. Mijn interesse in zijn geboorteland, geschiedenis, zijn gebruiken, en het leed dat hij heeft geleden tijdens de oorlog, gaf ons momenten van verbondenheid. Als kind kwam het niet in mij op om een oorlogsslachtoffer te wijzen op het onrecht dat zijn gevoelens wellicht deden aan andere slachtoffers, zoals de Indonesische bevolking. Daarvoor was ik ook veel te veel gefocust op zijn gevoelens. Wanneer ouders zichzelf niet als daders zien maar vooral als slachtoffers, kan kritiek op de rol van je familie tijdens het koloniaal bewind een gevoel van disloyaliteit veroorzaken. Mijn vader was nog een kind toen hij en zijn familie Indonesië verlieten en werd grootgebracht met dat beeld van slachtofferschap. Pas na zijn zeventigste schreef hij over zijn besef van ongepaste nostalgie.

Inmiddels leven mijn vader, oma en tante niet meer en dat maakt het soms ongemakkelijk voor mij om kritiek te uiten op de geschiedenis van mijn familie, want ik kan het gesprek niet met ze aangaan. Ongemakkelijk vind ik, maar dat is geen reden om niet kritisch te zijn.

Columnist Reza Kartosen-Wong schreef al eerder in NRC hoe “witte onschuld” Nederlandse kolonialen ervan weerhoudt om Nederlands-Indië bovenal als een gruwelijk koloniaal project te zien. Zij zien zichzelf meer als weldoeners en slachtoffers dan als daders. In dit voorbeeld gaat het over Nederlandse kolonialen die in het slachtofferschap blijven hangen, maar ook bij ‘Indo-koloniale’ families, zoals die van mij, was dat lange tijd het geval. Dit ligt gecompliceerd omdat hier een ‘dubbel’ gevoel van schaamte een rol speelt. Zo werden Indo-koloniale families vaak gediscrimineerd door de Nederlandse families in Indonesië en bij aankomst in Nederland trof hen hetzelfde lot. Indische Nederlanders werden in voormalig Nederlands-Indië als tweederangsburgers gezien. Ze stonden boven Indonesiërs in de raciale hiërarchie, maar onder witte Nederlanders of totoks. “Het leidde ertoe dat veel Indische Nederlanders zich schaamden voor hun Indonesische afkomst.” (Kartosen-Wong, NRC) Die schaamte wordt aangevuld met de schaamte die zij (nu) voelen omdat ze het product zijn van het koloniale verleden.

Door de ervaringen van mijn vader in het ‘Jappenkamp’ en de kille ontvangst in Nederland heeft hij zich vooral gericht op zijn eigen slachtofferschap. Hierdoor speelden twee zaken door elkaar: het koloniale verleden (daderschap, schuld en schaamte) en het eigen lijden in de oorlog. Omdat hij het gevoel had dat zijn eigen lijden niet voldoende werd erkend, leidde dit ertoe dat hij ook minder goed in staat was empathie op te brengen voor het lijden van andere slachtoffers (dit wordt ook wel ‘egoism of victimization’ genoemd).2

 Sinds ik volwassen ben, houd ik twee keer per jaar 2 minuten stilte.

Mijn vader weigerde bijvoorbeeld op 4 mei om stil te staan bij de Nationale Dodenherdenking, omdat er naar zijn mening te weinig aandacht werd besteed aan de Indische slachtoffers. Ruimte voor het leed van de Indonesische slachtoffers – die op 17 augustus hun onafhankelijkheid vieren – was er op die dagen nauwelijks. Dit ontbrak zowel bij hem als bij vele Nederlanders. Een gevoel van loyaliteit naar het lijden van mijn vader zorgde ervoor dat ik als kind ook meer aandacht gaf aan de Indonesische herdenking op 15 augustus dan aan 4 mei. Sinds ik volwassen ben, houd ik twee keer per jaar 2 minuten stilte.

Een leven lang heeft mijn vader geworsteld met gemengde gevoelens over zijn/het koloniale verleden. Een combinatie van persoonlijke (oorlogs)ervaringen, schaamte over een product zijn van het foute koloniale verleden, zijn nostalgische gevoelens, het gevoel te weinig erkenning te hebben gekregen voor zijn lijden, en (gelukkig) op hoge leeftijd zelf te beseffen dat hij te weinig erkenning heeft gehad voor het lijden van de Indonesische bevolking. Hier was blijkbaar ook het verstrijken van tijd voor nodig. Helaas kan een dergelijk proces van geleidelijk besef dus soms zeer lang duren.

Mijn vader voelde zich schuldig over zijn heimwee en ook ik als tweede generatie vind het dus complex om met al deze (overgedragen) gevoelens om te gaan. Als naoorlogse generatie ben ik deels grootgebracht met de trauma’s van mijn familie, maar dat wil niet zeggen dat ik als tweede generatie ook het gewicht moet, noch wil, blijven leggen bij het leed en de nostalgie van de Indische Nederlanders. Ik voel zijn heimwee, maar wel met een nog steeds groeiend besef van een omstreden verleden.

 

1 Lamb, Nicole, 2014, ‘A time of normalcy: Javanese “coolies” remember the colonial estate’, Bijdragen tot de Taal-, Land- en Volkenkunde 170: 530-556.

2 Melchior, Inge en Oane Visser, 2011, ‘Voicing past and present uncertainties: The relocation of a Sovier World War II memorial and the politics of memory in Estonia’, Focaal: Journal of Global and Historical Anthropology 59: 33-50.

Mail

Vivian Mac Gillavry (zij/haar) is antropoloog, beeldend kunstenaar en dyslect. Ze verwondert zich graag over de mens en sociale constructen. Die verwondering uit zich in tekst, beeldend werk en beeld-taalcombinaties.

Rueben Millenaar is een illustrator die werkt in Groningen. Hij houdt zich het liefste bezig met maatschappelijke kwesties in beeld te krijgen. Vaker dan niet resulteert dat in het tekenen van naakte mensen.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

De achterblijvers

De achterblijvers

Fietsend over een jaagpad reflecteert Gert-Jan Meyntjens op zijn rol als echtgenoot en vader, en neemt hij je mee op een zoektocht naar wat het betekent om man te zijn. Zonder bitter te worden. Lees meer

Ik sliep rechts

Ik sliep rechts

Daten met iemand aan de andere kant van het politieke spectrum? Naomi Ronner deed het. In dit essay beschrijft ze haar ervaringen. Lees meer

De kleinste kans

De kleinste kans

Roosje van der Kamp bereidt zich altijd voor op het ergste. Een vreemd plekje op haar huid, opladers in het stopcontact: overal schuilt gevaar. Als ze achter een geheim komt in de familie begrijpt ze beter waar haar angsten vandaan komen. Ze vertelt erover in dit openhartige essay over intergenerationeel trauma. Lees meer

:Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Het plezier van de leugen en de bevrijding van de agressie: volgens Zomergast Herman Koch verfraait iedereen het leven een beetje met leugens. Lees meer

Hondenvoer 1

It takes an adult to raise a village: Halsema is streng, rechtvaardig, en een tikje autoritair in Zomergasten

De bedachtzame, maar mediagetrainde, Femke Halsema nam ons als Zomergast mee in de bestuurlijke (opvoed)dilemma’s uit haar werk. Als een klassiek ouderfiguur toont ze zich streng en rechtvaardig, maar mist ze óók zelfinzicht op sommige punten. Lees meer

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

‘Uğur Ümit Üngörs fragmenten zijn broodnodige kost voor een samenleving die consequent doet alsof wijdverbreid extreem (staats)geweld een ver-van-mijn-bedshow is.’ Terwijl Zomergast Üngör zichzelf kundig naar de achtergrond werkt, maakt hij duidelijk dat de zomer vele winters verstopt. Met opgewekte grimmigheid vraagt hij ons om ons zorgen te maken over het leed van anderen. Lees meer

Zomergasten met Eva Crutzen roept de vraag op of een mooi gesprek genoeg is of dat kijkers toch snakken naar goede televisie.

Zomergast Eva Crutzen zorgde voor een mooi gesprek, maar is dat genoeg?

Na de ideale televisieavond van Eva Crutzen vraagt Hanna Karalic zich af of een mooi gesprek genoeg is voor Zomergasten of dat kijkers toch snakken naar goede televisie. Lees meer

Mijn tweede kutland… 2

Mijn tweede kutland…

Toen Iskra de Vries vanuit Polen naar Nederland verhuisde, bleek dat zij niet van een koude kermis thuiskwam, maar naar een koude kermis vertrokken was. Iskra schrijft een verschroeiend eerlijke break-up brief aan het adres van ons kikkerlandje. Lees meer

Schroot voor de kunstkenner 1

Schroot voor de kunstkenner

Wat doet een beschilderd stuk schroot in het Stedelijk? Waarom ruikt het er opeens chemisch en zoet tegelijk? Het is het werk van Selma Selman, die opnieuw definieert wat kunst is en mag zijn. Ivana Kalaš is onder de indruk – en heroverweegt haar eigen positie. Zoetig en naar ijzer – dat aroma komt op... Lees meer

Zomers zwijgen

Volim nas: hoe de taal van de liefde mijn lichaam tot stilte maande

Wat als je vertrouwen in jezelf en je lichaam plotsklaps wordt aangetast door epileptische aanvallen? En tegelijkertijd je vertrouwen in de onvoorwaardelijke liefde van je oma ook op losse schroeven komt te staan? In een persoonlijk essay neemt Dorea Laan je in beeldende taal mee in deze zoektocht. Lees meer

:Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst 3

Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst

Wat betekent het om moeder te zijn? En wanneer ben je dan een ‘goede moeder’? Moederschap, en alle nuances daarrond, blijft onderbelicht. Anne Louïse van den Dool onderzoekt via de representatie van moeders in de beeldende kunst de vele kanten die horen bij moeder zijn. Lees meer

Als je écht kinderen wilt redden

Als je écht kinderen wilt redden

Shashitu Rahima Tarirga kwam 33 jaar geleden via interlandelijke adoptie naar Nederland vanuit Ethiopië. Na een reis naar Ethiopië maakt ze nu een afweging tussen haar leven hier en het gemiste leven daar. 'Weegt een westers paspoort op tegen het moeten omgaan met de trauma’s van scheiding en achterlating? Weegt een leven hier op tegen onbekendheid met je leven daar?' Lees meer

nuclear family

Queerkroost

In een briefwisseling over queer ouderschap zoeken Eke Krijnen en Lisanne Brouwer naar steun, herkenning en een houding om de maatschappelijke discriminatie buiten het gezinsleven te houden. Lees meer

Informatiehonger

Informatiehonger

We verslikken ons in data, maar blijven gulzig drinken. In dit essay onderzoekt Paola Verhaert hoe onze honger naar informatie — ooit gevoed door boeken, nu door eindeloze datastromen — ons hoofd én onze wereld begint te verzwelgen. Waar ligt de grens? En merken we het als we die overschrijden? Lees meer

:Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

In haar laatste brief aan Alara buigt Yousra zich over taal: hoe taal seksueel geweld normaliseert en hoe taal inwerkt op onze erotische verbeelding. Geweldloze verhoudingen scheppen via taal is voor haar zowel een kwestie van nieuwe talen schrijven als oude of bestaande talen herinneren. Lees meer

Kind van lelijke huizen

Kind van lelijke huizen

Om haar heen ziet Anne Schepers dat de kinderen uit ‘mooie huizen’ die wél een financieel vangnet hebben eerder de stap naar freelancewerk kunnen maken. Ze staat voor de keuze: lijden voor de kunst of doen wat de maatschappij verantwoordelijk acht? Lees meer

:Een reeks foto’s: brieven over consent

Een reeks foto’s: brieven over consent

Voor Alara Adilow voelt het alsof er altijd hiaten overblijven na het schrijven van een antwoord op een brief, en ze vraagt zich af of ze daarom steeds midden in de nacht wakker wordt. Ze denkt na over hoe de zachte aanrakingen niet alleen voor haar lichaam helend kunnen zijn, maar ook voor onze gewelddadige maatschappij, waar pestgedrag en leedvermaak machtsgrepen zijn. Lees meer

:Hoe te dromen:  Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Hoe te dromen: Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Als Stella Kummer ’s ochtends wakker wordt, bespreekt ze in bed haar dromen met haar vriend. Terwijl ze aan hem vertelt wat er die nacht in haar droomwereld is omgegaan, denkt ze na over dromen over de wereld. Begint het veranderen van de wereld niet eigenlijk gewoon in bed? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer