Asset 14

Overwegingen van een proefkonijn (deel 1)

Overwegingen van een proefkonijn (deel 1)

In de zoektocht naar een COVID-19-vaccin wordt er mogelijk deze zomer al op proefpersonen getest – de onvermijdelijke laatste stap in medicijnonderzoek. Wie zijn de mensen die zich als proefpersoon aanmelden en wat drijft hen? Oscar Spaans deed eind vorig jaar mee aan medicijnonderzoek en verwerkte zijn notities tot een driedelige serie. Deze week deel 1: Overwegingen van een proefkonijn.

Een bericht van een arts op mijn voicemail. ‘Ik bel u in verband met het bloedonderzoek waarvan wij zojuist de resultaten hebben binnengekregen. Die zou ik graag met u bespreken. Kunt u mij terugbellen?’

Zijn toon is ernstig, maar ik ken de man verder niet – misschien praat hij altijd zo. Toch voel ik milde onrust opborrelen. Het was maar een routineonderzoek. Als alles in orde was, zou hij het dan niet gewoon zeggen en me een fijne avond wensen? Wat valt er te bespreken? Heb ik HIV?

Ik bel meteen terug, maar nu ben ik het die een antwoordapparaat te horen krijgt: het is 17.01, de kliniek is gesloten, morgen kan ik het opnieuw proberen. Fingers crossed.

Afwegingen

Drie dagen geleden onderging ik een medische keuring, verplicht voor iedereen die mee wil doen aan een medicijnonderzoek. Al twee keer eerder was ik proefpersoon, de laatste keer bijna vijf jaar geleden. De enige slechte herinnering aan die ervaring is de lumbaalpunctie, ook wel bekend als de ruggenprik. Het voelde een beetje gek, die naald in mijn rug, maar die prik op zich was het punt niet. Het was de hoofdpijn de dagen erna die ik liever niet nog eens meemaak.

Tijdens het informatiegesprek voorafgaand aan de keuring werd ik gerustgesteld door een man met een kalme stem en een lange witte jas: bij het onderzoek waarvoor ik me had ingeschreven zou er niet in ruggen worden geprikt.

In het verleden zullen vast weleens enge dingen zijn gebeurd, zei ik dan, maar de tijden zijn veranderd, en dit is Nederland.

Toch twijfelde ik nog een beetje. Dat kwam vooral door de tijdsduur van het onderzoek: zestien dagen en zeventien nachten aaneengesloten. Aan de andere kant liep ik al langer rond met het idee om een stuk te schrijven over mijn ervaring met medicijnproeven, en tijdens mijn verblijf in de kliniek zou ik vrije tijd in overvloed hebben om ermee te beginnen. Bovendien kon ik het geld goed gebruiken – Lowlands, een tripje naar Londen en een verhuizing hadden hun tol geëist. Los daarvan: de tijd die ik vijf jaar geleden doorbracht in het onderzoekscentrum herinner ik me als best gezellig. Binnen de mogelijkheden van de klinische setting was er moeite gedaan om iets van huiselijkheid te creëren. Iedere ochtend stonden er twee vrolijke verpleegsters aan mijn bed met wat pilletjes en een glas water. Af en toe werden er een paar buisjes bloed afgenomen of moest ik wat testjes uitvoeren op een computer terwijl mijn hersenactiviteit gemonitord werd. De rest van de dag zat ik in de gemeenschappelijke ruimte te lezen of te ouwehoeren met andere proefpersonen, niet zelden enigszins onaangepaste figuren waar best een interessant gesprek mee te voeren was - waarmee ik overigens niet wil zeggen dat onaangepastheid een voorwaarde is voor interessante gesprekken.

Horrorverhalen van vrienden over sterfgevallen tijdens zulke onderzoeken wuifde ik weg als hysterisch. In het verleden zullen vast weleens enge dingen zijn gebeurd, zei ik dan, maar de tijden zijn veranderd, en dit is Nederland. Geen waterdichte argumenten inderdaad, en de meesten bleven er dan ook bij dat ik ‘mezelf zomaar liet volspuiten’ - wat niet precies is wat er gebeurde, het waren dus pilletjes, maar ik begreep hun punt, linksom of rechtsom kwam dat spul in mijn bloedbaan terecht.

Mijn eigen punt begreep ik echter ook – ik was het zelfs roerend met mij eens: velen van ons gaven zich namelijk regelmatig over aan synthetische euforie afkomstig uit een ander soort pilletjes, en niemand die er ooit op aandrong om die eerst even bij Brijder op puurheid te laten testen. In elk geval kreeg ik er nu tenminste leuk voor betaald en in het weekend gaf ik ook nog eens niks uit; dat mes sneed aan twee kanten. Bovendien stond ik in de kliniek vierentwintig uur per dag onder medisch toezicht en was het niet zo dat het middel lukraak door een stel lijpe onderzoekers aan een groepje naïevelingen werd gevoerd. Nieuwe stoffen worden altijd eerst uitvoerig in laboratoria onderzocht. Er zijn heel wat petrischaaltjes en testknaagdieren nodig voordat een ethische commissie toestemming geeft om een nieuw medicijn op mensen uit te proberen. Tegen die tijd is al redelijk in kaart gebracht bij welke dosering de veiligheid in het geding komt en wat de mogelijke bijwerkingen zijn. Dat neemt niet weg dat er een bepaald risico kleeft aan deelname. Een aanvaardbaar risico, in mijn ogen - niet zoiets als Russische roulette. De tijd zal leren of mijn inschattingsvermogen me in de steek heeft gelaten.

Controle en risico’s

Een leven zonder risico is geen leven, dat is een computerspel. Een illusie. Iedere dag nemen we risico’s, al doen we dat vaak niet eens bewust; de Nederlandse snelwegen zouden een stuk rustiger zijn als dat laatste wel het geval was.

Geen medicijn op de markt dat niet eerst door vrijwilligers is getest.

Die vergelijking is natuurlijk een beetje flauw. Een mens kan niet zijn hele leven veilig thuis blijven zitten (volgens de filosoof Blaise Pascal is het precies dit onvermogen dat alle problemen in de wereld veroorzaakt, maar dat terzijde), hij moet zich nu eenmaal verplaatsen en stuit daarbij op zaken die buiten zijn controle liggen. In dat opzicht is deelnemen aan het verkeer niet te vergelijken met het nemen van experimentele medicatie: dat laatste is voor een individu niet noodzakelijk om te doen. Gelukkig kan ieder mens, in tegenstelling tot de lab-rat – laten we dierproeven totdat er een beter alternatief is in dit verband een noodzakelijk kwaad noemen – zelf beslissen of hij het risico aanvaardbaar acht of niet. Hoe dan ook bewijst hij er de wetenschap, en daarmee de gemeenschap, een dienst mee. Geen medicijn op de markt dat niet eerst door vrijwilligers is getest.

Voordat ik de schijn wek dat ik mezelf een soort medisch martelaarschap wil toedichten, gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat geld de voornaamste drijfveer is om mee te doen, samen met de intentie om over medicijnproeven te schrijven. Daarbij vind ik het een mooie gedachte dat ik mijn steentje – en meer dan een steentje is het natuurlijk niet – bijdraag aan de ontwikkeling van een medicijn dat mogelijk de kwaliteit van leven van mensen met dementie vergroot. Het gewenste resultaat van het middel dat ik zal slikken: een betere doorbloeding van bepaalde hersengebieden.

Reserve

Zodra het 09.00 is bel ik de kliniek. De telefoniste vraagt mijn geboortedatum en verbindt me door met de arts.

‘Ik heb goed en slecht nieuws,’ zegt dezelfde ernstige stem die ik eerder op mijn voicemail hoorde. ‘Uw bloed is in orde. Het is alleen zo dat we voor dit onderzoek momenteel genoeg proefpersonen hebben, dus kan ik u alleen nog een reserveplek aanbieden.’
Deze domper wordt tenietgedaan door de opluchting die ik ervaar vanwege het feit dat er toch geen enge afwijkende waarden in mijn bloed zijn ontdekt. De reserveplek houdt in dat ik me zondagavond om 19.00 bij het onderzoekscentrum in Leiden meld. ‘Als er geen proefpersonen uitvallen, kunt u dinsdag rond het middaguur weer naar huis. Daarvoor ontvangt u dan een vergoeding van 447 euro.’

Dat lijkt me redelijk voor twee dagen niks doen, maar het woordje ‘uitvallen’ klinkt me toch een beetje eufemistisch-omineus in de oren. ‘Vallen er weleens mensen uit? Wat moet ik me daarbij voorstellen?’

‘Soms komen mensen niet opdagen. Soms blijken de bloedwaarden plotseling zodanig af te wijken dat we ze niet meer kunnen gebruiken voor vergelijkend onderzoek. Soms gebruiken mensen vlak van tevoren nog drugs.’

Ik bedank hem en zeg dat ik er zondag om 19.00 zal zijn. Alles voor de wetenschap. En een beetje voor mezelf.

Lees Overwegingen van een proefkonijn (deel 2) hier.

Mail

Oscar Spaans schrijft verhalen en doet verder het liefst zo min mogelijk.

Nik Heemskerk is een illustrator en stripmaker uit Utrecht.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

De achterblijvers

De achterblijvers

Fietsend over een jaagpad reflecteert Gert-Jan Meyntjens op zijn rol als echtgenoot en vader, en neemt hij je mee op een zoektocht naar wat het betekent om man te zijn. Zonder bitter te worden. Lees meer

Ik sliep rechts

Ik sliep rechts

Daten met iemand aan de andere kant van het politieke spectrum? Naomi Ronner deed het. In dit essay beschrijft ze haar ervaringen. Lees meer

De kleinste kans

De kleinste kans

Roosje van der Kamp bereidt zich altijd voor op het ergste. Een vreemd plekje op haar huid, opladers in het stopcontact: overal schuilt gevaar. Als ze achter een geheim komt in de familie begrijpt ze beter waar haar angsten vandaan komen. Ze vertelt erover in dit openhartige essay over intergenerationeel trauma. Lees meer

:Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Het plezier van de leugen en de bevrijding van de agressie: volgens Zomergast Herman Koch verfraait iedereen het leven een beetje met leugens. Lees meer

Hondenvoer 1

It takes an adult to raise a village: Halsema is streng, rechtvaardig, en een tikje autoritair in Zomergasten

De bedachtzame, maar mediagetrainde, Femke Halsema nam ons als Zomergast mee in de bestuurlijke (opvoed)dilemma’s uit haar werk. Als een klassiek ouderfiguur toont ze zich streng en rechtvaardig, maar mist ze óók zelfinzicht op sommige punten. Lees meer

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

‘Uğur Ümit Üngörs fragmenten zijn broodnodige kost voor een samenleving die consequent doet alsof wijdverbreid extreem (staats)geweld een ver-van-mijn-bedshow is.’ Terwijl Zomergast Üngör zichzelf kundig naar de achtergrond werkt, maakt hij duidelijk dat de zomer vele winters verstopt. Met opgewekte grimmigheid vraagt hij ons om ons zorgen te maken over het leed van anderen. Lees meer

Zomergasten met Eva Crutzen roept de vraag op of een mooi gesprek genoeg is of dat kijkers toch snakken naar goede televisie.

Zomergast Eva Crutzen zorgde voor een mooi gesprek, maar is dat genoeg?

Na de ideale televisieavond van Eva Crutzen vraagt Hanna Karalic zich af of een mooi gesprek genoeg is voor Zomergasten of dat kijkers toch snakken naar goede televisie. Lees meer

Mijn tweede kutland… 2

Mijn tweede kutland…

Toen Iskra de Vries vanuit Polen naar Nederland verhuisde, bleek dat zij niet van een koude kermis thuiskwam, maar naar een koude kermis vertrokken was. Iskra schrijft een verschroeiend eerlijke break-up brief aan het adres van ons kikkerlandje. Lees meer

Schroot voor de kunstkenner 1

Schroot voor de kunstkenner

Wat doet een beschilderd stuk schroot in het Stedelijk? Waarom ruikt het er opeens chemisch en zoet tegelijk? Het is het werk van Selma Selman, die opnieuw definieert wat kunst is en mag zijn. Ivana Kalaš is onder de indruk – en heroverweegt haar eigen positie. Zoetig en naar ijzer – dat aroma komt op... Lees meer

Zomers zwijgen

Volim nas: hoe de taal van de liefde mijn lichaam tot stilte maande

Wat als je vertrouwen in jezelf en je lichaam plotsklaps wordt aangetast door epileptische aanvallen? En tegelijkertijd je vertrouwen in de onvoorwaardelijke liefde van je oma ook op losse schroeven komt te staan? In een persoonlijk essay neemt Dorea Laan je in beeldende taal mee in deze zoektocht. Lees meer

:Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst 3

Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst

Wat betekent het om moeder te zijn? En wanneer ben je dan een ‘goede moeder’? Moederschap, en alle nuances daarrond, blijft onderbelicht. Anne Louïse van den Dool onderzoekt via de representatie van moeders in de beeldende kunst de vele kanten die horen bij moeder zijn. Lees meer

Als je écht kinderen wilt redden

Als je écht kinderen wilt redden

Shashitu Rahima Tarirga kwam 33 jaar geleden via interlandelijke adoptie naar Nederland vanuit Ethiopië. Na een reis naar Ethiopië maakt ze nu een afweging tussen haar leven hier en het gemiste leven daar. 'Weegt een westers paspoort op tegen het moeten omgaan met de trauma’s van scheiding en achterlating? Weegt een leven hier op tegen onbekendheid met je leven daar?' Lees meer

nuclear family

Queerkroost

In een briefwisseling over queer ouderschap zoeken Eke Krijnen en Lisanne Brouwer naar steun, herkenning en een houding om de maatschappelijke discriminatie buiten het gezinsleven te houden. Lees meer

Informatiehonger

Informatiehonger

We verslikken ons in data, maar blijven gulzig drinken. In dit essay onderzoekt Paola Verhaert hoe onze honger naar informatie — ooit gevoed door boeken, nu door eindeloze datastromen — ons hoofd én onze wereld begint te verzwelgen. Waar ligt de grens? En merken we het als we die overschrijden? Lees meer

:Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

In haar laatste brief aan Alara buigt Yousra zich over taal: hoe taal seksueel geweld normaliseert en hoe taal inwerkt op onze erotische verbeelding. Geweldloze verhoudingen scheppen via taal is voor haar zowel een kwestie van nieuwe talen schrijven als oude of bestaande talen herinneren. Lees meer

Kind van lelijke huizen

Kind van lelijke huizen

Om haar heen ziet Anne Schepers dat de kinderen uit ‘mooie huizen’ die wél een financieel vangnet hebben eerder de stap naar freelancewerk kunnen maken. Ze staat voor de keuze: lijden voor de kunst of doen wat de maatschappij verantwoordelijk acht? Lees meer

:Een reeks foto’s: brieven over consent

Een reeks foto’s: brieven over consent

Voor Alara Adilow voelt het alsof er altijd hiaten overblijven na het schrijven van een antwoord op een brief, en ze vraagt zich af of ze daarom steeds midden in de nacht wakker wordt. Ze denkt na over hoe de zachte aanrakingen niet alleen voor haar lichaam helend kunnen zijn, maar ook voor onze gewelddadige maatschappij, waar pestgedrag en leedvermaak machtsgrepen zijn. Lees meer

:Hoe te dromen:  Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Hoe te dromen: Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Als Stella Kummer ’s ochtends wakker wordt, bespreekt ze in bed haar dromen met haar vriend. Terwijl ze aan hem vertelt wat er die nacht in haar droomwereld is omgegaan, denkt ze na over dromen over de wereld. Begint het veranderen van de wereld niet eigenlijk gewoon in bed? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer