Billen, tepels, buiken en penissen zijn in de kunst al vele eeuwen reden voor verschillende soorten verontwaardiging. Ook nu nog." /> Billen, tepels, buiken en penissen zijn in de kunst al vele eeuwen reden voor verschillende soorten verontwaardiging. Ook nu nog." />
Asset 14

Hoekige borsten

◊ entree

Entree

Gedurende het hele jaar werkt hard//hoofd in het kader van zogenoemde Late Night Café's samen met Entrée. De zes edities van het Late Night Café zijn elk gekoppeld aan een eigen thema. Elke editie wordt aan twee van onze redactieleden de opdracht gegeven een bijdrage te leveren, geïnspireerd op het thema van de betreffende avond. Het resultaat hiervan verschijnt op onze website en zal op de Late Nights eveneens onderdeel uitmaken van het programma. Vrijdag 25 maart is het thema 'Out of control'.

Het Laatste Oordeel van Michelangelo (1539), Le Déjeuner sur l’Herbe (1862-’63) van Manet, Les Demoiselles d’Avignon (1907) van Picasso en het hele oeuvre van Helmut Newton (1920-2004). De vraag wat deze kunstwerken met elkaar gemeen hebben, lijkt makkelijk te beantwoorden: blote mensen. Afgezien van die ene overeenkomst lijken ze in niets op elkaar: de werken komen uit compleet andere kunsthistorische periodes en stromingen. Hun werkelijke overeenkomst is echter niet visueel: ze namen allemaal op hun eigen manier ‘het klassieke naakt’ en gaven het een revolutionair nieuwe betekenis.

De afbeelding van het menselijk naakt is van alle tijden. Lange tijd had dit geen seksuele betekenis; het stond voor heroïek of bevestigde de bovenmenselijke status van de afgebeelde figuur. In de kunstgeschiedenis verschoof de symboliek van het naakt in de kunst eindeloos vaak, maar tot de negentiende eeuw was de constante factor dat een naakt figuur in een schilderij alleen was toegestaan in een mythologische of Bijbelse setting. Het naakte lichaam was als een klassiek standbeeld: glad, perfect en volledig ontdaan van seksuele lading. Toen een aantal kunstenaars het waagden om te breken met deze ijzeren regels, werd ze dat niet in dank afgenomen.

Gespierde heiligen en vijgenbladeren

Toen Michelangelo Buonarotti (1475-1564) in 1535 begon aan een groots opgezet fresco in de Sixtijnse kapel, was dat niet geheel vrijwillig. Dertig jaar eerder had hij de wereldberoemde plafondschildering in de kapel voltooid, en paus Clemens VII vroeg hem om een altaarstuk te schilderen dat het Laatste Oordeel zou verbeelden. Michelangelo wilde zich liever richten op andere opdrachten, maar zegde toe. Toen Clemens VII een jaar later stierf, hoopte hij alsnog onder het fresco uit te komen. De nieuwe paus Paulus III stond er echter op dat Michelangelo zo snel mogelijk zou beginnen, en uiteindelijk completeerde hij het werk in vier jaar tijd.

Het Laatste Oordeel is enorm (twaalf bij dertien meter) en toont de wederopstanding van Christus en de toekomstige Apocalyps. Het middelpunt wordt gevormd door een gespierde Jezus, die meer doet denken aan de Griekse god Apollo. De onderste helft van Het Laatste Oordeel laat zien hoe de doden opstaan uit hun graven; sommigen worden door engelen opgetild naar de hemel, maar de pechvogels worden door de meest monsterachtige duivels de hel in gesleurd. Het is een orgie van Bijbels geweld en gespierde mannenlichamen. Zelfs Michelangelo’s vrouwenfiguren ogen als breedgeschouderde bodybuilders - het schijnt dat de schilder alleen de beschikking had over mannelijke modellen (hoewel zijn persoonlijke voorkeur hier wellicht ook iets mee te maken had).

De onthulling van Het Laatste Oordeel leidde vanwege de expliciete genitaliën en bilpartijen tot een groot schandaal binnen de katholieke kerk. Het naakt was tijdens de Renaissance zowel in de schilder– als beeldhouwkunst alomtegenwoordig, maar men achtte het een vorm van blasfemie om de Bijbelse figuren in een altaarstuk, nota bene in het belangrijkste heiligdom van de Westerse wereld, af te beelden als een stel goedgebouwde Griekse goden. Biago da Cesena, de ceremoniemeester van de paus, had al eerder gezegd dat Het Laatste Oordeel beter op zijn plaats zou zijn “in de publieke baden of de taveernes”. Michelangelo vereeuwigde daarop Da Cesena in het fresco, als een onderwereldfiguur met ezelsoren die in zijn edele delen wordt gebeten door een slang. Paus Paulus III bleek wel gevoel voor humor te hebben; toen Da Cesena zijn beklag bij hem deed, verklaarde hij dat zijn jurisdictie ‘zich niet uitstrekte tot de onderwereld’.

Vierentwintig jaar later werd door het Concilie van Trente (georganiseerd in reactie op de opkomst van het protestantisme) bepaald dat religieuze kunst geen afbeeldingen van naakten meer mocht bevatten. Dit was het begin van de massale ‘vijgenblad-campagne’: schilders en beeldhouwers werden aan het werk gezet om de naakten in beroemde religieuze kunstwerken te voorzien van een strategisch geplaatst lendendoekje. De schilder die Het Laatste Oordeel onder handen nam was Daniele da Volterra, die ook wel spottend ‘Il Braghettone’ (vrij vertaald: de Bedekker) werd genoemd. In de jaren tachtig van de vorige eeuw werden bij een grootscheepse restauratie van de Sixtijnse Kapel de meeste toevoegingen van Volterra verwijderd. Nu kunnen we weer zien hoe Michelangelo ervoor koos om een ongewilde opdracht niet af te raffelen, maar een provocatief meesterwerk te creëren. Hierbij ontdekte men ook het spottende portret van Biagio Da Cesena: Michelangelo’s opgestoken middelvinger naar het Vaticaan.

Illustratie: Elise van Iterson

Naakt wordt bloot

Van de Sixtijnse Kapel in de Renaissance maken we een grote sprong naar de Salon de Paris in de negentiende eeuw. Op deze prestigieuze kunsttentoonstelling werden voornamelijk gevestigde kunstenaars die de École des Beaux-Arts hadden gevolgd toegelaten. Geweigerde werken werden gemerkt met een rode letter R van ‘Refusé’, om te bevestigen dat de betreffende kunstenaar zijn schilderij nu net zo goed in de prullenbak kon gooien – het ergens anders exposeren kon nu niet meer. Toen de Salon het in 1863 presteerde om drieduizend van de vijfduizend ingediende kunstwerken te weigeren, zwol de kritiek echter aan. Keizer Napoleon III zorgde ervoor dat de ‘geweigerden’ hun werk toch konden exposeren in een ruimte naast de officiële Salon. Hoewel deze kunstenaars in eerste instantie het mikpunt van spot waren, zou de eerste Salon des Refusés legendarisch worden. Dat was de verdienste van Édouard Manet (1832-1883) en zijn Le Déjeuner sur l’Herbe (1862-’63).

Drommen mensen waren naar de afgewezen schilderijen komen kijken, vooral om eens goed te lachen. Maar spotternij veranderde in verontwaardiging toen de bezoekers het ruim twee bij tweeënhalve meter grote doek van Manet ontwaarden. Daar zaten twee dandy-achtige mannen losjes te converseren in een bos, met in het midden de steen des aanstoots: een vrouw die ontspannen naast de twee geklede heren zat, zich schijnbaar geheel onbewust van haar aanstootgevende naaktheid. Het witte, wat plompe lichaam was pijnlijk realistisch neergezet. Deze vrouw leek in niets op de mythologische godinnen met hun porseleinen huid en lange blonde haren, die op de schilderijen van de officiële Salon de muren bekleedden. Ze was een vrouw van vlees en bloed, die een brutale blik naar de kijker wierp. Naakt veranderde hier in bloot, en de bezoekers waren woedend.

Het schilderij breekt op alle mogelijke manieren met de Beaux-Arts-conventies: de penseelstreken zijn nog zichtbaar, het werk heeft de afmetingen van een historiestuk en er klopt niets van het perspectief – de achtergrond doet denken aan een decorstuk. Manet had de figuren gebaseerd op een groep in een mythologische voorstelling van de gevestigde schilder Titiaan. Het geeft dit verwarrende werk een bijna sarcastische dubbele laag: Manet shockeerde de Victoriaanse burgerij met een Renaissancistische voorstelling die was gekopieerd uit een schilderij dat in hun geliefde Louvre hing. Met dit werk opende Manet talloze nieuwe mogelijkheden voor latere stromingen. De alledaagse naakte vrouwenfiguur in Le Déjeuner was een bevrijding op alle fronten.

Monsterlijke vrouwen met hoekige borsten

“Elke vorm van schepping begint met vernietiging,” zei Pablo Picasso (1881-1973). Met zijn grensverleggende werk Les Demoiselles d’Avignon (1907, Picasso was vijfentwintig) vernietigde hij het klassieke naakte vrouwbeeld volledig. Het is zelfs bijna niet herkenbaar als naakt; sterker nog, de vrouwen zijn bijna niet herkenbaar als vrouwen.

Wat we zien zijn vijf prostituees in een bordeel. De buitenste twee vrouwen openen een gordijn, terwijl de anderen verleidelijke poses aannemen. Wat het schilderij zo schokkend maakt is de deconstructie die Picasso aanbracht in de naakte lichamen: heupen en borsten bestaan uit woedende, hoekige lijnen, ogen staan verkeerd om en twee van de vrouwen hebben een duister Afrikaans masker in plaats van een hoofd. De textuur van het schilderij doet denken aan gebroken glas. De monsterlijke vrouwen staren de kijker dreigend aan. Zoals een MoMa-curator later zou schrijven: “They are looking at us as much as we’re looking at them.”

Les Demoiselles was revolutionair voor de moderne kunst: het schilderij markeert het begin van het kubisme. Het was ook controversieel: zelfs Picasso’s vrienden waren verdeeld in hun mening over het werk. Picasso creëerde hiermee een nieuwe dimensie voor de Westerse kunst. Toch greep hij door zijn gebruik van het traditionele naakt terug op de oude tradities, die hij vervolgens geheel naar zijn eigen hand zette. Les Demoiselles d’Avignon wordt wel het belangrijkste kunstwerk van de twintigste eeuw genoemd.

Versnipperd naakt

In de twintigste eeuw kreeg het naakte lichaam binnen de kunst steeds meer betekenissen. Dankzij Michelangelo, Manet en Picasso waren veel traditionele taboes doorbroken en konden kunstenaars met het naakt nieuwe, meer complexe controverses opzoeken.

Vanaf de jaren zestig begonnen vrouwelijke kunstenaars aan een opmars, met veelal zeer persoonlijke kunst die gebaseerd was op persoonlijke ervaringen met onderdrukking en uitsluiting. “The personal is political,” zeiden de feministen, die in opstand kwamen tegen het eendimensionale beeld van vrouwelijkheid zoals dat in de museumzalen overal ter wereld te zien was. Veel vrouwelijke kunstenaars gebruikten hun eigen lichaam om een boodschap uit te dragen, zoals Cindy Sherman (1954) die in haar zelfportretten diverse vrouwelijke archetypen uitbeeldde en daarmee de stereotypering van het vrouwbeeld aan de kaak stelde. Performancekunst werd ook groot in deze periode, bijvoorbeeld door Marina Abramovic en Valie Export, die in 1969 gewapend en met ontbloot onderlichaam door een seksbioscoop op en neer liep.

De fotografie werd na de Tweede Wereldoorlog steeds meer een geaccepteerde kunstvorm. Fotografen die het naakt een nieuwe, zeer seksueel geladen betekenis gaven, waren onder andere Robert Mapplethorpe (1946-1989) en Helmut Newton (1920-2004). Beide verkenden de grenzen van wat in de jaren tachtig politiek correct was; Mapplethorpe met zijn Black Book van erotische en zeer gestileerde foto’s van naakte zwarte mannen, Newton met modefotografie vol pornografische en fetisjistische elementen.

De symboliek van het naakt is inmiddels zo veelledig en complex geworden dat het bijna versnipperd lijkt. Het verwijst tegelijk naar pornografie en naar politieke kwesties. Een andere mogelijkheid is dat het naakt eindelijk bevrijd is van dwangmatige regels en conventies: alles is nu mogelijk. Toch kleeft er ondanks de inspanningen van Michelangelo, Manet en Picasso nog altijd enige controverse aan een naakt lichaam. De manier waarop men het afbeeldt heeft altijd een connectie met esthetische en morele normen. Het roept associaties op met schaamte en een gebrek aan bescherming. Het herinnert aan een angst voor controleverlies, anarchie en onbeheersbare seksualiteit. Daardoor zal het ons, ondanks het grensverleggende werk van geniale kunstenaars, waarschijnlijk altijd blijven fascineren.

Mail

Sanne Rispens

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
De verdwenen kosmonaut

De verdwenen kosmonaut

Duizenden kilometers van de kosmonaut vandaan zit Igor, uitkijkend over de stad, terwijl hij luistert naar de ruis op de tv, naar de beukende eurodance plaat die nog naklinkt in zijn oren en naar een stem die hem probeert te overtuigen terug te komen. In De verdwenen kosmonaut van Thijs van der Heijden raakt een... Lees meer

Geen geld maakt ook niet gelukkig

Hard//hoofd zoekt een zakelijk assistent!

Wij zoeken een enthousiaste en veelzijdige zakelijk assistent (x/v/m) die ons zakelijke team wil versterken. In deze functie krijg je de kans om ervaring op te doen met de zakelijke en organisatorische kant van een literair tijdschrift en online platform. Lees meer

Het huis in mijn hoofd

Het huis in mijn hoofd

Wat als technologie je verbeelding probeert te esthetiseren? Mina Etemad bezocht in juni, tijdens de twaalfdaagse oorlog tussen Iran en Israël, de VR-voorstelling From Dust van Michel van der Aa. ‘Het zou troostend moeten zijn, maar hoe kan ik het rijmen met de realiteit hierbuiten?’ Lees meer

Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

:Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Een nieuw seizoen van Maandagavonden door Nwe Tijd, dit keer ook te beluisteren bij Hard//hoofd. Met Johannes Lievens die zich – tegen wil en dank – in het feestgedruis stort, Ellis Meeusen over de voorpret, Suzanne Grotenhuis met een pleidooi voor kleine vieringen en Freek Vielen opent de avond met twee anekdotes. Lees meer

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer