Steeds meer kunstenaars doen op universiteiten aan 'artistic research'. Levert dit iets op?" /> Steeds meer kunstenaars doen op universiteiten aan 'artistic research'. Levert dit iets op?" />
Asset 14

Kunst als wetenschap?

Het is een nieuwe trend binnen de kunstwereld: artistic research, waarbij kunstenaars worden gestimuleerd om hun werk als een wetenschappelijk onderzoek te zien en soms ook aan universiteiten verbonden worden. Is dit een goede ontwikkeling? Het levert voorlopig veel oeverloos gelul op. En wat is 'kunstonderzoek' eigenlijk? Wat is wetenschappelijk en wat is artistiek? Floris is bang dat het net zo'n holle term blijkt als 'cultureel ondernemerschap' (eerder besproken in zijn artikel Kunst in de sushibar) en hoopt dat het kunstenaars niet afleidt van hun hoofddoel.

Toen ik in 2007 afstudeerde in de kunstfilosofie, had ik nog nooit van artistic research gehoord. Uitzonderlijk was dat niet: het was een ontwikkeling die zich grotendeels binnen de kunstacademies afspeelde, en waar je weinig over hoorde als je alleen de kunstrubriek las en zo af en toe naar het Stedelijk Museum ging. Twee jaar later bleken bij een discussie over disciplinevorming aan de Universiteit Leiden, de aanwezige wetenschapsfilosofen en -historici niet te weten dat diezelfde universiteit ondertussen doctorsgraden in de kunsten verleende. Kort daarna schreef Lien Heyting een lang artikel in NRC Handelsblad over Hooggeleerde Kunstenaars, en sindsdien is het fenomeen ook bovengronds bekender.

Research is het nieuwe modewoord in de kunstwereld geworden. De Rijksakademie zet groot op haar persmap: 'research in the visual arts', het dansgezelschap Emio Greco | PC presenteert zich nu als een 'interdisciplinair onderzoekscentrum', Dansmakers Amsterdam noemt haar werkplaatsen 'research residencies', en een kunstenaarsgarage in Amsterdam-Noord noemt zich de Rhizomatic Project Space for Artistic Research. Zelfs in het Allard Pierson Museum hangen tegenwoordig foto’s van Etruskische graven, geschoten door een artistiek onderzoeker. Prima foto’s verder, maar wat wordt er nou eigenlijk bedoeld met 'artistiek onderzoek'?

Revolutie van bovenaf

Pragmatisch gezien betekent het vooral: kunstenaars die promoveren. De term Artistic Research komt voor het eerst op in het begin van de jaren negentig, als de Britse kunstacademies gedwongen opgaan in universiteiten: ze worden dan verwacht 'research' te produceren, en krijgen bovendien een bonus voor elke promovendus die ze afleveren. Het fenomeen verspreidt zich over Europa met het Bologna-proces, waarbij in heel Europa de Bachelor, Master en PhD worden geïntroduceerd – en dus óók in het kunstonderwijs. Vooral in de laatste vijf, zes jaar zijn daardoor de promotietrajecten en Graduate Schools in de kunsten als paddenstoelen uit de grond geschoten: ondertussen zijn er zo’n drieduizend kunstenaars in heel Europa bezig met een promotieonderzoek. In sommige landen noemen ze de graad toepasselijk Dr. Artium, afgekort Dr. Art.

Maar daarmee is nog niet de vraag beantwoord: wat houdt het onderzoek nu eigenlijk in? Daarover zijn, voor zover ik kan nagaan, tenminste drieënvijftig conferenties en symposia gehouden in de afgelopen tien jaar, en de antwoorden zijn nog steeds onbevredigend. In wezen is artistic research een revolutie van bovenaf, het onbedoelde neveneffect van onderwijshervormingen. Een baanbrekend revolutionair onderzoekskunstwerk is er nog niet geweest: er is geen haai op sterk water of Demoiselles d’Avignon van de artistic research, geen spectaculair onderzoeksresultaat waarmee een compleet nieuw vakgebied ontsloten wordt. Maar moet je je als kunstenaar dan conformeren aan gangbare normen van wetenschappelijkheid?

Grofweg kun je drie benaderingen onderscheiden. Je hebt kunstenaars die hun artistieke praktijk zelf als onderzoek zien, zoals Jan-Erik Andersson die zijn eigen utopische huis gebouwd heeft. Er zijn kunstenaars die wetenschappelijke inzichten en nieuwe technologieën toepassen, zoals Jalila Essaïdi die in samenwerking met TNO een stuk kogelwerende huid ontwikkelde, of Luc Vaes die de geschiedenis van prepared piano techniques naging en daarmee ook zijn eigen repertoire als pianist verrijkte. En er zijn kunstenaars die vinden dat ze via hun kunstenaarschap onderzoek doen en dat documenteren, zoals het duo Snaebjörnsdottir/Wilson dat alle opgezette ijsberen in Engeland gefotografeerd heeft, of Sophie Ernst die Palestijnen hun in '47 afgenomen/verwoeste huis laat natekenen en daarvan maquettes maakt.

Maar op al deze benaderingen valt iets aan te merken. Als je stelt dat kunst altijd al een vorm van onderzoek is (er wordt immers gezocht en geëxperimenteerd), kun je alles wel onderzoek noemen. Als je wetenschap en technologie toepast, wat is dan het artistieke aan je onderzoek? En als je via je kunstenaarschap onderzoek doet, levert dat dan wel wetenschappelijke of artistiek relevante uitkomsten op? Soms wordt er zelfs gestreefd naar een 'synthese' van kunst en wetenschap – een tamelijk onmogelijke ambitie, want dat zijn allebei tamelijk lege verzamelbegrippen, en wat doet het ertoe of iets 'kunst' is? Het resultaat is dat iedere kunstenaar-promovendus met zijn eigen definitie van 'onderzoek' komt en opnieuw het wiel moet uitvinden, laverend tussen anything goes en de onmogelijke eis met iets revolutionair nieuws te komen... Het is een Catch-22.

Nieuwe kunst?

Levert artistic research wel nieuwe kunst op? De meest merkbare effecten zijn dat het woord 'research' overal opduikt, en dat voorstellingen en tentoonstellingen in toenemende mate gepaard gaan met symposia, voor- en nagesprekken en publicaties: de zogeheten 'educational turn' binnen de kunst. Een positief gevolg daarvan is dat kunstwerken steeds meer worden gepresenteerd als discussiestuk in plaats van als object op een sokkel, zodat je als toeschouwer niet meer gapend van bewondering hoeft toe te kijken, en ook niet wegkomt met onverschilligheid. Daardoor zijn de makers ook meer in termen van projecten over hun werk gaan denken, waarbij het meer gaat om het uitwerken van een idee met de daarvoor geschikte middelen dan om het maken van een meesterwerk. Een negatief gevolg is dat er een gigantische rijstebrijberg van inhoudsloze 'art theory' wordt geproduceerd, en dat die setting soms een excuus is voor al te slordig 'work in progress' (het gaat immers om 'het proces').

Een sluipend effect is dat je in de avant-garde steeds duidelijker een scheiding van twee culturen ziet. Net als in de wetenschap heb je namelijk ook in de kunst alfa’s en beta’s. Aan de ene kant zijn er nerds die aan het IRCAM elektro-acoustische muziek maken, die robotshows houden op Ars Electronica, die lichtgevende konijnen uit de reageerbuis toveren en audiovisuele installaties maken bij ZKM. Dat wordt meestal ook niet omschreven als artistic research, soms wel als ArtScience. Aan de andere kant heb je een contemporary art scene van video- en performancekunstenaars, curatoren en kunsttheoretici, en (neo)(post)conceptueel werk waarin betekenis en ontregeling centraal staat en dat nadrukkelijk niet ambachtelijk, subliem of virtuoos mag zijn. Het is vooral die laatste groep die zich de term 'artistic research' heeft toegeëigend.

Een derde gevolg is dat kunstacademies zijn 'geacademiseerd', met een steeds groter aandeel theorie in het onderwijs, lectoren en onderzoekers in dienst, en samenwerkingen met universiteiten. Als dat leidt tot kunstenaars die wat beter verbaal zijn onderlegd, en met intellectuele nieuwsgierigheid nieuwe artistieke materialen en onderwerpen verkennen, dan is dat alleen maar toe te juichen. De praktijk is weerbarstig, want kunststudenten zijn soms net studenten, maar het is in elk geval een forse vooruitgang ten opzichte van 'vrije expressie'.

Inhoudelijk blijft artistiek onderzoek echter vooral een vage belofte, met in de muziek, het theater en de dans een aantal interessante uitkomsten en in de beeldende kunst vooral veel oeverloos geouwehoer. Voor zover ik weet is er nog geen enkel kunstenaarsproefschrift in een handelseditie verschenen en dat is vaak maar goed ook. Veertig jaar geleden veroorzaakte de Amsterdamse filosoof Eldert Willems een rel met het proefschrift ARPH (Ars Philosophia), waarin hij het wezen van de creativiteit verkende aan de hand van een Heideggeriaanse interpretatie van zijn eigen gedichten. Tegenwoordig schrijven kunstenaar-promovendi ieder jaar tientallen proefschriften ARPH.

Je zou positief kunnen denken: als er zoveel mensen ergens serieus mee bezig zijn, komt er vanzelf iets moois uit. Zoals hoe Barbara Lüneburg met haar onderzoek naar de rol van de performer 'tussen instrument en componist' het contemporaine repertoire voor solo viool drastisch uitbreidt en dat met de nodige virtuositeit vertolkt ook; zoals Hans-Werner Kroesinger documentair theater maakt over thema’s als de Rwandese genocide en de Zuid-Afrikaanse waarheidscommissie; zoals de visualisatie van complexe choreografie in Synchronous Objects. Maar de vraag: wat willen we nou eigenlijk, wordt onvoldoende gesteld. Als er niet wat stelliger ideeën worden geformuleerd over waar het met de onderzoekskunst naartoe moet, is de kans groot dat we over tien á twintig jaar vragen: wat hebben we in hemelnaam gedáán?

Engagement in de project space

De 'onderzoeks-revolutie' is zonder twijfel de meest ingrijpende ontwikkeling in de kunstwereld van de afgelopen decennia; maar het is ook een riskante ontwikkeling. Allereerst is er het gevaar van diploma-inflatie. Daarnaast, onderzoeksgeld is schaars; en hoewel bovengemiddeld veel kunstenaar-promovendi hun eigen onderzoek financieren, wordt er toch meer in geïnvesteerd dan tot nu toe door de resultaten gerechtvaardigd wordt. Cynisch gezien betekent dat in ieder geval: meer geld voor kunst, via de omweg van onderzoek. De geest gaat toch niet terug in de fles.

Het grootste gevaar is dat, terwijl het onderzoek groeit als kool, al het andere experiment wordt wegbezuinigd. Terwijl de bestaande culturele infrastructuur wordt afgebroken, komen er twee nieuwe systemen voor in de plaats: een van boven opgelegd 'cultureel ondernemerschap', en artistic research. De Belgische kunstfilosoof Dieter Lesage schreef twee jaar geleden: "And maybe one day we will be quite accustomed to the fact that a solo exhibition in a museum of contemporary arts can't be anything but the presentation of a… doctorate in the arts."

Laten we dat vooral niet doen. Alsof de kunstwereld nog niet incrowd genoeg is! Met de idealen van de avant-garde heeft dat niks meer te maken: er wordt geen betere wereld beloofd, geen toekomstvisie geschetst, en hoewel iedereen de mond vol heeft over maatschappijkritiek en engagement, blijft dat een stijlfiguur voor binnen de project space. Het is, kort en slecht, l’art pour l’art in de peer review.

Uiteindelijk gaat het er niet om of iets 'kunst' of 'onderzoek' is, maar of er interessante nieuwe dingen gedaan worden. Dat vereist zowel koppige kunstenaars die hun eigen gang gaan, als scherpzinnige kunstenaars die voorbij de kunstwereld kijken. Die stukken in de landelijke pers schrijven zoals Jonas Staal en Merlijn Twaalfhoven. Die nieuwe onderwerpen en benaderingen onderzoeken met een kritische en zakelijke instelling in plaats van zich te verschuilen achter hun kunstenaarschap. Die aan de curatoren en kunsttheoretici duidelijk maken dat hun art scene zo dood als een dodo is, in plaats van ertegenaan te schurken. Echte kritische intellectuelen kortom, in plaats van nog meer symposia in het Stedelijk. En als dat significant nieuwe inzichten oplevert, of desnoods gewoon werk waar je mond van openvalt, geef die mensen dan gerust een doctorsgraad. Of het dan 'kunst' of 'onderzoek' is wat ze doen, zal me werkelijk worst zijn.

Mail

Floris Solleveld is Hard//hoofd-redactielid en overdag historicus en filosoof. Tussendoor tekent hij met inkt en penseel en schrijft over interdisciplinaire podiumkunsten. Of over politiek. Soms ook poëzie.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Als de bodem niet dragen kan

Als de bodem niet dragen kan

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Winnaar Stoute Stift 2024 1

Winnaars De Stoute Stift 2025

Cynthia Van Der Heyden won met haar illustratie de publieksprijs en Sarah Pannekoek won de juryprijs van De Stoute Stift 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

De dood van Giorgio Armani sluit een hoofdstuk in de mode, maar zegt ook veel over de toekomst van onze kleding. In deze column legt Loïs Blank uit hoe Big Fashion steeds meer terrein weet te winnen in onze kledingkasten. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

De achterblijvers

De achterblijvers

Fietsend over een jaagpad reflecteert Gert-Jan Meyntjens op zijn rol als echtgenoot en vader, en neemt hij je mee op een zoektocht naar wat het betekent om man te zijn. Zonder bitter te worden. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Ik sliep rechts

Ik sliep rechts

Daten met iemand aan de andere kant van het politieke spectrum? Naomi Ronner deed het. In dit essay beschrijft ze haar ervaringen. Lees meer

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Altijd aanwezig, maar niet gewenst: Marthe van Bronkhorts rouw reist met haar mee. Lees meer

De kleinste kans

De kleinste kans

Roosje van der Kamp bereidt zich altijd voor op het ergste. Een vreemd plekje op haar huid, opladers in het stopcontact: overal schuilt gevaar. Als ze achter een geheim komt in de familie begrijpt ze beter waar haar angsten vandaan komen. Ze vertelt erover in dit openhartige essay over intergenerationeel trauma. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer