We weten precies wat er in ons eten zit, maar wat dragen we eigenlijk op onze huid? Net als jij, verlangt Loïs Blank ook naar meer transparantie van de kledingindustrie. Zou die wens dan toch in vervulling kunnen komen?
Gedachte-experiment: je doet boodschappen in een winkel waar plots E-nummers, ingrediënten en de Nutri-Score op geen enkel product staan. En nee, ik beweer niet dat de voedselindustrie tiptop is of dat gezondheidslabels niet omstreden zijn. Maar in zo’n winkel zou het pas echt onduidelijk zijn wat je koopt. Gelukkig zou je in dat geval iets hebben om op terug te vallen: je kennis over voedingswaarden, die je deels hebt opgedaan doordat er al jaren ingrediënten en gezondheidslabels op voedsel staan en omdat deze kennis op scholen wordt onderwezen. We hebben de Nutri-Score niet meer nodig om te weten dat een komkommer hoger scoort dan een zak chips. Maar zou je op dezelfde manier kleding kunnen kopen?
Opdracht: Zet de volgende textielsoorten van minst naar meest duurzaam: lyocell, viscose, nylon, linnen, cupro, kasjmier, rayon, zijde, 100% gerecycled polyester, polyacryl, organza en mohair.
Makkelijkere opdracht: Deel bovengenoemde textielsoorten in de volgende groepen in: 1) natuurlijke materialen (direct afkomstig van planten of dieren), 2) synthetische materialen (gemaakt door mensen met behulp van chemische synthese) en 3) halfsynthetische materialen (natuurlijke materialen als grondstof, maar chemisch behandeld).
De kennis die je nodig hebt om deze vragen te beantwoorden heeft niet in je schoolboeken gestaan en je hebt het waarschijnlijk ook niet besproken bij Maatschappijleer. Daarnaast heb je, gok ik, nog nooit van het DDP en ESPR van de Europese Unie (EU) gehoord. Dat is allemaal niet jouw schuld, maar het is wél een maatschappelijk gebrek.
Het gaat niet vaak genoeg écht over de klimaataspecten van de mode-industrie en al helemaal niet over de regelgeving. Daardoor blijft heel handige informatie voor consumenten verborgen: wie shopt, tast in het duister. Maar niet als je voedsel koopt. Het grootste recente nieuws over EU-regelingen waar iedereen het over heeft, is namelijk het verbod op ‘vleesachtige namen’ voor vegetarische producten. Gigantische heisa om tot het extreme te zorgen dat mensen een vegaburger kunnen onderscheiden van een vleesburger, maar hoeveel mensen kennen het verschil tussen nylon en lyocell? Weten de vleesindustrie-lobbyisten dat de term ‘leer’ in ‘vegan leer’ nergens op slaat? Er komt namelijk geen koe aan te pas. Of is het pas een probleem als bomberjassen over de toonbank gaan als ‘bomber van vegan biefstuk’?
Die verantwoordelijkheid hangt als een miskoop achterin de maatschappelijke kast
Iedereen weet ondertussen dat fast fashion niet goed is en Shein al helemaal niet. Het grote probleem is dat die kennis mensen niet stopt: Shein heeft in de EU maandelijks (!) ruim 126 miljoen gebruikers. Leeft de kennis over duurzaamheid van kleding wel écht onder kopers?
Gelukkig komt de EU (eindelijk) met het begin van een oplossing. De Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR) is beleid dat deels al in juli 2024 in werking is getreden en ervoor moet zorgen dat producten langer meegaan, makkelijker te recyclen en repareren zijn en dat er minder schadelijke chemicaliën in zitten. Maar duurzaamheidspraatjes vullen geen gaatjes. Sinds 2025 is de mode-industrie zelf verantwoordelijk voor het verzamelen en recyclen van de eigen producten, maar die verantwoordelijkheid hangt als een miskoop achterin de maatschappelijke kast, want in de praktijk recyclet de industrie nog maar amper.
Een ander onderdeel van de ESPR is het Digital Product Passport (DPP), dat vanaf 2027 verplicht zal zijn. Dat is een scanbare tag op het item die de koper openbaar toegang moet geven tot de duurzaamheidsinformatie van het product. Het DPP wordt dus als de Nutri-Score op voedselproducten een transparante en snelle manier voor consumenten om duurzaamheid en arbeidsomstandigheden mee te wegen in hun koopgedrag. De komst van die EU-regelgeving is broodnodig, want op dit moment fabriceren de merken de kantjes ervanaf. De Keuringsdienst van Waarde liet in 2023 zien dat een kledinglabel ‘100% gerecycled polyester’ mag stellen, terwijl er in het maakproces wél nieuw plastic aan is toegevoegd om het materiaal sterker te maken.
Dit soort fratsen moeten buiten spel worden gezet. Maar als het DPP enkel een digitaal iets wordt, gaan mensen die QR-code dan wel scannen? Zou er niet, zoals de Nutri-Score op voedsel, ook altijd iets van een score direct op het label van het item moeten staan? Als we mensen de kans willen geven zich te informeren, moet die informatie dan niet hapklaar zijn?
Als we dit goed aanpakken, kan het DPP een begin zijn van een wereld waarin kleding kopen meer lijkt op hoe we nu in de supermarkt staan. Het kan een structurele taal zijn om ons denken over koopgedrag aan te passen en het kan een systeem zijn waar merken en fabrikanten niet onderuit komen met marketingtrucs zoals greenwashing. Kun je je voorstellen dat je net zo makkelijk de ‘ingrediëntenlijst’ van kledingitems kan bekijken als van voedselproducten in de supermarkt?
Loïs Blank Loïs Blank (zij/haar, 1998) is modefilosoof en mateloos geïnteresseerd in cultuur en esthetiek. Ze studeerde natuurkunde en filosofie in Amsterdam en mode in Italië. Ze werkt als journalist en eindredacteur en is adjunct-uitgever van Hard//hoofd.
Amber Pieren (2001) is een illustrator uit Amersfoort. Haar interesse in de huidige tijdgeest en ‘pop culture’ zorgen voor kleurrijke digitale beeldverhalen met een vleugje humor. De illustraties zijn opgebouwd door middel van een mix van lijnwerk, kleurvlakken en tekst. Het liefst een beetje bizar en het liefst met het gebruik van neon roze.


















