Afbeelding: Arcade Fire Als popmuziek een drug is, dan is de muziek van Arcade Fire heroïne. Net zo lekker en net zo gevaarlijk. " /> Afbeelding: Arcade Fire Als popmuziek een drug is, dan is de muziek van Arcade Fire heroïne. Net zo lekker en net zo gevaarlijk. " />
Asset 14

heroïne voor de oren

Met het imponerende derde album The Suburbs voegden indie-rock helden Arcade Fire een nieuw hoofdstuk toe aan hun triomftocht door muziekland. Maar er kleeft ook iets donkers en onfris aan de overrompelende meezingers van de band: een hang naar alles wat voorbij is en hardnekkige afkeer van de moderne wereld.

Net als honderdduizenden anderen op deze wereld stond mijn zomer op muzikaal vlak in het teken van het gespannen wachten op het nieuwe album van de grootste indie-rockband van dit moment: Arcade Fire. Na een geraffineerde mediacampagne bracht de band op 3 augustus eindelijk zijn derde album uit, The Suburbs. Een album dat de hooggespannen verwachtingen van de vele fans meer dan waarmaakte: veelomvattend, meeslepend, bombastisch, energiek. Minder zwaar op de hand en minder donker dan voorganger Neon Bible (2006), meer doorwrocht en volwassen dan debuut Funeral (2004). Arcade Fire lijkt definitief klaar voor de stadions van deze wereld, als de U2 van de jaren ’10.

Ongemak

Maar tussen mijn bewondering voor dit knappe staaltje vakmanschap door bekroop mij langzaam ook een zeker ongemak, waarvan de eerste kiemen al bij het lekken van de eerste paar nummers van The Suburbs werden gelegd. Een ongemak dat te maken heeft met datgene waar het fenomeen Arcade Fire volgens mij naast speelplezier, passie en liefde voor muziek ook voor staat: een hang naar nostalgie, naar melancholie en misschien zelfs een donker randje anti-vooruitgangsdenken. De verwijzingen naar jeugd, ouders, kinderdromen, wensen en nachtmerries op Funeral konden nog gezien worden als het met veel gerammel en bravoure afschudden van oude idealen door jonge, hongerige honden (‘But now that I’m older, my heart’s colder and I can see that it’s a lie’). En de donkere, apocalyptische sfeer van Neon Bible kon nog geïnterpreteerd worden als de politieke geldingsdrang van een undergroundband in het Bush-tijdperk (‘Every spark of friendship and love will die without a home’). Maar The Suburbs is een heus conceptalbum, gemaakt door aankomende supersterren van net over de dertig. Een album over de vervreemding in de buitenwijken uit hun jeugd, dat daar gelijktijdig op terugkijkt als een idyllisch en onbezorgde tijd, en ook een gitzwart beeld schetst van de toekomst en de mensheid in het algemeen en (technologische) vooruitgang in het bijzonder: ‘Now our lives are changing fast. Hope that something pure can last.’

Als je hun werk nader bekijkt, zie je dat Arcade Fire, van hun bandnaam tot hun schoenen, een geraffineerd totaalplaatje brengen met een boodschap die tamelijk eenduidig is: de moderne wereld deugt niet. In het geval van de teksten is dat zo klaar als een klontje, getuige bovenstaande citaten en zinnen als 'In line for a number but you don't understand, like a modern man' of 'One day they will see it's long gone.' Maar de boodschap wordt ook subtieler verpakt: in hun kleding, hun houding in de media en opstelling als publieke figuren roepen ze het beeld van moderne bohémiens op. De outfits, en vooral die van frontman en -vrouw (en echtpaar) Win Butler en Régine Chassagne, zijn een collage, een assemblage van alternatieve stijlen: van jaren twintig swing tot jaren zeventig punk, maar altijd weldoordacht en scherp gestyled.

Afbeelding: Arcade Fire

Ze zijn politiek kritisch, maar ook licht excentriek, erg op zichzelf en moeilijk benaderbaar. Ze roepen daarmee het beeld van de 19e-eeuwse Romantische kunstenaar op: miskend en onbegrepen. Een stijlfiguur waar de popmuziek zich wel vaker van bedient (het is misschien zelfs één van haar fundamenten), maar zelden zo openlijk. Hun albums, en met name The Suburbs, zijn vormgegeven volgens perfecte retro-regels: nieuw, maar oud, fris, maar met een flinke scheut melancholie.

Spel met verwijzingen

Maar belangrijker nog is de band zelf: de podiumpresentatie en de muziek. Eén van de redenen voor het plotselinge wereldwijde succes in 2004 waren de onverwacht over-energieke, haast extatische optredens die de zevenkoppige band ten beste gaf: eindelijk weer echte muzikanten! Eindelijk weer echt musiceren! Het is immers een cyclisch terugkerende klacht dat de ‘echte’ muzikanten verdwijnen ten faveure van computers en prefab sterren. Arcade Fire was echt, vol vuur, gepassioneerd. Zij maakten muziek zoals ze dat vroeger deden, op echte instrumenten. Het is een onmiskenbare verdienste van de band dat ze het voor elkaar hebben gekregen dit imago te bewaren, terwijl ze nu overduidelijk een goed geoliede indie-rock machine zijn, waarbij kosten nog moeite worden gespaard om een overdonderende show neer te zetten. Alleen Win Butlers incidenteel geuite geïrriteerde verveling tijdens het eeuwige touren doet vermoeden dat er een hoge dosis ingestudeerde routine in het spel is. Dit draagt dan echter weer bij aan zijn imago van getormenteerd artiste die eigenlijk wel wat beters te doen heeft dan de halve wereld rondreizen.

De muziek blijft - hoe vernuftig, knap, aanstekelijk en geraffineerd ook - niet vernieuwend te noemen. Arcade Fire speelt een subtiel spel met verwijzingen: van ‘all American’ Bruce Springsteen, naar Blondie en van Elvis naar Pavement, met vleugjes Depeche Mode-elektronica en toefjes sixties-folk. Dit spel met herkenning en vervreemding, gecombineerd met de majestueuze orkestraties, de orgastische uitbarstingen, de meezingrefreinen en meeneuriecoupletten, zijn de slagroom op de taart voor de fans: dat wat de band een haast onweerstaanbare aantrekkingskracht geeft en er voor zorgt dat je er in verdwenen bent voor je het weet, of je wilt of niet. Meeslepend is een understatement: het overweldigt. De muziek van Arcade Fire is altijd subtiel, altijd tot in de puntjes doordacht en gedetailleerd uitgewerkt, maar het is nooit ingewikkeld. De melodieën blijven in je kop hangen, de grooves zijn lekker en de refreintjes gaan er in als boterkoek. Hoewel de al te lompe (en uitzonderlijk aanstekelijke) koren van Funeral op The Suburbs helemaal zijn verdwenen, zijn deze ingeruild voor subtielere vormen van oorwurmen: het aanstekelijke refrein van opener en titelsong The Suburbs, de lekkere groove van City with no Children en de broeierige opbouw van We Used to Wait. Eenmaal gehoord laat het je niet meer los.

De ideale vlucht

Arcade Fire brengt dit alles met een haast verstikkend dodelijk ernst. Het woord relativering staat in hun woordenboek niet en humor al helemaal niet. En dat is waar de schoen wringt: het plaatje wordt zo compleet opgediend dat je je afvraagt of ze zich zelf wel bewust zijn van het gevaar dat het enigszins reactionair is om je zo af te keren van alles wat met vooruitgang te maken heeft. Dat het niet volstaat om alleen maar in jezelf gekeerd te verlangen naar de wereld tussen de klik van het lichtknopje en het begin van een droom (op No Cars Go van Neon Bible), alleen maar te vluchten in het verleden en te zwelgen in dat wat voorbij is. Je kan niet blijven roepen dat vroeger alles beter was en dat de ‘puurheid’ en ‘zuiverheid’ (sowieso nogal dubieuze termen) lijken te verdwijnen. Zeker niet als je zelf op volle toeren meedraait in een machine die voortkomt uit precies deze ontwikkeling. Dit is exact waar mijn ongemak vandaan komt. Arcade Fire is een vlucht. En popmuziek is vaak een uitweg uit het alledaagse, een drug om de beslommeringen te vergeten. Maar als popmuziek een drug is, dan is Arcade Fire heroïne: dat is lekker, maar ook verdomd verslavend; de ideale vlucht, maar geenszins ongevaarlijk.

Mail

Melle Kromhout

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Geen geld maakt ook niet gelukkig

Hard//hoofd zoekt een zakelijk assistent!

Wij zoeken een enthousiaste en veelzijdige zakelijk assistent (x/v/m) die ons zakelijke team wil versterken. In deze functie krijg je de kans om ervaring op te doen met de zakelijke en organisatorische kant van een literair tijdschrift en online platform. Lees meer

Het huis in mijn hoofd

Het huis in mijn hoofd

Wat als technologie je verbeelding probeert te esthetiseren? Mina Etemad bezocht in juni, tijdens de twaalfdaagse oorlog tussen Iran en Israël, de VR-voorstelling From Dust van Michel van der Aa. ‘Het zou troostend moeten zijn, maar hoe kan ik het rijmen met de realiteit hierbuiten?’ Lees meer

Het borrelt 1

Ortolaan

Liefde gaat door de maag, weet de chef in het verhaal van Fleur Klemann. Zorgvuldig bereidt hij al zijn ingrediënten én zijn geliefde: ‘Haar tong die ze langs haar vette lippen haalde, het rozige vlees.’ Lees meer

Naweeën

Naweeën

In Naweeën dicht Vlinder Verouden over vervellen, verpoppen, verschonen, volgroeien en legt zo het proces van veranderen vast. ‘Hier slaat de klok tien en stap ik uit spinseldraden slijmerig warm een / Laatste vinger die glijdt over de plastic bodem van een pot haargel.’ Lees meer

Het borrelt

Het borrelt

‘Vuur raakt water / en alles sist barst klapt fluit schuimt vergaat stijgt verdampt smelt breekt sterft’. Dieuke Kingma dicht over het moment dat het ondergrondse naar boven breekt: zoals bij vulkaanuitbarstingen, of de tweede symfonie van Mahler. Lees meer

Laboratoriumkinderen

Laboratoriumkinderen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In dit drieluik onderzoekt Louise van der Veen in vitro fertilisatie (IVF) als een mogelijke grond van het bestaan. Lees meer

:Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Podcast: Maandagavond – De aanleiding

Een nieuw seizoen van Maandagavonden door Nwe Tijd, dit keer ook te beluisteren bij Hard//hoofd. Met Johannes Lievens die zich – tegen wil en dank – in het feestgedruis stort, Ellis Meeusen over de voorpret, Suzanne Grotenhuis met een pleidooi voor kleine vieringen en Freek Vielen opent de avond met twee anekdotes. Lees meer

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wil de Nederlander opstaan alsjeblieft?

Wanneer de VVD pleit voor het bijhouden van gegevens over ‘culturele normen en waarden’ van mensen met een migratieachtergrond, over welke normen en waarden hebben ze het hier dan eigenlijk? Rocher Koendjbiharie neemt de eisen onder de loep die de politiek alleen stelt aan mensen die zichtbaar wortels elders ter wereld hebben. ‘Men wil geen vermenging van culturen en geen uitwisseling van gedachten. De echte eis is assimilatie en het afbreken van wortels.’ Lees meer

Als de bodem niet dragen kan

Groeipijn

‘Volwassen worden is zorgen voor’ luidt de wijsheid waar de hoofdpersoon in dit verhaal zich aan vasthoudt. In Groeipijn laat Tim Kobussen zien hoe hoe er een steeds letterlijke invulling aan die wijsheid wordt gegeven in een studentenkamer. Lees meer

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen 1

In een miniatuurgrafkistje wordt het duingentiaanblauwtje naar de natuurbegraafplaats gedragen

Van het zetten van kopjes koffie en het branden van salie tot de Pinterest-pagina van DELA: Maartje Franken schrijft over rouwrituelen en onderzoekt de grond waarin rouw wortelt. Lees meer

Voor de meisjes

Voor de meisjes

Terra van Dorst dicht over de passiviteit van het wachten op morgen en het uitstellen van keuzemomenten. ‘morgen gaan we een ijsje halen / zullen de bramen rijp zijn / maak ik een besluit’ Lees meer

Regenwormen 1

Als de bodem niet dragen kan

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Anouk von Seida schrijft over de betonplaten op een boerderij en het onverwachte leven dat zich daarin afspeelt. Lees meer

Grond & Ik

Grond & Ik

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. In 'Grond & Ik' zoekt Lisia Leurdijk naar manieren om een dialoog tussen het individu en de grond te openen. Lees meer

Regenwormen

Regenwormen

Afgelopen zomer namen tien aanstormende schrijftalenten deel aan het Schrijverskamp van Frontaal, waar ze werkten ze aan teksten rondom het thema Grond. Milou Lang graaft in dit tweeluik naar wormen, gangenstelsels en de geborgenheid die de grond kan bieden. ‘hier duw ik geil zijn in de kluiten aarde / durf mijn vingers te verliezen in slib en schimmeldraden’ Lees meer

Luchtspiegeling

Luchtspiegeling

'We bewegen log en lief.' Madelief Lammers onderzoekt in dit gedicht de onstilbare honger tussen twee mensen, een wankele relatie waaraan iets fundamenteels ontbreekt. 'Zie je hoe we ondanks die woede nog zo mooi zijn als een slapend paard dat met haar huid trilt om een daas te verjagen?' Lees meer

Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Auto Draft 8

Programma: Ik wil, wil jij ook? - consent in illustratie

Vier samen met Hard//hoofd de publicatie van onze recent verschenen bundel over seksueel consent! Lees meer

Roze, wit, blauw

Roze, wit, blauw

Rechtse en nationalistische partijen laten in hun nieuwste verkiezingsprogramma’s zien dat hun ruimte voor de lhbtqia+-gemeenschap altijd voorwaardelijk is geweest. Journalist Rocher Koendjbiharie legt uit: 'Homoseksualiteit en vrouwenrechten zijn binnen rechtse kringen vaak pas relevant wanneer ze in relatie tot migratie besproken worden.' Lees meer

:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Winnaar Stoute Stift 2024 1

Winnaars De Stoute Stift 2025

Cynthia Van Der Heyden won met haar illustratie de publieksprijs en Sarah Pannekoek won de juryprijs van De Stoute Stift 2025. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer