Als artistieke mensen vragen waar je vriend woont en je bent zo bevoorrecht om te kunnen antwoorden met Lelystad, ben je verzekerd van een flinke dosis scepsis: ‘O. Lelystad. Is dat wat?’ Artistiekelingen hebben met hun highbrow smaak namelijk al beklonken dat Lelystad niks is. Terwijl dat nu juist de charme is van Lelystad: dat het niks is en vooral ook niks probeert te zijn.
Lelystad is een pretentieloze polderstad waar de publieke ruimte nog niet is volgeplempt met pop-up stores, pratend straatmeubilair, groetzones en andere ditjes en datjes die ons moeten afleiden van het gat in de zin van ons bestaan. Want als de mens iets niet kan, dan is wel de zinloosheid van zijn bestaan omarmen. Daarom vlucht hij in ambachtelijk bier, yoga, ingewikkelde koffies en andere hipster-religies waar Lelystad nog niet mee besmet is. Dankzij het anti-pretentieuze gehalte kunnen de inwoners zich niet verschuilen achter een muur van grootstedelijke dikdoenerij. Ze moeten het simpelweg doen met het imago van een zielloze provinciestad zonder karakter.
Een van mijn favoriete plekken is winkelcentrum Lelycentre. Binnen waan je je in een post-apocalyptische schuilplaats waar de jeugd is teruggeworpen op een levenskunst die hij in de grote stad verleerd is: doelloos rondhangen. Behalve ambachtelijke winkels als Wibra en Lidl, vind je er een bonte verzameling aan organisaties zoals de Nederlandse Roma Vereniging en de Zevendedagsadventisten. Achter met kranten dichtgeplakte ramen en ijzeren rolluiken tellen zij hun zegeningen. Als je de esthetische deprivatie kunt trotseren en de bovenste verdieping weet te bereiken, kom je bij de beste roti-toko van Nederland. Een culinair paradijs waar het vervallen winkelcentrum als een lelijke strik omheen zit.
De sfeervolle toko te midden van de troosteloze omgeving is exemplarisch voor de scherpe contrasten in Lelystad. Onze moderne grootstedelijke leefomgeving is tegenwoordig zo overmatig gestileerd, dat we alles op dwangmatige wijze bij elkaar willen laten passen. We matchen, maar vergeten daarbij ook nog wat te mixen. In Lelystad schuren verschillende stijlen nog ongemakkelijk tegen elkaar aan, en wisselen hoopvolle schoonheid en meedogenloze lelijkheid elkaar af.
Maar ook als je niet kunt genieten van tragikomische esthetiek is Lelystad een fijne plek. Er is genoeg lebensraum voor mens, plant en dier. Geen torenhoge huizenprijzen en overvolle fietspaden, wel grote tuinen, schone lucht en een privéstrand aan het Markermeer. Langs de file-loze wegen staan borden met teksten als ‘ons parkeerprobleem’ (foto van een haventje met aanlegplaatsen), ‘onze huismus’ (foto van een zeearend in actie) en ‘ons bouwproject’ (foto van nest bouwende ooievaars). Toch vinden veel mensen het kunstmatige gehalte van de overduidelijk aangelegde jonge natuur onaantrekkelijk. Maar door het ecologische aftakelingsproces van de aarde zullen we steeds vaker te maken krijgen met gedomesticeerde natuurparken zoals de Oostvaardersplassenkarkassen. Wen er dus maar vast aan dat onze pogingen om planten en dieren te behouden niet altijd even fraai zullen zijn.
Wie behoefte heeft aan een culturele ontnuchtering en Lelystad nog wil ervaren zonder kerosinedampen moet opschieten. Binnenkort opent het nieuwe vliegveld zijn deuren, dan moeten de Lelystadse huismussen, pretentieloze winkelcentra en schone lucht plaatsmaken voor grootstedelijke dikdoenerij. Stap dus snel op de CO2-neutrale rug van je vriend of vriendin, galoppeer als de wiedeweerga naar Lelystad en dompel je onder in onttoverde schoonheid.