Na Balthasars begrafenis nadert het verhaal zijn climax..." /> Na Balthasars begrafenis nadert het verhaal zijn climax..." />
Asset 14

De begrafenis

‘Het is toch treurig,’ zei de lichtman tegen de geluidsman. De manager pulkte in zijn neus en smeerde vervolgens zijn vinger af aan een plakje cake. Ik was verbaasd het drietal hier te zien. Naar ik wist was Balthasar nooit meer dan een lifter voor ze geweest. Wie had ze eigenlijk op de hoogte gebracht van zijn overlijden? Ik realiseerde me ineens dat ik mijn muzikantenvrienden sinds Lowlands niet meer had gezien. Zij zouden de hele nacht doorfeesten en misschien was die nacht wel nooit geëindigd. Zorgvlied is ook een soort popfestival, maar dan met lijken in plaats van bandjes.

Robert, Balthasar’s vriend uit Amerika, had een ontroerende speech gehouden. Zo waren Annika en ik opeens van alles over Balthasar's leven te weten gekomen. Hij bleek een gevierd maker van koekoeksklokken te zijn geweest, ‘de beste buiten de Zwitserse landsgrenzen’. Robert was een jazztrompettist die het plan had opgevat ‘de ultieme conceptplaat over de tijd’ te componeren. De twee hadden elkaar ontmoet op een klokkenbeurs in Arkansas. ‘Vijf jaar lang woonden we samen en deelden voedsel en vrouwen,’ zo vertelde Robert in zijn beste Nederlands, ‘maar op een dag verdween Bal zonder bericht om pas twee weken later thuis te komen. Hij was compleet veranderd, in zichzelf gekeerd. Hij begon een vreemde geur af te scheiden, een geur van... verdwaling.’

Robert keek de zaal in, alsof hij na wilde gaan of iedereen hem begreep. Vervolgens vertelde hij hoe Balthasar daarna nog één klok maakte, weken werkte hij er aan, maar het was prutswerk, de spijkers staken aan alle kanten uit. Toen verdween hij op zekere dag voorgoed. Op de koelkast was een briefje geplakt waarop met grote hanenpoten stond geschreven: ‘de tijd heeft mij niet nodig, ik ben hier nooit geweest’. Dat was dertig jaar geleden en sindsdien had Robert hem nooit meer gezien. Ook niemand van zijn familie en vrienden had Balthasar daarna nog gezien. Men ging ervan uit dat hij jaren geleden gestorven moest zijn, totdat de gepensioneerde rechercheur Egbert Nelis – die al zijn dossiers op zijn zolder was blijven bewaren en nog regelmatig bij lastige zaken werd ingeschakeld – bij Balthasar’s stokoude ouders voor de deur stond.

Toen Balthasar op onze bank in een stortvloed aan gesuikerde pinda’s zijn laatste adem had uitgeblazen, raakte ik even in grote paniek. Wat te doen met een lijk van iemand die je korte tijd hebt gekend, maar over wie je eigenlijk nooit iets te weten bent gekomen? Ik wilde niet naar de politie stappen, bang dat we onszelf in gevaar zouden brengen. Maar Annika besloot dat het onze burgerplicht was. We konden gewoon de waarheid spreken: we hadden deze lifter die aan geheugenverlies leek te lijden een slaapplek aangeboden, en hij was een tijdje gebleven. We hadden gehoopt dat als hij goed zou zijn uitgerust, hij weer zou weten waar hij naartoe moest, waar hij thuis hoorde, waar op hem werd gewacht. In de tussentijd timmerde hij een wieg voor ons ongeboren kind. Zo vreemd klonk dat verhaal eigenlijk niet eens. ‘Bovendien,’ zei Annika, ‘is er geen enkele manier om Maxime aan Balthasar te linken.’ De agent van dienst keek inderdaad niet op van ons verhaal. Na enkele dossiers van recente vermissingen te hebben doorgenomen, schakelde hij zijn oude makker Nelis in. Het was bizar hoe snel vervolgens de hele zaak was opgelost.

Nu ik zag hoeveel dierbaren Bal had achtergelaten die eindelijk echt afscheid van hem konden nemen, werd ik overvallen door een intense blijdschap dat wij er voor hem waren geweest, dat wij hem hadden opgepikt, mee naar huis hadden genomen, hem hadden gevoed en verfrist. We hadden hem teruggebracht in de tijd, de tijd die hij had willen ontvluchten. Balthasar was weer iemand die ergens kon zijn en die ergens anders niet kon zijn. Nu wist iedereen waar hij was, nu wist iedereen dát hij er was, ook al was hij morsdood. Robert eindigde zijn speech met de mededeling dat hij niet lang na Balthasar’s verdwijning de heroïne had ontdekt en dat de conceptplaat over de tijd er nooit was gekomen. Een man op de derde rij met een grasgroen vlinderdasje snoot luid zijn neus. Uit de kist walmde de odeur van deodorant.

Toen Annika en ik thuiskwamen was Maxime verdwenen. Het duurde niet lang om erachter te komen hoe hij uit de touwen had kunnen komen. Ik had de pizzaslicer voor de commode laten liggen. Annika sloeg me in mijn gezicht en daarna nog een keer en nog een keer, elke klap weer een stuk harder dan de vorige. Ik voelde me licht worden in mijn hoofd. ‘Kalm aan,’ zei ik, ‘stress kan nooit goed zijn voor ons Bubbeltje.’ ‘Ze heet geen Bubbeltje meer!’ schreeuwde Annika, ‘Bubbeltje was Balthasar’s belofte!’

Ik wist dat we flink in de penarie zaten. Nadat opsporingsteams de gehele Ardennen hadden uitgekamd, was Nederland vastbesloten dat Maxime niet naar rust in zijn hoofd had gezocht, maar in vijandelijke handen moest zijn gevallen. Men dacht dat de Hofstadgroep, of misschien zelfs Al-Qaida, of mogelijk het Metropole Orkest, achter zijn verdwijning zou zitten. Peter R. de Vries had een oude geliefde van Verhagen opgespoord, een tandeloos vrouwtje dat een camping in Zanzibar runde en onthullend nieuws had over een gestolen paard. ‘Clitoridectomie van onze democratie. Dat zeg ik, Gamma,' liet Geert Wilders weten. Sinds de verdwijning van Verhagen waren de aandelen Twitter dermate in waarde gekelderd dat politici voortaan alleen nog gesponsorde berichten mochten verzenden. Met deze nationale hysterie hadden wij ons relatief veilig gevoeld. Wie zou ook op het malle idee komen om de kersverse vice-premier te zoeken in Bos & Lommer, bij burgers die zelfs nooit een boete voor spookfietsen hadden ontvangen? Maar nu Verhagen op vrije voeten was zou het niet lang duren voordat de AIVD op onze stoep stond. Het was wellicht een kwestie van uren. Zwijgend begonnen Annika en ik onze koffers in te pakken.

Toen Annika haar kastje opendeed verbrak ze het zwijgen. ‘Wie heeft er aan mijn fotoboeken gezeten?’ zei ze geschrokken. Blijkbaar had ik ze toch niet zo netjes teruggezet als ik had gedacht. En blijkbaar had Annika toch wat te verbergen. Ik slikte en zei toen: ‘Wie is Wilfried?’ Op dat moment kon niets me meer schelen, ik begreep niet waarom ik me zo graag dom had willen houden. Ik moest weten wie Wilfried was, ik had recht op een antwoord. Annika keek me glazig aan. Ik pakte haar bij de schouders en schudde haar door elkaar. ‘Wie is Wilfried?’ zei ik nog een keer. ‘Wie is Wilfried? Wie is Wilfried? Waarom noemde je mij zo?’ Het volume van mijn stem zwol aan, tot ik de longen uit mijn lijf schreeuwde. Annika bleef me niet begrijpend aankijken en barstte toen los in een hysterische lachbui, alsof ik een grap had verteld die ze nu pas begreep.

- Volgende week de ontknoping! -

Mail

Kasper van Royen is Hard//hoofd-redactielid, is naast vader ook filosoof, ex-docent, ex-dichter, ex-echtgenoot, popfetisjist en postbode.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Die betere wereld wordt al gemaakt

Die betere wereld wordt al gemaakt

De betere wereld, Het Grote Geluk: Marthe van Bronkhorst vraagt zich af waar ze dat kan vinden, misschien gewoon op een borrel, in het samenkomen met vrienden? Lees meer

Zomers zwijgen

Volim nas: hoe de taal van de liefde mijn lichaam tot stilte maande

Wat als je vertrouwen in jezelf en je lichaam plotsklaps wordt aangetast door epileptische aanvallen? En tegelijkertijd je vertrouwen in de onvoorwaardelijke liefde van je oma ook op losse schroeven komt te staan? In een persoonlijk essay neemt Dorea Laan je in beeldende taal mee in deze zoektocht. Lees meer

Schrijvers en beeldmakers gezocht voor ‘Harnas’, het achtste Hard//hoofd Magazine!

Schrijvers en beeldmakers gezocht voor ‘Harnas’, het achtste Hard//hoofd Magazine!

In welk harnas hul jij je? Stuur voor 14 september je pitch in en draag met een (beeld)verhaal, essay, poëzie of kunstkritiek bij aan het magazine ‘Harnas’. Lees meer

Misschien voor mezelf, maar niet voor jou

Misschien voor mezelf, maar niet voor jou

Eva van den Boogaard lijkt op iemand die ze nooit gekend heeft. Via een persoonlijke brief en een angstaanjagende gebeurtenis leert ze hem toch een beetje kennen. Lees meer

:Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst 3

Meer dan Maria: het moederschap in de beeldende kunst

Wat betekent het om moeder te zijn? En wanneer ben je dan een ‘goede moeder’? Moederschap, en alle nuances daarrond, blijft onderbelicht. Anne Louïse van den Dool onderzoekt via de representatie van moeders in de beeldende kunst de vele kanten die horen bij moeder zijn. Lees meer

Mijn Apocalypsis Leydenensis 1

Mijn Apocalypsis Leydenensis

In deze gedichten vliegt Joshua Snijders koerend over een postapocalyptisch Leiden, zijn Lays-chipszakjes tijdens een uitstapje in de Melkweg achtergelaten en zwemmen walvissen op wieltjes. 'De vraag is of je voetafdrukken kunt achterlaten wanneer er geen zwaartekracht is.' Lees meer

Lois Cohen maakte foto voor onze kunstverzamelaars: ‘Ik regisseerde per ongeluk een etalagepop’

Lois Cohen maakte foto voor onze kunstverzamelaars: ‘Ik regisseerde per ongeluk een etalagepop’

Word vóór 1 juli kunstverzamelaar bij Hard//hoofd en ontvang een unieke print van Lois Cohen! In gesprek met chef Kunst Jorne Vriens licht Lois een tipje van de sluier op. Lees meer

Was dit nou een flirt?

Was dit nou een flirt?

Als de Amsterdamse Carrie Bradshaw schrijft Marthe van Bronkhorst over de schemerflirt: een net te lange blik, een ambigu compliment, een hand die 'per ongeluk' de jouwe aanraakt. Lees meer

In gesprek met Jacqueline Peeters

In gesprek met Jacqueline Peeters: ‘Schilderen is denken en doen’

Aucke Paulusma gaat in gesprek met Jacqueline Peeters over haar nieuwe tentoonstelling. ‘Ik hoop dat ze in mijn werk iets van die spanning zien tussen wat zichtbaar is en wat verborgen blijft, en dat ze voelen hoe ik dat proces van schilderen benader.’ Lees meer

Terugblik op de schrijfworkshop: 'Hoe schrijf je over mannelijkheid?'

Terugblik op de schrijfworkshop: 'Hoe schrijf je over mannelijkheid?'

Op 25 mei organiseerde Hard//hoofd een schrijfworkshop met het thema: 'Hoe schrijf je over mannelijkheid?' Tijdens deze middag hebben de uitgekozen deelnemers onder begeleiding van één van de vier hosts uit het netwerk van Hard//hoofd de tijd gekregen om ideeën uit te wisselen, hun eigen tekst aan te scherpen en te reflecteren op hun eigen schrijfproces. Samen met de hosts kijken we terug op een verdiepende, inspirerende dag vol uitwisseling en reflecties. Lees meer

Dit maakten onze kunstverzamelaars en magazineabonnees mogelijk in 2024

Dit maakten onze kunstverzamelaars mogelijk in 2024

Kunstverzamelaars dragen bij aan onze missie om nieuw talent te ondersteunen en een vrije ruimte te bieden. We leggen graag uit hoe we de donaties in 2024 hebben besteed. Lees meer

Als je écht kinderen wilt redden

Als je écht kinderen wilt redden

Shashitu Rahima Tarirga kwam 33 jaar geleden via interlandelijke adoptie naar Nederland vanuit Ethiopië. Na een reis naar Ethiopië maakt ze nu een afweging tussen haar leven hier en het gemiste leven daar. 'Weegt een westers paspoort op tegen het moeten omgaan met de trauma’s van scheiding en achterlating? Weegt een leven hier op tegen onbekendheid met je leven daar?' Lees meer

Water landt zachter

Water landt zachter

Via een staalarbeider en een PVV-stemmer onderzoekt Angelika Geronymaki zichzelf. Kan ze, zonder het doen van aannames, de ander leren kennen? Lees meer

nuclear family

Queerkroost

In een briefwisseling over queer ouderschap zoeken Eke Krijnen en Lisanne Brouwer naar steun, herkenning en een houding om de maatschappelijke discriminatie buiten het gezinsleven te houden. Lees meer

Informatiehonger

Informatiehonger

We verslikken ons in data, maar blijven gulzig drinken. In dit essay onderzoekt Paola Verhaert hoe onze honger naar informatie — ooit gevoed door boeken, nu door eindeloze datastromen — ons hoofd én onze wereld begint te verzwelgen. Waar ligt de grens? En merken we het als we die overschrijden? Lees meer

De talkshow is dood, lang leve de talkshow

De talkshow is dood, lang leve de talkshow

In deze colum geeft Marthe Bronkhorst je een van haar geheime toverzinnen om vervelende talkshowgasten de mond te snoeren. 'Is dat zo?' Lees meer

:Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

Naar een taal die consent fucking overbodig maakt: brieven over consent

In haar laatste brief aan Alara buigt Yousra zich over taal: hoe taal seksueel geweld normaliseert en hoe taal inwerkt op onze erotische verbeelding. Geweldloze verhoudingen scheppen via taal is voor haar zowel een kwestie van nieuwe talen schrijven als oude of bestaande talen herinneren. Lees meer

Comme tu veux

Comme tu veux

In de bruisende souks van Marrakech leert Aisha Mansaray haar vader – de ultieme hosselaar, de praatjesmaker in zes talen, en de filosoof in een (illegale) taxi – beter begrijpen. Lees meer

:De kunst van vertrekken – Deel II: Macht en onmacht

De kunst van vertrekken – Deel II: Macht en onmacht

In het tweede deel van deze essayreeks over kunststakingen schrijft Lara den Hartog Jager over kunstenaars die worstelen met systemen van macht en de vraag of hun kunst verandering teweeg kan brengen. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: Een anatomie van opa's dochter 1

De archivaris en haar dochter: Morgen zal alles anders zijn

‘Even eufy checken.’ In ‘Morgen zal alles anders zijn’ dicht Bareez Majid over de eindeloze keuzes en opties die een dag voortbrengt. Een dag die getekend wordt door de sluimerende aanwezigheid van de videofeed van een beveiligingsapp. Lees meer

Hard//hoofd zoekt vóór 28 juli 2.500 trouwe lezers!

Hard//hoofd verschijnt weer op papier, nu met extra bijlage! In Honger lees je over de pijn, het verlangen en de schoonheid van datgene waar we naar smachten. Schrijf je vóór 28 juli in voor slechts 3 euro per maand en ontvang Honger in september in de brievenbus, mét bijlage Ik wil, wil jij ook? over seksueel consent. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer