Asset 14

Onder preparateurs

Waarom willen mensen een dier laten opzetten, en wat beweegt de vakmensen die dat doen? Sarah gaat op bezoek bij een taxidermist.

Het eerste wat ik zie zijn de ogen. Glanzende tijgerogen. Weke reeënogen. De priemende ogen van een albino-egel. De wijd opengesperde blik van een uil. Ze staren me aan vanaf de muren, levenloos, maar levensecht. Gek dat die ogen me zo opvallen, want juist die zijn gewoon van glas. Heel vernuftig gemaakt, met iridiscerende werking en alles, maar toch: gewoon glas. Ze zijn nooit levend geweest, in tegenstelling tot de beesten waar ze aan vast zitten. Herten, konijntjes, een struisvogel, zelfs een nijlpaardenkop zie ik. Ze hangen in de ontvangstruimte van Taxidermy Studio Bouten & Zoon V.O.F. in Venlo, voorzien van naamkaartjes, wachtend om opgehaald te worden door klanten.

Afgezien van de ogen en hun dode eigenaren ziet de ontvangstruimte van Bouten & Zoon er uit zoals je van een ontvangstruimte op een bedrijventerrein zou verwachten. In het midden staat een grote, witte tafel met wat stoelen eromheen. Op de tafel een verlaten bekertje koffie. Naast de tafel een bak met tijdschriften. Grijze vloerbedekking, een systeemplafond, tl-verlichting. Marianne, een moederlijke secretaresse met kort haar en een turkooizen trui, vraagt me om even plaats te nemen; preparateur Maurice komt zo.

Fascinatie vermengd met lichte afkeer

Maurice Bouten is wereldkampioen Trofeekoppen Prepareren en de jongste van vier generaties dierenopzetters bij Taxidermy Studio Bouten & Zoon. Hij gaat me vandaag alles vertellen over zijn vak. Al jaren ben ik geïntrigeerd door het fenomeen taxidermie. Waar die fascinatie, vermengd met een lichte afkeer, vandaan komt, weet ik niet, maar dat ik niet alleen ben in mijn interesse is duidelijk. Steeds meer kunstenaars gebruiken opgezette dieren in hun werk, liefhebbers leggen duizenden euro’s neer voor een mooi exemplaar, en vorig jaar opende in Nijmegen nog een winkel gespecialiseerd in taxidermie. Wat trekt mensen hierin aan? Wie zijn de mensen die dit soort dingen maken? En wat doen ze precies?

Maurice’ eigen ogen zijn donker en vriendelijk. Hij straalt iets zo zachtaardigs uit dat ik me maar moeilijk voor kan stellen dat hij het liefste in dode dieren snijdt - zou hij niet meer op zijn plek zijn in een dierenasiel? Ergens met levende, warme, zachte dieren? We drinken een kopje automaatkoffie en dan laat Maurice me het bedrijf zien. Op weg naar het atelier, waar het echte opzetwerk gebeurt, lopen we door een hal vol muurhoge ladekasten. ‘Bevergebitten’ lees ik op een etiket, daarnaast: ‘Wilde zwijnentanden’. Maurice opent een lade en laat me een tong voelen: hard, glad plastic met fijne ribbels bovenop. ‘Deze is voor een leeuw.’ Misschien krijgt de leeuw waar hij en zijn collega’s deze week aan werken wel zo’n tong, maar zover zijn ze nog niet.

Ik word bijna onpasselijk van de stank. Wat is dat? 'Oh, Jonne heeft net een schedel doorgezaagd'

Zodra we het atelier binnen lopen, word ik bijna onpasselijk van de stank. Het is alsof er iets verbrand is dat niet verbrand had mogen worden. Wat is dat? ‘Oh’, zegt Maurice, ‘Jonne heeft net een schedel doorgezaagd.’ Jonne is een blonde jongen van een jaar of twintig die bij Maurice in de leer is. Als ik aan hem wordt voorgesteld, is hij net bezig om de zojuist doorgezaagde marterschedel in een bankklem te bevestigen.

In zijn vrije tijd is Jonne een fanatieke jager, iets wat hij gemeen heeft met veel klanten van Bouten & Zoon. Ze nemen hun buit mee naar de taxidermie-studio, zodat een van de preparateurs er iets moois van kan maken voor hun toonzaal. Daar stallen ze hun mooiste schatten uit. Soms gaat Maurice wel eens bij die klanten thuis kijken. Eén van hen, een rijke Duitser, maakte van zijn tweede huis een museum, vol met zijn trofeeën.

De leeuw van deze week komt uit Kameroen. Hij is zo groot dat de standaard kunststof mal die Maurice voor leeuwen gebruikt niet paste, de huid zat er veel te los omheen. Maurice heeft de mal daarom doormidden gezaagd en een nieuw stuk in het midden toegevoegd. Zijn collega Luuk (rond brilletje, geruit overhemd, en zwart schort), is in het atelier bezig om het vel bij de poten aan elkaar te naaien. Dat gaat allemaal met de hand, een tijdrovende klus. Naast Luuk legt zijn collega Chris (armen vol tatoeages, zwart t-shirt met de naam van een rockband er op) de laatste hand aan een trofeekop van een damhert. De radio staat aan, af en toe fluit iemand zachtjes mee.

Taxidermie_MartineBeetz

Illustratie: Martine Beetz

‘Wil je de jager zien die deze heeft geschoten?’ vraagt Maurice. Hij wijst naar een foto in een tijdschrift dat open op de werktafel ligt, een vakblad voor jagers. Op de foto staat een vrouw in safaripak naast een geschoten leeuw. Trots lacht ze in de camera. ‘Ja’, merkt Luuk op, je ziet steeds meer vrouwelijke jagers.’ Vinden ze het geen raar idee dat iemand dit beest geschoten heeft, puur voor haar plezier? Luuk haalt zijn schouders op. ‘Als het niet goed gebeurt, is het natuurlijk erg. Maar over het algemeen wordt het heel goed gecontroleerd.’ Jagen is anders dan veel mensen denken, vertelt hij, het is niet zo dat je zomaar alles kunt schieten wat je ziet lopen. Jagers betalen veel geld voor een vergunning om een dier naar keuze te mogen schieten, een leeuw kost bijvoorbeeld wel 20.000 euro.

Maurice zelf is geen jager. Hij is ook niet zo’n natuurmens, zegt hij zelf. Wat hij wil is mooie dingen maken. Vooral de anatomie interesseert hem, want je moet heel veel weten over al die verschillende dierenlichamen om ze er levensecht uit te laten zien. Het villen was wel vies in het begin, maar het went. Hij doet het nu al twintig jaar.

Geiten op de begrafenis van Theo van Gogh

We staan inmiddels in een grote barak gevuld met donkergroene kisten vol verhuurdieren. Ik bekijk de inhoud van een van de kisten: een compositie van twee geiten in paringsdans. ‘De geitenneukers noemen ze deze’, grijnst Maurice. ‘Ze hebben nog sier gemaakt op de begrafenis van Theo van Gogh.’ Even denk ik dat hij een grapje maakt, maar ik ga er serieus op in. ‘Ben je daar het meest trots op?’ vraag ik. Nee, dat is hij op stier Herman, de genetisch gemanipuleerde stier die hij voor natuurmuseum Naturalis mocht prepareren. Daarmee heeft hij echt de grenzen verlegd, preparateur-technisch. Geen enkel standaardmodel paste, alles moest dus speciaal vervaardigd worden. De huid heeft hij in Naturalis over de mal gelegd, terwijl het publiek toekeek.

De natuur naar de kroon steken, zoals wetenschappers met stier Herman deden, dat is misschien wat ook Maurice en zijn collega’s drijft. Een dood dier een tweede leven geven, het weer net zo mooi te maken als toen het nog ronddartelde. Waar het op te zetten dier vandaan komt of weer terecht komt maakt de preparateurs niet zo veel uit, het gaat vooral om de kunst van het prepareren. Datgene behouden wat anders tot stof zou vergaan.

Terug in de ontvangstruimte met alle ‘ophaaldieren’, valt mijn oog op een hond die met zijn hoofd tussen zijn poten ligt. Maurice volgt mijn blik. ‘Deze was heel oud en ziek,’ zegt hij, ‘eigenlijk was er niets moois meer van te maken. Maar zijn baasjes wilden ‘m per se laten opzetten.’

Huisdieren zijn het moeilijkste om te doen

Huisdieren zijn het moeilijkste om te doen, vindt hij. ‘Daar zijn mensen zo aan gehecht en aan gewend, ze kennen elke gezichtsuitdrukking, elk spiertje, elke huidplooi van zo’n beest. Als ze hun kat of hond dan niet direct herkennen in opgezette vorm, is dat heel erg.’ Dat maakt hem soms onzeker, en het maakt het ook moeilijk om een project aan het einde van de dag los te laten. De klant moet blij zijn met zijn werk. Omdat het zo precies komt willen veel preparateurs geen huisdieren opzetten, maar Maurice doet het graag.

Heeft hij zelf ook huisdieren, vraag ik Maurice aan het einde van de dag, als ik op het punt sta om te vertrekken. Ja, antwoordt hij, twee vogeltjes. Maar die zou hij nooit opzetten.

De namen van sommige in dit stuk genoemde personen zijn op hun verzoek gefingeerd.

Mail

Sarah van Binsbergen is Hard//hoofdredacteur, antropoloog, journalist. // sarah@hardhoofd.com

Martine Beetz is ontwerper en illustrator. Een passie voor storytelling, poëzie en metaforiek. Trouw met potlood en of krijt. En altijd met een kopje koffie erbij.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Auto Draft 8

Een transformatie van verlangen: brieven over consent

Wat als we consent en verlangen zélf als de voorwaarden van bevrijding en sociale rechtvaardigheid zien? Yousra Benfquih licht toe hoe genot-activisme ons niet alleen toelaat om ons tegen de dingen te verzetten, maar ook om te onderzoeken waar we naar verlangen. Lees meer

Mijn naam roept 1

Mijn naam roept

Hodo Abdullah beschrijft hoe de geschiedenis van Somaliland haar ook veel over haarzelf leerde. Hoe komt het dat het geloof in henzelf, de veerkracht en de trots van de Somalilanders zo verankerd zit in hun DNA? Wat geeft hun de kracht om door te gaan? Lees meer

:Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Alara Adilow blikt terug op haar jongere zelf en ziet hoe onwetendheid en zelfdestructie haar afsneden van zorg en liefde, tot feministische en postkoloniale denkers haar aanraakten en haar openstelde om naar zichzelf en de wereld te kunnen kijken. Lees meer

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie 2

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie

Insecten hebben een slecht imago. We houden ze het liefst ver uit de buurt, maar dat is onterecht, vindt Jitte. Met dit artikel bewijst hij je graag van het tegendeel en vertelt hij hoe sluipwespen lieveheersbeestjes inschakelen als lijfwacht voor haar larven, over de indrukwekkende hersenen van de Darwinwesp, en hoe je een mierenkolonie opzet met één koningin. Lees meer

Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Auto Draft 4

Tijd buiten de uren om

Micha Zaat sliep binnen een jaar in bijna 60 verschillende hotelkamers. In dit essay licht hij het fenomeen van de hotelkamer als liminaal object toe, en legt uit wat zo'n kortdurend verblijf voor gasten én kamers betekent en waarom het onmogelijk is om ouder te worden in een hotelkamer. 'In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.' Lees meer

Auto Draft 2

'Kunnen we vrienden zijn?': over een noodzakelijk veranderende mens-natuur relatie

Wanneer Jop Koopman afreist naar Lombok om de Indonesische visie op mens-natuurrelatie beter te begrijpen, gaat hij op pad met een lokale mysticus. In dit essay onderzoekt hij hoe we de verhouding mens-natuur opnieuw kunnen vormgeven; wat de agency is van onze omgeving, en waarom we vrienden moeten worden met alles rondom ons. Lees meer

Stil protest

Stil protest

Nadeche Remst laat zien hoe slaap, verdriet en dissociatie meer zijn dan persoonlijke reacties: ze worden een vorm van stil verzet tegen een wereld die kwetsbaarheid buitensluit. Lees meer

Hoe lang blijf je een vluchteling?

Hoe lang blijf je een vluchteling?

'Wat' ben je als je ergens niet thuishoort, maar ook niet terug kan naar je geboorteland? Ivana Kalaš onderzoekt het label 'vluchteling'. Lees meer

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus kan toch niet groeien in een zompig moeras? In dit essay schetst Jam een realistisch beeld van de autistische ervaring in een kapitalistisch systeem dat productiviteit als het hoogste goed beschouwt. Lees meer

Lieve buren

Lieve buren

Ze hebben dezelfde brievenbus en dezelfde supermarkt, maar Nienke Blanc vraagt zich in deze nooit verzonden brief af of dat het enige is dat ze met haar buren deelt. Lees meer

Best Friend (For The Forseeable Future)

Best Friend (For The Forseeable Future)

Lotte Krakers’ vriendschap met Karlien eindigde mét blauwe vinkjes, maar zonder antwoorden. Het laat Lotte reflecteren op het afdwingen van gelijkenissen in een vriendschap, en het plaatsen van vrienden op voetstukken: ‘Karlien hield me een spiegel voor, waarin ik vooral zag wat ik niet was.’ Lees meer

Je hebt mij getekend voor het leven

Je hebt mij getekend voor het leven

Hoe sluit je een hoofdstuk af? Jop Koopman schreef een brief aan zijn oude baas, in wiens tulpenbedrijf hij als invalkracht een bedrijfsongeval meemaakte. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer