Asset 14

Baas in eigen brein

Baas in eigen brein

‘Ik ben beter!’ zegt mijn patiënt P., die sinds zijn jeugd met diepgewortelde sociale fobieklachten rondloopt.
‘Wat goed!' Ik ben blij, maar lichtelijk verbaasd. ‘Hoe dat zo?’
‘Door deze exposure-therapie!’ hoop ik in een moment van ijdelheid van hem te horen. ‘Ik heb mezelf stap voor stap aan allerlei sociale situaties blootgesteld en je hebt gelijk, ik heb bewezen dat ik het aankan!’ Zo niet, dan hoop ik toch tenminste op: ‘Door negatieve gedachten om te buigen!’, ‘Door schijt te hebben aan wat anderen van me vinden’, of zelfs ‘Door mindfulness!’
‘Door de pil,’ zegt patiënt P. ‘Ik stond op het punt om mijn viool weer op te bergen en die hele solo af te zeggen en toen heb ik toch maar zo’n oxazepam genomen. De angst was in één klap weg.’
‘Door de pil,’ herhaal ik zachtjes.
‘Honderd procent. En mijn solo ging fantastisch! Ik was héél scherp. Ik had alleen gezonde spanning, niet dat verschrikkelijke, verlammende gevoel. Ik heb me nog nooit zo goed gevoeld.’
‘Wat fijn,’ zeg ik. Maar ik denk: Wat vreemd. Ik kan me niet herinneren dat P. en ik, of de huisarts en ik, het ooit over pillen hebben gehad.
‘Waarom heb je eigenlijk alsnog gekozen om oxazepam voor te schrijven?’ vraag ik na afloop aan de huisarts. De effectiefste behandeling voor angsten is altijd exposure: blootstellen. Mensen met een muizenfobie moeten een muis aaien. Mensen met waterangst moeten zwemmen. Mensen met sociale angst zijn bang iets gênants te doen (zweten, stotteren) en daarvoor veroordeeld te worden: die moeten dus juist iets gênants doen en zien dat het wel meevalt. Maar een pil die ervoor zorgt dat je helemaal niet meer bloost, zweet, of gênant doet, en je een koele kikker maakt, is niet hetzelfde als blootstellen aan die muizen of dat water. Dat is eigenlijk ervoor zorgen dat er geen water en geen muizen zíjn.
‘Als P. ineens twintig kalmeringspillen krijgt, dan ondermijnt dat wel de boodschap ‘je kan het, zo zenuwachtig ben je niet, en een beetje zweten of stotteren is helemaal niet erg.’’
‘Ik heb niets voorgeschreven,’ zegt de huisarts. ‘Heel vreemd.’
Dus van wie komt die pil? De huisarts vraagt het recept op bij de apotheek.

Wat vind ik eigenlijk van pillen? Er zijn ontegenzeggelijk mensen die er baat bij hebben – citalopram voor depressie, benzo’s bij heftige paniek. Maar wat te denken van methadon voor ex-verslaafden? Ritalin voor drukke kinderen? Pillen die breinen in de groei veranderen? Pillen waar je steeds meer van nodig hebt voor hetzelfde effect? Pillen die niet werken, die té goed werken, pillen die op raken? En als die pillen op zijn, hoe kan P. dan het sociale leven hervatten zonder zich overal ziek te melden van stress? In het gesprek met P. vraag ik me af: hoe zorg ik nou dat P. weer denkt dat híj zélf goed vioolgespeeld heeft, en dat niet dat tabletje de strijkstok hanteerde?
‘Laten we eens de bijwerkingen van oxazepam opzoeken,’ denk ik hardop. ‘Je gebruikt het middel nog maar net, dus grote kans dat die er zijn.’
Samen lezen we de bijwerkingen voor: ‘Versuffing. Concentratieproblemen. Zweten. Hartkloppingen. Vallen. Duizeligheid.’ Precies de symptomen die P. ervaart in sociale situaties, die hem juist zo in de weg zitten. Hij knippert met zijn ogen. ‘Maar… mijn solo ging fantastisch. Ik was héél scherp…’
Schuldgevoel bekruipt me: ben ik P.’s kersverse overwinning op de angst nu aan het verpesten met deze mindfuck? Moet ik niet gewoon accepteren dat P. een hulpmiddel nodig heeft en hem in zijn waarde laten? Zelfs als ik denk dat 90% van de rust die P. voelt het placebo-effect is, help ik hem dan echt door dat te zeggen?
Ik vraag: ‘Deed je het zo goed dankzij de pil? Of ondanks de pil?’
P. wordt rood en begint te stotteren. ‘Ik weet het niet. Misschien heb ik het dan toch zelf gedaan.’ Daar zijn de klachten van P. weer, precies niet mijn bedoeling. Ik heb P. verlegen gemaakt. Pil of geen pil? Dat is de vraag. Kan ik als psycholoog P. wel vragen alles op eigen kracht te doen, of moet ik P. nu in deze keuze steunen?

Een week later vinden we de pillen-dader. De uitschrijver van het recept is de mysterieuze psychiater X. uit een kliniek voor senioren (patiënt P. is 35 jaar). Mijn baas belt X. en die geeft toe: hij is helemaal niet de psychiater van P. Hij is een vriend, en heeft hem die pilletjes ‘off the record’ voorgeschreven. Niet volgens het boekje, maar what’s done is done. Mijn patiënt heeft inmiddels bij al zijn repetities de pil genomen en wil niet meer zonder. Hoe kan het dat mensen het bouwwerk van vertrouwen in hun eigen kunnen, in allerlei therapie zo zorgvuldig opgebouwd, in elkaar laten storten als Jenga, en volledig laten steunen op één ding, een tabletje? Als ik P. wil vertellen dat wat zijn vriend de psychiater gedaan heeft, niet oké is, zegt hij: ‘Ik wil je wat vertellen.’ Hij heeft geen behoefte meer aan therapie, we kunnen afsluiten. ‘Ik ben er klaar voor,’ zegt hij.

Tijdens een cursus die ik volg, vertel ik dit verhaal aan medestudent L. Ze zegt: ‘Ja, maar Marthe, heb je zélf ooit wel eens een pil geprobeerd? Wil je wat dex?’
‘Wat? Dextro?’ Ik zie niet in waarom ik nu suikersnoep nodig heb. L. lacht. ‘Dexamfetamine.’ Ze haalt een strip witte pillen tevoorschijn: Ritalin. ‘Gewoon ééntje voor bij het college, dan kun je het ook ervaren.’
Moet ik als psycholoog zelf hebben ervaren wat zo’n pil doet om me te kunnen inleven, of zwicht ik dan voor groepsdruk? Ben ík eigenlijk wel baas in mijn eigen brein?

Ik kijk naar haar open hand.

 

All brains are perfect, but some are more perfect than others

 

samenklontering van cellen en eiwitten

incompleet, defect,

het heeft krukken nodig om te staan

maar zelfs dan loopt het achter

 

Welkom bij de cursus zelfvertrouwen voor mensen die

hun eigenwaarde zijn gaan verwarren met hun straatwaarde

 

In het potje hard to swallow pills

(eenmaal daags, 400 mg, na de maaltijd)

zat vandaag een briefje: “Je doet het helemaal zelf.”

 

Dit is geen afslankpil maar je zult je lekkerder in je vel voelen

je bent wat je eet

 

Kijk, deze muizen krijgen geen medicatie meer

We hebben ze met een electrode verbonden aan het centrum van hun breintjes voor beloning

dat bediend kan worden met een poot op een simpele knop

- jammer genoeg vergeten ze nu gewoon te slapen, te eten

blijven net zo lang knopjes indrukken tot ze zich doodhongeren

au naturel

 

Mail

Marthe van Bronkhorst (zij/haar) is schrijver, theatermaker en psycholoog en studeerde aan de VU Amsterdam en Harvard Medical School. Ze schreef voor onder meer Theater Ins Blau, Sonnevanck, Over het IJ festival, Kluger Hans, Meander, De Revisor en werkt aan een roman over duikers bij uitgeverij De Geus.

Jasmijn ter Stege (zij/haar) is illustrator werkend vanuit Den Haag. In haar werk laat ze graag kleurrijke metaforen, zachte vormen en stevige verhaallijnen het woord voor haar overnemen.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Stomwijzer

Stomwijzer

Marthe van Bronkhorst loodst je door het wispelturige politieke landschap aan de hand van haar alternatieve stemwijzer. Lees meer

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

Hoeveel Big Fashion heb jij in de kast hangen?

De dood van Giorgio Armani sluit een hoofdstuk in de mode, maar zegt ook veel over de toekomst van onze kleding. In deze column legt Loïs Blank uit hoe Big Fashion steeds meer terrein weet te winnen in onze kledingkasten. Lees meer

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Rouw is een ongenode gast die steeds op mijn feestjes verschijnt

Altijd aanwezig, maar niet gewenst: Marthe van Bronkhorts rouw reist met haar mee. Lees meer

Die betere wereld wordt al gemaakt

Die betere wereld wordt al gemaakt

Kun je, met alles wat er gebeurt in de wereld, nog gelukkig zijn? Marthe van Bronkhorst vindt het antwoord en ontdekt een boel hoopvolle initiatieven Lees meer

Misschien voor mezelf, maar niet voor jou

Misschien voor mezelf, maar niet voor jou

Eva van den Boogaard lijkt op iemand die ze nooit gekend heeft. Via een persoonlijke brief en een angstaanjagende gebeurtenis leert ze hem toch een beetje kennen. Lees meer

Was dit nou een flirt?

Was dit nou een flirt?

Als de Amsterdamse Carrie Bradshaw schrijft Marthe van Bronkhorst over de schemerflirt: een net te lange blik, een ambigu compliment, een hand die 'per ongeluk' de jouwe aanraakt. Lees meer

De talkshow is dood, lang leve de talkshow

De talkshow is dood, lang leve de talkshow

In deze colum geeft Marthe Bronkhorst je een van haar geheime toverzinnen om vervelende talkshowgasten de mond te snoeren. 'Is dat zo?' Lees meer

Comme tu veux

Comme tu veux

In de bruisende souks van Marrakech leert Aisha Mansaray haar vader – de ultieme hosselaar, de praatjesmaker in zes talen, en de filosoof in een (illegale) taxi – beter begrijpen. Lees meer

De staat ontvoerde mijn oudoom naar het front. En wie weet straks ook mijn broer?

De staat ontvoerde mijn oudoom naar het front. En wie weet straks ook mijn broer?

Marthe van Bronkhorst vraagt zich op 4 mei bij de herdenking af of we wel weten wat oorlog is en waar het begint. Lees meer

Nog een keer: baas in eigen buik! 1

Nog een keer: baas in eigen buik!

Je zou zeggen dat het abortusrecht in Nederland vanzelfsprekend is, maar is dat eigenlijk wel zo? Een abortus is wettelijk gezien namelijk nog steeds strafbaar. Jihane Chaara neemt je mee in de politieke geschiedenis van het verworven abortusrecht in Nederland, die gepaard gaat met weerstand tegen dit recht op zelfbeschikking, maar ook met veel feministisch verzet en solidariteit. Lees meer

Iemand die me bij de hand neemt en me zegt hoe het moet, alles

Iemand die me bij de hand neemt en me zegt hoe het moet, alles

'Ik verlang zo erg naar een inspirerend figuur die logica ontdekt in de willekeur van wat ons allemaal overkomt. Die tegen me zegt: "Marthe, zó is het, en de rest is bullshit".' Lees meer

Afgebeeld is een vrouw in badpak, zwemmend tussen vissen.

Anders zijn is niet ‘tegen de natuur’

Marthe van Bronkhorst duikt in de diepzee en ontleert acht lessen die ze vroeger op school onderwezen kreeg. Lees meer

De rode draad 1

De rode draad? Dat zijn wij, voor elkaar

Jihane Chaara is geen determinist, maar vraagt zich toch af of sommige ontmoetingen in het leven wel echt toeval zijn. Wat als we allemaal volgens een rode draad met elkaar verbonden zijn, zowel in ons huidige netwerk, als ook met degenen die op magische wijze ons leven in komen? Lees meer

Met deze column kan ik de wereldvernietigen

Met deze column kan ik de wereld vernietigen

‘Maar als ik die column nu verder schrijf’ zegt Marthe van Bronkhorst, ‘dan komt deze informatie online, en kan ik die AI op ideeën brengen.' Lees meer

Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem 1

Kun je liefde delen?

Marthe van Bronkhorst onderzoekt polyamorie: 'Als ik mijn hart versplinterd heb, kan ik het dan minder hard breken?' Lees meer

De macht van het lookje

De macht van het lookje

Columnist Loïs Blank analyseert de stijlkeuzes van Zuckerberg, en Ivanka en Donald Trump. Wat proberen ze met hun kleding te zeggen, en wat hangt er van hun kledingkeuzes af? Lees meer

Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem

Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem

When life gives you hepatitis A-bessen, kruipt Marthe van Bronkhorst in de pen om het toch nog eens over de voedselindustrie te hebben. Lees meer

Een kijkje in mijn consumentenziel (2024) 1

Een kijkje in mijn consumentenziel (2024)

De gemiddelde Nederlander koopt vaak kleding, en heeft er vaak ook nog geen overzicht over. Columnist Loïs Blank houdt haar eigen koopgedrag elk jaar weer bij. Lees meer

Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Misschien heb jij hem nu wel aan: de kersttrui. Een onschuldig grapje of een kledingstuk dat perfect toelicht wat er mis is met de kledingindustrie? Lees meer

Lieve groetjes van Venus

Lieve groetjes van Venus

Lieke van den Belt vertelt in deze column over haar relatie met en tot Venus. Kijken ze elkaar aan? En zien ze de ander dan ook? Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €3 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer