Asset 14

De noodzaak van het nietsdoen

De noodzaak van het nietsdoen

Dit is stuk werd 2018 gepubliceerd en is onderdeel van Hard//hoofd's best of 2018.

 

Koen Schouwenburg verkent aan de hand van vele literaire lotgenoten zijn luiheid. De vraag is echter of hij voor zijn luie leven kiest of dat zijn levenshouding een overlevingsmechanisme is.

'The true opponent, the enfolding boundary, is the player himself. Always and only the self out there, on court, to be met, fought, brought to the table to hammer out terms.' – David Foster Wallace, Infinite Jest

1
Ik werk niet, ik heb het te druk met zijn. ‘Wat doet u van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat?’ schreef E.M. Cioran in Geboren zijn is ongemak. ‘Ik onderga mezelf.’ Dat is wat ik doe, de hele dag: ik onderga mezelf. Ik heb gewoon geen tijd om te werken. Twee jaar geleden had ik een gesprek met een mevrouw van Randstad over werk en solliciteren. Ze ging me tips geven. Het was verplicht. Dus sleepte ik mezelf twee straten verderop naar het kantoor van Randstad. In m’n binnenpak ging ik naar buiten: joggingbroek en wit T-shirtje van Scapino. Of ik dat ook droeg tijdens sollicitatiegesprekken? Nee, ik heb geen sollicitatiegesprekken.

2
De bekendste luilak uit de wereldliteratuur is natuurlijk Ilja Iljitsj Oblomov. Hij is een personage naar mijn hart. Deze dialoog die Ilja Iljitsj met Aleksejev heeft, lijkt akelig veel op de gesprekken die ik vroeger met mijn moeder had:

 

‘En?’ vroeg Aleksejev opeens aan Ilja Iljitsj.
‘Wat?’
‘U bent nog steeds niet opgestaan.’
‘Moet dat dan?’

3
Marcel Proust schreef zijn romancylcus Op zoek naar verloren tijd liggend in bed. Céleste Albaret stond hem de laatste acht jaar van zijn leven bij. Ze deed alles voor hem en vroeg hem nooit of 'ie nou nog niet was opgestaan. Bij Proust was het misschien eerder zijn zwakke fysiek die hem aan z’n bed kluisterde, geen luiheid, al lijkt het er soms op dat Proust zijn fragiele gestel gebruikte als excuus om lekker te blijven liggen.

Proust was niet de enige, Truman Capote noemde zichzelf ‘een volkomen horizontale schrijver’. Ik hoorde ergens dat Connie Palmen haar boek Jij zegt het ook in bed schreef. Als je dan toch moet werken, kun je dit inderdaad beter liggend doen.

4
Liggend werken is tot daar aan toe, maar voor veel banen moet je zitten of, nog erger: staan. Bij de Gemeente Groningen moest ik eens een seminar volgen over ‘in je eigen kracht staan’, maar ik voelde het niet toen ik stond. Wel toen ik thuis op de bank lag. Vroeger heb ik wel gewerkt, een paar weken. Tijdens een zomervakantie heb ik eens een week lang achter de bar in Kabouterland te Exloo gestaan en twee weken in de bouw gewerkt waar ik zonder toezicht zoveel koffie dronk en shagjes rookte dat er geen tijd meer was om te klussen. Dat ik maar drie weken heb gewerkt in mijn leven betekent niet automatisch dat ik een makkelijk leven heb, integendeel. ‘Lanterfanten was het moeilijkste werk dat er was,’ denkt de hoofdpersoon in Yusuf Atilgans roman De lanterfanter. Met nietsdoen komen de gedachten, de reflectie, de twijfel en de vragen. Het is moeilijker om dertien afleveringen van The O.C. achter elkaar te kijken, een persoonlijk record waar ik trots op ben, dan uren achter de bar van Kabouterland te staan en mensen smerige poffertjes te serveren.

5
Les Murray schrijft in Killing the Black Dog dat hij uren in een foetushouding op de bank lag. Het duurde eindeloos om van het ene deel van het huis naar het andere deel te lopen. Luiheid? Nee, Murray beschrijft zijn depressieve toestand. Niet kunnen bewegen, niet kunnen lopen of iets ondernemen is geen keuze voor de depressieveling. Hij is niet lui, z’n ziekte ketent hem aan de bank, net als Kafka voelt hij de tralies van binnen: depressie is innerlijke gevangenschap. Depressie is een ziekte, luiheid een levenshouding. De ziekte overkomt je, de levenshouding is een keuze. Depressie is onzichtbaar en daarom misleidend voor anderen; soms draagt de depressieveling het masker van de luilak.

6
Ik onderga mezelf. De hele dag. Ondergaan is twijfel en een strijd met mezelf; ik ben mijn eigen tegenstander. Wie ben ik toch en waarom ben ik zo? Waarom heb ik dat gezegd? Dat gedacht? Zus gevonden en zo gevoeld? Waarom komen mijn handelingen niet overeen met mijn waarden? De mens is een weifelend wezen. Ik ben, en daarom pieker ik. De geest is rusteloos, een pauze van het piekeren is onmogelijk; er is geen onderbreking van het zijn, geen opschorting of interruptie. De enige stilstand is onomkeerbaar en eeuwig.

De ik-verteller van Ottessa Moshfeghs roman My Year of Rest and Relaxation probeert het onmogelijke: zij wil een pauze inlassen. Ze heeft haar ouders verloren en is in therapie bij dr. Tuttle, eerst één keer in de week, later één keer per maand omdat ze niet zo vaak de afstand naar de praktijk wil afleggen. Werken vindt ze nutteloos, het is sisyfusarbeid, en dus heeft ze haar baan opgezegd. Ze wil niks voelen en daarom blijft ze zo veel mogelijk binnen, afgeschermd van anderen. Ze flirt met de zelfgekozen dood: het idee van niet-zijn is een aantrekkelijke gedachte. Toch is de dood voor haar nog te definitief, het alternatief is isolement. Ze trekt zich terug en lanterfantert iedereen eruit; ze kijkt de film Air Force One twaalf keer, zonder geluid.

Alleen terugtrekken is voor haar niet genoeg en daarom wendt ze zich tot pillen: ‘I just wanted some downers to drown out my thoughts and judgments, since the constant barrage made it hard not to hate everyone and everything.’ Het plan is simpel: met alle pillen die ze heeft haar bewustzijn uitschakelen. De verteller gaat in winterslaap: ‘My hibernation was self-preservational. I thought that it was going to save my life.’ Ze neemt een pil en is drie dagen out. Daarna is ze een paar uur wakker en neemt weer een pil. In vier maanden is ze slechts veertig uur wakker. De pillen deconstrueren het zelf, zodat ze, verlost van het verleden, een nieuw zelf kan construeren. De verteller slaapt zichzelf letterlijk naar een nieuwe toestand waar het verleden wordt gewist. En het werkt: ‘I was nowhere, doing nothing. I was nothing. I was gone.’ Na vier maanden voelt ze zich eindelijk bevrijd en heeft ze de innerlijke tralies die haar hadden opgesloten doorgezaagd.
Niks doen om te blijven leven. Als luiheid toch een doel moet hebben, dan is dit het enige legitieme doel.

7
Luiheid als bescherming tegen het bestaan, luiheid als gevolg van existentiële angst of walging, niet de angst om iets te missen (Fear Of Missing Out), maar de angst om iets mee te maken – dat is de kern van mijn luiheid en van de luiheid van mijn vele literaire lotgenoten.

‘Luiheid,’ schreef Louis-Ferdinand Céline, ‘is bijna net zo taai als het leven zelf.’ Lanterfanten is hard werken, daarom neem ik soms een pauze, daarom loop ik regelmatig hard, daarom tenniste ik afgelopen zomer geregeld. Door af en toe iets te doen rust ik uit. Zolang ik het niet overdrijf is dat vast niet schadelijk.

Dit is stuk werd eerder gepubliceerd op 19 september 2018 en is onderdeel van Hard//hoofd's best of 2018.



Mail

Koen Schouwenburg (1986) is criticus en essayist. In 2017 verscheen zijn boek Talend naar betekenis. Het oeuvre van Connie Palmen. Hij woont in Groningen. 

Merlijn van Bijsterveld is illustrator. Zijn illustraties zijn vaak humoristisch van aard waarbij hij een andere draai aan de context geeft.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Auto Draft 8

Een transformatie van verlangen: brieven over consent

Wat als we consent en verlangen zélf als de voorwaarden van bevrijding en sociale rechtvaardigheid zien? Yousra Benfquih licht toe hoe genot-activisme ons niet alleen toelaat om ons tegen de dingen te verzetten, maar ook om te onderzoeken waar we naar verlangen. Lees meer

Mijn naam roept 1

Mijn naam roept

Hodo Abdullah beschrijft hoe de geschiedenis van Somaliland haar ook veel over haarzelf leerde. Hoe komt het dat het geloof in henzelf, de veerkracht en de trots van de Somalilanders zo verankerd zit in hun DNA? Wat geeft hun de kracht om door te gaan? Lees meer

:Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Alara Adilow blikt terug op haar jongere zelf en ziet hoe onwetendheid en zelfdestructie haar afsneden van zorg en liefde, tot feministische en postkoloniale denkers haar aanraakten en haar openstelde om naar zichzelf en de wereld te kunnen kijken. Lees meer

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie 2

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie

Insecten hebben een slecht imago. We houden ze het liefst ver uit de buurt, maar dat is onterecht, vindt Jitte. Met dit artikel bewijst hij je graag van het tegendeel en vertelt hij hoe sluipwespen lieveheersbeestjes inschakelen als lijfwacht voor haar larven, over de indrukwekkende hersenen van de Darwinwesp, en hoe je een mierenkolonie opzet met één koningin. Lees meer

Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Auto Draft 4

Tijd buiten de uren om

Micha Zaat sliep binnen een jaar in bijna 60 verschillende hotelkamers. In dit essay licht hij het fenomeen van de hotelkamer als liminaal object toe, en legt uit wat zo'n kortdurend verblijf voor gasten én kamers betekent en waarom het onmogelijk is om ouder te worden in een hotelkamer. 'In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.' Lees meer

Auto Draft 2

'Kunnen we vrienden zijn?': over een noodzakelijk veranderende mens-natuur relatie

Wanneer Jop Koopman afreist naar Lombok om de Indonesische visie op mens-natuurrelatie beter te begrijpen, gaat hij op pad met een lokale mysticus. In dit essay onderzoekt hij hoe we de verhouding mens-natuur opnieuw kunnen vormgeven; wat de agency is van onze omgeving, en waarom we vrienden moeten worden met alles rondom ons. Lees meer

Stil protest

Stil protest

Nadeche Remst laat zien hoe slaap, verdriet en dissociatie meer zijn dan persoonlijke reacties: ze worden een vorm van stil verzet tegen een wereld die kwetsbaarheid buitensluit. Lees meer

Hoe lang blijf je een vluchteling?

Hoe lang blijf je een vluchteling?

'Wat' ben je als je ergens niet thuishoort, maar ook niet terug kan naar je geboorteland? Ivana Kalaš onderzoekt het label 'vluchteling'. Lees meer

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus kan toch niet groeien in een zompig moeras? In dit essay schetst Jam een realistisch beeld van de autistische ervaring in een kapitalistisch systeem dat productiviteit als het hoogste goed beschouwt. Lees meer

Lieve buren

Lieve buren

Ze hebben dezelfde brievenbus en dezelfde supermarkt, maar Nienke Blanc vraagt zich in deze nooit verzonden brief af of dat het enige is dat ze met haar buren deelt. Lees meer

Best Friend (For The Forseeable Future)

Best Friend (For The Forseeable Future)

Lotte Krakers’ vriendschap met Karlien eindigde mét blauwe vinkjes, maar zonder antwoorden. Het laat Lotte reflecteren op het afdwingen van gelijkenissen in een vriendschap, en het plaatsen van vrienden op voetstukken: ‘Karlien hield me een spiegel voor, waarin ik vooral zag wat ik niet was.’ Lees meer

Je hebt mij getekend voor het leven

Je hebt mij getekend voor het leven

Hoe sluit je een hoofdstuk af? Jop Koopman schreef een brief aan zijn oude baas, in wiens tulpenbedrijf hij als invalkracht een bedrijfsongeval meemaakte. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer