Ik was lang het braafste meisje van de klas wat huwelijkse trouw betrof. Bedrogen door een eerste liefde, bazuinde ik altijd op hoge toon rond wat een verschrikking dit soort smerige buitenechtelijke praktijken wel niet waren voor de bedrogene (voor mij dus). Ik vroeg ik me tegen wie het maar horen wilde hardop af hoe je in vredesnaam zo glashard kon liegen tegen iemand van wie je hield. Dat je wel een erg zwak en slecht persoon moest zijn als je je eigen driften niet eens onder controle kon houden. Onvermurwbaar en onuitstaanbaar preekte ik vanaf mijn moral highground hel en verdoemenis. Totdat ik zelf buiten de pot piste en mijn hart verloor aan een andere man dan mijn eigen geliefde. Plotseling zag ik in dat ook dit soort zaken, zoals de meeste gebeurtenissen waarbij mijn principes plotseling tegen me gingen werken, godzijdank veel complexer in elkaar zaten dan ik me had voorgesteld. De verhouding bleek geen spannende, ijdele frivoliteit, maar een lang en slepend verhaal vol schuldgevoel, angst en verlammende onzekerheid. Het was in deze verwarrende periode dat ik Brief Encounter voor het eerst zag. En voor de tweede keer. En voor de dertiende keer.
Brief Encounter is een Engelse film uit 1945, geregisseerd door David Lean. Hoewel Lean later vooral bekend werd door zijn epische kostuumfilms als Lawrence of Arabia en Dokter Zhivago, is de kracht van Brief Encounter nu juist dat het een intieme film is, die gaat over normale mensen met herkenbare gevoelens. Dit zijn geen koene helden of kakelend lachende schurken, het zijn een doodgewone vrouw (Celia Johnson) en een doodgewone man (Trevor Howard), die met hun suffe, goeiige echtgenoten bij de haard kruiswoordpuzzels doen; typische Engelse middle class.
De man, een arts, komt de vrouw tegen in de stationsrestauratie, en helpt haar met het verwijderen van een vuiltje uit haar oog. Ze beginnen met elkaar af te spreken; ze gaan naar de bioscoop, lunchen, maken wandelingen, praten. Natuurlijk worden ze verliefd. De film is traag en ingehouden, maar de uitdrukking op de gezichten van de acteurs verraadt veel; de schaamte om de geheime verhouding, de marteling van een verliefdheid die er niet mag zijn. Zo beschaafd en gematigd als de mensen in de film zijn, zo extreem en verwarrend zijn hun gevoelens; deze worden in beeld gebracht door lange shots van hun gezichten, voorbijrazende stoomtreinen, duistere stations. Ook de prachtige filmmuziek uit Rachmaninov’s tweede pianoconcert draagt bij aan de afwisselend stormachtige en ingehouden sfeer.
Als bijna vijftig minuten nadat de film is begonnen eindelijk de eerste, tergend lang uitgestelde kus wordt uitgewisseld en de twee elkaar hun verboden liefde verklaren, verzucht de vrouw wanhopig: “I am an ordinary woman, I didn’t think such violent things could happen to ordinary people.” De hoofdpersonen zijn geen zondige slechteriken, geen van lust gek geworden avonturiers, maar zeker ook geen heiligen. Het zijn lullige, normale mensen van vlees en bloed, die heus hun best doen, maar een groot deel van de tijd ook niet weten wat hen overkomt. Zo kuis, zo onweerstaanbaar Engels, zoveel trage erotiek en stille wanhoop, schalks geworpen blikken en met moeite ingehouden driften... Brief Encounter is een perfecte, bitterzoete, romantische film, en portretteert de goedzakkerige maar feilbare, verwarde, verliefde mens op een prachtige manier. God Bless.