Asset 14

Tijd buiten de uren om

Auto Draft 4

Micha Zaat sliep binnen een jaar in bijna 60 verschillende hotelkamers. In dit essay licht hij het fenomeen van de hotelkamer als liminaal object toe, en legt uit wat zo'n kortdurend verblijf voor gasten én kamers betekent en waarom het onmogelijk is om ouder te worden in een hotelkamer. 'In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.'

Ik houd de hotelkaart voor de sensor van het slot, het korte mechanisch geluidje dat volgt is mijn welkomstbericht. Ik krijg toegang tot – wederom – een ruimte gevuld met een gevoel van leegte, van tijdelijkheid. Ik stap binnen, doe het kaartje in het gleufje waarmee de stroom en de lichten aan gaan. Het ruikt wat vreemd, lichtelijke muf, maar tegelijkertijd chemisch. Het ruikt alsof de schoonmakers hun allerbest hebben gedaan om de geur van de vorige gebruiker van de kamer zo vlug mogelijk te elimineren. Het voelt steriel, als een kantoorruimte op de 36ste verdieping, waar jij degene bent die tot laat heeft doorgewerkt en nu als laatste de lichten uitdoet. Ik zet mijn koffer in de hoek en plof neer op het te strak opgemaakte bed. Ik staar naar het plafond, mijn hoofd is leeg en niet hier, maar alweer bij de volgende hotelkamer.

Ik heb even snel gecheckt: vanaf het begin van 2024 heb ik in ruim zestig verschillende hotelkamers overnacht. De ene luxer dan de ander, zelden langer dan één nacht. Soms dagen achter elkaar in weer een nieuw bed. Dit leven van vluchtige bezoeken aan uitgestorven lobby’s en strak gedecoreerde hotelkamers komt met het spelen in een band die internationaal veel tourt. De eindeloze herhaling van in- en uitchecken in hotels, het vormt een deel van de choreografie van de tourende muzikant. Deze dans heeft iets liminaals, iets dramatisch en iets melancholisch.

Dat liminale, het kalme maar onbehaaglijke gevoel van ruimtelijke tijdelijkheid tussen twee bestemmingen in – de ruimte is immers niet bedoeld voor langer verblijf en daarom gespeend van enig karakter of menselijke warmte – is een vast gegeven in stedelijke hotels. Zoals men ook vliegveldterminals, nachtelijke ziekenhuisgangen of lege snelwegen ervaart als liminaal, zo ook de hotelkamer. Het is een ruimte in een eeuwigdurende transitie. De bewoner is altijd tijdelijk, en gebruikt het louter om de nodige uren slaap te vatten. Als de kamer een mens was zou ze zich nooit kunnen hechten aan haar nieuwe minnaar, hij verlaat haar immers dikwijls de volgende ochtend voordat ze fatsoenlijk wakker kan worden. Ze blijft beduusd en verward achter, maar haar volgende vrijertje staat al klaar.

Het is onmogelijk ouder te worden in een hotelkamer

Het maakt de hotelkamer tegelijkertijd ook een aanlokkelijke plek voor degenen die op de vlucht zijn; de kamer wil niks van je en daagt je niet uit. Hij bestaat buiten de tijd om, als een ruimte in een vacuüm. De realiteit eindigt bij de deurdrempel. Zodra de deur achter je dichtslaat is tijd iets dat alleen bestaat uit uren buiten de tijd om. Het is onmogelijk ouder te worden in een hotelkamer. Alleen leven of sterven is er mogelijk.

De manier waarop Bill Murray en Scarlett Johansson elkaar op onverwachte manier vinden in Sofia Copolla’s Lost in Translation is kenmerkend voor dat liminale gevoel: Doordat de twee hoofdrolspelers zich in een dromerig vacuüm bevinden van een onbekend land, ver van huis, kunnen ze zich veroorloven een leven te leiden buiten hun eigen realiteiten om. De film speelt zich – niet onverwachts – grotendeels af in een luxe hotel in Tokyo. De setting van de stad met haar vreemde taal en gewoontes, het hotel wat bewoond wordt door zakelijke nomaden en de fysieke en mentale afstand tot thuis maakt dat het verhaal zonder een apotheose emoties blijft oproepen bij kijkers, zoveel jaar na dato. De film roept iets op dat we allemaal kennen, zonder het goed te kunnen benoemen: het gevoel van verloren te zijn, maar in die verlorenheid ook een stukje vrijheid te vinden. Dit wordt prachtig gevat in de slotscène, waarin de hoofdrolspelers een onverstaanbaar fluisterdialoog voeren terwijl ze elkaar gedag zeggen. Voor de kijker is het niet duidelijk wat ze tegen elkaar zeggen, en wat er dus met deze twee levens verder zal gebeuren. De betekenis van de film ligt daarmee verborgen in de symboliek van de onmacht die gepaard gaat met mens-zijn.

De hotelkamer als liminaal object is overigens een breed gedeeld fenomeen. Talloze liefhebbers besteden er ruim aandacht aan op het internet. Er bestaat zelfs zoiets als het ultieme liminale hotel: op de verschillende internetfora die dit thema behandelen is The Crowne Plaza op het Heathrow vliegveld in Londen officieus bekroond tot het meest liminale hotel ter wereld. Een van de eigenschappen die dit hotel zo kenmerkt als liminaal, is dat het een binnenplaats kent waarboven niet de open lucht prijkt, maar een systeemplafond met tl-licht schittert. Het hotel bevindt zich namelijk in terminal vier van het vliegveld en is daarom een gebouw binnen een gebouw. Het hotel is inmiddels een trekpleister geworden voor menig liminal-fanboy.

Door het anonieme karakter van de hotelkamer wordt de moraliteit van de gast op de proef gesteld

Naast films en internetfora krijgt dit fenomeen ook binnen de wetenschap ruim aandacht. Zo stelt sociologe Annette Pritchard dat het hotel de kracht heeft om deviant gedrag aan te wakkeren. Door het anonieme karakter van de hotelkamer wordt de moraliteit van de gast op de proef gesteld. De gestandaardiseerde omgangsvormen in het dagelijkse leven lijken op deze plekken ruimte te maken voor een nieuwe realiteit. Dit komt mede door de sterk hiërarchische verhouding tussen hotelwerknemer en gast, meent Pritchard. Deze machtsverhouding in combinatie met een gevoel van anonimiteit kan leiden tot onvoorspelbaar en ongeremd gedrag. Geen wonder dat hotelkamers geliefde locaties zijn voor seksuele uitstapjes.

De esthetische waarde van liminaliteit is langer geleden prachtig gevat in het schilderij Hotel Room (1931) van Edward Hopper. Een vrouw zit wat ongemakkelijk voorovergebogen op haar hotelbed een boek te lezen, naast haar nog gesloten koffers en vluchtig uitgedane kleding. Haar hoofd is gehuld in een schaduw. De teneur van het schilderij doet somber aan, maar is mijns ziens niet tragisch. Het vertelt precies dat verloren gevoel, die eenzaamheid die tevens gepaard gaat met een bepaalde innerlijke rust. De lege, roomwitte muren versterken het gevoel van anonimiteit. Een moment van kalmte in de tijdelijkheid van de ruimte ontdoet de vrouw van de gehaastheid van de wereld buiten.

Ondanks de anonimiteit die de hotelkamer afdwingt laat elke mens een stukje van zijn ziel achter in zo’n kamer. De verhalen die tussen de vier muren van zo’n ruimte zweven doen je duizelen: van affaires tot aan overlijdens. Mensen die ver van huis zijn en hun thuis missen en mensen die juist wegrennen van thuis op weg naar een nieuw leven. Van cocaïne op de transparante badkamerwastafel, tot aan de pocketversie van het Nieuwe Testament in de la van het nachtkastje. Net zo ongezien als huidschilfers laat de gast zijn verhaal achter. Geen stofzuiger die ertegen op kan. In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.

In de hotelkamer sterft het 'ik', je zijn wordt opgenomen in deze grote verhalenbundel van vorige bewoners, en zal voortleven in de eeuwigheid van nieuwe bewoners, elke dag weer een ander. Je wordt onderdeel van het grotere geheel van hotelgasten, wiens identiteit en individuele karakters onbelangrijk zijn. Het is misschien wel het dichtste dat ik ooit zal komen bij het onderdeel zijn van een cult.

In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen

De hotelkamer stemt mij vaak melancholisch, en nostalgisch. Ondanks dat ik als kind vrijwel nooit in hotelkamers verbleef, kleeft er een zweem van ongeleefde herinneringen aan vast. Het zal te maken hebben met het uniforme interieur dat de meeste hotelkamers karakteriseert, wat soms kan leiden tot een zeker déjà vu-gevoel. Of misschien is het toch die gestorven 'ik'; in een hotelkamer herleven we alle herinneringen van alle vorige gasten tegelijkertijd, een troebele ontsluiering van God als in een droomtoestand. In de hotelkamer is de gast een microkosmos in een macrokosmos.

Daarmee kent het liminale ook een bepaalde rust, terwijl de aanblik van zo’n ruimte juist unheimisch aan kan doen. Dit is als het kijken uit een vliegtuigraam: terwijl je je kilometers boven de grond bevindt in een groot aluminium cilindervormig object dat tonnen weegt, kan er een bepaalde rust over je uitstromen: acceptatie van het onbegrijpelijke feit dat zo’n ding op kan stijgen en in de lucht kan blijven zweven, zonder dat jij er zelf als passagier invloed op kan uitoefenen. Die totale overgave en de aanblik van eindeloze lucht en wolken stemmen nederig, een emotie die in het liminale vaak de boventoon voert.

Maar dan die confrontatie, oh die confrontatie met jezelf in een anonieme hotelkamer. Het pijnlijk blote dat je opeens bent als je je helemaal alleen bevindt in een onbekende ruimte zonder afleidingen en invullingen. Opeens mis je die gestorven dierbare op een ongewone sterke manier, opeens slaat de twijfel toe over de koers van je leven terwijl je een patroon probeert te vinden in het reliëf van het plafond. Ik ben ervan overtuigd dat grote levensveranderende keuzes vaker in hotelkamers gemaakt worden dan in het comfort van de eigen leefomgeving.

Ik trek schone kleren aan, ruim mijn toilettas weer in (al heb ik er alleen maar een tandenborstel en tandpasta uit gehaald), pak m’n koffer weer op systematische wijze in en trek het kaartje uit de houder waardoor de stroom abrupt uitvalt. Als een onpersoonlijke kus op de wang valt de zware deur achter me dicht.

Mail

Micha Zaat is muzikant in de Rotterdamse postpunk band Tramhaus. Hij is tevens auteur van het boek ‘Rotterdam, laat je horen!’ en heeft hij geschreven voor o.a. De Groene Amsterdammer, muziekblad OOR en Vers Beton.

Iza Tromp (1996) is illustrator en beeldend kunstenaar werkzaam in Amsterdam. Ze maakt werk dat eruitziet als een herinnering; in de vorm van een tekening, tekst, animatie of textiel. Terugkerende thema's in haar werk zijn thuis en huis, kindertekeningen, vrouwelijkheid, moederschap en intimiteit. izatromp.nl

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie 2

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie

Insecten hebben een slecht imago. We houden ze het liefst ver uit de buurt, maar dat is onterecht, vindt Jitte. Met dit artikel bewijst hij je graag van het tegendeel en vertelt hij hoe sluipwespen lieveheersbeestjes inschakelen als lijfwacht voor haar larven, over de indrukwekkende hersenen van de Darwinwesp, en hoe je een mierenkolonie opzet met één koningin. Lees meer

Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Auto Draft 2

'Kunnen we vrienden zijn?': over een noodzakelijk veranderende mens-natuur relatie

Wanneer Jop Koopman afreist naar Lombok om de Indonesische visie op mens-natuurrelatie beter te begrijpen, gaat hij op pad met een lokale mysticus. In dit essay onderzoekt hij hoe we de verhouding mens-natuur opnieuw kunnen vormgeven; wat de agency is van onze omgeving, en waarom we vrienden moeten worden met alles rondom ons. Lees meer

Stil protest

Stil protest

Nadeche Remst laat zien hoe slaap, verdriet en dissociatie meer zijn dan persoonlijke reacties: ze worden een vorm van stil verzet tegen een wereld die kwetsbaarheid buitensluit. Lees meer

Hoe lang blijf je een vluchteling?

Hoe lang blijf je een vluchteling?

'Wat' ben je als je ergens niet thuishoort, maar ook niet terug kan naar je geboorteland? Ivana Kalaš onderzoekt het label 'vluchteling'. Lees meer

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus kan toch niet groeien in een zompig moeras? In dit essay schetst Jam een realistisch beeld van de autistische ervaring in een kapitalistisch systeem dat productiviteit als het hoogste goed beschouwt. Lees meer

Lieve buren

Lieve buren

Ze hebben dezelfde brievenbus en dezelfde supermarkt, maar Nienke Blanc vraagt zich in deze nooit verzonden brief af of dat het enige is dat ze met haar buren deelt. Lees meer

Best Friend (For The Forseeable Future)

Best Friend (For The Forseeable Future)

Lotte Krakers’ vriendschap met Karlien eindigde mét blauwe vinkjes, maar zonder antwoorden. Het laat Lotte reflecteren op het afdwingen van gelijkenissen in een vriendschap, en het plaatsen van vrienden op voetstukken: ‘Karlien hield me een spiegel voor, waarin ik vooral zag wat ik niet was.’ Lees meer

Je hebt mij getekend voor het leven

Je hebt mij getekend voor het leven

Hoe sluit je een hoofdstuk af? Jop Koopman schreef een brief aan zijn oude baas, in wiens tulpenbedrijf hij als invalkracht een bedrijfsongeval meemaakte. Lees meer

De dooddoener van het kwaad

De dooddoener van het kwaad

Bas Keemink bespreekt de film 'The Zone of Interest', waarin Jonathan Glazer 'Big Brother' naar de Holocaust brengt. Lovende kritieken schrijven dat hij Hannah Arendts theorie, de banaliteit van het kwaad, goed in beeld brengt, maar is dat wel zo? Lees meer

Exteriors, Annie Ernaux and Photography

Exteriors, Annie Ernaux and Photography

Jorne Vriens bezocht een tentoonstelling in Parijs en dit leidde tot een prachtige uiteenzetting over tekst, smartphones, connectie en fotografie. Lees meer

De eerste leugen

De eerste leugen

De eerste keer dat Job van Ballegoijen de Jong loog, was het bijna onschuldig. Een leugentje om bestwil, dacht hij toen, om zijn moeder gerust te stellen. Maar die eerste leugen groeide uit tot een web waarin hij langzaam verstrikte. In zijn debuut 'Morgen vertel ik alles' vertelt hij waarom iedereen een tweede (of derde) kans verdient. Lees meer

Leven in laagjes

Leven in laagjes

In dit essay geeft Dani Bouwman een intieme reflectie op identiteit, familie en het verlangen naar een plek waar hij volledig zichzelf kan zijn. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer