Het lijkt alsof vandaag de dag niets meer onopgemerkt mag blijven, alles willen we delen. Dat klinkt sociaal, maar zorgt juist voor onrust, stress en eenzaamheid. Stefanie Gordin verlangt daarom terug naar de zomers die ze doorbracht in Russische zomerhuizen, waar ze gedwongen werd om de stilte en het alleen zijn te omarmen. Lukte ons dat nu ook maar.
Vandaag de dag bepaalt de digitale wereld grotendeels onze kijk op de wereld. We worden overspoeld door beelden, indrukken en informatie. Er gaat geen dag voorbij zonder binnenstromende e-mails, betalingsherinneringen en oneindig veel confronterende nieuwsberichten. We krijgen al snel het gevoel dat we zo aanwezig mogelijk moeten zijn, wat kan zorgen voor angst en stress. Bovendien voelen veel mensen zich regelmatig eenzaam.
Mijn herinneringen aan de tijd die ik doorbracht in Russische zomerhuizen, ook wel ‘datsja’s’, doen me denken aan een tijd waarin ik niet de hele tijd aanwezig was op sociale media en alleen kon zijn met mezelf. Het was een prettig soort eenzaamheid, een soort eenzaamheid dat ik terug wil vinden, voor mezelf en voor anderen.
De datsja: een bron van tijdelijke harmonie
Vaak verlangen we naar een plek waar rust en stilte overheersen. Een plek waar we even op adem kunnen komen en naar onze diepste gevoelens en emoties kunnen luisteren. Daarbij denk ik gelijk aan de datsja’s in Letland, waar ik als kind veel tijd doorbracht. Bijna iedereen in Rusland associeert het woord datsja met zijn of haar gevoelens.
Mijn grootmoeder, die inmiddels overleden is, verloor in haar laatste levensjaren altijd haar spullen, maar nooit haar herinneringen aan de datsja’s waar ze veel tijd spendeerde. Ze had het vaak over de datsja van haar grootmoeder, de datsja van haar schoonouders en het verlies van haar eigen datsja. Uiteindelijk heeft ze nooit meer een eigen datsja gehad, maar verbleef ze telkens in andere datsja’s, meestal in Letland, niet ver van Sint-Petersburg. Daar ontving ze met open armen haar kinderen, kleinkinderen en andere familieleden.
Sommige Russen zijn van mening dat de datsja een manier is om ‘terug te keren naar een verloren paradijs’
De datsja’s waren in eerste instantie buitenverblijven voor de rijkeren. Terwijl de Russen elke dag omringd werden door politieke gebeurtenissen, werkverplichtingen en onvermijdelijke drukte, boden de datsja’s de nodige ruimte om op adem te komen. Na de Russische Revolutie van 1917 werden de meeste datsja’s onteigend en staatseigendom gemaakt. Ze werden verdeeld tussen de werkende klasse en functionarissen van de Communistische Partij.
In het midden van de jaren vijftig, toen het land bijkwam van de verwoesting en honger veroorzaakt door de Tweede Wereldoorlog, begonnen Russen de datsja’s en stukken land eromheen te kopen, om er te wonen en zichzelf te onderhouden. Een datsja met een klein stukje land liet mensen hun kleine inkomens sparen, want hier konden ze hun eigen groente en fruit telen, zoals aardappelen, komkommers en appels.
In de jaren negentig hebben veel inwoners van de grote steden het negentiende-eeuwse concept van de datsja in ere hersteld als plek van rust en recreatie. Sommige Russen zijn van mening dat de datsja een manier is om ‘terug te keren naar een verloren paradijs’ – een bron van tijdelijke harmonie, ver weg van de drukte van de grote stad.
De zeldzaamheid van stilte en alleen zijn
Bijna elke zomer woonde ik twee maanden in een datsja. Wekenlang zag ik alleen de Baltische zee, kilometers uitgestrekt bos en andere omliggende datsja’s met onzichtbare bewoners. Ik baalde destijds enorm dat er geen internetverbinding was; voor een paar weken verloor ik het contact met mijn vrienden en de wereld. Pasgeleden besefte ik hoe fijn dat eigenlijk was, om even niet digitaal verbonden te zijn.
Pasgeleden besefte ik hoe fijn dat eigenlijk was, om even niet digitaal verbonden te zijn.
Ooit probeerde ik dat gebrek aan verbinding na te bootsen, om die specifieke eenzaamheid van vroeger terug te vinden: ik had al mijn online profielen gedeactiveerd en probeerde een tijdje zonder te leven. Vreemd genoeg kreeg ik het gevoel dat mijn afwezigheid opgemerkt werd, dus ik hield het niet lang vol. Het leek in de verste verte niet op het soort eenzaamheid dat ik kende uit de datsja’s, waar ik naar zocht en nog steeds naar verlang.
Tijdens mijn verblijf in Letland genoot ik vooral van de overheersende stilte, die in een stad moeilijk terug te vinden is. Eindeloos naar de lucht staren was een van mijn favoriete activiteiten. Deze plek kende geen verplichtingen, maar enorm veel vrijheden. Hier kon ik volledig mezelf zijn, zonder de hele tijd naar anderen te kijken en zonder zelfbewust bezig te zijn met mijn ideeën, waar ik soms zelfs schaamte bij voel. Er was nauwelijks invloed van buitenaf, slechts simpele gedachten die voortkwamen uit verveling. Het was een plek waar ik urenlang kon reflecteren op allerlei gebeurtenissen van de afgelopen tijd. Het maakte niet uit of ik op de hoogte was van wat er zich in de wereld allemaal afspeelde, in tegenstelling tot mijn leven nu, waarin ik constant de druk voel om bezig te zijn met alles wat overal gebeurt.
Het lijkt alsof niemand meer in volledige verborgenheid wil leven, want iedereen hoopt gezien te worden via sociale media.
In de datsja’s was ik meer bezig met mijn directe omgeving en de mensen om mij heen. Vaak gluurde ik voorzichtig in andermans datsja’s, bang om gezien te worden. Door sociale media is het gluren gemakkelijk geworden; op een onvoorzichtige manier kan ik het leven van anderen via een beeldschermpje bekijken. Het lijkt alsof niemand meer in volledige verborgenheid wil leven, want iedereen hoopt gezien te worden via sociale media – dat merk ik ook bij mezelf.
In de zomermaanden in de datsja’s kreeg ik ook meer tijd om naar verschillende verhalen en gebeurtenissen van mijn familieleden te luisteren. Verhalen die al lang onder het stof lagen, werden opnieuw herontdekt. Soms regende het dagenlang. Op zulke momenten zaten al mijn familieleden op de veranda met een boek, of luisterend naar de eeuwigdurende verhalen van mijn grootmoeder. Omdat er geen internetverbinding was, werden we niet zo snel afgeleid.
Leven in verborgenheid
De 19e-eeuwse dichter en schrijver George Eliot schreef in haar (zij schreef onder pseudoniem) boek Middlemarch (1871), dat het goede in de wereld voor een deel afhankelijk is van gebeurtenissen die niet de geschiedenis ingaan, en dat het leven voor ons er niet zo slecht voorstaat als mogelijk was geweest. Dit is grotendeels te danken aan de mensen die een verborgen leven hebben geleid en rusten in onbezochte graven.
Hiermee bedoelde Eliot dat er veel mensen zijn die een simpel en rustig leven leiden, zonder schijnwerpers of innovatieve ideeën. Toch hebben zij iets bijgedragen aan de wereld hoe die nu is. Als ik deze woorden lees dan denk ik aan mijn grootmoeder, die er alles aan deed om haar levenservaringen met haar dierbaren te delen. Dit gebeurde in verborgenheid, want de rest van de wereld kreeg haar verhalen niet te horen.
Na het overlijden van mijn grootmoeder besefte ik dat een verborgen leven veel goeds kan brengen.
Nu ik in de stad woon is het moeilijk om een plek te vinden waar ik mijn gedachten kan laten gaan. Na het overlijden van mijn grootmoeder besefte ik dat een verborgen leven veel goeds kan brengen; we moeten niet al onze persoonlijke momenten via sociale media met de rest van de wereld willen delen. We raken afgeleid wanneer we ieder moment vastleggen door een foto, video of quote of sociale media te plaatsen.
Ik denk hierbij aan het graf van mijn grootmoeder, ergens in Sint-Petersburg, dat in de komende jaren waarschijnlijk door weinig mensen bezocht zal worden. Haar rijke, maar verborgen leven zorgt ervoor dat ik een prettig soort eenzaamheid kan omarmen. Ik wens iedereen een plek toe om tot rust te komen in deze onvoorspelbare wereld, in verborgenheid en ver weg van de digitale wereld.

Stefanie Gordin (zij/haar) is een filosoof (in wording), een zelfzekere cinefiel die duizend-en-één-films wil kijken, én een vrolijk mens.

Hanneke Rozemuller (1998) is een illustrator die zich bezighoudt met de mysteries van het leven: psychologie, religie, liefde, nostalgie, filosofie. Absurdisme, disconnectie en het terugvinden van jezelf zijn grote interesses. Hier en daar gewapend met een randje humor om volledig opstijgen en wegzweven te voorkomen.