Asset 14

Niet vies van modder

Zijn filosofen kunstenaars of zijn kunstenaars filosofen? Of geen van beide? Hoort filosofie thuis in een boek of kunnen filosofen hun ideeën ook schreeuwen, op straat of in het theater? Kun je als filosoof eigenlijk een bijdrage leveren aan de maatschappij? En zo ja, bereik je de maatschappij dan met het geschreven woord of kun je beter iets bouwen? Of schilderen? Of zingen? In deze serie duikt Jente Hoogeveen, beeldmaker en derdejaars student filosofie, in het gebied tussen de kunsten en filosofie en onderzoekt zij alternatieve vertelvormen waarmee filosofen hun verhaal vertellen.

Deel I: Niet vies van modder
Interview met Nikki Brörmann

Op de Stadhouderskade in Amsterdam dralen twee toeristen in te dikke jassen zweterig langs de kade. Het is het einde van de middag, half oktober, maar de zon schijnt alsof het eind juni is. De twee trekken hun jassen uit en spreiden die op de stoep langs het water. Een donsbed in de zon. Ik sla ze gade vanaf de ingang van het COC, de belangenvereniging voor LHBTI's. Hier werkt Nikki Brörmann, filosoof, die ik zo ga interviewen voor deze serie over de relatie tussen de kunsten en de filosofie. Even later zal zij mij vertellen over de masterscriptie die zij schreef over klimaatvluchtelingen, en hoe dat onderzoek de aanleiding vormde om contact te zoeken met de designwereld. Maar in Amsterdam denken ze daar vandaag even niet aan, de klimaatcrisis.
‘Die zon is gewoon fucking lekker,’ zegt één van de toeristen.

Nikki buzzt mij binnen vanachter haar bureau. Ze heeft gemillimeterd blond haar en een grote lach op haar gezicht. Eerst biedt ze me thee aan, en begint dan meteen te vertellen over haar grote passie, filosofie. Als iemand met een groot gevoel voor rechtvaardigheid, specialiseerde ze zich in de toegepaste ethiek. Hoewel filosofie niet haar eerste studiekeuze was, wilde ze als snel niets anders meer.
‘Ik herinner mij de open dag nog heel goed. De docent die het proefcollege gaf, trok een streep op het bord. Aan de ene kant schreef hij 'vrije wil' en aan de andere kant 'determinisme'. Vervolgens ontstond er zo'n verhitte discussie over of de mens vrije wil heeft of niet, dat iedereen opstond en begon te schreeuwen. Eén iemand liep zelfs boos weg. Ik dacht: oh mijn god, dit is echt fantastisch! Uiteindelijk is filosofie mijn redding geweest. Het was zo'n wirwar in mijn hoofd, maar ik wist niet hoe ik mij moest uiten. Wat ik het meest van filosofie heb geleerd is het structureren van mijn denken. Een gedachte beginnen en die afmaken.’

Het ordenen van een wirwar aan informatie, structureren, conceptueel denken… Eigenlijk zijn dat dezelfde basisprincipes als bij ontwerpen, toch?
‘Na mijn studie filosofie gaf ik les aan het Sandberg Instituut, waar ik veel samenwerkte met ontwerpers. Daar heb ik het met makers vaak over de Why-vraag gehad en ik denk dat zeker de helft van alle ontwerpers antwoordde met: “Ik ontwerp om de wereld te ordenen.” Voor hen is het een intrinsieke behoefte om informatie, maar eigenlijk alles dat ze tegen komen, te ordenen. Ik denk inderdaad dat er een grote overlap is met filosofie ja. Het verschil is, althans dat hoop ik tenminste, dat filosofen een grote drang hebben naar een idee van waarheid en zich daar toe verhouden. Voor ontwerpers is dat totaal niet belangrijk, of in ieder geval een stuk minder.’

Ligt daar jouw taak als filosoof in de samenwerking met de ontwerper, een bijdrage leveren in de zoektocht naar de waarheid?
‘Die samenwerking is eigenlijk vanuit een andere behoefte ontstaan. Na mijn bachelor filosofie ben ik de master toegepaste ethiek gaan volgen. Ik koos specifiek voor toegepast, omdat ik wilde dat er iets zou gebeuren met de theorieën en al dat denken. Uiteindelijk bleek zelfs toegepaste ethiek te geabstraheerd, naar mijn mening. Het is totaal niet concreet. Mijn afstudeerscriptie schreef ik over klimaatvluchtelingen en de verantwoordelijkheid van welvarende landen naar die vluchtelingen toe - voor mij een poging tot een meer praktische invulling van de ethiek. Mijn begeleider gaf dan opmerkingen als: “Dat argument van Rawls is echt super interessant, daar moet je echt wat mee.” En ik dacht dan alleen maar: Nee, dat vind ik echt totaal niet boeiend. Een nieuw argument vinden tegen Rawls... I don't give a fuck! Als het maar overtuigend is voor de overheid wat ik hier opschrijf, zodat zij straks dankzij mijn onderzoek anders zullen handelen.

Ik dacht dan alleen maar: Nee, dat vind ik echt totaal niet boeiend. Een nieuw argument vinden tegen Rawls... I don't give a fuck!

Dat was heel frustrerend. Aan het einde van de studie was mijn conclusie: als filosoof leer je heel goed argumenteren, maar heel slecht communiceren. Toen ging ik mij afvragen: welk veld kan wel goed communiceren naar een groot publiek? Ik kwam uit bij de ontwerpers. Vanuit een behoefte aan een goede en effectieve communicatie van ideeën heb ik contact gezocht met het Sandberg Instituut. Daar ben ik filosofie gaan doceren en bij verschillende designprojecten betrokken geraakt.’

Je dacht niet: ik ga zelf aan de slag als ontwerper?
‘Na een informele master aan het Sandberg Instituut kwam ik erachter dat ik zelf helemaal niet kan denken als een ontwerper; mijn visuele denken is heel clichématig. Maar de combinatie van mij en een ontwerper werkt heel goed. Als je het dan hebt over de rol, dan is mijn kracht denk ik: betekenis geven aan de woorden en de ideeën en die uitdenken. Neem een van mijn projecten, The Jetlag Society. Alleen die titel al. Ik ben enorm getraind in onderzoek doen naar wat dingen betekenen. Wat betekent een jetlag? En welke zaken verhouden zich tot dat concept? Daar heb ik het dan over met een ontwerper, in dit geval Brigiet van den Berg. Zij kwam na dat gesprek terug met zes beelden van vallende dieren. Ik dacht: oké, interessant. Wat hebben die twee dingen met elkaar te maken? Op die manier word ik geïnspireerd door een beeld of een schets en daar borduur ik dan op voort. Een wederzijds proces dus. Ook in de schetsfase maak ik voortdurend een “terugvertaling”. De ontwerper heeft voor groen gekozen, waarom past groen hier goed bij? Dat soort dingen. Ik denk mee over de elementen die een concept nodig heeft en wat zij betekenen, maar voor een goede visuele vertaalslag is een designer nodig.’

Je hebt het over een ‘visuele vertaalslag’. Sommige filosofen, Derrida en Heidegger als twee klassieke voorbeelden, benadrukken in hun werk de grenzen van de taal. Zij vinden bijvoorbeeld dat de taal te essentialistisch is of niet op de juiste manier wordt ingezet. Deze filosofen kunnen hun kritiek alleen maar uiten door middel van de taal, hetgeen zij juist kritiek op hebben. Denk je dat beeld voorbij die grenzen van de taal kan gaan?
‘Voor mij is design nog steeds toegepaste kunst. In die zin leunt het heel sterk op een gezamenlijke betekenis van dingen. Design doet iets met je omdat we bij rood bepaalde associaties hebben vanuit eerder gebruik. Alleen met echt artistiek design zou je wellicht grenzen over kunnen gaan zoals de musicus dat kan, maar dan spreek je van kunst in plaats van design; helemaal nergens meer aan refereren en toch iets teweeg brengen. Het gaat dan over expressie en ervaring.’

Zo'n ervaring gaat dan zowel filosofie als design voorbij.
‘Ja, precies. Ik zou eerlijk gezegd niet weten wat meer geketend is, beeldentaal of woordentaal? Wat denk jij?’

Ik denk dat de alledaagse beeldtaal misschien meer geketend is dan de alledaagse woordentaal, omdat we met woorden veel kunnen nuanceren. Maar ik heb wel het idee dat beeld op een andere manier kan ontwrichten dan taal dat kan doen. Dat beeld op een andere manier tot denken aan kan zetten.
‘Dat ben ik wel met je eens. Beeld heeft ook veel minder nodig om overtuigend te zijn dan het aantal woorden dat we nodig hebben om te overtuigen. Mijn favoriete filosoof is Theodor Adorno. Wat ik zo mooi vind aan zijn stijl is dat hij ironie en overdrijving gebruikt om hieraan te ontkomen. Wat hij zegt, zegt hij niet in de woorden die hij gebruikt. Het zit hem in de vorm. Dat vind ik spannend. Briljant. Ik denk dat de dingen die mij inspireren op designgebied ook dat soort elementen kennen; elementen die refereren aan wat bekend is, maar er vervolgens omheen gaan. Beeld en taal kunnen dat beide doen.
Als je het hebt over aanzetten tot denken, wat ook vaak een doel is van mijn projecten, dan is beeld in deze maatschappij wel veel sneller en toegankelijker, maar daardoor ook oppervlakkiger. Op het moment dat beeld niet oppervlakkig wordt ingezet, creëert het net zo'n afstand als woorden dat kunnen doen. Wat we op het Sandberg Instituut maken is pionierend werk over wat design is en kan doen, maar mijn moeder zou daar bijvoorbeeld helemaal niets mee kunnen.’

Uiteindelijk lopen taal en beeld dus tegen dezelfde grenzen aan?
‘Absoluut.’

Misschien is het punt niet zozeer taal versus beeld, maar de vorm van de filosofie, en haar (on)mogelijkheid om iets te communiceren aan een breder publiek, wat je zelf al eerder aankaartte. Een van mijn docenten vertelde tijdens een college dat de universiteit aan hem had gevraagd of hij ideeën had over het organiseren van een evenement voor het bredere publiek vanwege de week van de filosofie. Hij zei daarop: 'Daar heb ik wel ideeën over. Dat lijkt mij een slecht idee.'
‘Hahaha.’

Binnen de universiteit heerst onder sommige filosofen het idee dat academische filosofie en zogenaamde praktische filosofie of volksfilosofie strikt gescheiden moeten blijven. Dat die tweede vorm van denken eigenlijk geen filosofie mag heten. De visuele projecten waar jij aan mee werkt zullen deze academici eerder zien als de tweede vorm. Hoe kijk jij tegen deze scheiding aan?
‘Ik vind het een beetje een elitair argumentje om te zeggen dat visuele filosofie niet academisch is. Nee, dat is het niet maar dat zou het wel kunnen zijn. Vaak zit er ook heel veel academische filosofie achter. Aan de manier waarop het gecommuniceerd wordt, kun je vaak niet aflezen hoe academisch onderlegd het is. Dat je het niet kunt zien, betekent niet dat het er niet is. Het hele punt voor mij is juist communicatie: een breder publiek bereiken. Dat lukt je niet wanneer er maar tien filosofen snappen waar de fuck je het over hebt!

Het hele punt voor mij is juist communicatie: een breder publiek bereiken.

Overigens ben ik zelf erg gedrild op de academische filosofie tijdens mijn studie en ik zie er ook enorm de waarde van in. Die precieze argumentatie en onderbouwing is iets dat filosofie prachtig maakt, maar de filosoof ook enorm beperkt. De autist in mij vindt het soms fantastisch om zo secuur te werk gaan, maar ik ben ook een praktisch mens. Soms is het academische gedeelte niet zo relevant voor de praktijk. Dan werk ik weleens op twee sporen: een samenwerking met de ontwerper om de ideeën te communiceren, en daarnaast een meer academische uitwerking van het onderwerp door mijzelf alleen.’

Over de pracht van filosofie en de ethiek kan Nikki blijven praten. Ze wil nogmaals benadrukken dat de academische filosofie echt nodig is.
‘Kijk maar hoe goed Nederland is in de medische ethiek wat betreft euthanasie of donorschap. Wie heeft welke rechten? Hoe handel je integer? Wat is het juiste? Voor deze dilemma's heb je filosofen nodig die op een gedetailleerd niveau de problematiek uit kunnen denken. Dat kun je niet aan politici als Halbe Zijlstra of Donald Trump overlaten.’

Toch beseffen veel mensen niet dat filosofen zo'n grote rol spelen in deze maatschappelijke onderwerpen. Zou de filosoof niet zichtbaarder moeten zijn?
‘Dat denk ik wel. Neem de discussie in 2008 over het korten op de kunsten door het kabinet. Overal werden toen kunstenaars uitgenodigd die moesten verdedigen waarom kunst belangrijk is. De grote fout die toen is gemaakt, is dat de kunstenaars zich mee lieten slepen in het debat over nut. Door de rechtse politiek worden we steeds meer die kant op geduwd, dingen uitdrukken in nut. Terwijl kunst daar niet over gaat. Kunst heeft waarde. Om dat verschil uit te leggen en te tonen dat kunst een intrinsieke waarde heeft in de maatschappij, heb je een filosoof nodig. Een straatfilosoof, om het zo maar even te zeggen, zou dat kunnen doen. Zoals Bas Haring bijvoorbeeld, of Simone van Saarloos, of jij of ik. If anything, kan een puur academische filosoof dat misschien wel minder goed, want die begint dan weer te lullen over wat de definitie van waarde is en of je dat wel op die manier kunt zeggen. Soms moet het gewoon gezegd worden!

Hoe verhouden de academische filosofie en de zogenoemde straatfilosofie zich volgens jou tot elkaar?
Ik denk dat je het zo moet zien: we hebben een paar maarschalken en generaals, de Nietzsches en de Kants zeg maar, die heel goed de strategie uit kunnen denken. En dan heb je mensen die het niet erg vinden om in de loopgraven te gaan liggen. Ik ben er niet vies van om met mijn poten in de modder te staan.’

Nikki's collega's scharrelen inmiddels rond in het kantoor. Tassen worden gepakt, jassen over schouders gehangen. Het is nog even zonnig. Ze wenken Nikki dat het tijd is om te gaan. Over een uur houden ze een demonstratie bij het homomonument hier in de stad. Dicht op de actie, zoals deze filosoof dat graag doet.

Voor Nikki's projecten zie: www.moraliaetc.nl

Mail

Jente Hoogeveen is beeldmaker en filosoof. Ze schrijft, tekent en bouwt installaties.

Jente Hoogeveen is student Liberal Arts & Sciences, de rest van de tijd maakt ze beeldend werk en schrijft korte verhalen.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Twee dagen

Twee dagen

Rocher Koendjbiharie belicht de verschillende paden die we tijdens de aankomende verkiezingen in kunnen slaan. Kiest Nederland opnieuw voor rechts, en strompelen we verder richting democratisch en moreel verval? Of kiest Nederland toch voor een samenleving waarin we omkijken naar elkaar? 'Alleen fascisten zien antifascisme als een bedreiging.' Lees meer

Vergeten vrouwen 1

Vergeten vrouwen

In dit essay schrijft Anne Louïse van den Dool over vrouwelijke kunstenaars die meer dan ooit in de schijnwerpers staan. Niet alleen hedendaagse makers, maar ook opvallend veel vrouwen die rond 1900 actief waren in de kunstwereld trekken veel aandacht. Met solotentoonstellingen over Suze Robertson, Coba Ritsema en Jo Koster laten musea zien waarom juist deze kunstenaars alsnog een plek in de canon verdienen. Lees meer

De verdwenen kosmonaut

De verdwenen kosmonaut

Duizenden kilometers van de kosmonaut vandaan zit Igor, uitkijkend over de stad, terwijl hij luistert naar de ruis op de tv, naar de beukende eurodance plaat die nog naklinkt in zijn oren en naar een stem die hem probeert te overtuigen terug te komen. In De verdwenen kosmonaut van Thijs van der Heijden raakt een... Lees meer

Geen geld maakt ook niet gelukkig

Hard//hoofd zoekt een zakelijk assistent!

Wij zoeken een enthousiaste en veelzijdige zakelijk assistent (x/v/m) die ons zakelijke team wil versterken. In deze functie krijg je de kans om ervaring op te doen met de zakelijke en organisatorische kant van een literair tijdschrift en online platform. Lees meer

Het huis in mijn hoofd

Het huis in mijn hoofd

Wat als technologie je verbeelding probeert te esthetiseren? Mina Etemad bezocht in juni, tijdens de twaalfdaagse oorlog tussen Iran en Israël, de VR-voorstelling From Dust van Michel van der Aa. ‘Het zou troostend moeten zijn, maar hoe kan ik het rijmen met de realiteit hierbuiten?’ Lees meer

Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

:Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Een nieuw seizoen van Maandagavonden door Nwe Tijd, dit keer ook te beluisteren bij Hard//hoofd. Met Johannes Lievens die zich – tegen wil en dank – in het feestgedruis stort, Ellis Meeusen over de voorpret, Suzanne Grotenhuis met een pleidooi voor kleine vieringen en Freek Vielen opent de avond met twee anekdotes. Lees meer

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer