Asset 14

De tondeuse

De tondeuse

Jana Flekken legt in fragmenten de band en rolverdeling tussen ouders en hun kind vast, en hoe die verandert wanneer een van de ouders ziek wordt.

Toen ik klein was maakte mijn moeder voor iedere verjaardag een verjaardagskroon. Ze knipte zorgvuldig lange stropen gekleurd papier, niette die aan elkaar en schreef in zwierige letters mijn leeftijd erop. Ze schilderde mijn kledingkast in mijn favoriete kleuren, roze, rood en oranje, en zette gouden stippen op de rand. Ze las me voor uit Pluk van de Petteflet en deed daarbij de stemmetjes van Zaza de kakkerlak en de Lispeltuut, en toen ik met carnaval verkleed wilde gaan als Pippi Langkous weefde ze ijzerdraad door mijn rood gespoten vlechten.
Als kind dacht ik dat we niet op elkaar leken omdat zij bruin haar had en dat van mij blond was, maar nu ik ouder ben zie ik meer gelijkenissen dan verschillen. Toen ik laatst oude foto’s tegenkwam van haar, eind twintig, was het alsof ik in een spiegel keek.

***

Het is een jonge verpleegkundige. Met fijne, onzekere vingers omvat ze de tondeuse alsof ze die voor het eerst in haar leven ziet. De tondeuse is wit met paars, misleidend vrolijke kleuren voor een voorwerp dat ook uit snijmessen bestaat.
‘Hij heeft maar één stand,’ zegt ze tegen niemand in het bijzonder.
Ik kijk naar het gesloten gordijn dat een gevoel van privacy zou moeten geven maar eerder een gevoel van schaamte opwekt. Alsof we iets gaan doen wat eigenlijk niet mag.
‘Dat is niet erg,’ zegt mijn moeder dapper. ‘Het moet er toch allemaal af.’
Ze zit op een stoel naast het ziekenhuisbed, op het kussen liggen verdwaalde plukjes grijs haar. Ze wilde graag dat we haar eigen kussen meenamen van thuis, dat van het ziekenhuis lag niet lekker. Ik heb het van haar bed gepakt en in een te kleine tas gewrongen. Mijn vaders kussen bleef alleen achter.

***

We waren in gesprek met de dokter die bijna met pensioen ging. Het was in zijn doffe ogen geschreven; het verlangen naar stilte, een kopje koffie, de puzzel in de krant. Af en toe vroeg hij iets aan mijn moeder, haar antwoord tikte hij met een frons op zijn toetsenbord. Naast het geklak van de toetsen en het gezoem van de computer was het stil.
‘Zo,’ zei hij toen. Hij wierp een blik op zijn horloge en maakte aanstalten om op te staan.
‘Je had nog een paar vragen toch?’ zei ik snel tegen mijn moeder.
‘Ik wil door met het spreekuur.’ sprak de dokter.
Mijn moeder aarzelde. ‘Ja, ik ben soms wat kortademig. En ik heb nog steeds erg veel pijn in mijn rug. Vooral ’s nachts. Moet ik me daar zorgen over maken? Die pijn..?’
De dokter keek naar het scherm en klikte een paar keer verstrooid met de muis.
‘Ja, ik weet niet… Wat is zorgen?’
Toen hij opstond schraapten zijn stoelpoten over de linoleumvloer.

***

Mijn vader haalt me altijd van station en hij was ook die dag zoals altijd te vroeg. Wanneer je jarenlang in dienst bent geweest bij Defensie kom je niet zomaar te laat. In de auto naar huis vroeg ik hem hoe Moos het deed op de hondencursus, of ze een beetje luisterde. Ik was die dag voornamelijk aan het woord, ik voelde me nerveus al wist ik niet waarom. Ik liet een stilte vallen.
Mijn vader schraapte zijn keel, het stoplicht sprong op rood.
‘De uitslag van de scan is binnen. Het is niet goed.’

***

Met het warme licht en het gesloten gordijn bevinden we ons in een cocon waar de tijd langzamer tikt en de buitenwereld vergeten is.

De verpleegkundige heeft het grote licht uitgedaan en een schemerlampje aangeknipt. Met het warme licht en het gesloten gordijn bevinden we ons in een cocon waar de tijd langzamer tikt en de buitenwereld vergeten is.
De stilte wordt doorbroken door het mechanische gegrom van de tondeuse. De
verpleegkundige legt haar vrije hand lichtjes tegen de achterkant van mijn moeders nek. Ik kijk naar mijn vader, zie het licht in zijn tranen weerkaatsen.
Dan maakt de tondeuse de eerste baan over mijn moeders hoofd. De verpleegkundige vangt het haar op en laat het weer los boven het bed, waar het in een opengevouwen blauwe vuilniszak dwarrelt. Mijn moeders mond trekt zich samen, haar onderlip beeft en even denk ik dat ze zal breken als een porseleinen eierdopje op een keukenvloer. Maar het trillen stopt en er verschijnt een blik in haar ogen die ik nog nooit eerder heb gezien, een die thuis lijkt te horen op het grote doek. Pure verslagenheid, en leegte. Zo staart ze voor zich uit, haar mond een stukje open. Mijlenver bij ons vandaan.

***

‘Ik heb een ambulance gebeld.’
Na die woorden liep mijn vader mijn kamer weer uit. Het was een rare zin om mee wakker te worden, mijn kamer was nog donker en mijn wang lag nog warm op mijn kussen. Ik stond op en ging naar hun slaapkamer. Mijn moeder lag in bed, haar gezicht vertrokken van de pijn.
‘Het gaat niet goed,’ piepte ze. ‘We gaan naar het ziekenhuis.’ Ik pakte haar hand.
Mijn vader drentelde door de kamer met een weekendtas in zijn hand.
‘Hoeveel shirts moet ik pakken? Wat voor broeken moeten mee?’
Ik schrok van de paniek in zijn ogen. De ex-militair met de ijzeren discipline. Die het hoofd altijd koel hield en in Srebrenica medicijnen wist te smokkelen ondanks het pistool tegen zijn hoofd.
‘Hoeveel sokken moet ik pakken? Je sokken, waar zijn je sokken?’
‘Hou eens op,’ snauwde mijn moeder, ‘Ik ga vandaag nog niet dood.’
Mijn vader stootte een kort geluid uit, hief zijn armen omhoog en liep de slaapkamer uit. Ik verzamelde bolletjes sokken uit hun sokkenla.

***

Het hagelde paracetamol, ze landden met een tik op de keukentafel.

De behandeling werd vervroegd gestart. Iedere week kreeg ze injecties, iedere dag slikte ze pillen. We leerden nieuwe woorden. Daratumumab, lenalidomide, dexamethason. Iedere 72 uur een nieuwe morfinepleister tegen de pijn.
Mijn vader had pillendoosjes gekocht, mijn moeder en ik lieten de pillen erin vallen.
Blauwe, ovaalvormige pillen, gele ronde pilletjes en in geval van nood kleine witte pillen. Pijnstillers, misselijkheidsremmers, maagbeschermers. Ze moest iedere dag zoveel paracetamol slikken dat het handiger was om eerst alle strips van het doosje leeg te drukken. Het hagelde paracetamol, ze landden met een tik op de keukentafel.

***

Bijna de hele rechterhelft van mijn moeders hoofd is nu kaal, waardoor ze wel wat weg heeft van een personage uit een cyberpunk-film. Onwillekeurig moet ik beetje lachen.
‘Je ziet er zo best stoer uit, mam.’
Mijn moeder lacht ook, twijfelachtig, maar met een sprankje hoop in haar ogen. Ze haalt haar neus op en kijkt niet meer in de verte maar naar mijn vader, en naar mij.
Even later is al het haar in de vuilniszak verdwenen. Mijn moeder schuifelt naar de
badkamer om het in de spiegel te bekijken, ik loop achter haar aan. Ze schrikt van haar eigen spiegelbeeld.
‘Oh god, het is wel echt heel kaal hè?’
Onwennig voelt ze met haar vingers over haar naakte schedel. Ze lacht voorzichtig.
‘Ik lijk wel een gabbertje.’

Hertenkalf 10

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Sara Mertens maakte het beeld bij deze teksten en gaf ze allemaal een plekje in een zachte, groene zoekplaat.

Mail

Jana Flekken is een schrijver met een groot observerend vermogen en oog voor detail. Ze schrijft graag beeldende verhalen met hier en daar wat humor, maar schuwt de donkere kant van het leven niet. Ook schrijft ze graag columns over dingen die haar verwonderen, raken of gewoonweg overkomen. Ze zet nu haar eerste stappen in de journalistiek als verslaggever bij Het Parool.

Sara Mertens (1994) is illustrator en striptekenaar. In de beelden die ze maakt lopen droom en werkelijkheid door elkaar. In een heldere lijn verbeeldt ze de meest onopvallende gebeurtenissen. Centraal in haar werk staat de relatie die we aangaan met elkaar en onze omgeving.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
:Winnaar publieksprijs Rode Oor: Vespula vulgaris

Winnaar publieksprijs Het Rode Oor: Vespula Vulgaris

In een pot met schuimbanaantjes vecht een wesp om los te komen. Myrthe Prins portretteert een winkelbediende die in een snoepwinkel aan zoetigheid proeft. Met Vespula Vulgaris won zij de publieksprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Pekingeend

Winnaar juryprijs Het Rode Oor: Pekingeend

Twee personen blijven samen achter in de keuken, waar ze tijdens het bereiden van een pekingeend steeds dichter verstrikt raken in het spel van aanrakingen, blikken en opdrachten. Met Pekingeend won Fleur Klemann de juryprijs van Het Rode Oor 2025. Lees meer

Auto Draft 10

Als je te pletter slaat, dan klinkt dat zo

Midden in de nacht springt een man van een richel. Nee, geen man; een held. En iedereen weet: een man zoals Luciano slaat niet te pletter. In dit korte verhaal van Julien Staartjes bewegen de achterblijvers zich tussen het postuum cancelen of aanbidden van de man met gladde benen en mierzoete tong. Lees meer

Binnen de context van twee

Binnen de context van twee

In haar gedicht onderzoekt Sytske van Koeveringe de betekenis en fascinatie van het getal twee. Via paren, tegenpolen en verbindingen ondervinden twee vrouwen de mogelijkheden van samenzijn. Is er balans in vereniging? Lees meer

Hondenvoer

Hondenvoer

Een overleden hondje zorgt ervoor dat moeder en dochter in een strijd belanden. Ze willen beiden laten zien wie er meer van het dier gehouden heeft. In dit verhaal van Keet Winter mondt die spanning tussen de twee vrouwen uit in een pijnlijk diner. Lees meer

Stranding

Stranding

'Ze ligt hier als aanklacht / op het land gespuugd / om de noodzaak tot evenwicht / tussen mens en water te benadrukken.' Angelika Geronymaki trekt je met dit gedicht over zelfbeschikking en milieuvervuiling mee, als de aangespoelde zeemeermin in een sleepnet gevuld met platvissen, sardientjes en haringen, en slingert je vanuit het zure zeewater op een strand met grijpgrage mannenhanden. Lees meer

 1

Een luik naar het verleden

De opa van Emma Stomp vertrok vanuit Curaçao naar Nederland. In haar gedichten observeert ze het gemis dat dat met zich meebrengt. 'Koop een wollen muts tegen de regen en kou, bid tweemaal daags voor je examens, denk aan thuis maar niet te veel, weet dat alles uiteindelijk is voorbestemd.' Lees meer

Mijn Apocalypsis Leydenensis 1

Mijn Apocalypsis Leydenensis

In deze gedichten vliegt Joshua Snijders koerend over een postapocalyptisch Leiden, zijn Lays-chipszakjes tijdens een uitstapje in de Melkweg achtergelaten en zwemmen walvissen op wieltjes. 'De vraag is of je voetafdrukken kunt achterlaten wanneer er geen zwaartekracht is.' Lees meer

Water landt zachter

Water landt zachter

Via een staalarbeider en een PVV-stemmer onderzoekt Angelika Geronymaki zichzelf. Kan ze, zonder het doen van aannames, de ander leren kennen? Lees meer

:De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter 1

De archivaris en haar dochter: Morgen zal alles anders zijn

‘Even eufy checken.’ In ‘Morgen zal alles anders zijn’ dicht Bareez Majid over de eindeloze keuzes en opties die een dag voortbrengt. Een dag die getekend wordt door de sluimerende aanwezigheid van de videofeed van een beveiligingsapp. Lees meer

Bleekzucht en bloedarmoede

Bleekzucht en bloedarmoede

Menstruatie is stil en onzichtbaar. We kijken weg en gaan door. Maar wat als dat niet langer kan? Wat als het bloed de samenleving binnenstroomt en ons verdrinkt? Esther De Soomer onderzoekt hoe de maatschappij dan reageert. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter

De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter

In ‘Een anatomie van opa’s dochter’ reconstrueert Bareez Majid de verschillende deeltjes die samen een moeder maken. Een moeder die door een ziekte in de war is, en veel dingen vergeet – soms zelfs haar eigen kinderen. Lees meer

Auto Draft 9

Dat het was

Hoe ga je om met herinneringen die te pijnlijk zijn om onder ogen te komen? Olivier Herter maakt het publiek getuige van een versnipperd landschap van herinneringen. Vloeiend, stemmig en ogenschijnlijk zonder plot wordt geprobeerd woorden te vinden, waar geen woorden voor te vinden zijn. Dit verhaal werd eerder op toneel gebracht door t Barre Land. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

‘Ik wil geen literatuur van je maken.’ Hoe berg je je moeder in je schrijven, zonder haar essentie te bevriezen? Bareez Majid dicht in woord en beeld over ‘soon-to-be-dead-mothers’ en onderzoekt hoe hun lichamen functioneren als vergankelijk archief. Lees meer

Auto Draft 7

Moederland

Zelfs in de Italiaanse zon lukt het niet altijd om donkere gedachten op afstand te houden. Roos Sinnige laat ons meedrijven op de ongrijpbare stroom die dan ontstaat. Lees meer

zonderverdergroet

zonder verdere groet

Rijk Kistemaker doet niet aan groeten. Rijk schrijft gedichten terwijl hij bezig is met andere dingen, zoals het opladen van een gehuurde Kia en huilen. Laat je meevoeren op zijn poëtische gedachtestroom. Lees meer

Jonathan de slakkenman

Jonathan de slakkenman

'Hij zag simpelweg hoe de slak zich terugtrok in zijn huisje wanneer het zich onveilig achtte. Vanwege hun gedeelde lot, voelde Jonathan zich geroepen om de naaktslak ook een toevluchtsoord te bieden.' In dit korte verhaal van Ivana Kalaš neemt Jonathans slakkenfascinatie langzaam zijn leven over. Lees meer

Het insectenhotel

Het insectenhotel

‘Ik kan wel voor je krimpen.' Dieuke Kingma onderzoekt in een kort verhaal vol spinnenpoten en keverschildjes of je de ruimte die je inneemt in een relatie ook weer terug kan geven. Lees meer

Auto Draft 6

ode aan de lepismA saccharinA

Lieke van den Belt neemt je mee in de wereld van de zilvervis. Met lichte en vervreemdende beelden schetst ze in twee gedichten een dialoog tussen deze beestjes en hun slachtoffers. Lees meer

Enterprise, Alabama

Enterprise, Alabama

Charlotte Duistermaat neemt je mee in de enigszins absurde culturele en historische impact van een snuitkeverplaag op een Amerikaans dorpje en de vergelijkbare migratiestromen van mens en dier. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer