Asset 14

Bösendorfer

Bösendorfer 1

Bij Snelders blinkt de piano van het poetsen en de handen van de vijftigjarige eigenaar zijn door ouderdom stram geworden. Wat gebeurt er als een twintiger op bezoek komt om de Bösendorfer te bezichtigen? Met ‘Bösendorfer’ won Nick De Weerdt Het Rode Oor 2023, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren.

deBuren · Het Rode Oor 2017-2023

Aandachtig neem ik het advertentiebord aan de uitgang van de Albert Heijn in me op, terwijl ik de afgerekende wokmix en mie-noedels in mijn armen klem. Wanneer mijn blik op de foto valt, gun ik mezelf zoals altijd drie leugens. Onder de foto staan slechts twee woorden vermeld: te koop. Het mysterie spreekt me meer aan dan de gedrongen kamervleugelpiano. Hoewel het instrument centraal in beeld staat, geven de randen nog genoeg van het interieur prijs. Onder de vleugel ligt een handgeknoopt tapijt en tegen de achterliggende muur staat een olieverfschilderij, waarop in grove verfstroken een geklede man een naakte vrouw omhelst. Met mijn vrije hand wrik ik de duimspijkers los en prop de foto snel in mijn achterzak. Een piano heb ik nog nooit gehad.
Thuis bel ik het nummer. Ik heb de boodschappen net op het keukenaanrecht laten vallen wanneer er wordt opgenomen. Mijn adamsappel wipt op als ik slik.
‘Snelders.’ De begroeting klinkt al even spaarzaam als de annonce. De doorrookte stem noopt me ogenblikkelijk tot mijn eerste leugen.
‘Ik heb interesse in de vleugel.’
‘Het is een Weense Bösendorfer.’ De stem verstrakt. Ik word op de vingers getikt.
‘Mag ik hem bezichtigen?’
‘Dat spreekt voor zich.’ We spreken een datum af. Een voornaam blijft me verschuldigd.

Zodra Snelders de deur opentrekt en de geur van het appartement me in m’n gezicht slaat, weet ik dat ik hem zal bezitten. Het is een ingewikkeld parfum van sandelhout en kruidnagel verscholen onder ouderwetse bijenwas. Snelders is groot, midden vijftig en heeft zijn grijze haren achterover gekamd met pommade. Hij is stijlvol gekleed in een los T-shirt met daarover een wollen vest. Zijn borstelige wenkbrauwen en lange, haast vrouwelijke wimpers leiden de aandacht af van de rimpels langs zijn ogen. We nemen elkaar op in de inkomhal totdat het ongemakkelijk wordt. Snelders bevochtigt met het scherpe puntje van zijn tong zijn gesprongen lippen. Uiteindelijk schudden we handen en zijn krachtige greep doet het bloed in mijn slapen kloppen.
‘Ze staat in de achterkamer. Volg me maar.’ Bij elke pas wiegen zijn heupen uitnodigend. Ik sluit de voordeur en ga hem achterna.

‘Ze staat in de achterkamer. Volg me maar.’

Snelders zit op de pianokruk met zijn mouwen opgestroopt en speelt een compositie die ik uit een film herken. Hij voert het tempo moeiteloos op totdat de muziek hem volledig opslokt. Het gunt me de kans om onbeschaamd rond te kijken. De vleugel is vakkundig opgeboend. Het oppervlak weerspiegelt vrolijk de bewolkte hemel die door het enige raam binnenvalt. Verstopt achter een poot ontdek ik een microvezeldoek en een flesje houtolie.
Het is de kamer van de advertentie. De naakte vrouw op het schilderij staart me spottend aan. Ik leun met mijn rug tegen de muur en tik de maat mee op de lambrisering. Snelders stopt abrupt. Het spel heeft hem ontdooid. Een blos kleurt zijn wangen.
‘Ze is onlangs volledig gerestaureerd: snaren, dempers, hamers, … de hele reutemeteut. De originele ivoren en ebbenhouten toetsen werden natuurlijk behouden. Ze bezit een absolute klank. Wilt u proberen?’ Ik grijns en stap op de vleugel af.
‘Waarom neem je er afscheid van?’ Ik heb me naast Snelders op de kleine pianokruk gezet. De hitte van zijn lichaam springt naar me over. Ik kijk hem aan, maar mijn handen blijven roerloos in mijn schoot liggen.
‘De ouderdom haalt me in,’ lacht hij vergoelijkend, ‘mijn vingers worden stram.’ Snelders haalt zijn schouders op. ‘Probeer maar,’ nodigt hij me nogmaals uit. In plaats daarvan vertel ik mijn tweede leugen.
‘Ik heb je horen spelen. Dat volstaat.’ Ik leg mijn hand bovenop de zijne. Een zenuw trilt gespannen, maar Snelders trekt niet weg. Samen slaan we een zware toon aan. ‘Ik zou maar wat klungelen,’ zeg ik nog terwijl ik verlegenheid veins. Ik buig me naar hem toe, maar hij deinst terug en ik schamp langs zijn kaak. Mijn geopende mond vindt zijn oorschelp. Ik adem in korte, staccato stoten; probeer nog een keer. Deze keer past Snelders zijn ademhaling aan mijn ritme aan. Zijn mondhoek trilt en zijn ogen sluiten.

Ik negeer de veiligheidswaarschuwingen en breng de vloeistof gul aan

Snelders is bang om doorprikt te worden. Hij pruttelt dat het zijn eerste keer is, maar ik lees uitsluitend lust in zijn ogen. We liggen languit op het tapijt met de Bösendorfer als dak boven onze hoofden. Onze broeken hebben we tot aan onze knieën afgeschud. Zijn onbehaarde lichaam ruikt naar rozenzeep. Ik spuug tussen Snelders’ bilnaad en smeer het speeksel open, waarbij mijn wijsvinger vlot binnenglijdt. Toch reikt hij me van over zijn schouder het flesje houtolie aan. Ik negeer de veiligheidswaarschuwingen en breng de vloeistof gul aan rond mijn pik. Hij glimt als een aal. De olie tintelt.
Snelders weet niet hoe hij zijn sluitspier moet ontspannen – dat hij eigenlijk moet persen – dus doet het pijn. Zijn kreet weerkaatst op de onderbuik van de piano en maakt me enkel harder. Ik kwijl op zijn wollen vest. Mijn gekromde rug bonkt tegen het glimmende hout en laat een zweetafdruk achter. Snelders omklemt met beide handen een pianopoot. Door de schokken valt de klavierklep met een harde knal dicht. Als Snelders zich geschrokken opricht, druk ik hem met de derde leugen terug neer:

‘Ik heb dit nog nooit gedaan.’

Mail

Nick De Weerdt woont met zijn echtgenoot en hun pleegzoon in Antwerpen. Hij behaalde een Master Nederlands aan de Universiteit Antwerpen en werkt als leerkracht in het buitengewoon onderwijs. In de late avonduren sleutelt hij aan zijn debuutroman. Ander kort werk verscheen o.a. in/op Kluger Hans, De Optimist en Tijdschrift Ei.

Guus Møystad (1992) is een kunstenaar, schrijver en storyteller. Hij is een chaotische mengelmoes van identiteiten, die door zijn kindertijd in Beiroet, internationale school in Oslo, wortels in Maastricht en familie in Brussel, nooit helemaal tot rust zijn gekomen. Deze mengelmoes drukt hij in het mooiste mengelmoes-medium aller tijden uit: strips. Hij is geïnteresseerd in en geïnspireerd door politiek, geschiedenis, fantasie, utopie, lichamen en identiteit.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Hondenvoer

Hondenvoer

Een overleden hondje zorgt ervoor dat moeder en dochter in een strijd belanden. Ze willen beiden laten zien wie er meer van het dier gehouden heeft. In dit verhaal van Keet Winter mondt die spanning tussen de twee vrouwen uit in een pijnlijk diner. Lees meer

Stranding

Stranding

'Ze ligt hier als aanklacht / op het land gespuugd / om de noodzaak tot evenwicht / tussen mens en water te benadrukken.' Angelika Geronymaki trekt je met dit gedicht over zelfbeschikking en milieuvervuiling mee, als de aangespoelde zeemeermin in een sleepnet gevuld met platvissen, sardientjes en haringen, en slingert je vanuit het zure zeewater op een strand met grijpgrage mannenhanden. Lees meer

 1

Een luik naar het verleden

De opa van Emma Stomp vertrok vanuit Curaçao naar Nederland. In haar gedichten observeert ze het gemis dat dat met zich meebrengt. 'Koop een wollen muts tegen de regen en kou, bid tweemaal daags voor je examens, denk aan thuis maar niet te veel, weet dat alles uiteindelijk is voorbestemd.' Lees meer

Mijn Apocalypsis Leydenensis 1

Mijn Apocalypsis Leydenensis

In deze gedichten vliegt Joshua Snijders koerend over een postapocalyptisch Leiden, zijn Lays-chipszakjes tijdens een uitstapje in de Melkweg achtergelaten en zwemmen walvissen op wieltjes. 'De vraag is of je voetafdrukken kunt achterlaten wanneer er geen zwaartekracht is.' Lees meer

Water landt zachter

Water landt zachter

Via een staalarbeider en een PVV-stemmer onderzoekt Angelika Geronymaki zichzelf. Kan ze, zonder het doen van aannames, de ander leren kennen? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer