Asset 14

Ontmoetingen op papier VIII

Acht weken lang, iedere zondag een verhaal van Joost Baars, geïllustreerd door Nina Maissouradze. Al meer dan vijftien jaar werkt Joost in boekwinkels. De verhalen die hij tijdens zijn werk oppikt zijn haast even mooi als de boeken die hij verkoopt. Dit is de laatste aflevering van de serie.

U bent welkom (van negen tot zes, want ik ben Manny Bianco niet)

In een post op De Contrabas noemt dichter en blogger Chrétien Breukers mij een humanist, omdat ik zeg van mensen te houden als ik boeken verkoop. Maar met “beminnen” bedoel ik natuurlijk niet dat ik uw menselijke (al te menselijke) eigenschappen bejubel, of dat ik, zoals Breukers schrijft, “liefhebber” ben van “de mens in het algemeen”. Dát lijkt me de humanistische opvatting van liefde, die dus vooral in de blik van Breukers zelf zit. Ik bedoel het meer in bijbelse zin, dat de boekverkoper (en ik denk: ieder mens) altijd open moet staan voor mensen die er andere opvattingen en verlangens op nahouden. Zelfs als die hem tegen de borst stuiten. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat ze hem niet tegen de borst stuiten.

Het alternatief is namelijk dat je verlangt dat de hele wereld als jij is, en dat is een garantie op erg veel teleurstellingen. Dan loop je het gevaar een bittere oude man (of vrouw) te worden. Dan ga je dingen schrijven als: "Boekverkopers zijn (...) hoeders van een cultuur die waar ze bij staan aan het instorten is." Dan word je als Bernard Black van de Britse sitcom Black Books, die een boekwinkel heeft waar voor het raam in de deur een bordje hangt waarop aan beide zijden 'closed' staat.

Black Books is natuurlijk onder boekverkopers een geliefde serie. In de eerste plaats omdat Bernard Black dingen hardop zegt die wij vaak denken. Op een dieper niveau denk ik dat het voor iedere serieuze boekverkoper een reëel gevaar is om Bernard Black te worden. Om Black lachen is een manier om om de Bernard Black in jezelf te lachen, om er zo voor te zorgen dat je Bernard Black niet wordt.

Een vraag die ik verbazend vaak krijg, is: “Ik houd niet van lezen, wat raadt u mij aan?” Bernard Black zou zeggen: ga iets anders doen en val mij niet lastig. Hij zegt het zelfs tegen mensen die wel van lezen houden (maar natuurlijk altijd het verkeerde boek lezen, of lezen om de verkeerde redenen). Het is het antwoord van de zelfbenoemde hoeder van de zuivere leescultuur, en Black Books gaat dan ook uiteindelijk over het verlangen naar ideologische zuiverheid, over iedereen die in zichzelf een “hoeder” ziet. Maar wie “hoedt”, kan niet tegelijk “gehoed” worden. Anders gezegd: als je een cultuur zou willen bewaken, kun je dat alleen doen als je bereid bent er ook met één been buiten te staan. De echte hoeder van leescultuur zou dus bereid moeten zijn om de stap uit zijn leescultuur te wagen, en een open gesprek aan te gaan door op eerdergenoemde vraag te antwoorden: “Waarom houdt u niet van lezen?”

Bernard Black is daar niet toe bereid. Hij geeft geen centimeter toe. Daarom is iedereen die zijn winkel binnenkomt en die niet als hij is – en dat is dus iedereen – niet zozeer een klant, maar eerder een indringer die zijn boekenheiligdom komt verstoren. Dat maakt zelfs het kopen van een boek een misdaad tegen de cultuur die hij aan het hoeden is, omdat hij zich tegelijkertijd in die cultuur wil verschansen, erin thuis wil zijn en er niet meer uit wil komen. Hij wil, met andere woorden, zelf ook gehoed worden door de cultuur die hij hoedt. Mensen die boeken kopen, slaan leegtes in zijn volmaakte wereld die hij niet kan opvullen.

Black zou hoeder kunnen zijn  zónder ook gehoed te willen worden door wat hij hoedt. Dan zou hij het vermogen hebben zich te realiseren dat degene die zijn cultuur verstoort, die tegelijkertijd ook uitbreidt en daarmee bestendigt.

Natuurlijk, Bernard Black is ook de belichaming van wat volgens sommigen intellectualisme is of zelfs zou moeten zijn. Je bent de hoeder van een cultuur en die mensen die er geen weet van hebben zijn dan domme sukkels. Dat verklaart volgens mij het toontje van licht verongelijkte ironie of cynisme waarmee sommige schrijvers en commentatoren zich menen te moeten tooien: het verschaft je een autoriteit waarin je je tegelijkertijd veilig kunt verschansen.

Sommige klanten zijn ook zo. Ze verwachten van de boekverkoper dat ze net zo ingevoerd zijn in een bepaalde cultuur als zij. En dat is niet alleen maar zo bij Literatuur met een grote L.

"Heeft u ook boeken van Rik de Kikker?"
"Ehm...."
"Ja, mijn dochter is he-le-maal gék van Rik de Kikker. We hebben echt bijna alles. U kent het toch wel, Rik de Kikker?"
"Ehhhh..."
"Nou ja zeg, wij hebben echt heel veel van die boeken van Rik de Kikker gekocht hier! Dat is toch heel bekend! Dat u dat niet weet als boekverkoper! Tssss! Ongelooflijk! Rik de Kikker! Met die rood-wit gestreepte broek!"
"Oh, Kikker! Van Max Velthuijs. Ja, die kennen we wel. Maar die heet geen Rik hoor."

De domste vraag die ik ooit heb gehad is voor mij ook meteen de mooiste. Hij luidt: "Ik zoek een boek. Het schijnt het helemaal te zijn, vooral in Amerika. Het gaat over een messias, die naar de aarde komt en dan allemaal mensen geneest. Een vriend vertelde me erover. Het is zwart, in leer gebonden, met alleen de titel in ecru letters op de kaft. Maar de titel ben ik vergeten. Weet u welk boek het is?"

U denkt natuurlijk dat dit een grap was. Dat zou ik ook denken als ik de woorden zo op het scherm zou lezen. Maar op de vloer van de boekhandel, met de vragende persoon tegenover me, was dit minder duidelijk. Als het een grap was, dan was het een ergerlijk goede en geslaagde grap. Maar het kwam op mij eerder over als een pijnlijk naïeve vraag. In dat geval is die pijnlijke naïviteit tegelijkertijd jaloersmakend open en oprecht. O, zou ik ooit zo naar de bijbel – of naar welk boek dan ook – kunnen kijken!

Maar het antwoord? Als ik mijn werk zou omschrijven als het hoeden van een cultuur, dan is die cultuur er een van kennis, verbeelding en nieuwsgierigheid. En van handel, natuurlijk. Hoed ik de vraagsteller door hem te wijzen op de onacceptabele lacune in zijn kennis? Daarmee straf ik zijn nieuwsgierigheid af. Prijs ik het feit dat hij de vraag stelt? Dan devalueer ik het belang van algemene kennis en ontwikkeling. Beantwoord ik de vraag, of volsta ik met de transactie van de verkoop, alsof er niets aan de hand is? Dan ga ik voorbij aan de verbeelding – die van de klant in de manier waarop hij tegenover het nog onbekende boek staat, en die van mijzelf in de schoonheid die ik in de vraag zie zolang hij nog niet is beantwoord. Weiger ik op de een of andere manier het overduidelijke antwoord op de vraag te geven of weiger ik dat op een vriendelijke manier te doen, dan schaad ik de handel waarvoor ik ben ingehuurd.

Ik zit als cultuurhoeder dus in de val: er zal een breuk in mijn cultuur plaatsvinden. Het enige dat ik kan doen dat alle door mij gehoede cultuur in stand houdt, is deze klant het door hem gezochte boek te verkopen en hem vervolgens, als hij de deur weer uit is, vervloeken. Ik maak hem dan de zondebok van de inbreuk die hij mij dwingt op mijn cultuur te maken. Maar de hoeder die zo met zijn cultuur omgaat, zal die cultuur zien stagneren en creperen. Beter realiseert hij zich dat – om het met een beeld uit dat mysterieuze boek met ecru letters te zeggen – de hartstocht voor je tempel je verteren zal, en dat het goed is als er soms iemand langskomt om alles overhoop te gooien.

Ik heb jarenlang op facebook de conversaties gepost die ik had in de boekhandels waar ik werkte. Daaruit voortgekomen is deze achtdelige serie, die met dit artikel ten einde komt. De conversaties die ik postte zijn soms ontroerend, soms raar, en bijna altijd grappig. Soms kreeg ik op facebook te horen dat ik beter een andere baan kon gaan zoeken, als ik het zo erg vond om in de boekhandel steeds met die domme mensen geconfronteerd te worden. Maar ziet u, ik vind het dus niet erg. En ik vind u ook niet dom. Niet dommer of slimmer dan mezelf in elk geval. En ik ben nieuwsgierig naar u, die uit nieuwsgierigheid naar mij toe komt. En ik zal niet zeggen dat ik een bordje op de deur heb hangen met aan beide zijde “open” (ik ben Manny Bianco niet), maar toch: u bent welkom. Tussen negen en zes.

Illustratie: Nina Maissouradze

--
Joost Baars is dichter, essayist en boekverkoper.
Nina Maissouradze is illustrator.

Mail

Nina Maissouradze tekent mensen. Grote en kleine mensen, mensen in truien en mensen in hun nakie, mensen met een dubbelleven en mensen met een tikje. Ze tekent steelse blikken, roddels, intriges en verlangens. Haar mensen herken je meteen.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Winnaar Stoute Stift 2024 1

Winnaars De Stoute Stift 2025

Cynthia Van Der Heyden won met haar illustratie de publieksprijs en Sarah Pannekoek won de juryprijs van De Stoute Stift 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

De dood van Giorgio Armani sluit een hoofdstuk in de mode, maar zegt ook veel over de toekomst van onze kleding. In deze column legt Loïs Blank uit hoe Big Fashion steeds meer terrein weet te winnen in onze kledingkasten. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

De achterblijvers

De achterblijvers

Fietsend over een jaagpad reflecteert Gert-Jan Meyntjens op zijn rol als echtgenoot en vader, en neemt hij je mee op een zoektocht naar wat het betekent om man te zijn. Zonder bitter te worden. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Ik sliep rechts

Ik sliep rechts

Daten met iemand aan de andere kant van het politieke spectrum? Naomi Ronner deed het. In dit essay beschrijft ze haar ervaringen. Lees meer

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Altijd aanwezig, maar niet gewenst: Marthe van Bronkhorts rouw reist met haar mee. Lees meer

De kleinste kans

De kleinste kans

Roosje van der Kamp bereidt zich altijd voor op het ergste. Een vreemd plekje op haar huid, opladers in het stopcontact: overal schuilt gevaar. Als ze achter een geheim komt in de familie begrijpt ze beter waar haar angsten vandaan komen. Ze vertelt erover in dit openhartige essay over intergenerationeel trauma. Lees meer

:Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Zomergast Koch: ‘Het is gewoon leuk om mensen iets op de mouw te spelden’

Het plezier van de leugen en de bevrijding van de agressie: volgens Zomergast Herman Koch verfraait iedereen het leven een beetje met leugens. Lees meer

Hondenvoer

Hondenvoer

Een overleden hondje zorgt ervoor dat moeder en dochter in een strijd belanden. Ze willen beiden laten zien wie er meer van het dier gehouden heeft. In dit verhaal van Keet Winter mondt die spanning tussen de twee vrouwen uit in een pijnlijk diner. Lees meer

Hondenvoer 1

It takes an adult to raise a village: Halsema is streng, rechtvaardig, en een tikje autoritair in Zomergasten

De bedachtzame, maar mediagetrainde, Femke Halsema nam ons als Zomergast mee in de bestuurlijke (opvoed)dilemma’s uit haar werk. Als een klassiek ouderfiguur toont ze zich streng en rechtvaardig, maar mist ze óók zelfinzicht op sommige punten. Lees meer

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

Uğur Ümit Üngör stilt in Zomergasten maar zelden onze honger naar menselijkheid en ‘goeie dingen’

‘Uğur Ümit Üngörs fragmenten zijn broodnodige kost voor een samenleving die consequent doet alsof wijdverbreid extreem (staats)geweld een ver-van-mijn-bedshow is.’ Terwijl Zomergast Üngör zichzelf kundig naar de achtergrond werkt, maakt hij duidelijk dat de zomer vele winters verstopt. Met opgewekte grimmigheid vraagt hij ons om ons zorgen te maken over het leed van anderen. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer