Om een progressief geluid te laten horen gaat Michiel Cox naar een inspraakavond over windmolens. Maar tijdens de bijeenkomst begint hij te twijfelen. Is dit inspraak?
In mijn dorp, onder de rook van Rotterdam, wil de gemeente enkele windmolens optrekken. Er werd een inspraakavond georganiseerd en de flyer benadrukte dat we van harte welkom waren, dat onze stem ertoe deed. Ik vermoedde dat op zulke avonden vooral negatieve geluiden zouden klinken van klimaatverandering-ontkenners of Ontevreden, Hardwerkende Burgers. Laat mij dan maar de tegenstem zijn, dacht ik: ik ben een progressieve jongen, sta positief in het leven, doe weleens klussen voor een niet nader te noemen linkse partij en mijn vriendin en ik voeden onze kinderen op als vegetariërs. Ik wil een gezonder klimaat en ben bereid daar wat voor te laten – zoals vlees en vliegen. En weet je, ik wil best zo’n turbine verdragen in mijn omgeving. Voilà, bijgedragen! Betere wereld, kom maar door!
Aan het hek voor het zaaltje waar de inspraakavond plaatsvond, hing een geel spandoek met een rood kruis door een windmolen. Er stond: MEGA WINDTURBINES NAAST WONINGEN EN NATUUR? NEE!
De zaal zat vol, er waren meer dan vijftig mensen en er liepen ook enkele bewakers rond. Niet onlogisch: de bijeenkomst was pas enkele minuten gaande en de gemoederen liepen al hoog op. De gespreksleider vertelde dat ze het nu anders zouden doen dan enkele jaren geleden, toen bewoners uit het niets te horen kregen waar er windmolens zouden komen. Een vrouw riep: ‘We schrokken ons kapot!’ Een wethouder knikte zo empathisch mogelijk en wees een plattegrond aan die achter haar hing. Ze zei dat ze dit keer gingen onderzoeken waar de windturbines konden komen.
‘Is het zeker dat ze er komen?’ vroeg iemand.
‘We gaan de procedure volgen,’ antwoordde de wethouder, ‘en uw opmerkingen meenemen in de NRD. Die kunt u later inzien, waarna u eventueel uw zienswijze kunt indienen.’
Ze komen er sowieso.
‘Dus dat betekent dat het besluit genomen is? Ze komen er sowieso.’
‘Er is geen beslissing genomen. Maar als u een zienswijze indient, kan die worden verwerkt in de nota van beantwoording. Dat kan leiden tot een aanpassing van de NRD.’
‘Maar komen er turbines?’
‘Ik herhaal: er is geen beslissing genomen, we…’
Ze kon rekenen op hoongelach, er volgden nog vragen, maar ook over de hoogte en de hoeveelheid windmolens was geen besluit genomen.
We waren tien minuten bezig en ik begreep de zuchtende man naast me: ook ik was compleet platgeluld door haar talige acrobatiek.
Een expert kreeg het woord en begon een monotone uitleg vol jargon over slagschaduw, huiswaarde en geluidshinder, gezondheid en vogels. Zijn uiteenzetting zat vol technische details, vlindertekeningen (over de slagschaduw) en verwijzingen naar wetsartikels over veiligheid.
Ik snapte er helemaal niets van, de man naast me mompelde dat hij hier was om antwoorden te krijgen. Maar gelukkig waren er dorpsgenoten die zich de taal eigen hadden gemaakt. Ze hadden dikke mappen mee, zwaaiden met papieren, onderbraken de expert met scherpe vragen en strooiden met onderzoeken. Regelmatig kregen ze applaus – ook van mij.
Mijn klappende handen verbaasden me: door het wollige gemekker en gebrek aan enig antwoord, had mijn verwarring kennelijk plaatsgemaakt voor ergernis. Ik was radicaal van kant gewisseld. Dit kon onmogelijk de bedoeling zijn geweest.
Er klonk gejoel, de gespreksleider knikte zijn hoofd zowat van zijn romp en probeerde ons te sussen.
De applaussalvo’s namen toe, er klonk gejoel, de gespreksleider knikte zijn hoofd zowat van zijn romp en probeerde ons te sussen: ‘Schrijf uw vragen op een post-it en plak ze op de plattegrond, dan nemen we ze mee in het onderzoek.’
Ik plakte een post-it op de paar driehoekjes die een bos moesten voorstellen, met een vraag over de impact van windmolens op bossen. De gespreksleider las mijn vraag. ‘Hiervoor moet u een gele post-it gebruiken, dat is de kleur voor omgevingsvragen. Roze is voor technische vragen.’
De gespreksleider zei dat de conclusies van het onderzoek over enkele maanden met ons gedeeld zouden worden. Iemand vroeg opnieuw of dat betekende dat de windturbines er zouden komen. De gespreksleider glimlachte, dat konden ze bevestigen noch ontkennen.
Ik liep naar buiten. Op wat had ik nu inspraak gehad? Er was niets, zelfs geen contouren van een beslissing. We moesten reageren op een wensdroom die misschien honderd meter hoog wordt, of tweehonderd. Er was tegen mij gesproken in een taal die ik niet kende en ik was als een kleuter gecorrigeerd.
Het spandoek was al weggehaald en ik dacht aan de felgele kleur, de woedende tekening en letters in Comic Sans MS. Anderhalf uur eerder had ik nog gelachen om zoveel boosheid en onvrede, nu begreep ik het.
Michiel Cox is schrijver. Zijn debuutroman Messias van niks verscheen in 2019 en werd genomineerd voor de Anton Wachterprijs. In 2022 verscheen zijn tweede roman Herinneringen aan het levenloze. Michiel woont en werkt in Rotterdam.
Jeltje de Koning (zij/haar) is een illustrator uit Utrecht. Ze geeft kleur en vorm aan ons gevoelsleven, hoe we liefhebben, lachen, huilen, vieren, rouwen, stilstaan, reflecteren en weer doorgaan. Gevoel, emotie en contact met elkaar, onszelf en alles wat je ooit geweest bent staat centraal. Wat zie je als je verder kan kijken dan dat er op het eerste ogenblik zichtbaar is?