Na jaren vergeefse pogingen leerde ik in 2020 dankzij Macron de rollende R uitspreken. De president wilde koste wat kost de pensioenleeftijd verhogen naar 64 jaar, met als gevolg een maandenlange metrostaking in Parijs. Mijn universiteit sloot gewoontegetrouw haar deuren. Ik liep iedere week urenlang van mijn eigen huis naar dat van mijn vriendin en terug.
Esha Guy Hadjadj gaat weg. Weg bij Hard//hoofd en weg uit zijn geliefde Parijs. Dit korte essay is het tweede van zijn drie afscheidsessays. Lees deel 1 hier en deel 3 hier.
Nog meer dan voorheen was Parijs een chaos: files legden de stad plat, rood aangelopen bestuurders scholden alles wat bewoog uit, overvolle bussen kropen langzamer dan een peuter van halte naar halte, en fietsers dartelden vrolijk tussen alle opstoppingen. Op mijn eigen manier droeg ik ook bij aan het kabaal van claxons en scheldtirades, maar om dat te begrijpen moeten we eerst terug naar Rome, 2013, toen ik in een klooster vlak buiten de stad woonde, en waar ik voor het eerst besloot de rollende R te leren.
Ik was daar op een aparte school – een ‘kweekvijver’ zoals ze zichzelf noemde – waar mijn leeftijdsgenoten me dagelijks uitlachten om mijn raspende R. Op een gegeven moment had ik er genoeg van: ik gebruikte het beetje internetverbinding dat we hadden in één overvol kamertje van het klooster om op te zoeken hoe je de rollende R uitspreekt. Eén methode trok in het bijzonder mijn aandacht, omdat hij beweerde binnen een mum van tijd tot resultaten te leiden. Het gaat zo: je bouwt zo veel mogelijk druk op door je tong tegen je gehemelte te duwen, verheft je stem, en op het hoogtepunt schreeuw je zo hard mogelijk een woord uit dat met de ‘dr’ begint – in mijn geval ‘DRAAK’. Het idee is dat je tong door de overdaad aan druk en spierkracht genoeg kan aanspannen om je tong op zijn plek te houden, terwijl het puntje begint te trillen. Ik schreef de instructies op een papiertje, vertrok uit het kleine hok vol skypende familieleden en liep de volgende dag voor het eerst in weken het terrein af. Op het graanveld achter het klooster verplaatste een kolossale tractor hooibalen. De motor overstemde me met gemak.
Op mijn eigen manier droeg ik ook bij aan het kabaal van claxons en scheldtirades
Na twee weken gaf ik het op. Het was me gelukt om mijn tong te laten trillen, maar alleen als ik uit volle borst ‘DRAAK’ schreeuwde, wat mogelijk nog triester was dan de letter in zijn geheel niet kunnen uitspreken. Uiteindelijk was het een van de vele manieren waarop ik probeerde te ontsnappen aan de kostschoolfantasie die ik zo naïef had nagejaagd. Ook al woonden we allemaal in hetzelfde gebouw, of misschien juist daarom, ieder contact met andere klasgenoten leek voorwaardelijk, een manier om de tijd te slijten voordat er een wind opstak die ons naar andere oorden zou brengen. Eenzaamheid voelde ik in Rome voor het eerst, tijdens de lunch aan een gevulde 15-meter lange tafel. Vaak bleef ik als een van de laatsten zitten om alle restjes op te eten, maar deze keer legde ik mijn bestek als eerste op m’n bord, waarna ik op de springplank van het gedempte zwembad ging zitten om wat voor me uit te staren.
Voor eenzaamheid heb je geen kostschool nodig. Van de duizenden mensen die mij tijdens de OV-staking in Parijs gehoord hebben op mijn wekelijkse wandeltocht, keek niemand op wanneer ik ‘DRRRAAAAK’ schreeuwde zonder mijn pas te vertragen.
Tijdens de staking slonken mijn dagen tot het puntje van mijn tong, maar om mij heen gebeurde er veel: een opeenstapeling van protesten tegen het uithollen van de Franse verzorgingsstaat die zijn kookpunt vond in de Gele Hesjes, afkoelde met de maandenlange OV-staking en uiteindelijk bevroor door de COVID-lockdown die ieder mogelijk protest bij voorbaat had kaltgestellt. Het was ook de tijd dat Frankrijk – tégen de officiële positie van de EU in en voor de zakken van Total – de oorlog in Libië bleef bewapenen die ontketende rond de tijd dat ik in de Italiaanse velden mijn tong trainde. En Libië was dan weer de reden waarom ik tweemaal per week op straat ‘DRAAK’ stond te schreeuwen. Het Arabisch bleek ze namelijk allebei te hebben: de rollende en de raspende. Zonder die R kon ik me nauwelijks verstaanbaar maken.
Esha Guy Hadjadj gaat weg. Weg bij Hard//hoofd en weg uit zijn geliefde Parijs. Bovenstaand essay was het tweede van zijn drie afscheidsessays.
Esha Guy Hadjadj (hij/hem) studeerde hedendaagse filosofie in Amsterdam en Parijs. Hij schrijft graag over de manier waarop we ons verhouden tot een al dan niet gedeeld verleden. Daarnaast is hij geïnteresseerd in de ontoereikende oplossingen voor klimaatontwrichting.
Beyza Tolgay is een illustrator en animator gebaseerd in Mainz, Duitsland. Ze houdt van sterke kleuren en gebruikt kleurpotloden voor haar werk.