Hard//hoofd staat vandaag in het teken van vergrijzing. Jan peinst over Henk Krol en zijn 50Plus en een oud WRR-rapport. “Het heeft er alle schijn van dat we nogal wat fout hebben gedaan. En dan is Henk Krol misschien nog een lichte straf.”
1)
In een mooi stuk in Vrij Nederland werden afgelopen week vijf jonge intellectuelen geportretteerd. Nu is het altijd fijn wanneer dat woord zonder ironie wordt gebezigd, maar de vijf hadden over het algemeen ook zinnige dingen te melden. Terwijl het gesprek op de maatschappelijke neiging tot kortademigheid kwam, zei NRC-columnist Arjen van Veelen zich een beetje te schamen voor een column die hij schreef over 50Plus leider Henk Krol: “Omdat hij in de peilingen 24 zetels had. Maar in de Kamer heeft hij er maar twee. Absurd eigenlijk dat daar zo’n groot debat over is, en ik daar dan aan meedoe.”
Even was ik geneigd mee te gaan in die nobele zelfkritiek van Van Veelen, er is natuurlijk niets zo stompzinnig als een publiek debat waarvan de richting wordt bepaald door de twijfelachtige rekenmodellen van Maurice de Hond, maar toen dacht ik: nee Arjen, je zat niet fout. Goed, Krol was misschien niet helemaal het juiste onderwerp, maar hetgeen hij belichaamt wel. Het werd een keer tijd dat we het in dit land over het probleem van de grijsaard hebben.
Een statistisch onverantwoord intermezzo vol kromme redeneringen
50Plus heeft nu 2 zetels in de kamer en (op 17 maart) 18 zetels in de onzinnige peiling van Maurice de Hond. Op een Tweede Kamer van 150 zetels is dat respectievelijk 1,3% en 12%. Hoe meer ik erover nadenk, hoe evidenter het is: dat laatste getal geeft, puur gevoelsmatig natuurlijk, de politieke aandacht die demografische ontwikkelingen verdienen veel beter weer. 17% van de bevolking is ouder dan 65. Als politici een tiende van hun tijd zouden hebben besteed aan het oplossen van problemen die voortvloeien uit de vergrijzing, dan waren die problemen er misschien niet meer geweest. Na tien jaar Islamkritiek, Islamkritiekkritiek en dierenbeulenbashen lijkt die 50Plus partij, hoe idioot Jan Nagel en Henk Krol ook mogen zijn, als one-issuepartij een stuk minder misplaatst.
50Plus komt op voor de belangen van ouderen, en hoewel dat an sich natuurlijk nooit een slechte zaak kan zijn, heeft de partij wel heel duidelijk maling aan het idee van een Algemeen Belang. (Trouwens: als sommige oude mensen het zo slecht hebben, waarom dan niet opkomen voor mensen die het slecht hebben?) Hoeveel macht verdient een partij met een onderwijsparagraaf in haar partijprogramma die uit niet veel meer bestaat dan “er komt een lesuur gezond leven over conditie en lichamelijk welzijn o.a. drugs, alcohol, roken, bewegen en voeding” en “er komt een verplicht vak moderne communicatie (internet, tablet e.d.)”. Maar los van dat alles kan 50Plus zijn bestaansrecht wat mij betreft volledig ontlenen aan deze prachtige column die Peter Middendorp schreef over Henk Krols erectiepillen en zijn grenzeloze bereidheid te liegen.
2)
De vergrijzing werd volgens mij al algemeen erkend als probleem in het zure-regentijdperk, toen licht-kalende leraren op mijn basisschool nog echt linnen schoudertasjes met Stop de Bom droegen en het cliché van wollen sokken in sandalen tijdens schooluitjes gewoon op waarheid berustte.
Iedereen weet al een eeuwigheid dat het eraan zat te komen en wat de gevolgen zouden zijn. Hier geen victorie kraaiende Frits Bolkestein 2.0, wiens “I hate to say I told you so” nu al tien jaar onafgebroken uit al zijn politieke poriën lekt, geen Paul Scheffer II die een hele carrière kan teren op één opinieartikel. Nee, die vergrijzing, dat wisten we allemaal al. En hoewel we het er niet echt over wilden hebben, hebben we het toch ook niet echt verzwegen. Geen zorgen voor de dag van morgen, dacht de kiezer. Komt tijd komt raad, dacht de politiek. Niet dus: komt tijd, komt minder zorg.
Ouderen genieten van nutteloosheid en de zon. Foto: Jan Postma.
3)
Een korte zoekactie levert een ruim tweehonderd pagina's tellend WRR-rapport op met de prachtige titel Ouderen voor ouderen, deze maand precies twintig jaar geleden door voorzitter Donner en secretaris Nauta (twee namen in korrelig zwart-wit met die heerlijke geur van 'recente geschiedenis') verzonden aan “de Minister-President Minister van Algemene Zaken De heer drs. R.F.M. Lubbers”.
In de begeleidende brief schreven de auteurs: “In het algemeen geldt dat de keuzen minder pijnlijk zullen zijn naarmate zij vroeger worden gemaakt. De raad meent dat de ouderen van de toekomst zichzelf in ruimere mate zullen moeten onderhouden dan de huidige ouderen, doch dat zij hiertoe in het algemeen ook in staat zullen zijn.”
Onder het kopje 'Draaglast en draagvlak' staat een veelzeggende paragraaf:
“Met alle nadelen die aan de vergrijzing zijn verbonden, is er het voordeel dat zij zich langzaam voltrekt, zich lang tevoren aankondigt en zonder grote schokken verloopt. Tot op zekere hoogte zal de samenleving de gevolgen hiervan wel spontaan kunnen opvangen, zeker zolang de economie groeit en het marktmechanisme zijn werk doet. Echter, juist vanwege de kleine stapjes waarmee het verouderingsproces voortschrijdt, zal de noodzaak van anticipatie op lange-termijnontwikkelingen niet altijd worden gevoeld. Hierdoor kan een neiging ontstaan tot uitstel van beslissingen, met name als deze impopulair zijn, tot een moment waarop zo'n beslissing zich als het ware opdringt en bijna noodzakelijkerwijs ingrijpend moet zijn. […] Het behoort tot de taken van de overheid, hierop zoveel mogelijk te anticiperen, eventueel door 'spontane' aanpassingen te stimuleren of deze in een bepaalde richting te sturen. Accommoderend beleid behoeft dus niet louter afwachtend te zijn.”
Vooral dat “zolang de economie groeit en het marktmechanisme zijn werk doet” doet pijn. We hebben gewacht totdat het marktmechanisme zijn werk een keer niet deed en de economie prompt stopte met groeien – om vervolgens ineens op zelfkastijdende toon te zeggen: aangezien we (lees: kiezer en gekozene) niet wilde luisteren, moeten we (lees: niet-grijsaards) maar voelen. Zoals Marieke Stellinga vorig jaar in de NRC schreef: “De haast rond de wet tekent niet zozeer de daadkracht van de Lente-coalitie maar veeleer het gebrek aan daadkracht van de jaren ervoor. […] Er was […] een immense financiële crisis voor nodig voordat politici het aandurfden de geliefde volksverzekering te versoberen. En zelfs na die crisis van 2008 bleken er nog vier wetsvoorstellen nodig om het politiek eens te worden.” Wanneer je die paragraaf in het WRR-rapport en Stellinga's woorden leest, heeft het er alle schijn van dat we nogal wat fout hebben gedaan. En dan is Henk Krol misschien nog een lichte straf.
4)
In het eerder genoemde stuk in Vrij Nederland zegt de jonge filosofe Simone van Saarloos: “Ook de vergrijzing wordt beschreven als een groot probleem, terwijl juist de nutteloze fasen van het leven gevierd moeten worden.” Hoewel ik het er mee eens ben dat nutteloosheid zo veel mogelijk moet worden gevierd, is dit toch een wat kromme redenering. Eerst dacht ik: het is er eentje in de categorie “kanker is een uitdaging”, maar daarmee zou ik Van Saarloos tekortdoen. Ze heeft een punt: nutteloosheid wordt misschien niet direct als inherent problematisch gezien, maar de waarde ervan wordt zelden onderkend. Maar wat als een probleem wordt gezien is niet dat mensen ouder worden, langer gezond blijven en zodoende langer nutteloos kunnen zijn. Het probleem is juist dat die enorme periode van nutteloosheid van de een, die iedereen van harte is gegund, ten koste van de kansen op nutteloosheid van een ander gaat.
En 50Plus? Als Henk Krol, met al zijn leugens en leugentjes, de stem van de onredelijkheid en eigen-generatie-eerst weet te verenigen kunnen de andere partijen gezamenlijk daartegen oppositie voeren. De vraag is alleen of ze er het lef voor hebben. Ze hebben twintig jaar besluiteloosheid goed te maken, misschien helpt dat.