Als Shell een internationale rechtszaak tegen Nigeria start om milieuregels te omzeilen, kijkt Nederland oogluikend toe. Nu Duitse kolengigant RWE de Nederlandse overheid via dezelfde constructie aanklaagt voor €1,4 miljard, komt ons superioriteitsgevoel naar boven, schrijft Jonathan Luger.
Shell is al jaren in conflict met de Nigeriaanse overheid over olievervuiling. Afgelopen november trok het bedrijf aan het kortste eind toen het hoger gerechtshof de Nigeriaanse overheid gelijk gaf en Shell-locaties onteigende. In het nauw gedreven besloot het bedrijf half februari een zaak aan te spannen bij het International Centre for Settlement of Investment Disputes (ICSID). Bij dit instituut kunnen buitenlandse bedrijven overheden aanklagen om investeringen te beschermen. Shell zette de Nigeriaanse overheid in 2006 al onder druk via dit instituut, door te dreigen met een miljardenclaim als zij geen vergunningen zou geven voor bepaalde olievelden. Maar hoe kan het eigenlijk dat Shell zo de nationale rechtspraak kan omzeilen?
Dat Nederland zelf te maken zou kunnen krijgen met een ICSID aanklacht had niemand voorzien
Vanwege Shells financiële houdgreep op Nigeria waarschuwde Milieudefensie de Tweede Kamer in 2019 over de machtspositie van multinationals ten opzichte van nationale overheden. Volgens de NGO geeft het ICSID “buitenlandse investeerders grote invloed op overheidsbeslissingen van het gastland.” Zo pretenderen multinationals vaak dat overheden hun fundamenteel onrechtvaardig behandelen, terwijl deze bedrijven in de meeste gevallen de milieu- en klimaat regels proberen te omzeilen die hen in de weg zitten.
Volgens voorstanders geeft het ICSID bedrijven de zekerheid om grote investeringen te doen, zonder veel rekening te hoeven houden met het veranderende politieke klimaat in het gastland. Dit ligt vooral in het voordeel van Europese energie-giganten, zoals Shell. Zo worden ook de belangen van Nederlandse bedrijven in het buitenland beschermd.
In de waan van onze vermeende superioriteit hield de Nederlandse overheid vol dat het ons wel niet zou gebeuren
Dat Nederland zelf te maken zou kunnen krijgen met een ICSID aanklacht had niemand voorzien. Voormalig minister van Economische Zaken en Klimaat Eric Wiebes liet ons vorig jaar nog geloven dat het juridisch vrijwel onmogelijk zou zijn. Toch klaagt de Duitse kolengigant RWE, eigenaar van de meest vervuilende kolencentrale van heel Nederland, de Nederlandse overheid aan voor €1,4 miljard vanwege het verbod op steenkool dat vanaf 2030 ingaat. Volgens het energieconcern werd hun kolencentrale in de Eemshaven juist met goedkeuring van de Nederlandse overheid gebouwd om nog veertig jaar te kunnen doordraaien.
Eerdere waarschuwingen over multinationals en het ICSID waren aan dovemansoren gericht. In de waan van onze vermeende superioriteit hield de Nederlandse overheid vol dat het ons niet zou gebeuren. Wat blijkt: de neokoloniale hypocrisie regeerde. Terwijl we graag geloven dat bedrijven in onze dienst staan, staan we in Nederland, net zo goed als Nigeria, in dienst van multinationals.
Beeld: Flickr.com