'Ik ben langzamerhand gaan inzien dat voor mij de scheidslijn tussen absolute vrijheid en eenzaamheid vaag is.' Mischa Daanen schrijft een brief aan zijn ex-date, die na een lange relatie vooral toe was aan vrijblijvendheid. Kan iets wel echte liefde zijn, als je beide andere voorwaarden stelt aan een relatie?
Lieve Yas,
Herinner je je ons samenzijn nog? Ik denk er nog vaak aan terug. Ik zou je graag nog wat dingen zeggen, maar heb je nummer verwijderd. Daar heb ik nu spijt van.
Ik schrijf je daarom maar een brief. Een brief die ik je niet kan sturen: ik weet namelijk niet waar je nu woont. Ik liep laatst langs je huis, maar je lijkt er niet meer te zijn. Je fiets staat er niet meer, en op het bordje bij de deurbel staat inmiddels een andere naam.
De laatste keer dat ik je een handgeschreven kaartje stuurde, zei je dat je mijn handschrift niet goed kon lezen. Laat staan toen ik White Nights op je nachtkastje had achtergelaten, met de Franse titelpagina door mij haastig volgekalkt met hoe gek ik op je was, terwijl jij stond te douchen. Desondanks vond je het wel een lief gebaar. Ik heb deze brief daarom voor de zekerheid maar getypt en voor je geprint. Niet erg romantisch zo in Arial 12, maar wel makkelijk leesbaar.
Het is bijna een jaar geleden dat ik je voor het laatst zag. De oliebollenkraam staat er inmiddels weer. Herinner je je onze eerste weken samen nog? Onze eerste ontmoeting? Ik nog wel, maar al te goed zelfs.
Op onze eerste date drong jij er na twee drankjes op aan met me mee naar huis te gaan. Je voorstel overrompelde me nogal, maar ergens vond ik het ook wel stoer. Die assertiviteit was ik niet gewend, maar het stond je wel, die vastberadenheid. Ik voelde me behoorlijk gevleid.
Eenmaal thuis stelde ik voor om nog wat te drinken op de bank en verder te kletsen, maar dat sloeg je af en je begaf je gelijk naar mijn slaapkamer. Een intense eerste keer volgde. Ik denk er nog vaak aan.
Op het bordje bij de bel nog jullie beide namen, verbonden met een &, als een setje
Je zou niet blijven slapen die avond. Rokend uit het raam, op de rand van mijn bed, vertelde je dat je net je relatie had beëindigd na zeven jaar samen te zijn geweest. Noodgedwongen woonden jullie nog samen, totdat hij in zijn nieuwe appartement kon.
Zo snel als je je had uitgekleed, kleedde je je ook weer aan. Hij zou straks thuiskomen, en je wilde niet dat hij iets vermoedde. Niet uit angst, maar omdat je hem niet wilde kwetsen. Dat vond ik ergens wel lief van je, op een vreemde manier. Je was wild, onbevangen en spontaan. Je intenties leken mij puur en liefdevol.
Zou ik je nog een keer zien? Dat wist je niet zeker. Eind van de maand zou hij vertrekken en daarna zou je het appartement voor jezelf hebben.
Je zou het me laten weten.
Dat duurde je blijkbaar te lang. Nog datzelfde weekend appte je me of ik langs wilde komen. Hij was naar vrienden toe, en jij was alleen. Ik twijfelde, maar wilde je wel graag nog een keer zien. Een halfuur later stond ik voor je deur. Op het bordje bij de bel nog jullie beide namen, verbonden met een &, als een setje.
Vanaf toen werd het wekelijks stiekem samen afspreken. Op straat of in een café; samen oliebollen halen bij de kraam tegenover je huis om ze vervolgens koukleumend, maar wel knus tegen elkaar aan op een bankje in het park, op te eten. Samen naar de IJ-hallen om outfits voor je te scoren en nieuwe spullen voor in je huis te halen. Samen naar feestjes en daar met elkaar en anderen dansen, en dan tongen op de achterbank van de Uber terug naar huis. De hele dag met elkaar praten en appen; heel veel appen. Stiekem. Van onschuldige selfies, muziek, videoclips, films, memes, outfitchecks, boektitels en jeugdfoto’s, tot hitsige berichtjes en foto’s met eenmalige weergave onder werktijd aan toe. Het voelde onschuldig, fris, nieuw, geil, leuk en gezellig; onbevangen.
De laatste sporen van je eerste serieuze relatie, die zeven jaar duurde, waren nog niet uitgewist of ik liet mijn sporen alweer na
Toen hij eenmaal verhuisd was, ging het al gauw van stiekem buiten afspreken — bang om hem of vrienden van hem tegen te komen — naar samen koken, drinken, tv-kijken, in de huiskamer dansen en seksen, blijven slapen, samen ontbijten, met je kat Pierre spelen en nieuwe meubels voor je kopen bij de IKEA of op Marktplaats bij oude vrouwtjes die zeiden dat ze ons een schattig stel vonden samen. Dat vond ik stiekem ook. Hand in hand liepen we dan samen terug. Jij met een nieuw bijzettafeltje onder de arm, ik met vlinders in m’n buik en een grote glimlach op m’n gezicht.
Zo hadden we wekenlang schik met elkaar. Altijd. Ik ontmoette je vriendinnen en je collega’s, en we gingen vaak samen uit. De volgende ochtend in bed spraken we dan de avond door en praatten we veel. Over onze levens, onze jeugd, familie en vrienden, relaties, over dromen, onzekerheden, verlangens en wensen. Ik vond dat fijn. Ik wilde alles van je weten. Je écht leren kennen.
Soms moest ik vlug m’n kleren bijeen rapen en de deur uit. Hij zou zijn laatste spullen komen ophalen, wilde je nog een laatste keer spreken, Pierre nog een keer aaien en jou gedag zeggen, sleutels inleveren of post ophalen. Zodra hij weer vertrokken was, belde je mij gelijk op dat de kust veilig was en ik zo snel mogelijk weer naar je toe moest komen. Jij lag dan al in bed op mij te wachten. De laatste sporen van je eerste serieuze relatie, die zeven jaar duurde, waren nog niet uitgewist of ik liet mijn sporen alweer na in je appartement in de vorm van een per ongeluk expres vergeten horloge, sjaal, natte handdoek, tandenborstel of gebruikt condoom. Je bent geen dag alleen geweest. Dat zal niet makkelijk voor je zijn geweest.
Heb je dat boek nou al gelezen dat ik je gaf? Ik heb de mooiste passages erin voor je gemarkeerd. Achterin heb ik ook nog wat liefs voor je geschreven. Heb je dat wel gezien? Je zei dat je het zou lezen en legde het op je nachtkastje bij de rest van je boeken. De laatste keer dat ik bij je was, lag het er nog onaangeroerd tussen, een ander nieuw boek erbovenop. Dat kwetste me. Ik hoopte dat je een cadeau gekregen boek nog diezelfde avond zou lezen; benieuwd wat iemand je ermee probeert te vertellen wat diegene zelf niet lukt. Bestaat er een grotere bekentenis van liefde dan dat?
Maar misschien is dat juist wat je vreesde: een liefdesbekentenis. Daar had je immers geen behoefte aan, geen tijd voor, stond je hoofd nu niet naar. Je wilde vrij zijn. Daar verlangde je hevig naar, na een klein decennium samen te zijn geweest. Je had je al zó lang niet single, vrij en zelfstandig meer gevoeld en het was tijd om te ontdekken wie je écht was, wie jij wilde zijn, wat jij wilde doen, en met wie je dat wilde doen. Voor nu was dat met mij, maar misschien morgen niet meer. Dat wist ik ook wel.
Ik was niet de enige die je zag. Dat wist ik ook. Daar was je heel duidelijk over vanaf het begin. Dat hebben we meermaals besproken. Je zei dat je contacten met anderen vluchtig en oppervlakkig waren, maar dat je het toch nodig had; die aandacht, dat avontuur, sporadisch een date. Vooral als ik er even niet was, of geen tijd voor je had. Ik vond dat prima. You do you. Je zei dat je mij het leukste vond. Ik mocht van jou dan ook met iemand anders op date als ik dat wilde. Van mij hoefde dat niet zo. Ik had aan jou genoeg. Meer dan genoeg.
Maar was het wel echte liefde, met de voorwaarden die jij stelde aan onze relatie?
Onze connectie begon als open, vrij en ongedwongen, maar ik raakte steeds meer aan je gehecht. Ik werd echt verliefd. Maar was het wel echte liefde, met de voorwaarden die jij stelde aan onze relatie? Of stelde ik andersom misschien net zo goed voorwaarden aan ons contact, die voor jou niet opgingen?
Ik mis hoe het was toen we elkaar net leerde kennen. Toen alles nog casual en onschuldig was. Toen ‘anderen’ nog niet ter sprake kwam. Alles is sindsdien zo snel veranderd. Waarom? Was er iets mis met enkel ons twee samen? Wat wij hadden was toch leuk genoeg? Had je daar echt anderen bij nodig?
Ik mis de Yas die samen met mij naar meest foute en toeristische tenten van de stad wilde gaan om daar samen te eten, lol te trappen, mensen uit te lachen, hardop te boeren en met de barman te flirten voor gratis shots die we vervolgens, de onschuld zelve, dan zonder hem opdronken.
Ik zie ons liever samen lol hebben en lachen, in plaats van elkaar te moeten delen.
And when nobody wakes you up in the morning, and when nobody waits for you at night, and when you can do whatever you want. What do you call it, freedom or loneliness?
Ik ben langzamerhand gaan inzien dat voor mij de scheidslijn tussen absolute vrijheid en eenzaamheid vaag is, en een dun koord om op te dansen. Eén waar je vroeg of laat geheid vanaf valt. Zoals wij nu. Die paar betekenisloze wilde escapades waar jij zo naar smachtte, op momenten dat je misschien beter alleen had kunnen zijn, was dat het nou waard?
Misschien bedenk je je en hoor ik nog een keer van je. Hopelijk is die Yas van toen er dan nog. Laat je het me dan weten?
Vind jij intussen maar jezelf, dansend op dat koord, daar ergens tussen die twee uitersten.
Ik wens je niets dan goeds toe.

Mischa Daanen studeerde Theory & History of Psychology en werkt tegenwoordig als redacteur aan psychologie- en managementboeken. In zijn vrije tijd maakt hij graag ruzie met zijn huisbaas of schrijft hij veel te uitgebreide Goodreads-reviews die waarschijnlijk toch nooit iemand leest.

Anne Carlijn Werink (2002) is kunstenaar en illustrator. Ze laat zich graag inspireren door zonnige rustmomenten, buiten spelen en intimiteit. Het hele jaar door droomt ze beeldend over de zomer.