Asset 14

Vertrouw de dingen die je met gemak doet

Automatische concepten 70

Dit jaar studeert Vivian Mac Gillavry af aan de Gerrit Rietveld Academie. Uitgeleerd is ze echter allerminst. Voor zichzelf en voor andere aanstormende kunstenaars stelt ze haar docenten de vraag wat het beste advies was dat zij ooit gekregen hebben. In een reeks van drie artikelen geven zij hun waardevolle adviezen mee. Mediakunstenaar en docent Geert Mul is de derde die zij spreekt.

Ik prijs mijzelf gelukkig dat ik veel goede kunstdocenten had tijdens mijn studietijd. Dat het motiveren van creativiteit niet vanzelfsprekend hoeft te zijn, viel mij op tijdens een gastles die ik zelf gaf aan een basisschoolklas. Ik zou een tekenles geven en meldde mij iets eerder om alles klaar te zetten. De vaste docent die groep 4 lesgaf had als regel dat je een tekening mocht maken wanneer je werk af was. Sommige van de leerlingen tekenden al toen ik binnenkwam. Een van de leerlingen liep naar de juf om zijn tekening te laten zien. Het was een huisje met bloemen eromheen en een regenboog die over het huis heen liep. De juf wierp een blik op de tekening en vroeg: ‘Welke kleur heeft een regenboog?’ Het jongetje dacht na en noemde hakkelend een aantal kleuren op. ‘En zitten die kleuren in jouw tekening?’, vroeg ze. ‘Nee’, antwoorde het jongetje. ‘Nee, een regenboog is niet bruin, ga er maar verder aan werken’, gaf de juf aan en daarmee werd hij teruggestuurd naar zijn plek. Ik vraag me af hoe groot de kans is dat deze leerling nog eens zijn fantasie de vrije loop laat. Hopelijk komt hij later veel docenten tegen die dat juist wel stimuleren.

Hoe zit dat op de kunstacademie, toch de uitgelezen plek om de fantasie te stimuleren? Ik ben benieuwd hoe mijn docenten reflecteren op het kunstonderwijs en hun rol daarin. Zij leiden studenten binnen een aantal jaar op om zelfstandig te kunnen werken als autonoom kunstenaar. Een verantwoordelijke taak. Een paar jaar de tijd om ze vol te stoppen met kennis, levenslessen en advies. En dan moeten ze het verder zelf uitvinden.  De derde docent die ik in deze serie spreek is Geert Mul. Geert Mul doceert 3 uur per week op de deeltijdopleiding van de Rietveld Academie en leeft van zijn kunstpraktijk. Hij maakt onder andere computeranimaties, video, installaties en kinetische sculpturen. Ik vraag hem wat het beste advies was dat hij ooit ontving en wat hij zou willen meegeven aan (afstuderende) kunstenaars.

‘Het beste advies dat ik kreeg? Dat is een brede vraag. Na de academie krijg je niet veel adviezen meer, mensen houden zich dan niet meer zo bezig met jouw proces. Dat is wel belangrijk om je te realiseren. Ik adviseer studenten daarom zoveel mogelijk gebruik te maken van het feit dat je dat op de academie nog wel krijgt.’

Kan je daar meer over vertellen?
‘Docenten proberen tijdens de opleiding verschillende perspectieven aan te bieden. Na de academie heb je geen team van mensen en vrije ruimte meer waarin je met elkaar reflecteert op je werk. Tijdens de opleiding is de verhouding tussen docent en student duidelijk. Wanneer je iemand na de academie spreekt over je werk en je dan vraagt wat iemand echt van je werk vindt, dan kan het veel intiemer en persoonlijker zijn. Harder. Of mensen durven niet eerlijk tegen je te zijn. Buiten de academie staat of valt zo’n gesprek dus bij de gratie van vertrouwen, terwijl dat er op de academie al is door een professionele setting.’

Is dat een van de voordelen die een professionele kunstopleiding toevoegt aan het kunstenaarschap?
‘Ook. Daarnaast bleek voor mijzelf dat ik het meeste leerde van de docenten die zelf midden in de praktijk stonden. Docenten die ook exposeren en bezig zijn met hun werk en daarnaast lesgeven. Je merkt het nu bijvoorbeeld met het gesprek over een veilige leeromgeving. Het is absoluut nodig om dat gesprek te voeren. Maar niet alle maatregelen die daarvoor worden genomen zorgen voor meer veiligheid. Als het gaat om de achtergrond van docenten, heb je als student bijvoorbeeld ook veel aan professionele kunstenaars die parttime op de academie werken en die niet per se een opleiding tot docent hebben gehad.'

Op een gegeven moment voel je dat je niet meer wilt dat iemand iets van je werk gaat vinden.

Op de academie worden veel kaders geboden waarbinnen je werk maakt en begeleiding krijgt. Na de academie vallen die kaders weg. Hoe ging jij daarmee om na je afstuderen?
‘Ik wilde vroeger schilder worden, dat was mijn idee van kunstenaarschap. Toen ik mijn werk toonde bij aanmeldingen waren ze pas overtuigd bij het zien van mijn foto’s. Terwijl ik dacht: nee, ik wil geen fotograaf zijn, ik wil ‘kunstenaar’ zijn. Je wantrouwt zo snel de dingen die je met gemak doet, de dingen die vanzelfsprekend voor je zijn. Dat had ik toen ik naar de academie toe ging en toen ik eraf kwam. Toen dacht ik: nu moet ik dus kunst maken. Zodra het lastig en geforceerd was, dacht ik dat dat dan wel kunst zou zijn. Terwijl die dingen die uit je vingers komen in een omgeving waarin je in een flow komt, zoals die foto’s in mijn geval, dat is natuurlijk het kunstenaarschap. Het duurde even voor ik dat doorhad.’

Op de academie worden de dingen die zomaar uit je vingers komen ook bevraagd.
‘In de eerste paar jaar van je opleiding is het essentieel dat je jezelf kwetsbaar opstelt, je je schetsen laat zien en dat je twijfelt waar je heen moet. Docenten kunnen zich daarin verplaatsen. Ze kunnen helpen met keuzes maken, met vormen of patronen herkennen in je werk. Maar als student word je steeds meer kunstenaar en bouw je een kritische massa op van werken. Er komen steeds meer momenten waarop je zelf keuzes maakt. Je zoekt de ‘goedkeuring’ niet meer. Als je op dat punt uitkomt, is het zelfs verwarrend wat docenten zeggen. Dan wordt het contraproductief. Op een gegeven moment voel je dat je niet meer wilt dat iemand er iets van gaat vinden.’

Het gevoel dat je een beetje klaar bent met het werk uitleggen?
‘Ja precies, omdat het uitleggen dan geen toegevoegde waarde meer heeft. In het begin is het essentieel dat iemand er iets van vindt zodat je leert, maar na een tijdje wil je het afschermen en er in je eigen proces een antwoord op vinden.
Als je blijft uitleggen, dan is het de herhaling van het werkproces dat je uitlegt. Dan blijf je met elkaar reflecteren en daar heb je dan geen behoefte meer aan. Je wilt het zelf gaan uitvinden.'

Heb je nu mensen in je omgeving wiens mening je vraagt?
‘Ja, op verschillende momenten. Ik kan soms dingen aan mijn vrouw laten zien en juist omdat zij buiten die kunstwereld staat kan zij soms heel definitief over iets zeggen dat ze iets niks vindt, of juist wel goed. Het publiek kan in een onbevangenheid ook belangrijke dingen zeggen. Mensen vragen soms rare dingen, maar als je daaroverheen stapt, dan wijzen ze wel vaak op een punt in je werk dat die vragen blijkbaar oproept, dus een publiek ziet ook vaak scherp waar iets wringt. Als het werk vanzelfsprekend goed is, dan komen die vragen niet.’

Welke vragen komen niet als het vanzelfsprekend goed is?
‘Dat mensen steeds naar het verkeerde wijzen, dat ze steeds benoemen dat het zo groot is of zo klein, of knap is dat het met de computer is gemaakt. Het feit dat ze die dingen zeggen betekent dat er iets zit wat ze niet begrijpen. En dat wijst op een zwakte in het werk. Want zelfs een ‘onbegrijpelijk werk’, als het goed is gemaakt, is dan zo onbegrijpelijk dat er geen vragen worden gesteld omdat het wel logisch of kloppend voelt voor het publiek. Dus als je geïrriteerd bent over feedback die je krijgt kan dat heel goed zijn. Het is goed om vervolgens te kijken waarom die irritatie ontstaat.’

Hoe beslis je of een werk goed of geslaagd is?
‘Ik zeg vaak tegen studenten en tegen mijzelf, dat je gewoon niet weet of een werk goed is. Dat weet je soms pas vijf jaar later. Maar soms weet je wel al dat het slecht is, dat het niet lukt, of niet goed voelt.'

Soms is een slecht werk ook een aanzet voor een nieuw werk dat wel goed is.

En waarom herken je of het goed is soms pas vijf jaar later?
‘Als je weet dat iets niet goed is, wil dat niet zeggen dat je dan weet wanneer het wél goed is. Soms vertelt het werk je dat het klaar is. Dat je niet verder kan, of dat je denkt: dit is het. Hoe langer je werkt, hoe meer vakmanschap ontstaat. Dan weet je wanneer het werk door de beugel kan, zeg maar. Maar je wilt natuurlijk een meer sprankelend werk hebben dan dat. Je moet de dialoog met jezelf aangaan en kritisch zijn op jezelf. Soms is een slecht werk ook een aanzet voor een nieuw werk dat wel goed is. En soms kom je ook op een sleutelwerk terecht waarbij je achteraf weet dat je daar iets nieuws hebt aangesneden. Soms voelt zo’n sleutelwerk in het begin onzeker omdat je een wending neemt.’

Een publiek beoordeelt jouw werk misschien anders of kijkt niet naar het proces. Hoe voelt dat voor jou?
‘Dat is helemaal goed. Zij hoeven helemaal niet bezig te zijn met mijn proces of intenties. Als ik het loslaat, is het van de kijker. Soms kan je door kijkers wel bevestigd worden of een werk goed is of niet.
Als kijker kan kennis van het proces wel zorgen voor verdieping van het werk. Als iemand vijf jaar op een onbewoond eiland zat om schelpjes te verzamelen voor pigment om mee te schilderen, dan geeft dat misschien een extra dimensie aan het werk. Maar het is niet zo dat je het goed vindt omdat iemand vijf jaar schelpjes heeft verzameld.’

Moet kunst een dieper thema hebben of conceptueel sterk zijn? In hoeverre vind jij als kunstenaar dat plezier, emotie of schoonheid als drijfveer voldoende is voor een kunstenaar om werk te maken?
‘Ik denk dat elke drijfveer voldoende is. Ik denk de laatste tijd veel over na over het idee van normaliseren. Wat mensen doen om niet knettergek te worden in de wereld waarin ze leven (welke wereld dan ook), dat is normaliseren. Een pakket van afspraken dat we hebben gemaakt en als normaal zien.
Alles wat wij cultureel doen, is gericht op het normaliseren van ons waarnemen, zodat we ‘normaal’ kunnen leven. Kunst doet het tegenovergestelde. Kunst abnormaliseert. Ik denk daarom dat er nog kunst is, het heeft een bestaansreden. Ik geloof niet dat we in een cultuur leven waar iets zonder bestaansreden nog een plek heeft. Dus voor mij heeft kunst echt een functie, maar dan als antifunctie. De motivatie van een kunstenaar maakt kortom niet uit. Zolang diens emotie maar niet genormaliseerd wordt. Kunst laat de niet-genormaliseerde wereld van iemand zien.

Kan je dat iets meer toelichten?
‘Alles wat normaal gesproken genormaliseerd wordt om gecommuniceerd te kunnen worden, dat gebeurt in kunst niet. Heel veel kunst is daarom gelaagd en er zit een complexiteit in: je ziet in kunst soms iets wat je niet direct kunt plaatsen. Kunst is ook in staat om iets elementairs te laten zien. Maar ondertussen zien we dat het kunstwerk geconstrueerd en niet echt is, een medium. Bij een tekening van een struik kun je bijvoorbeeld zien dat het een tekening is, dus geen 'echte' struik, maar de ‘betekenis’ komt er wel doorheen.’

Dus eigenlijk zorgt kunst voor een soort ‘kortsluiting’?
‘Absoluut, in die conventies, de afspraken die we hebben gemaakt. Als we niet kunnen communiceren over wat dingen zijn en betekenen – conventies -, dan kunnen we niet praten, daarom is cultuur conventioneel. Daardoor kunnen we omgaan met dingen, maar dat is niet wat de wereld is. Dat is gewoon een pakket aan afspraken zodat we niet knettergek worden. En kunst valt daarbuiten.

Dus lang verhaal kort, alles kan een drijfveer zijn voor het maken van kunst, zolang kunst maar niet genormaliseerd wordt. Er is radicaliteit nodig of een bereidheid om door de conventies heen te snijden om te zoeken wat er dan achter ligt.’

Heb je nog een laatste advies voor jonge kunstenaars die straks afstuderen en hun werk misschien niet meteen kunnen tonen of exposeren?
‘Bouw een context op, je netwerk bijvoorbeeld. Dat klinkt verschrikkelijk, maar het gaat om wat jij boeiend vindt. De plekken waarvan jij denkt: dat zou een plek voor mijn werk kunnen zijn. Of de mensen waarvan jij vindt dat zij het moeten zien of die met eenzelfde soort onderwerp bezig zijn, die kan je uitzoeken. Soms moet je het zelf onder de aandacht brengen. Zichtbaarheid is daarvoor belangrijk, al is het online. Ga naar evenementen, lezingen en festivals. Als je in zo’n netwerk fungeert helpt dat heel erg. Het zou dan ook een stroming kunnen worden, waardoor je niet alleen als individu meer hoeft te worden opgepikt. Dus dan schep zelf die context, bijvoorbeeld met een groepje kunstenaars.’

Kortom:
1. Leer een dialoog aangaan met jezelf en wees kritisch op jezelf.
2. Wantrouw de dingen die je met gemak doet niet.
3. Bouw een netwerk op en schep zelf de context waarin jouw werk een plek heeft.

Geert Mul, selection of databased Art works, 2002 - 2017, (artwork ©️ 2018 Geert Mul, courtesy Gallery Ron Mandos Amsterdam)

Mail

Vivian Mac Gillavry (zij/haar) is antropoloog, beeldend kunstenaar en dyslect. Ze verwondert zich graag over de mens en sociale constructen. Die verwondering uit zich in tekst, beeldend werk en beeld-taalcombinaties.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
:Hoe te dromen:  Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Hoe te dromen: Over slaap, verlangen en dromen over een betere wereld

Als Stella Kummer ’s ochtends wakker wordt, bespreekt ze in bed haar dromen met haar vriend. Terwijl ze aan hem vertelt wat er die nacht in haar droomwereld is omgegaan, denkt ze na over dromen over de wereld. Begint het veranderen van de wereld niet eigenlijk gewoon in bed? Lees meer

Auto Draft 9

Dat het was

Hoe ga je om met herinneringen die te pijnlijk zijn om onder ogen te komen? Olivier Herter maakt het publiek getuige van een versnipperd landschap van herinneringen. Vloeiend, stemmig en ogenschijnlijk zonder plot wordt geprobeerd woorden te vinden, waar geen woorden voor te vinden zijn. Dit verhaal werd eerder op toneel gebracht door t Barre Land. Lees meer

:De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

De archivaris en haar dochter: De eeuwige lijsten

‘Ik wil geen literatuur van je maken.’ Hoe berg je je moeder in je schrijven, zonder haar essentie te bevriezen? Bareez Majid dicht in woord en beeld over ‘soon-to-be-dead-mothers’ en onderzoekt hoe hun lichamen functioneren als vergankelijk archief. Lees meer

Nog een keer: baas in eigen buik! 1

Nog een keer: baas in eigen buik!

Je zou zeggen dat het abortusrecht in Nederland vanzelfsprekend is, maar is dat eigenlijk wel zo? Een abortus is wettelijk gezien namelijk nog steeds strafbaar. Jihane Chaara neemt je mee in de politieke geschiedenis van het verworven abortusrecht in Nederland, die gepaard gaat met weerstand tegen dit recht op zelfbeschikking, maar ook met veel feministisch verzet en solidariteit. Lees meer

Auto Draft 8

Een transformatie van verlangen: brieven over consent

Wat als we consent en verlangen zélf als de voorwaarden van bevrijding en sociale rechtvaardigheid zien? Yousra Benfquih licht toe hoe genot-activisme ons niet alleen toelaat om ons tegen de dingen te verzetten, maar ook om te onderzoeken waar we naar verlangen. Lees meer

Iemand die me bij de hand neemt en me zegt hoe het moet, alles

Iemand die me bij de hand neemt en me zegt hoe het moet, alles

'Ik verlang zo erg naar een inspirerend figuur die logica ontdekt in de willekeur van wat ons allemaal overkomt. Die tegen me zegt: "Marthe, zó is het, en de rest is bullshit".' Lees meer

Auto Draft 7

Moederland

Zelfs in de Italiaanse zon lukt het niet altijd om donkere gedachten op afstand te houden. Roos Sinnige laat ons meedrijven op de ongrijpbare stroom die dan ontstaat. Lees meer

Mijn naam roept 1

Mijn naam roept

Hodo Abdullah beschrijft hoe de geschiedenis van Somaliland haar ook veel over haarzelf leerde. Hoe komt het dat het geloof in henzelf, de veerkracht en de trots van de Somalilanders zo verankerd zit in hun DNA? Wat geeft hun de kracht om door te gaan? Lees meer

:Oproep: Reageer op de briefwisseling over seksueel consent! 1

Oproep: Reageer op de briefwisseling over seksueel consent!

Ben je vrij in je verlangen? Op welke manieren kunnen en willen we elkaar aanraken? Reageer vóór 2 juni op de brieven van Yousra Benfquih en Alara Adilow. Lees meer

zonderverdergroet

zonder verdere groet

Rijk Kistemaker doet niet aan groeten. Rijk schrijft gedichten terwijl hij bezig is met andere dingen, zoals het opladen van een gehuurde Kia en huilen. Laat je meevoeren op zijn poëtische gedachtestroom. Lees meer

een interview met Abel Kamps

Interview met Abel Kamps: 'Ik hou ervan als mijn werk meer een ervaring wordt en minder een object.'

Aucke Paulusma gaat in gesprek met kunstenaar Abel Kamps: Hoe verweef je absurditeit of humor in je kunst, en welke rol spelen deze elementen in het creëren van de impact die je werk op de toeschouwer heeft? Lees meer

Jonathan de slakkenman

Jonathan de slakkenman

'Hij zag simpelweg hoe de slak zich terugtrok in zijn huisje wanneer het zich onveilig achtte. Vanwege hun gedeelde lot, voelde Jonathan zich geroepen om de naaktslak ook een toevluchtsoord te bieden.' In dit korte verhaal van Ivana Kalaš neemt Jonathans slakkenfascinatie langzaam zijn leven over. Lees meer

:Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Armoede, de bedpartner die je verlangen indringt: brieven over consent

Alara Adilow blikt terug op haar jongere zelf en ziet hoe onwetendheid en zelfdestructie haar afsneden van zorg en liefde, tot feministische en postkoloniale denkers haar aanraakten en haar openstelde om naar zichzelf en de wereld te kunnen kijken. Lees meer

Het insectenhotel

Het insectenhotel

‘Ik kan wel voor je krimpen.' Dieuke Kingma onderzoekt in een kort verhaal vol spinnenpoten en keverschildjes of je de ruimte die je inneemt in een relatie ook weer terug kan geven. Lees meer

Afgebeeld is een vrouw in badpak, zwemmend tussen vissen.

Anders zijn is niet ‘tegen de natuur’

Marthe van Bronkhorst duikt in de diepzee en ontleert acht lessen die ze vroeger op school onderwezen kreeg. Lees meer

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie 2

Mooi vanbuiten en vanbinnen: pleidooi voor dagdagelijkse entomologie

Insecten hebben een slecht imago. We houden ze het liefst ver uit de buurt, maar dat is onterecht, vindt Jitte. Met dit artikel bewijst hij je graag van het tegendeel en vertelt hij hoe sluipwespen lieveheersbeestjes inschakelen als lijfwacht voor haar larven, over de indrukwekkende hersenen van de Darwinwesp, en hoe je een mierenkolonie opzet met één koningin. Lees meer

Auto Draft 6

ode aan de lepismA saccharinA

Lieke van den Belt neemt je mee in de wereld van de zilvervis. Met lichte en vervreemdende beelden schetst ze in twee gedichten een dialoog tussen deze beestjes en hun slachtoffers. Lees meer

Enterprise, Alabama

Enterprise, Alabama

Charlotte Duistermaat neemt je mee in de enigszins absurde culturele en historische impact van een snuitkeverplaag op een Amerikaans dorpje en de vergelijkbare migratiestromen van mens en dier. Lees meer

Oproep: Hard//hoofd zoekt een nieuwe Chef Beeld!

Hard//hoofd zoekt een nieuwe Chef Beeld!

Hard//hoofd zoekt een getalenteerde beelddenker (x/v/m) die visuele sturing geeft en die de redactie wil komen versterken! Lees meer

Oproep: Stouten Stift en het Rode Oor 2025 1

Oproep: De Stoute Stift en Het Rode Oor 2025

De jaarlijkse erotische schrijfwedstrijd Het Rode Oor en de daaraan gekoppelde illustratiewedstrijd De Stoute Stift staan weer open voor inzendingen! We zijn op zoek naar de beste erotische verhalen om naar te luisteren en vier Nederlandse en vier Vlaamse illustratoren die een beeld willen maken bij de beste verhalen van de erotische schrijfwedstrijd. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer