Asset 14

Lieselot

Lieselot

Twee vrouwen in een verzorgingstehuis hebben een afspraakje - maar zal de ander wel komen? Met ‘Lieselot’ won Sanne van Otten Het Rode Oor 2024, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren.

De gang is verlaten, alle bewoners hebben braaf de lichtjes uitgedaan en slapen of doen alsof. Ik schuifel zonder rollator over de epoxyvloer, dicht bij de muur met de balletbalk, alsof hier in huis ooit iemand aan ballet zou doen. Met rollator zou ik sneller zijn geweest, maar ik moet mijn handen vrij hebben. Als iemand van de verpleging komt, zal ik doen alsof ik slaapwandel. Ik steek mijn armen alvast voor me uit, maar laat ze meteen weer zakken en schud mijn hoofd. Bejaarden horen geen seks te hebben. Nee bah, stel je voor. En dan nog twee potten. Lieselotje, Lie-se-lot. Wat een vrouw, verlegen als een meisje, maar ik weet waar ze stiekem naar verlangt.

Zou ze echt komen? Van Henny kan je alles verwachten. Maar wat als de verpleging het ontdekt? Het is uit den boze om na tienen bij elkaar op de kamer te komen. Een tinteling scheert over het oppervlak van mijn huid. Hoe ze naar mij toe was gekomen tijdens de bingo en zomaar een hand op mijn been had gelegd. Lie-se-lot, had ze gezegd, iedere lettergreep een halve toon lager, alsof het een kinderspelletje was. Ik had gebloosd als een schoolmeisje. Ik ben nieuw in dit huis. Het is even wennen, maar ik heb me voorgenomen er een leuke tijd van te maken. Henny viel meteen op tussen al die zielloze types in de recreatiezaal. Haar bulderlach alsof ze erop toezag dat niemand in slaap zou vallen voor de bingo of karaoke was afgelopen. Wat zou ze doen als ze hier was? Weer die fijne tinteling. Ik moet ervan giechelen. Snel druk ik mijn gezicht in de deken. Oh lieve hemel! Mijn tong glijdt over naakt tandvlees. Mijn tanden! Ik heb mijn tanden niet in! Hoe kan ik dat nou vergeten? Ik ga rechtop zitten en tuur naar het bekertje water boven de wastafel.

De sterren staan gunstig, ik ben niemand tegengekomen, dat voorspelt heel wat goeds. Ik ga de kamer van Lieselot binnen en blijf even staan om me te oriënteren. Uit het slaapgedeelte komt licht. Ik hoor gestommel. Lieselot ligt niet in bed. Ze staat bevend aan het voeteneind, zich vastklemmend aan de spijlen. Haar nachtjapon is omhooggeschoven, zodat ik haar maagdelijk witte bovenbenen kan zien. Ik vang haar op, haak mijn arm in die van haar als een verpleegster. Zacht vlees onder de dunne stof. Samen schuiven we naar de goede kant van het bed. Stapje voor stapje. Ik voel de deining van een zware borst tegen mijn elleboog, ruik zoetig zweet en kamperfoelie van een of ander wasmiddel. Als we eindelijk zitten, zie ik een beteuterd gezichtje.

‘Als je nou niks zegt, ga ik je zoenen hoor.’

‘Als je nou niks zegt, ga ik je zoenen hoor,’ flap ik eruit.

Lieselots gezicht breekt open en ze begint te giechelen. Dat is het teken. Ik mag. Voorzichtig druk ik een kus op de zijkant van haar mond. Ze verweert zich niet, dus buig ik nog eens naar voren en kus dit keer haar volle mond. De dunne lipjes bieden weinig weerstand, ik proef een slappe tong, tandvlees, tandvlees? Abrupt trekt ze haar hoofd terug. Knalrood koppie, onhandig gefriemel. Wat is ze prachtig. Om haar uit haar lijden te verlossen, bied ik haar mijn gebit aan. Ik wip mijn tanden uit, maar opeens moet ik vreselijk lachen. Ik kan het niet tegenhouden. Mijn borstkas galmt als een oud orgel. Pas als Lieselot haar hand op mijn mond legt en me smeekt te stoppen, bedaar ik. Maar nu zijn alle remmen los. Als vanzelf glijdt mijn hand onder haar fluwelen nachtjapon, over de warme huid van haar buik, de klamme rand van haar borst, een tepel, hard als een speen. De begeerte bonst tussen mijn benen. God, wat heb ik een zin. Bevend knoop ik de japon open en daar is het, haar wonderschone lichaam, door de jaren gekneed en nu zo soepel als brooddeeg. Van gekkigheid bijt ik in een huidplooi. Ze kirt, oh Lieselot, mijn Lieselot. Ik kniel voor het bed, omklem haar warme schoot. Vrouwelijk zoet, ruik ik. Voorzichtig trekt ze aan mijn nachthemd, ik verdwaal in de stof, verlies mijn evenwicht en tuimel boven op haar. Ze geeft een gilletje, maar mijn lippen hebben haar mond al gevonden, haar tong is gretig, ze kreunt, trekt me dichter tegen zich aan. Ik verlies al mijn fatsoen, wring mijn hoofd tussen haar volle borsten, zuig me vast aan een tepel, sabbel, knijp, schurk me schaamteloos tegen haar bovenbeen. En dan daal ik af, op een treiterig tempo, langs haar navel, haar weidse heupen, de gewillige binnenkant van haar dij, ik voel haar smachten, wacht even, nog heel even, en verdwijn dan in het dal tussen haar benen.

Juryrapport: ‘Lieselot’ is een krachtig kortverhaal dat ons meeneemt in de lesbische liefde tussen Lieselot en Henny, twee bejaarde vrouwen die in een woonzorgcentrum hun prille gevoelens voor elkaar uiten. Ze beseffen dat lesbische liefde er een taboe is, maar zoeken toch stiekem toenadering. De auteur slaagt er dankzij een groot inlevingsvermogen in de nog onuitgesproken emoties van beide personages op een ontroerende manier vast te leggen. Daarbij wordt een verandering van vertelperspectief gehanteerd – ietwat gewaagd binnen de beperkte omvang van deze prozatekst. Met respect beschrijft de auteur de delicate eerste kus tussen de smoorverliefde tortelduifjes in het laatste hoofdstuk van hun leven. Paniek over een vergeten kunstgebit zorgt voor een humoristische noot. De erotiek van dit verhaal zit vooral in de prikkelende beschrijving van het gretig betasten van elkaars lichaam. ‘Lieselot’ biedt als kortverhaal een blik op een bijzondere liefde die vaak ongezien blijft in de samenleving en in de literatuur. Met literair vakmanschap toont de auteur ons dat ware liefde geen gender kent en dat het hart, ongeacht de jaren, altijd in staat is om opnieuw te bloeien. Dit moedig en erotisch verhaal zindert na en liet een blijvende indruk achter bij de jury.

De jury van het Rode Oor waren: Olga Ponjee (scenarioschrijver, kledingmaker, drag king en amateur timmeraar), Charlotte Duistermaat (chef literair Hard//hoofd), Birsen Uçar (auteur en muzikant), Yousra Benfquih (schrijver, dichter en spoken word artiest) en Geert Cortebeeck (Uitgever Horizon)

Mail

Sanne van Otten won Het Rode Oor 2024, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren.

Paulien Verheyen

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Hondenvoer

Hondenvoer

Een overleden hondje zorgt ervoor dat moeder en dochter in een strijd belanden. Ze willen beiden laten zien wie er meer van het dier gehouden heeft. In dit verhaal van Keet Winter mondt die spanning tussen de twee vrouwen uit in een pijnlijk diner. Lees meer

Stranding

Stranding

'Ze ligt hier als aanklacht / op het land gespuugd / om de noodzaak tot evenwicht / tussen mens en water te benadrukken.' Angelika Geronymaki trekt je met dit gedicht over zelfbeschikking en milieuvervuiling mee, als de aangespoelde zeemeermin in een sleepnet gevuld met platvissen, sardientjes en haringen, en slingert je vanuit het zure zeewater op een strand met grijpgrage mannenhanden. Lees meer

 1

Een luik naar het verleden

De opa van Emma Stomp vertrok vanuit Curaçao naar Nederland. In haar gedichten observeert ze het gemis dat dat met zich meebrengt. 'Koop een wollen muts tegen de regen en kou, bid tweemaal daags voor je examens, denk aan thuis maar niet te veel, weet dat alles uiteindelijk is voorbestemd.' Lees meer

Mijn Apocalypsis Leydenensis 1

Mijn Apocalypsis Leydenensis

In deze gedichten vliegt Joshua Snijders koerend over een postapocalyptisch Leiden, zijn Lays-chipszakjes tijdens een uitstapje in de Melkweg achtergelaten en zwemmen walvissen op wieltjes. 'De vraag is of je voetafdrukken kunt achterlaten wanneer er geen zwaartekracht is.' Lees meer

Water landt zachter

Water landt zachter

Via een staalarbeider en een PVV-stemmer onderzoekt Angelika Geronymaki zichzelf. Kan ze, zonder het doen van aannames, de ander leren kennen? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer