Hoe sluit je een hoofdstuk af? Jop Koopman schreef een brief aan zijn oude baas.
Beste baas, nee, lieve baas, toch beste baas,
In november 2023 ben ik geopereerd aan mijn linkerbeen dat na een bedrijfsongeval op jouw bedrijf, dat je samen met je broer runde, in principe blijvend verlamd zou zijn geweest. Sinds die bewuste dag op 2 februari 2013 heb ik met een handicap rondgelopen, mentaal en fysiek. Een tijdje daarvoor was ik bij je komen werken als invalkracht in de tulpen om zo wat extra geld te verdienen voordat ik weer een poging tot studeren zou maken. Het is voor mij nu heel makkelijk om je weg te zetten als een slechte baas die zijn zaken niet op orde had, en alhoewel die niet op orde waren, is dit een brief van vergeving.
Om je geheugen wat op te frissen: ik was die jonge jongen van 18 jaar die je bij een lopende band voor tulpen liet werken, met daaronder een niet afgeschermd kassensysteem mét scherpe klepel. Je had voor het gemak de veiligheidskap eraf gehaald tijdens een onderhoudsbeurt en die er nooit meer opgezet. De noodknoppen van de machine deden het niet, want ja, onderhoud kost geld. Zolang de Polen, Portugezen, en ik die voor je werkten maar wisten welke knop we dan moesten gebruiken om de machine uit te doen, dacht je dat het wel goed zat. Een paar weken voor februari 2013, zat iemands broekspijp al eens vast tussen de machine. Je deed het af met het plaatsen van een briefje, ‘kijk uit!’, en een belofte dat je de veiligheidskap snel zou plaatsen.
Iedereen rende weg in paniek maar jij, lieve baas, rende direct naar mij toe en belde de ambulance
Tot het moment daar was dat het gruwelijk mis ging. Een bedrijfsongeval. En niet zomaar een, ook mijn broekspijp bleef tussen de scherpe klepel hangen en duwde mijn linkerbeen tegen een stuk staal aan. Doordat de noodknop het niet deed veranderde dit scenario al snel in een scène uit een horrorfilm. De scherpe rand van de klepel ging van mijn enkel tot aan mijn knie door mijn been heen. Ik zal je de details besparen, maar de strandlanding op D-Day in de film Saving Private Ryan was er niks bij. Vanuit een mengeling van oerkracht om te blijven leven en adrenaline wist ik mijn been uit de machine te halen, waarna er niet zo heel veel van het been overbleef. Iedereen rende weg in paniek maar jij, lieve baas, rende direct naar mij toe en belde de ambulance. Je omschreef de wond tot in detail en viel daarna flauw. Dit was ook een horrorscenario voor jou. De ambulancebroeders waren er in luttele minuten, maar voor mij voelde het als dagen, nee, maanden. Zij vervoerden mij naar het ziekenhuis waar voor mij het proces begon. Ik veranderde die dag van gezonde jongeman, naar iemand met letsel. Naar iemand met een handicap.
Eigenlijk zou ik jou en je broer moeten haten voor de nalatigheid die jullie hadden gecreëerd. En ja, als ik met de auto langs je bedrijf rijd dan voel ik nog steeds, na al die jaren, een gevoel van spanning en verdriet bij mij naar boven komen. Aan de andere kant, weet ik van horen zeggen, dat je daarna al snel in een burn-out belandde en daar nooit helemaal van hersteld bent. Boontje komt om zijn loontje? Ik wil niet op die manier in het leven staan. Ondanks je moment van nalatigheid ben je een aardige man, die eigenlijk wel het beste met iedereen voor heeft.
In de afgelopen elf jaar heb ik veel tijd gehad om over het ongeluk na te denken, tijdens de talloze bezoeken aan de ziekenhuizen, second opinions, fysiotherapeuten, en spalkenmakers. Ja. Je hebt mij getekend voor het leven. Het grote litteken is nog steeds zichtbaar en ziet eruit als een grote bliksemschicht of een wortel van een boom. Het is een wrange herinnering, mijn oorlogswond. Of althans, zo voelt het en dat zal het altijd doen. Soms vraag ik mij wel eens af of je weet hoeveel invloed dit heeft gehad op mijn leven, de keuzes die ik heb moeten maken, en de dromen die ik heb moeten laten varen omdat ik dingen simpelweg fysiek niet meer kon. Of je hierdoor nachten wakker lag, net als ik. Of je ooit hebt gedacht mij een brief te schrijven.
Eindelijk was er een mogelijkheid om van mijn handicap af te komen
Alles veranderde vorig jaar, elf jaar na dato. Eindelijk was er een mogelijkheid om van mijn handicap af te komen. Of eigenlijk, gedeeltelijk, door middel van een ingrijpende operatie. Mijn been zal natuurlijk nooit meer tot 100% kunnen functioneren. In aanloop van de operatie merkte ik dat mijn hele rug vast begon te zitten door de stress. Wat als het mis ging en ik nog verder van huis zou zijn? Nachtmerries over machines, snijdende geluiden en mijn eigen geschreeuw vulden weer mijn nachten, net zoals in de maanden na mijn ongeluk elf jaar geleden. De operatie betekende wel dat ik weer opnieuw een identiteitsverandering - van gehandicapt naar een persoon zonder handicap - moest ondergaan. Net zoals dat ik na februari 2013 moest wennen aan een leven met een lichamelijke beperking. Een andere mentale aanslag was dat ik nu zelf de keuze moest maken drie maanden in een bed te liggen, in het huis van mijn moeder, op mijn dertigste, in de zogenaamde bloei van mijn leven. Ondanks dat vrienden mij af en toe kwamen opzoeken voelde ik mij eenzaam en alleen. Aan het bed gebonden en gekluisterd in een kamer. Terwijl ik ook wist waar ik het voor deed. Ik zag gedeeltelijk het licht weer aan het einde van de tunnel. De mentale problemen die mij mijn hele leven omtrent dit ongeluk hebben geteisterd voelden weer lichter aan. De heftige angst- en paniekaanvallen die ik voelde voordat ik de operatie aanging ebden weg. Ik zou meer dingen kunnen. Sterker nog, ik kon een lang hoofdstuk uit mijn leven misschien zelfs wel beëindigen. De operatie had mij doen laten inzien dat er altijd een kans is op verbetering. Na de eerste stappen die ik zette op mijn kersverse been, zag ik in dat die verbetering mijn gevoel van geluk een enorme boost gaf. Ik besefte mij dat het leven te kort is om ons te lang te laten beïnvloeden door zaken uit het verleden. Dat gun ik jou ook. Mijn hoofdstuk van ziekenhuizen, nieuwe spalken, fysiotherapeuten, experts en het continue rekening houden met wat ik misschien niet kan heeft eindelijk een slotstuk gekregen.
En dat is de reden dat ik je deze brief schrijf, lieve baas. Want ook jij mag dit hoofdstuk beëindigen. Ik hoor af en toe wel eens van je buren of van mijn vader die je wel eens tegenkomt in het dorp dat je altijd nog wat depressief rondloopt en minder functioneert door schuldgevoel door jouw nalatigheid. Ook je broer met wie je het bedrijf runde is in een burn-out beland en is al jaren niet meer aan het werk. Willen jullie het loslaten? Zullen we het samen loslaten? Ik vergeef het jullie. Het is zonde om met zoiets groots te blijven doorlopen, want voor je het weet is de tijd om te leven om. Ik wil dat je geniet van het opgroeien van je kinderen, je samen met ze in de tuin rondrent, want ook ik kan straks weer rennen.
Liefs,
Jop
Jop Koopman is antropoloog aan de Vrije Universiteit en beginnend literair schrijver. Hij heeft een interesse in de politieke organisatie van de natuur, meer-dan-menselijke relaties en dystopische technologieën. In het dagelijks leven, reflecteert hij op de rol van de mens in de wereld en de impact op niet-menselijke wezens en onszelf. Dit doet hij via academisch en literair werk, evenals geluids-experimenten.
Sterre Meijerink is een illustrator uit Utrecht die veel waarde hecht aan analoge materialen, door deze goed te beheersen creëert Sterre dromerige werelden waarin grote en kleine verhalen tot leven komen.