Net als in zijn vorige film Inglourious Basterds, geeft Quentin Tarantino in Django Unchained zijn eigen luchtige draai aan een loodzwaar thema. De vraag blijft daarbij: hoe leuk is slavernij eigenlijk? Redacteuren Kasper, Rob, en Emma worden het niet helemaal eens.
Kasper: Jammer dat ik gisteren niet met jullie mee kon koffie drinken. Het is niet bepaald een fijne overgang: van Tarantino’s meeslepende filmwereld direct de orgelmuziek van de Kalverstraat instappen voor een door mijn fysio voorgeschreven dynaband bij de Perry Sport.
Rob: Het was sowieso een ochtend van heftige overgangen. Vanuit mijn bed vrijwel direct de slavernij van de negentiende eeuw in. Ik vroeg me van tevoren al af of ik dat wel aan zou kunnen.
Emma: En ging het? Want ik vond het eigenlijk moeilijk te doen. Ik heb heel veel stukken door mijn vingers naar het scherm gekeken.
Kasper: Dat je dat had bij het geweld tegen de slaven kan ik me goed voorstellen. Maar het geweld tegen de slechteriken was toch juist op z’n Tarantino’s: cartoonesk, over the top en daarmee ontladend. Of ervoer jij beide vormen als even lastig om aan te zien?
Emma: Nee ik keek moeiteloos toe hoe Django als een wraakengel twintig gasten kapot schoot.
Kasper: Die wraakacties leken wederom de opzet van deze film. Vergelijkbaar met zijn vorige, Inglourious Basterds, waar hij WOII ‘herscheef’ door Joden wraak te laten nemen op een wijze die je absurd kan noemen, maar die geheel klopt in de wetten van de filmwereld. Het heeft een louterend effect.
Rob: Ik werd daar, net als bij Inglourious Basterds, eigenlijk een beetje droevig van. Het voelt als een kinderlijke oplossing voor nare dingen die gebeurd zijn. En dan kan je wel doen van: “Haha, ik schiet Hitler en de slavenhandelaren neer met een machinegeweer”, maar eigenlijk zijn al die Joden natuurlijk gewoon afgeslacht en de slaven afgebeuld. Niks zoete wraak. Doffe ellende.
Emma: Ja precies! Het zijn beide voorbeelden van onbespreekbaar kwaad. Blijf met je grappige tengels van zoiets af, denk ik dan. Hard//hoofd-lieveling Charlie Brooker noemt de film "a preposterous cartoon romp through the laugh-a-minute world of slavery". Hij geeft vervolgens wel toe dat hij er om moest lachen als een "hallucinating pig".
Kasper: Ik heb er veel minder moeite mee dan jullie. Ik ben Tarantino er in zekere zin zelfs dankbaar voor. De emoties die wij mensen voelen, ons gevoel voor goed en kwaad, komt in zekere zin beter tot z’n recht in kunst dan in realiteit. Dat gaat terug tot de tragedies van de klassieke oudheid waar ook het grote publiek op afkwam om ‘catharsis’ te bereiken.
Rob: En dan krijg je in dit geval een lijdensweg plus wraak en een happy end.
Kasper: Het lijkt oppervlakkig, maar indien goed uitgevoerd werkt het altijd. Wij moeten het deel van onszelf niet ontkennen dat hier voldoening uit haalt. Bovendien komt er natuurlijk veel meer bij kijken, het is niet alsof Tarantino zo’n film uitsluitend maakt om dit effect te bereiken. Deze film was mooi romantisch, ongelooflijk grappig en esthetisch zat het weer piekfijn in elkaar, echt een lust voor het oog. Een grootse ode aan de spaghettiwestern, met zo nu en dan wat postmoderne gekkigheden die kenmerkend voor hem blijven.
Rob: Denken jullie dat ik een goeie slaaf zou zijn? Een huisslaaf om precies te zijn?
Kasper: Een witte huisslaaf? Eerder een huis-laaf. Oh, da’s misschien beetje flauw.
Emma: Ach flikker op Rob. Jij hebt vette autoriteitsproblemen, doorgaans.
Rob: Het doel van de onderneming waar ik voor werk en diens plek in de maatschappij gaan mij gewoon nauw aan het hart. Ook als slaaf. Candyland bijvoorbeeld, het bedrijf van de bad guy in de film, is een slecht bedrijf. Daar zou ik als slaaf zeker problemen mee hebben. Maar Triodos bank, een bank die geeft om de planeet, zou ik volgens mij prima trekken.
Emma: Haha, een bank die geeft om de planeet, maar wel slaven in dienst heeft.
Rob: Na het zien van deze film lijkt me dat in 1850 niet eens een ondenkbaar scenario. Ik vond het zelf opvallend hoe Tarantino je soms scènes voorschotelde waar je een beetje een ‘niks aan de hand gevoel’ bij had, waarna hij je vervolgens, door in te zoomen op iets wat zich al de hele tijd op de achtergrond afspeelt, liet beseffen dat er vreselijke dingen aan het gebeuren waren. Dat vond ik een mooie manier om te laten zien hoe zoiets absurds als slavernij verweven kan zijn in het alledaagse leven, op een sneaky manier.
Emma: Dat was heel sterk en te gek in die mandingo fight-scène. Je ziet, denk je, vanuit je ooghoek twee slaven gemoedelijk stoeien voor het haardvuur. Zoals broertjes dat doen. Totdat je beseft dat ze elkaar tot de dood moeten bevechten en dat je dat drie minuten lang niet doorhad.
Kasper: Precies, en dat vind ik nou zo sterk van de latere Tarantino, hoe hij het pijnlijk realistische met het louterend-cartooneske verweeft. Dat kan alleen in film en daarom ben ik blij dat hij dat doet.