Hoewel heel het land klaagt over de crisis, hoeft nog niemand er een hap minder om te eten. Toch is het jammer als je de paar schamele centen die je hebt kapot moet slaan op dure maaltijdsalades, een lekker stuk kaas of wat fruit. Voor wie alleen woont is eten en vooral koken met verse ingrediënten een kostbare aangelegenheid. Overleven op diepvriespizza’s is een optie, maar niet de enige. Wie ballen heeft kan praktisch gratis eten en nog lekker ook.
In het afgelopen jaar is er in de media steeds meer aandacht voor het fenomeen skippen. Een modieus woord voor eten uit de vuilnisbak. In eerste instantie doet dit denken aan zwervers, maar het zijn veelal jongeren en studenten, hoogopgeleid en voedingsbewust, die zich deze hobby aanmeten. Het gaat dan ook over een ander soort vuilnisbak: de enorme kliko’s van supermarkten en groothandels. Op de dag van het verstrijken van de houdbaarheidsdatum en soms al ruim daar voor worden voorverpakte maaltijden, afbakbroden, of pakjes carpaccio door hen zo bij het vuil gezet. Keurig in plastic, precies zoals ze enkele dagen eerder van de leverancier zijn gekomen.
Nu is de houdbaarheidsdatum niets anders dan een richtlijn die garandeert dat de kwaliteit van het product tot dan net zo goed is als op het moment van productie. Het moment waarop het product niet meer geschikt is om te eten ligt veel verder in de tijd. Een pak melk bijvoorbeeld blijft ongeopend (mits gekoeld) goed tot wel een week na de houdbaarheidsdatum.
Dus rek de grenzen van je bestaan eens op en werp bij een volgend bezoek aan Albert Heijn of Hema buiten eerst een blik in de vuilnisbak. Ik heb het al geprobeerd en moet toegeven dat ik me wat vertwijfeld over de rand van een vuilnisbak hees en met het metaal in mijn buik en voeten in het luchtledige een kort moment van vervreemding doormaakte. Maar met een aantal fruitsalades, rookworsten en zes verschillende toetjes op zak voelde de tocht huiswaarts als een overwinning.
Naast een gratis maaltijd en een lekker rebels gevoel, is skippen een protest tegen de weggooimaatschappij. Naar schatting belandt 30% van ons voedsel dagelijks bij het afval, maar een heel klein deel daarvan is werkelijk bedorven. Mocht je twijfels hebben over de kwaliteit van je geskipte eten, vertrouw dan op je neus en kijk naar de kleur. In het algemeen zijn wij heel goed in staat iets op zijn eetbaarheid te beoordelen. Juist verse, voorbewerkte producten die bederfelijk zijn worden gedrenkt in E-nummers, wat niet erg gezond is, maar wel veilig. En als je het niet zeker weet, dan gooi je het gewoon weg, het was immers toch al afval.
Dit is een gastbijdrage van Sara Kee (Amsterdam, 1984).